Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Aalburg

Wijzigingverordening Sociale Zekerheid 2016 gemeente Aalburg

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAalburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingWijzigingverordening Sociale Zekerheid 2016 gemeente Aalburg
CiteertitelWijzigingsverordening Sociale Zekerheid 2016 gemeente Aalburg
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

participatiewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-09-201601-01-2016nieuwe regeling

26-04-2016

GVOP Gemeenteblad van 9 september 2016

Geen

Tekst van de regeling

Intitulé

Wijzigingsverordening Sociale Zekerheid 2016 gemeente Aalburg

Vastgesteld door de gemeenteraad van Aalburg op 26 april 2016

Artikel I Wijziging Re-integratieverordening Participatiewet 2016, gemeente Aalburg

De Re-integratieverordening Participatiewet 2015, gemeente Aalburg wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Artikel 15 komt te vervallen.

Artikel II Wijziging Afstemmingsverordening sociale zekerheid 2016, gemeente Aalburg

A

Aan artikel 7 onderdeel b wordt na sub 4° een nieuw sub 5° toegevoegd luidende:

5° het niet of onvoldoende nakomen van de medewerkingsplicht als bedoeld in artikel17, tweede lid, van de wet.

 

B

Na artikel 7 wordt een nieuw artikel 7a ingevoegd luidende:

Artikel 7a Gedraging: niet meewerken aan taaltoets

Gedragingen van een belanghebbende waardoor niet wordt voldaan aan het bedoelde in artikel 18b, tweede lid van de wet.

 

C

Onder vernummering van het lid 3 tot lid 4 wordt aan artikel 9 een nieuwe lid 3 toegevoegd luidende:

  • 3.

    De verlaging, bij gedragingen als bedoeld in artikel 7a wordt vastgesteld op:

    • a.

      20% bij de eerste keer niet verschijnen bij het afnemen van de toets;

    • b.

      40% bij de tweede keer niet verschijnen bij het afnemen van de toets;

    • c.

      100% bij alle volgende keren niet verschijnen bij het afnemen van de toets.

D

In artikel 15 wordt in elk van de leden 1, 2, 3 en 4 na “artikel 18, vierde lid, van de wet”toegevoegd: “ of artikel 18b, van de wet”

Artikel III Slotbepalingen

A

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2016.

 

B

Deze verordening wordt aangehaald als: Wijzigingsverordening Sociale Zekerheid 2016, gemeente Aalburg.

Toelichting Wijzigingsverordening Sociale Zekerheid 2016

Algemene toelichting

Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. De Participatiewet is de opvolger van de Wet Werk en Bijstand (WWB). Evenals in de WWB wordt in de Participatiewet de opdracht aan de gemeenteraad gegeven om een aantal onderdelen bij verordening te regelen. In de raadsvergadering van 23 december 2014 heeft de gemeenteraad de verschillende verordeningen in het kader van de Participatiewet vastgesteld.

Als gevolg van een aantal wetten dat op 1 januari 2016 in werking is getreden, is de Participatiewet op een aantal onderdelen gewijzigd. De wet harmonisatie van instrumenten ter bevordering van arbeidsdeelname van arbeidsbeperkten (Staatsblad547 d.d. 30 december 2015) en de Verzamelwet SZW 2016 (Staatsblad 464 d.d. 10 december 2015) wijzigen een aantal wetten waaronder de Participatiewet. Een andere wet die op 1 januari 2016 in werking is getreden is de Wet Taaleis Participatiewet

(Staatsblad 136 d.d. 8 april 2015). Deze wet voegt beheersing van de Nederlandse taal als extra verplichting toe aan de Participatiewet.

Deze wetswijzigingen maken het noodzakelijk om in een aantal verordeningen wijzigingen aan te brengen. Met deze wijzigingsverordening worden wijzigingenaangebracht in de Re-integratieverordening en de Afstemmingsverordening.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I Wijziging Re-integratieverordening Participatiewet 2015

A

In artikel 15 van de Re-integratieverordening zijn regels opgenomen over de No- Riskpolis voor een werkgever die een persoon, die tot de doelgroep banenafspraak behoort, een arbeidsovereenkomst geeft. Op 1 januari 2016 is de wet “harmonisatie van instrumenten ter bevordering van arbeidsdeelname van arbeidsbeperkten” in werking getreden. Een van de onderdelen van deze wet is de invoering van een uniformelandelijke No-Riskpolis ten behoeve van personen met een arbeidsbeperking. Deze uniforme landelijke No-Riskpolis wordt uitgevoerd door het Uitvoeringsinstituutwerknemersverzekeringen (UWV).

Gelet op het feit dat er dus vanaf 1 januari 2016 sprake is van een landelijk No-Riskpolis, hoeft dit niet meer in een gemeentelijke verordening geregeld te worden. Artikel 15 van de verordening kan dan ook vervallen.

