Organisatie | De Fryske Marren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Inwonersinitiatieven |
Citeertitel | Subsidieregeling Inwonersinitiatieven |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-09-2016 | 01-07-2017 | nieuwe regeling | 31-08-2016 | 194028148 |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Kwetsbaren: inwoners met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking, met een stoornis uit het autistische spectrum, met een chronische aandoening, een vroegtijdig schoolverlater, mensen met een laag inkomen en werkzoekenden, kinderen en/of jongeren die geïndiceerde jeugdzorg ontvangen, mensen die eenzaam zijn.
Hoofdstuk 2. Initiatieven van inwoners
Artikel 3. Activiteiten ‘Initiatieven van inwoners’
Subsidie kan uitsluitend verstrekt worden voor het opstarten van activiteiten:
Artikel 3a. Activiteiten ‘Initiatieven sport en bewegen’
Subsidie kan uitsluitend verstrekt worden voor het opstarten van sport- en beweeginitiatieven die:
De subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan vrijwilligersinitiatieven van georganiseerde en ongeorganiseerde inwoners.
Artikel 5. Berekening van de subsidie
De subsidie bedraagt een bijdrage in de kosten voor activiteiten met een maatschappelijk belang en de organisatiekosten die direct verbonden zijn aan de gesubsidieerde activiteiten.
In afwijking van artikel 6, derde lid van de Algemene Subsidieverordening De Friese Meren hoeft een rechtspersoon bij de eerste maal subsidie aanvragen geen exemplaar van de oprichtingsakte, de statuten, alsmede het jaarverslag, de jaarrekening en de balans van het voorgaande jaar toe te voegen aan de aanvraag.
Onder verwijzing naar artikel 7, derde lid van de Algemene Subsidieverordening De Friese Meren, wordt een aanvraag voor een inwonersinitiatief 6 weken voor de start van de activiteit ingediend.
Onder verwijzing naar artikel 8, derde lid van de Algemene Subsidieverordening De Friese Meren, beslissen burgemeester en wethouders op een aanvraag om subsidie als bedoeld in artikel 3, uiterlijk 6 weken nadat de volledige aanvraag is ingediend en het gesprek heeft plaatsgevonden.
Artikel 9. Aanvullende weigeringsgronden
Overeenkomstig artikel 9, tweede lid, aanhef en onder g, van de Algemene Subsidieverordening De Friese Meren 2014 en als aanvulling op artikel 4 van de subsidieregeling Algemeen subsidiekader De Fryske Marren, zijn onderstaande aanvullende weigeringsgronden van toepassing:
a.het college weigert subsidieverlening wanneer het initiatief bestaat uit het organiseren van een dorps- of (buurt)feest, borrel, optocht, braderie, barbecue of daarmee gelijk te stellen activiteit.
Hoofdstuk 3. Projectinitiatieven stads-, dorps- en wijkbelangen en dorpshuizen
Een bijdrage in de projecten, als bedoeld in artikel 11, lid 1, wordt verstrekt aan de besturen van stads-, dorps- en wijkbelangen of buurtverenigingen die niet onder een plaatselijk belang vallen, die zich de collectieve belangenbehartiging van stad, dorp, wijk en buurt in de ruimste zin van het woord ten doel stellen.
Artikel 16. Aanvullende weigeringsgronden
Overeenkomstig artikel 9, tweede lid, aanhef en onder g, van de Algemene Subsidieverordening De Friese Meren 2014 en als aanvulling op artikel 4 van de subsidieregeling Algemeen subsidiekader De Fryske Marren onderstaande aanvullende weigeringsgronden van toepassing:
Artikel 17. Bijzondere bepalingen en verplichtingen
Om voor een bijdrage in aanmerking te komen dient een aanvrager aan de volgende criteria te voldoen:
de aanvraag mag niet strijdig zijn met (toekomstig) gemeentelijk beleid en of wetgeving. De bijdragen voor projecten worden primair getoetst aan bestaand beleid en budget. Past het binnen het beleid en kan er geen beroep gedaan worden op het bestaande budget, dan kan de aanvraag vanuit bijdrage projecten gefinancierd worden.
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van De Fryske Marren op 31 augustus 2016,
de secretaris, de burgemeester,
L.Maarleveld F. Veenstra
Hoofdstuk 2. Initiatieven van inwoners
Artikel 3a. Activiteiten ‘Initiatieven sport en bewegen’
Met betrekking tot lid a ‘samenwerken, samenvoegen, opstarten en verbinden tussen organisaties stimuleren’ gaat het om activiteiten gericht op samenwerking, samenvoegen en verbinden met en tussen sport- en beweegorganisaties, met en tussen scholen, met en tussen kinderopvangorganisaties, met en tussen het sociaal wijkteam. Het gaat hierbij ook om opstartkosten zoals bijvoorbeeld de kosten voor inschrijving Kamer van Koophandel, notariële oprichtingsakten en statuten.
Het uitgangspunt is door inwoners en voor inwoners. Inwonersgroepen hoeven geen stichtingen of verenigingen te zijn.
Hoofdstuk 3. Initiatieven van stads-, dorps- en wijkbelangen en dorpshuizen
Ten aanzien van de toekenning bijdrage projecten in de gemeente worden er twee mogelijkheden onderscheiden, te weten:
Stads-, dorps of wijkbelang voert uit. In een stads-, dorps- of wijkvisie kunnen investeringen en voorzieningen zijn opgenomen die niet direct in overeenstemming zijn met het gemeentelijk beleid. In die gevallen wordt een afweging gemaakt of de gemeente wil bijdragen in de investering of voorziening. Stads-, dorps- of wijkbelang maakt een plan. Dit plan wordt ingediend bij de gemeente met het verzoek om een bijdrage uit het projectenbudget.
De gemeente voert uit. Investeringen en voorzieningen in de openbare ruimte zullen in bijzondere gevallen door de gemeente zelf worden uitgevoerd. Stads-, dorps- en wijkbelang maakt een plan met een verzoek aan de gemeente om een bijdrage projecten. De gemeente kan hierbij ondersteuning verlenen. Daarbij kunnen afspraken gemaakt worden over de uitvoering en de eventuele inzet van stads- dorps- of wijkbelang in de vorm van geld en/of vrijwilligers.
Artikel 13. Hoogte van de subsidie
De gemeente gaat uit van maatwerk en per project wordt beoordeeld of er in voldoende mate wordt voorzien van een redelijk eigen financiële bijdrage. Bij goedkeuring wordt de hoogte van de bijdrage bepaald. Bij een eventuele afwijzing van het verzoek verplicht de gemeente zich tot overleg over het plan met stads- dorps of wijkbelang.