Organisatie | Dalfsen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | NADERE REGELS KABELS EN LEIDINGEN |
Citeertitel | Nadere regels kabels en leidingen gemeente Dalfsen 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Nvt
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-07-2019 | 1e wijziging (kaartbijlage 3) | 08-07-2019 | Z/19/603566 | ||
06-10-2016 | 01-10-2016 | 23-07-2019 | Nieuwe regeling | 02-08-2016 | 18-07-2016, nummer 1989 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen;
gelezen het voorstel d.d. 18 juli 2016, nummer 1989;
overwegende dat het wenselijk is regels te stellen betreffende werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van ondergrondse infrastructuren;
overwegende dat het wenselijk is regels te stellen tot het toekennen van schadeloosstelling als gevolg van intrekking of wijziging van een vergunning op grond van de AVOI;
gelet op artikel 2.1 lid 2, artikel 2.1 lid 4, artikel 2.2 lid 4, artikel 2.4 lid 4, artikel 2.6 lid 6, artikel 3.2, artikel3.5, artikel 3.7 lid 32.5, tweede lid van de AVOI;
De begripsbepalingen van de AVOI zijn op deze nadere regels van toepassing tenzij daarvan uitdrukkelijk wordt afgeweken. In deze nadere regels wordt verstaan onder:
één of meer aansluitingen tussen een net en een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met e, van de Wet waardering onroerende zaken;
melding als bedoeld in artikel 2.1 tweede lid van de AVOI. Het betreft een melding voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard in openbare gronden, waarvoor geen instemmingsbesluit of vergunning noodzakelijk is;
Deze nadere regels vormen een uitwerking van artikel 2.1 lid 2, artikel 2.1 lid 4, artikel 2.2 lid 4, artikel 2.4 lid 4, artikel 2.5 lid 6, artikel 3.2, artikel 3.5, artikel 3.7 lid 3 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur gemeente Dalfsen 2016.
1.3. Afwijking van gestelde normen en voorschriften
Afwijking van gestelde normen en voorschriften is enkel mogelijk na goedkeuring van het college.
1.4. Werkzaamheden van niet ingrijpende aard
Voor werkzaamheden die dusdanig beperkt zijn dat op grond van artikel 2.1. lid 2 van de AVOI geen vergunning of instemmingsbesluit noodzakelijk is, kan worden volstaan met een melding aan het college. Het betreft de volgende werkzaamheden in of op openbare gronden:
Wanneer het aanvragen van een instemmingsbesluit of vergunning niet in verhouding staat tot de werkzaamheden, welke worden verricht in het gebied zoals weergegeven in bijlage 7, kan het college op verzoek van de netbeheerder besluiten dat in dat geval volstaan kan worden met een melding als bedoeld in dit artikel.
Een aanvraag of melding langs elektronische weg wordt ingediend via het door de gemeente gehanteerde meldsysteem (gemeente@dalfsen.nl). Hierbij worden de te verstrekken gegevens en bescheiden eveneens langs elektronische weg verstrekt. De aanvrager kan de gegevens en bescheiden op schriftelijke wijze verstrekken, voor zover het college daarvoor toestemming heeft gegeven.
2.2. Gegevensverstrekking bij een aanvraag of melding
Naar aanleiding van de aanvraag tot het verlenen van een instemmingsbesluit of een vergunning kan door het college een werkplan of een onderdeel daarvan worden verlangd. Wanneer bij de werkzaamheden gebruik wordt gemaakt van een (gestuurde) boring of persing is een werkplan in beginsel verplicht. Het werkplan bestaat uit:
2.3. Spoedeisende werkzaamheden
Bij spoedeisende werkzaamheden als gevolg van een calamiteit die noodzakelijk zijn om persoonlijk letsel of grote schade te voorkomen, of als gevolg van een ernstige belemmering of storing in de dienstverlening als bedoeld in artikel 2.1 lid 4 van de AVOI, zijn de artikelen 2.1 en 2.2 niet van toepassing.
De netbeheerder die graafwerkzaamheden verricht in verband met voorgaande leden wint, voor zover mogelijk bij de beheerders van netten die zijn gelegen op de locatie waar de werkzaamheden plaatsvinden, informatie in over de precieze ligging van netten op de graaflocatie. De netbeheerder is in dat kader verplicht een Calamiteitenmelding (KLIC) te doen.
2.4. Overdracht van een instemmingsbesluit of vergunning
Indien een instemmingsbesluit of vergunning wordt overgedragen aan een ander dan de aanvrager of de houder, meldt de aanvrager of houder dat ten minste een maand voordien aan het college, onder vermelding van de volgende gegevens:
2.5. Veranderingen in eigendom, exploitatie, beheer of gebruik
Bij de schriftelijke kennisgeving als bedoeld in artikel 3.2 lid 1 van de AVOI vermeldt de netbeheerder de volgende gegevens:
In de planfase van een door of vanwege de gemeente uit te voeren project, zoals bedoeld in artikel 3.5 lid 2 van de AVOI, initieert het college het vooroverleg.
