Organisatie | Fryslân |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Openstellingsbesluit |
Citeertitel | Openstellingsbesluit |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp | subsidie, plattelandsontwikkeling |
Geen
Subsidieregeling Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP3) Fryslân 2014-2020, art. 1.3
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-06-2016 | Nieuwe regeling | 24-05-2016 | GS-voorstel 1313794 (H3) |
Artikel 3 Subsidiabele activiteit
Subsidie kan worden verstrekt voor de verbetering van de verkavelingsstructuur van landbouwbedrijven.
Onverminderd het bepaalde in de artikelen 1.8 van de Regeling wordt subsidie geweigerd indien:
Artikel 8 Niet-subsidiabele kosten
Onverminderd het bepaalde in artikel 1.13 van de Regeling komen de volgende kosten niet in aanmerking voor subsidie:
De subsidie bedraagt 40% van de subsidiabele kosten van investeringen ten behoeve van een betere bereikbaarheid en bewerkbaarheid van kavels, zoals benoemd in artikel 6, eerste lid, onder c, samenhangend met de ruiling van gronden en waarvan de betreffende agrarische ondernemer voordeel geniet, met een maximum van € 600,- per toegedeelde hectare.
Artikel 10 Selectiecriteria, weging en selectie
Artikel 3 Subsidiabele activiteitDeze maatregel is gericht op investeringen in het landelijk gebied die bijdragen aan de verbetering van de verkaveling van de landbouwbedrijven en de daarbij behorende toegankelijkheid, bodemgesteldheid, waterhuishouding. Het gaat daarbij om de volgende concrete acties: a) projecten gericht op draagvlakontwikkeling, inhuur van kavelruil-coördinatoren en andere experts, opstellen en uitvoeren van verkavelingsplannen en verkavelingsprocedures, vacatiegelden voor gebiedscommissies, kadaster- en notariskosten, projectmanagement.
In verband met de verbetering van de verkavelingsstructuur van landbouwbedrijven: b) investeringen om kavels beter bewerkbaar en bereikbaar te maken zoals: graven en dempen van sloten, met elkaar verbinden van percelen, aanpassen van drainage, aanleg of verbetering van dammen en kavelpaden, aanpassen van het wegenstelsel, aanpassen van de waterhuishouding.
Artikel 4 Aanvrager In de Regeling is een grote groep mogelijke aanvragers opgenomen. In het openstellingsbesluit hebben we dit beperkt tot landbouwers, grondeigenaren, pachters en de provincie (en provinciaal gemachtigde uitvoeringsorganisaties en organen, zoals het projectbureau Kavelruil foar Fryslân). Daarnaast is de ondergrens voor het indienen van een aanvraag is op € 200.000 gezet. Dit omdat de uitvoeringskosten van (kleine) kavelruilen te hoog zijn.
Artikel 5 Weigeringsgronden Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie moeten minimaal 5 punten worden behaald. Bij de mate waarin de investering bijdraagt aan de beleidsdoelen, is het minimaal nodig dat op één van de drie onderdelen landbouw, natuur, of water, minimaal 2 punten wordt gescoord of op twee van de drie onderdelen minimaal 1 punt per onderdeel (samen minimaal 2 punten). Voor kosteneffectiviteit moeten minimaal 3 punten worden behaald. Dit staat gelijk met dat de gemiddelde proces- en procedurekosten per toegedeelde hectare lager zijn dan € 1.000,-.
Artikel 10 Selectiecriteria, weging en selectieGedeputeerde Staten hanteren voor de beoordeling en rangschikking van de subsidie-aanvragen een puntenscoring. Aanvragen worden beoordeeld op kosteneffectiviteit en de mate waarin de maatregelen bijdragen aan de doelen zoals genoemd in Foarútbuorkje II, de Landbouaginda 2014-2010. Kosteneffectiviteit draagt bij aan een zo goed als mogelijk gebruik en doelbereik van de financiële middelen. Als de investering bijdraagt aan meerdere beleidsdoelen, kunnen hier ook meerdere punten gehaald worden.
Artikel 10, lid 2 AdviescommissieGedeputeerde staten stellen een adviescommissie in voor de beoordeling van de projecten. De Adviescommissie stelt een prioriteitenlijst op middels een rangschikking door het toekennen van punten aan de hand van in artikel 11 genoemde wegings- en selectiecriteria. Deze commissie zal worden samengesteld uit twee deskundigen van de provincie Groningen, twee van de provincie Drenthe en twee van de provincie Fryslân. De deskundigen van de provincies Groningen en Drenthe zullen de projecten binnen de provincie Fryslân beoordelen. Dit moet een onafhankelijke, gelijke en transparante behandeling van de aanvragen garanderen.