Subsidieregeling Amsterdamse Scholenbeurs mbo

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

• In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

• a.

  Aanvrager: College van Bestuur van een mbo-instelling;

• b.

  ASA 2013: Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013;

• c.

  College: College van Burgemeester en Wethouders;

• d.

  Leraar: Volgens de Wet op de beroepen in het onderwijs (wet BIO) bevoegde leraar werkzaam op een mbo-instelling in Amsterdam met een aanstelling van minimaal 0,4 fte;

• e.

  MBO-Agenda: Het gemeentelijk beleidskader voor het middelbaar beroepsonderwijs in Amsterdam;

• f.

  Mbo-instelling: Rijksbekostigde instelling voor middelbaar beroepsonderwijs, voor zover het een locatie betreft in de gemeente Amsterdam;

• g.

  Persoonsgegevens: Naam, geboortedatum, geslacht;

• h.

  Schooljaar: De periode die loopt van 1 augustus van enig kalenderjaar tot en met 31 juli van het daarop volgende kalenderjaar;

• i.

  Team: Een onderwijsteam als een afzonderlijke eenheid bestaande uit een groep leraren onder leiding van een teamleider of programmamanager, met verantwoordelijkheid voor het onderwijs van een aantal (meestal verwante) opleidingen.

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3 Doel subsidieregeling

Het doel van de subsidieregeling is het ondersteunen van mbo-instellingen bij de verbetering van het onderwijs door het stimuleren van de professionele ontwikkeling van hun teams onder meer door het vergroten of up-to-date houden van hun vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogische kennis en bekwaamheid.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten en hoogte van de subsidie

• 1.

  Het college kan een eenmalige subsidie van maximaal € 50.000,- verlenen als bijdrage in de kosten verbonden aan de uitvoering van een of meerdere activiteiten gericht op het verbeteren van de bekwaamheid van een team, welke activiteiten een impuls moeten geven aan onderwijs- en teamontwikkeling. Deze bijdrage bedraagt ten hoogste 75% van de totale kosten van de te subsidiëren activiteiten. De overige 25% van de kosten worden middels cofinanciering door het schoolbestuur betaald.

• 2.

  Indien de gesubsidieerde activiteit binnen de reguliere werktijd van een of meerdere betrokken leraren plaatsvindt, kunnen de in het eerste lid genoemde subsidiebedragen tevens worden ingezet voor de vervanging van die leraren, de vervangingskosten mogen maximaal € 50,- per uur per leraar bedragen.

Artikel 5 Subsidieplafond

• 1.

  Het college stelt voor de subsidieregeling Amsterdamse Scholenbeurs mbo voor het mbo per schooljaar een subsidieplafond vast.

• 2.

  Indien de hoogte van het plafond onvoldoende toereikend is om alle aanvragen te honoreren, komen de aanvragen voor teams die nog niet eerder een scholenbeurs hebben ontvangen als eerste in aanmerking, met dien verstande dat iedere mbo-instelling die een aanvraag heeft ingediend ten minste in aanmerking komt voor een scholenbeurs voor een van zijn teams.

• 3.

  Indien daarna nog budget binnen het subsidieplafond resteert, komen tevens de aanvragen in aanmerking, die al eerder een subsidie op grond van deze regeling hebben ontvangen.

• 4.

  Voor de twee afzonderlijke categorieën aanvragers genoemd onder 2 en 3 geldt dat deze in volgorde van ontvangst in behandeling worden genomen.

Artikel 6 De aanvrager

Een subsidie voor de Amsterdamse Scholenbeurs voor het mbo kan uitsluitend worden aangevraagd door het College van Bestuur van een mbo-instelling voor een team dat onderwijs verzorgt op een locatie in Amsterdam.

Artikel 7 Aanvraagtermijn en aanvang behandeltermijn  eenmalige subsidies

• 1.

  Een subsidieaanvraag kan worden ingediend in de periode lopende van 14 maart tot en met 22 april voorafgaand aan het schooljaar als bedoeld in artikel 5 van deze subsidieregeling.

• 2.

  De beslistermijn als bedoeld in artikel 8, tweede lid, van de ASA 2013 neemt een aanvang een dag na afloop van de indieningstermijn als genoemd in het eerste lid. 

Artikel 8 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

• 1.

  In aanvulling op van artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 worden de volgende gegevens verstrekt bij de aanvraag van een Amsterdamse scholenbeurs mbo:

  • a.

    de persoonsgegevens van de medewerkers die deel uitmaken van het team voor wie een beurs wordt aangevraagd;

  • b.

    de omvang van de aanstelling van de medewerkers die deel uitmaken van het team;

  • c.

    of het een eerste of een tweede aanvraag betreft;

  • d.

    de door het team gestelde ontwikkeldoelen in het kader van de eigen professionalisering en bekwaamheid;

  • e.

    de beoogde activiteiten die het team wil ondernemen om deze ontwikkeldoelen te realiseren en hoe deze activiteiten daar aan bijdragen;

  • f.

    een overzicht van de totale kosten verbonden aan de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten en welk percentage hiervan door de instellingen zelf wordt vergoed (minimaal 25 procent);

  • g.

    op welke wijze het team na het uitvoeren van de activiteiten evalueert of de gestelde ontwikkeldoelen zijn bereikt en hoe dit binnen de eigen mbo-instelling en evt. met andere mbo-instellingen wordt gedeeld.

Artikel 9 Weigeringsgronden

• In aanvulling op artikel 9, tweede lid, van de ASA 2013 kan het college geheel of gedeeltelijk weigeren een subsidie te verlenen als:

• a.

  de te subsidiëren activiteiten onvoldoende samenhangen met de beoogde ontwikkeldoelen zoals genoemd onder artikel 8;

• b.

  indien een aanvraag betrekking heeft op het aanschaffen van roerende zaken, leermiddelen en aanpassingen aan de onderwijshuisvesting.

Artikel 10 Aanvullende verplichtingen

• Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

• a.

  de aanvrager draagt minimaal 25 procent van de totale kosten verbonden aan de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten zelf bij;

• b.

  de aanvrager draagt er zorg voor dat de leraren waarvoor subsidie wordt ontvangen meewerken aan een inhoudelijk onderzoek door de gemeente Amsterdam ten behoeve van evaluatie en monitoring;

• c.

  de aanvrager is bereid om de ervaringen en ontwikkelde producten in het kader van professionalisering van leraren van de onder zijn gezag vallende teams waarvoor subsidie wordt ontvangen ter beschikking te stellen aan andere teams binnen en buiten de eigen mbo-instelling;

• d.

  indien voor de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten gebruik wordt gemaakt van een externe deskundige, dan mogen de kosten die hieraan verbonden zijn niet meer bedragen dan €125,- per uur.

Artikel 11 Aanvraag en Verantwoording

In aanvulling op artikel 14 van de ASA 2013 verstrekt de aanvrager in het kader van de aanvraag om vaststelling van de subsidie informatie waaruit blijkt hoeveel de aanvrager zelf heeft bijgedragen aan de kosten verbonden aan de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten.

Artikel 12 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Amsterdamse Scholenbeurs mbo.