3.3. Voorbereiding en aanvraag instemmingsbesluit of vergunning
De netbeheerder vraagt het instemmingsbesluit of de vergunning aan met inachtneming van de bepalingen van het ‘Notitie archeologiebeleid gemeente Dalfsen 2017’, indien de werkzaamheden gelegen zijn binnen het in bijlage 3 aangegeven gebied. (benaderbaar via overheid.nl)
De bestaande toestand wordt in beginsel door de netbeheerder opgenomen in een rapport, voorzien van omschrijvingen en beeldmateriaal. Het rapport wordt via het door de gemeente gehanteerde meldsysteem toegevoegd aan (een aanvraag tot het verlenen van) een vergunning of melding onder het desbetreffende kenmerknummer.
Indien zich tijdens een ingesteld graafverbod een calamiteit of ernstige belemmering of storing voordoet in de dienstverlening, als bedoeld in artikel 2.1 lid 4 van de AVOI, dient de procedure van artikel 2.3 te worden gevolgd.
Zowel bovengrondse als ondergrondse voorzieningen dienen te zijn voorzien van een kenmerk, waarop duidelijk te zien is wie de beheerder van de voorziening is.
Bij de tracébepaling gelden ten aanzien van de horizontale indeling de volgende algemene uitgangspunten:
Bij de tracébepaling gelden ten aanzien van de verticale indeling de volgende algemene uitgangspunten:
Bij sleufloze technieken is de diepteligging afhankelijk van de situatie ter plaatse. De verticale dagmaat ten opzichte van de te kruisen leidingen bedraagt ten minste 0,50 m, waarbij de te boren/persen leiding onder de bestaande leiding(en) dient te worden gevoerd. Genoemde minimale verticale dagmaat dient aantoonbaar te worden gegarandeerd om schade aan de te kruisen leidingen te voorkomen.
4.6. Afwijkende voorschriften leidingstroken
Door de gemeente kunnen afwijkende leidingstroken worden vastgesteld, waarin afwijkende voorschriften gelden.
In die gevallen dat het niet mogelijk dan wel wenselijk is om het herstel van de elementverharding in dezelfde kwaliteit uit te voeren als de kwaliteit van de verharding voordat er gegraven werd, dan dient de uitvoering en de daarbij behorende kostenverdeling van het herstel voorafgaande aan de werkzaamheden in overleg met het college te zijn overeengekomen.
Bij ingraving wordt, na verdichting van de sleuf en herstel van de funderingslaag, de sleuf tijdelijk dichtgeblokt met standaard betonstenen. De betonstenen dienen te worden gelegd met de vlakke kant boven. Er mogen alleen hele betonstenen verwerkt worden. De bovenzijde van de stenen dient gelijk te zijn met de omliggende verharding.
4.14 Groenvoorziening en bermen
De gemeente voert een ecologisch bermbeheer waardoor aanleg van kabels en leidingen in ecologische bermen niet is toegestaan. Enkel in die gevallen dat de noodzaak van de aanleg door de netbeheerder wordt aangetoond, kan in overleg met de gemeente hiervan worden afgeweken, waarbij in ogenschouw dient te worden genomen dat de werkzaamheden enkel kunnen plaatsvinden nadat het aanwezige gewas is gemaaid.
In bermen waarbij in de omgeving invasieve exoten worden waargenomen dient aanleg gestaakt te worden en overleg plaats te vinden met het college. Verspreiding door onzorgvuldige graafactiviteiten dient tegengegaan te worden. Bij grondverzet en/of de verwerking van het groenafval van de invasieve exoot dient gewerkt te worden conform de wet- en regelgeving.
Bij werkzaamheden in groenvoorzieningen gelden de volgende bepalingen:
te handhaven struiken en vaste planten die in het tracé van een te graven sleuf voorkomen moeten ruim worden uitgestoken, gescheiden worden gehouden van te ontgraven gronden tegen uitdroging worden beschermd. De planten moeten binnen 24 uur na het gereed komen van de grondwerkzaamheden ter plaatse zijn terug geplant.
5.2. Uitvoering herstel en onderhoud
Het tijdelijk herstel van gesloten verhardingen wordt uitgevoerd door de netbeheerder door middel van het dichtblokken van de sleuf. Het definitieve herstel en onderhoud van gesloten verhardingen wordt uitgevoerd door de gemeente. Tot het moment dat de gesloten verhardingen definitief zijn hersteld wordt het onderhoud uitgevoerd door de netbeheerder.