Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noordenveld

Verordening Meedoen in Noordenveld

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoordenveld
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Meedoen in Noordenveld
CiteertitelVerordening Meedoen in Noordenveld
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Art. 147 Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-10-2016Nieuwe regeling

07-09-2016

Gemeenteblad, www.overheid.nl en Roder Journaal 12-10-2016, De Krant 11-10-2016

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Meedoen in Noordenveld

De Raad van de gemeente Noordenveld;

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 31mei 2016;

gelet op artikel 147 van de Gemeentewet;

overwegende, dat het algemeen van wezenlijk belang wordt geacht dat mensen niet belemmerd door hun financiële positie breed maatschappelijk mee kunnen doen, dat hun kinderen in het bijzonder zich door het maatschappelijke meedoen kunnen ontplooien en ontwikkelen, dat de gemeente daaraan dient bij te dragen door het voeren van op hen gericht beleid.

B E S L U I T :

Vast te stellen de “Verordening Meedoen in Noordenveld"

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening en de toelichting worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet.

     

  • 2.

    Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

    a. wet: de Participatiewet;

    b. aanvrager: de inwoner van 18 jaar of ouder die ten behoeve van zichzelf en zijn/haar gezinsleden een bijdrage in de kosten/uitgaven op grond van deze verordening verzoekt;

    c. zelfstandige huishouding: de inwoner wordt geacht een zelfstandige huishouding te voeren als hij/zij een eigen woon(slaap)kamer heeft, een eigen keuken, en een eigen toilet, en eventueel aanspraak kan maken op huurtoeslag.

    d. het college: burgemeester en wethouders van de gemeente Noordenveld.

     

Artikel 2 Doelgroep

Om voor een bijdrage in aanmerking te komen moet de aanvrager op de dag van de aanvraag:

a. een inkomen hebben dat niet hoger is dan 115% van de bijstandsnorm zoals bedoeld in hoofdstuk 3 paragraaf 3.2 van de wet, en

b. een bedrag aan vermogen hebben dat ligt beneden de vermogensgrens genoemd in artikel 34 van de wet, en

c. ingeschreven staan in de Basisregistratie personen (BRP) van de gemeente Noordenveld.

d. niet tot de doelgroep behoort de aanvrager die recht heeft op de wet studiefinanciering 2000 (WSF 2000) tenzij de aanvrager om een bijdrage voor zijn of haar gezinsleden verzoekt.

 

Artikel 3 Kostensoorten

  • 1.

    De bijdrage als bedoeld in deze verordening is bedoeld als tegemoetkoming in de kosten van sociale, culturele en of sportieve activiteiten dan wel schoolactiviteiten, waaronder in ieder geval worden gerekend:

    a. de contributie die verschuldigd is als lid van een sportvereniging;

    b. kosten actieve sportbeoefening in een daartoe gespecialiseerd instituut;

    c. de contributie die verschuldigd is als lid van een sociale of een culturele (muziek)vereniging, of voor de deelname aan sociaal culturele activiteiten;

    d. overige kosten in verband met het beoefenen/uitvoeren van sociale, culturele of sportieve activiteiten dan wel schoolactiviteiten;

    e. de contributie die verschuldigd is als lid van een openbare bibliotheek;

    f. de abonnementskosten die zijn verschuldigd voor internet-, telefoon-, en/of televisieaansluiting;

    g. de abonnementskosten van dag-, week- en maandbladen;

    h. kosten van aanschaf van een pc, tablet of telefoon.

     

  • 2.

    De kostensoorten zoals genoemd in lid 1 zijn niet limitatief. Ook andere kosten kunnen naar oordeel van Burgemeester en Wethouders worden aangemerkt als onder deze regeling te vallen.

Artikel 4 Aanvraagprocedure

  • 1.

    De aanvraag voor een bijdrage genoemd in deze verordening dient te worden ingediend door middel van een door het college beschikbaar gesteld formulier. Het college bepaalt bij nadere regeling wanneer een bijdrage ambtshalve kan worden verstrekt.

     

  • 2.

    Op aanvragen in het kader van deze verordening wordt volgens de regels van de Algemene wet bestuursrecht beschikt. Tegen besluiten genomen in het kader van deze verordening is bezwaar en beroep mogelijk.

     

  • 3.

    De aanvraag voor een bepaald kalenderjaar dient uiterlijk voor 1 januari van het daaropvolgend jaar te zijn ingediend.

     

Artikel 5 Bewijsstukken

  • 1.

    De aanvrager dient bewijsstukken te overleggen waaruit blijkt dat de aanvrager beschikt over een laag inkomen.

     

  • 2.

    Bij de aanvraag worden geen bewijsstukken van de gemaakte kosten meegezonden. De aanvrager bewaart deze bewijsstukken zelf ten behoeve van een eventuele steekproef.

     

  • 3.

    De bewijsstukken dienen tot een jaar na het verstrijken van de in artikel 4 lid 3 genoemde uiterste indieningstermijn bewaard blijven.

     

  • 4.

    Het college gaat steekproefsgewijs na of de bijdrage besteed is aan het doel waarvoor het is verstrekt. Jaarlijks houdt het college hiervoor een steekproef

     

Artikel 6 Hoogte en uitbetaling bijdrage

Het college bepaalt bij nadere regeling hoe hoog de bijdrage is en op welke manier deze wordt verstrekt. In deze regeling wordt de werking van de webshop Meedoen opgenomen

 

Artikel 7 Onvoorziene omstandigheden

Het college beslist in gevallen waarin deze verordening niet voorziet.

