Organisatie | Winterswijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de ambtelijke bijstand |
Citeertitel | Verordening op de ambtelijke bijstand |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 33
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-04-2004 | Nieuwe regeling | 15-04-2004 Geen | 2004, nr. IV-5 |
De raad van de gemeente Winterswijk;
overwegende dat de raad bij besluit van 31 oktober 2002, nr. X-13 de “Verordening op de ambtelijke bijstand” heeft vastgesteld;
dat bij de evaluatie van het gemeentelijk dualiseringsproces die op 25 november 2003 door de werkgroep dualisering is gehouden, gebleken is dat er geen draagvlak meer bestaat voor de betalingsregeling als bedoeld in artikel 5 van deze verordening en dat een wijziging van de verordening ter zake van dat onderdeel wenselijk wordt geacht;
gelezen het voorstel van het presidium van 31 maart 2004;
gelet op artikel 33 derde lid van de Gemeentewet;
de hiervoor genoemde verordening zodanig te wijzigen dat deze na wijziging luidt als volgt:
De bijstand, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt verleend door de griffier of een medewerker van de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend kan de griffier de secretaris verzoeken, één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.
De gevraagde bijstand wordt als regel bij voorrang verleend. Indien het gaat om een verzoek dat een omvangrijke inzet van één of meer ambtenaren vraagt en dat niet tijdig kan worden ingepast in de planning van het betrokken organisatieonderdeel, deelt de secretaris dit mee aan de griffier onder opgave van redenen. De griffier treedt hierover in overleg met het raadslid, dat het verzoek heeft ingediend.
Een ambtenaar verleent op verzoek van de griffier of de secretaris ambtelijke bijstand tenzij: a. het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad; b. dit het belang van de gemeente kan schaden; c. het bijstand, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, betreft en de raadsfractie waartoe het raadslid behoort of de voorzitter van een raadscommissie het aan hen ingevolge artikel 5, eerste lid, toegekende aantal uren reeds volledig hebben verbruikt.
Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over het verzoek.
Elk raadsfractie heeft per jaar recht op 90 uur ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, voor zover deze wordt verleend door ambtenaren van de reguliere ambtelijke organisatie. Bijstand verleend door de griffier of een medewerker van de griffie is niet aan een maximum aantal uren gebonden.
Elke voorzitter van een raadscommissie heeft per jaar recht op 60 uur ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, voor zover deze wordt verleend door ambtenaren van de reguliere ambtelijke organisatie en deze bijstand strekt ten behoeve van het uitoefenen van het voorzitterschap van een raadscommissie. Bijstand die door de griffier of een medewerker van de griffie aan commissievoorzitters wordt verleend is niet aan een maximum gebonden.
De secretaris houdt een register van de verleende bijstand als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, bij, waarin per verzoek om bijstand aan de reguliere organisatie wordt opgenomen: a. welk raadslid c.q. raadsfractie om bijstand heeft verzocht; b. over welk onderwerp om bijstand is verzocht; c. welke ambtenaar bijstand heeft verleend; d. hoeveel tijd het verlenen van de bijstand heeft gekost; e. de reden waarom een verzoek is geweigerd.
De secretaris verstrekt de desbetreffende portefeuillehouder in het college desgewenst een afschrift van het verzoek uit het register.