Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Projectplannen MBO-Agenda |
Citeertitel | Subsidieregeling Projectplannen MBO-Agenda |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Financiën |
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Gemeenteblad 2016, afd. 3B, nr. 20
Onbekend.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-02-2016 | nieuwe regeling | 02-02-2016 Gemeenteblad 2016, afd. 3B, nr. 20 | Gemeenteblad 2016, afd. 3B, nr. 20 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 - Begripsomschrijvingen
Adviescommissie: Bestuurlijk overleg MBO-Agenda waaraan deelnemen wethouder onderwijs en afgevaardigden van het College van Bestuur van de vier mbo-instellingen en die het college van burgemeester en wethouders adviseert over de besluitvorming betreffende de subsidieaanvragen op grond van deze subsidieregeling
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Het college stelt voor de activiteiten, die volgens deze subsidieregeling voor subsidie in aanmerking komen voor het tijdvak dat loopt van 1 augustus 2016 tot en met 31 juli 2019, per schooljaar een subsidieplafond vast.
Subsidie kan worden aangevraagd door het College van Bestuur van een mbo-instelling of door het bestuur van het samenwerkingsverband VO.
Artikel 9 Aanvraagtermijn eenmalige subsidie
De subsidieaanvraag moet uiterlijk 1 april voorafgaande aan het te subsidiëren schooljaar worden ingediend bij het College.
Deze subsidieregeling is onderdeel van de Amsterdamse MBO-Agenda. De gemeente verstrekt subsidie aan middelbaar beroepsonderwijs (mbo-)instellingen voor projecten die passen binnen de ambities van de MBO-Agenda.
De MBO-Agenda is tot stand gekomen na intensieve dialoog met de vijf mbo-instellingen in de stad, docenten, studenten, onderwijsexperts en vertegenwoordigers van het regionale bedrijfsleven.
Met de MBO-Agenda zet de gemeente met een set van maatregelen in op het versterken van het middelbaar beroepsonderwijs, zodat alle jongeren die een mbo-opleiding volgen in Amsterdam goed onderwijs krijgen. Onderwijs dat hen uitdaagt hun talenten te ontwikkelen en ervoor zorgt dat ze als vakmensen op de arbeidsmarkt gewaardeerd worden.
1. De kwaliteit van het middelbaar beroepsonderwijs is goed
Het middelbaar beroepsonderwijs in Amsterdam is van goede kwaliteit, er werken bevoegde en competente docenten met veel kennis van de beroepspraktijk. Jongeren worden op elk niveau uitgedaagd en gestimuleerd het beste uit zichzelf te halen.
2. Elke jongere doorloopt met succes de schoolloopbaan
Jongeren krijgen in het voorgezet onderwijs de ruimte om een goede keuze voor een vervolgopleiding in het mbo te maken. Wat kan ik (capaciteiten) en wat wil ik (motivatie) staan hierbij centraal. Het onderwijs sluit aan bij de persoonlijkheidsontwikkeling die jongeren doormaken, maar ook op hun specifieke ondersteuningsbehoefte. Het onderwijs is interessant en uitdagend. Jongeren gaan graag naar school.
3. Het middelbaar beroepsonderwijs sluit goed aan op de (regionale) arbeidsmarkt
Jongeren oriënteren zich goed op de arbeidsmarkt, beheersen werknemersvaardigheden en zijn in staat een sollicitatieprocedure goed te doorlopen. Er zijn voldoende stage- en leerwerkplekken van goede kwaliteit. De onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven weten elkaar goed te vinden als het gaat om arbeidsmarktrelevant opleiden.
Deze subsidieregeling voorziet in subsidieverlening voor activiteiten die vallen onder ambitie 2 en 3. Voor het realiseren van ambitie 1 kunnen leraren en scholen een aanvraag voor een subsidie doen voor de speciale voor het mbo opengestelde Amsterdamse lerarenbeurs en scholenbeurs.
Artikel 8 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
Ad lid 1.b. In de aanvraag moet uitgelegd worden waarom specifiek voor dit project wordt gekozen, bijvoorbeeld tijdelijk extra impuls in aanvulling op het kwaliteitsplan van de instelling.
Ad lid 1.c. Onder meetbare resultaten worden zowel kwalitatieve als kwantitatieve resultaten verstaan. Hierbij valt voor kwantitatieve resultaten te denken aan bijvoorbeeld het aantal jongeren dat het project betreft, afname aantal verzuimmeldingen, afname percentage of aantal vsv'ers, aantal extra stageplekken.
Ad lid 1.d. Hiermee wordt bedoeld dat het plan realistisch is, bijvoorbeeld qua planning, maar ook qua ambities en financiën..
Ad lid 1.e. Met borging en duurzaamheid wordt bedoeld de continuering van de activiteit door de instelling zonder extra (gemeentelijke) middelen. Indien de activiteit succesvol is, zorgt de instelling ervoor dat dit in de organisatie gaat landen.