 

Artikel 8 Terugvordering

Wanneer niet alle bewijsstukken kunnen worden overlegd kan het uitgekeerd bedrag geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd.

 

 

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 oktober 2016 onder intrekking van de verordening “Maatschappelijk meedoen in Noordenveld met een laag inkomen”.

 

Artikel 9a Overgangsbepalingen

  • 1.

    Inwoners die in 2016 al een beroep hebben gedaan op een voorziening zoals genoemd in de Verordening maatschappelijk meedoen in Noordenveld met een laag inkomen (geldig tot 1 oktober 2016) geldt dat zij pas per 1 januari 2017 aanspraak kunnen maken op een bijdrage voor kostensoorten conform deze verordening.

     

  • 2.

    Voor inwoners die tot 1 januari 2017 in aanmerking kwamen voor de vrijwilligerspremie zoals bedoeld in artikel 6 van de Verordening maatschappelijk meedoen in Noordenveld met een laag inkomen geldt afzonderlijk overgangsrecht. Deze premie wordt met ingang van 1 januari 2017 met 20% per jaar afgebouwd. Het college stelt bij nadere regeling de bedragen voor de afbouw vast.

Artikel 10 Citeertitel

De verordening wordt als volgt aangehaald: “Verordening Meedoen in Noordenveld”.

 

Roden, 7 september 2016

De raad van de gemeente Noordenveld,

K. Smid, voorzitter W.F.C. Damman, griffier

Toelichting per artikel

Algemeen

Het hebben van een laag inkomen mag in Noordenveld geen belemmering zijn voor het maatschappelijk meedoen. Dat geldt in het bijzonder voor inwoners met schoolgaande kinderen. Voor schoolgaande kinderen is meedoen van wezenlijk belang als opstap naar een zelfstandige toekomst. Deze verordening biedt daarom inwoners met een laag inkomen een aantal voorzieningen met een educatief, sociaal, sportief en/of cultureel karakter. Een laag inkomen betekent ook dat er geen beschikking is over aan te merken vermogen (bijvoorbeeld spaargeld boven een bepaald bedrag). De aanvrager moet kunnen aantonen dat de ontvangen bijdrage ook daadwerkelijk besteed is aan het doel van de voorziening. Dit kan door middel van kassabonnetjes en/of kopieën van bankafschriften. Deze bewijsstukken hoeven niet bij de aanvraag te worden ingeleverd, maar pas achteraf wanneer daar op basis van een steekproef om gevraagd wordt.

 

Artikel 1. Begripsomschrijving

Dit artikel legt uit wat de belangrijkste begrippen betekenen die in deze verordening worden gebruikt. Hierbij wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de begripsbepalingen uit de Participatiewet.

 

Steeds wanneer het begrip in de verordening wordt gebruikt heeft het de betekenis zoals in artikel 1 is omschreven.

 

Artikel 2.

Dit artikel geeft aan dat de voorzieningen in deze verordening beschikbaar zijn voor alle inwoners van Noordenveld met een laag inkomen, hun partner en inwonende kind(eren). Een laag inkomen hoeft niet altijd het gevolg te zijn van een uitkering maar kan bijvoorbeeld ook het gevolg zijn van een laag loon uit een dienstbetrekking of van een AOW uitkering met daarnaast geen of onvoldoende pensioen.

Studenten die recht hebben op studiefinanciering (WSF 2000) worden uitgesloten. De reden hiervoor is dat studenten door deelname aan een studie al voldoende participeren in de samenleving en evt. (door een bijbaantje) ook zelf in deze kosten kunnen voorzien.

 

Artikel 3.

Dit artikel geeft aan dat dat de bijdrage is bedoeld als tegemoetkoming in de kosten van sociale participatie en sociaal culturele activiteiten.

 

Artikel 4.

Aanvragen moeten gedaan worden via het daarvoor bestemde aanvraagformulier. Cliënten van de ISD Noordenkwartier ontvangen dit formulier automatisch in het begin van ieder kalenderjaar. Het formulier kan ook op verzoek worden toegezonden. Ook is het mogelijk een afspraak te maken om samen met een medewerker van de gemeente het formulier op het gemeentehuis in te vullen en in te leveren.

Een aanvraag over enig kalenderjaar moet zijn ingediend en ontvangen tijdens het kalenderjaar, uiterlijk op 31 december van het betreffende kalenderjaar.

 

Artikel 5.

Om in aanmerking te komen voor een voorziening moet worden aangetoond dat de aanvrager beschikt over een laag inkomen. Op het aanvraagformulier staat welke bewijsstukken meegestuurd moeten worden.

Bij de aanvraag hoeven geen bewijsstukken te worden meegestuurd zoals kassabonnetjes of kopieën van bankafschriften van de gemaakte kosten. Deze bewijsstukken moeten wel worden bewaard. Op basis van een steekproef kan gevraagd worden deze bewijsstukken te overleggen. Een steekproef kan tot een jaar na het verstrijken van de uiterste aanvraagdatum plaatsvinden.

 

Artikel 6.

Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

 

Artikel 7.

Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

 

Artikel 8.

Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

 

Artikel 9.

Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

 

Artikel 9a.

Vanaf 1 januari 2017 kan geen aanvraag meer worden ingediend voor de vrijwilligerspremie. Inwoners die in 2016 in aanmerking kwamen voor de vrijwilligerspremie hebben recht op een afbouwregeling.

De vrijwilligerspremie wordt, vanaf 1 januari 2017, afgebouwd met 20% (van € 764,00) per jaar. Het college stelt bij nadere regels de bedragen voor de afbouw vast. Het toekennen van eventuele premies op grond van de Participatiewet is aan de Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier.

 

Artikel 10.

Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.