Artikel II Wijziging Afstemmingsverordening sociale zekerheid 2015, gemeente Aalburg

A

Op grond van artikel 17, lid 2, van de wet, is de belanghebbende verplicht om het college desgevraagd de medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van deze wet, waaronder in ieder geval wordt verstaan het verlenen van medewerking aan een oproep om op een bepaalde plaats en tijd te verschijnen in verband met zijn arbeidsinschakeling.

Met de toevoeging van sub 5° aan artikel 7, onderdeel b, van deze verordening wordt ook op andere wijze het niet verlenen van medewerking nog expliciet opgenomen als gedraging die tot een verlaging van de uitkering kan leiden.

 

B en C

Op 1 januari 2016 is de Wet Taaleis Participatiewet ingevoerd. Door de invoering van deze wet is een nieuw artikel 18b toegevoegd aan de Participatiewet. In dit artikel 18b is bepaald dat het college de bijstand verlaagt indien naar zijn oordeel een redelijk vermoeden bestaat dat belanghebbende niet of niet in voldoende mate de Nederlandse taal beheerst, noodzakelijk voor het naar vermogen verkrijgen, aanvaarden en het behouden van algemeen geaccepteerde arbeid. Indien betrokkene niet voldoende kan aantonen dat hij de Nederlandse taal in voldoende mate beheerst, dan neemt het college een toets af om dit niveau vast te kunnen stellen.

Indien uit de toets blijkt dat belanghebbende de Nederlandse taal niet of niet voldoende beheerst dan verlaagt het college de bijstand. Van deze verlaging wordt afgezien als belanghebbende zich bereid heeft verklaard om aan te vangen met het verwerven van de vaardigheden in de Nederlandse taal.

In de leden 9 tot en met 11 van artikel 18b van de Participatiewet is de hoogte van de verlaging vastgesteld die het college dient toe te passen bij het niet voldoen aan de taaleis. Deze verlaging is in eerste instantie 20% van de bijstandsnorm gedurende zes maanden, in tweede instantie 40% van de bijstandsnorm gedurende zes maanden en in derde instantie 100% van de bijstandsnorm voor onbepaalde tijd.

De verlaging die wordt toegepast als betrokkene niet aan de taaleis voldoet en geen bereidheid heeft om het vereiste taalniveau te verwerven is geregeld in de wet. In de wet is echter niet opgenomen welke verlaging toegepast moet worden als betrokkene niet meewerkt aan het afleggen van een taaltoets. Deze taaltoets is noodzakelijk om vast te stellen of betrokkene het taalniveau wel of niet heeft. Alleen wanneer op basis van een taaltoets is vastgesteld dat betrokkene het vereiste taalniveau niet heeft, kan een even- tuele verlaging op grond van artikel 18b van de wet plaatsvinden.

Om te voorkomen dat belanghebbende, die niet de bereidheid heeft om aan zijn taalniveau te werken, door het niet meewerken aan de taaltoets kan ontkomen aan een verlaging van de bijstand wordt als eerste stap in de afstemmingsverordening een nieuw artikel 7a toegevoegd. In dit artikel 7a wordt expliciet bepaald dat het niet meewerken aan de taaltoets een gedraging is die kan leiden tot een verlaging van de bijstand.

De tweede stap wordt gezet door een nieuw derde lid toe te voegen aan artikel 9 van de afstemmingsverordening. Hierin wordt bepaald wat de verlaging van de uitkering is,

indien niet meegewerkt wordt aan het afleggen van de taaltoets. Voor wat betreft de hoogte van deze afstemming is aansluiting gezocht bij de bepalingen van artikel 18b van de wet. Dit betekent dat de uitkering de eerste keer wordt verlaagd met 20%, de tweede

keer met 40% en volgende keren met 100%. De periode van de verlaging wordt steeds vastgesteld op een maand.

 

D

In artikel 15 van de afstemmingsverordening wordt geregeld op welke wijze een verlaging wordt opgelegd indien er sprake is van een samenloop van gedragingen. Omdat er met de Wet taaleis Participatiewet een nieuw artikel 18b aan de wet is toegevoegd, waarin een verlaging geregeld wordt, is het noodzakelijk om ook artikel 18b te betrekken bij het regelen van samenloopgevallen. Om deze reden wordt aan elk lid van artikel 15 van deze verordening “artikel 18b, van de wet,” toegevoegd.

Artikel III Slotbepalingen

A

In dit onderdeel wordt geregeld dat deze wijzigingsverordening de dag na bekendmaking in werking treedt. Omdat de wetswijzigingen die aanleiding zijn voor deze wijzigingsverordening op 1 januari 2016 in werking zijn getreden is het van belang om de bepalingen terugwerkende kracht te geven tot 1 januari 2016.

 

B

Dit onderdeel behoeft geen nadere toelichting.