Organisatie | Lelystad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad houdende regels omtrent stedelijke vernieuwing Subsidieregeling Stedelijke Vernieuwing op Uitnodiging |
Citeertitel | Subsidieregeling Stedelijke Vernieuwing op Uitnodiging |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-07-2016 | 12-10-2017 | nieuwe regeling | 12-07-2016 | 160011047 |
Artikel 1. Begripsomschrijving
-Prioritaire wijk: onder prioritaire wijken verstaat het college een 70-80er jaren wijk in de gemeente Lelystad, waaronder in ieder geval wordt begrepen de Atol- en Zuiderzeewijk.
Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.
Artikel 4. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen.
De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van het initiatief ter verbetering van de fysieke leefbaarheid in de prioritaire wijk in de gemeente Lelystad.
Artikel 6. Wijze van verdeling budget
Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Indien een onvolledige aanvraag is ingediend, wordt de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een redelijke hersteltermijn geboden om de aanvraag te completeren. Wordt binnen de hersteltermijn het gevraagde niet aangeleverd, dan wordt de aanvraag niet in behandeling genomen;
Artikel 7. Aanvullende weigeringsgronden
Een aanvrager komt niet in aanmerking voor subsidie indien:
Het college kan deze (bepalingen van deze) subsidieregeling, met uitzondering van de artikelen 1 tot en met 3 buiten toepassing laten, indien naar het oordeel van het college in bijzondere individuele gevallen de toepassing van een artikel uit deze verordening leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard;