Organisatie | Heerlen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beheersverordening snipperlocaties |
Citeertitel | Regels van de beheersverordening 'Snipperlocaties |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikel 3.38 van de Wet ruimtelijke ordening
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-01-2014 | Nieuwe regeling | 07-01-2014 Gemeenteblad 2016, nr. | BWV-13000552 |
de beheersverordening 'Snipperlocaties' van de gemeente Heerlen;
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels als vervat in NL.IMRO.0917.BH050800W000001-0401
de uitoefening van een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend en waarbij de woonfunctie in overwegende mate wordt behouden, waaronder niet begrepen de uitoefening van detailhandel of consumentverzorgende bedrijfsactiviteiten;
een gebouw – een zogenoemd bijbehorend bouwwerk – dat is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
een woning die deel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit twee of meerdere grondgebonden woningen;
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren;
een bouwvlak voor een agrarisch bedrijf;
een gebied bedoeld voor agrarisch gebruik en het behoud of herstel van de aldaar voorkomende dan wel de ontwikkeling van natuurlijke of landschappelijke waarden inclusief ontsluitingswegen ten behoeve van aanliggende percelen, alsmede voor extensieve dagrecreatieve waarden;
Het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, met inbegrip van recreatief medegebruik van de onbebouwde gronden;
1.10 ambachtelijke bedrijvigheid
het bedrijfsmatig, geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen en het installeren van goederen die verband houden met het ambacht;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een in dit plan aangegeven percentage, dat de omvang van het deel van een bouwperceel, bouwvlak of besluitvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren, inzamelen en verhandelen van goederen, uitgezonderd detailhandel;
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
1.15 bedrijfswoning/dienstwoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
een bouwlaag geen verdieping zijnde;
het object besluitsubvlak is een gebied, geometrisch vastgelegd binnen een object besluitgebied, met een inhoudelijke relatie met een of meer bovenliggende geometrisch vastgelegde objecten besluitvlak of andere objecten besluitsubvlak en heeft geen direct inhoudelijke relatie met het hele werkingsgebied van het gebiedsbesluit (het object besluitgebied).
de grens van een besluitsubvlak, indien het een vlak betreft;
het object besluitvlak is een gebied, geometrisch vastgelegd binnen een object besluitgebied, dat zelfstandige eigenschappen heeft (bijvoorbeeld daaraan gekoppelde regels).
bebouwing, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan, dan wel zoals die mag worden gebouwd krachtens een vóór dat tijdstip aangevraagde vergunning;
het gebruik van gronden en opstallen, zoals dat werd uitgeoefend ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
een vrijstaand gebouw – een zogenoemd bijbehorend bouwwerk – behorende bij en architectonisch ondergeschikt aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren (of horizontale balklagen) is begrensd en waarvan de lagen een nagenoeg gelijk omvang hebben, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw, dakopbouw en/of zolder;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
1.31 bouwwerk, geen gebouw zijnde
De categorie bouwwerken die niet onder de definitie van "gebouw" valt;
de som van de horizontale vloeroppervlakte van alle tot het gebouw behorende binnenruimte, met inbegrip van de daarbij behorende kantoren, magazijnen, werkplaatsen en overige dienstruimten;
1.33 consumentverzorgend beroep
het beroepsmatig uitoefenen van dienstverlenende of ambachtelijke bedrijvigheid gericht op consumentverzorging geheel of overwegend door middel van handwerk niet zijnde een beroep aan huis, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen kan worden uitgeoefend, waarbij de woonfunctie in overwegende mate wordt gehandhaafd en de ruimtelijke uitwerking of uitstraling in overeenstemming is met die woonfunctie;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
een gedeelte van een gebouw, gesitueerd op de bovenste bouwlaag van een gebouw, met een oppervlakte van maximaal 60% van de oppervlakte van de bovenste bouwlaag;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder mede begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.37 erf- of perceelsafscheiding
fysieke begrenzing van een erf of perceel van een aangrenzend erf, perceel of van de openbare ruimte.
een ondergeschikt uitgebouwd gedeelte (uitbouw) van een woning aan een gevel, in één bouwlaag;
een zelfstandig gebouw bedoeld voor de stalling van auto's;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een woning die onderdeel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit twee hoofdgebouwen;
een perceel, gelegen aan een hoek van twee wegen of het openbaar gebied;
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
Het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf niet zijnde prostitutie, waarbij de volgende onderverdeling wordt gehanteerd:
een horecabedrijf, dat qua exploitatievorm aansluit bij winkelvoorzieningen en waar naast overwegend niet ter plaatse bereide kleinere etenswaren en in hoofdzaak alcoholvrije drank worden verstrekt;
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse genuttigd plegen te worden. Daaronder worden begrepen: cafetaria/snackbar, fastfood-, broodjeszaken en lunchroom, konditorei, ijssalon/ijswinkel, koffie en/of theeschenkerij, afhaalcentrum, eetwinkels, restaurant, kantine alsmede cateringbedrijf;
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van (alcoholische) dranken voor consumptie ter plaatse, alsmede het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse genuttigd plegen te worden, alsmede (in sommige gevallen) de gelegenheid biedt tot dansen. Daaronder worden begrepen: café, bar, grand-café, eetcafé, danscafé, pubs, juice- en healthbar;
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het bieden van vermaak en ontspanning (niet zijnde een recreatieve voorziening) en/of het geven van gelegenheid tot de dansbeoefening, al dan niet met levende muziek en al dan niet met de verstrekking van dranken en kleine etenswaren. Daaronder worden begrepen: discotheek/dancing, nacht-café en een zalencentrum (met nachtvergunning);
een inrichting die geheel of in overwegende mate is gericht op het verstrekken van nachtverblijf. Daaronder worden begrepen: hotel, motel, pension en overige logiesverstrekkers;
persoon of groep personen die een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan; bedrijfsmatige kamerverhuur wordt daaronder niet begrepen;
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van kantooractiviteiten;
activiteiten die in overwegende mate bestaan uit administratieve werkzaamheden, dan wel werkzaamheden die worden uitgevoerd uit hoofde van juridische, bancaire, ontwerptechnische of hiermee vergelijkbare dienstverlenende beroepsgroepen, dan wel werkzaamheden welke verband houden met het doen functioneren van (semi)overheidsinstellingen of hiermee vergelijkbare instellingen;
de volledige of nagenoeg volledige afdekking van een gebouw met een dakhelling van ten minste 15° en ten hoogste 75°;
waarden in landschappelijk-esthetische en geomorfologische zin;
1.50 maatschappelijke voorzieningen
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, religieuze en levensbeschouwelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie, woonzorgcomplex en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening en maatschappelijke dienstverlening;
het snijpunt van twee hellende vlakken;
Een voorziening ten behoeve van het openbaar nut, zoals transformatorhuisjes, schakelhuisjes, duikers, gemaalgebouwtjes en telefooncellen;
een vergunning als bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo);
een bedrijfs- of beroepsmatige activiteit die in ruimtelijk, functioneel en financieel opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de de ingevolge de bestemming toegestane hoofdfunctie;
een volledig onder peil gelegen doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding. Bij de beoordeling van de toelaatbaarheid van prostitutie zijn in ieder geval de volgende gebiedstyperingen en omschrijvingen relevant:
een gebied, ten minste bestaande uit 10 of meer aaneengesloten bouwpercelen met daarop woningen en de daarbij behorende ontsluitingswegen en groenvoorzieningen;
een functie op het gebied van openbaar bestuur, dienstverlening van overheidswege, godsdienstuitoefening, verenigingsleven, onderwijs, volksgezondheid en andere culturele of daarmee gelijk te stellen doeleinden;
degene die zich beschikbaar stelt tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen betaling;
een bedrijf waar prostitutie het hoofdbestanddeel van de activiteiten vorm waaronder begrepen een seksclub en een erotische massagesalon;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een (raam)prostitutiebedrijf, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub, een privé-huis of een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin hoofdzakelijk goederen van erotisch-pornografische aard aan particulieren plegen te worden verkocht dan wel verhuurd;
een vorm van prostitutie waarbij degene zich op de openbare weg respectievelijk in de openbare ruimten of in een zich op de openbare weg respectievelijk openbare ruimten bevindend voertuig, beschikbaar stelt tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen betaling;
een vorm van prostitutie waarbij de seksuele dienstverlening plaatsvindt op het woonadres van de prostitué(e) en waarbij ook alleen door deze prostitué(e) op dit adres wordt gewerkt als prostitué(e);
het medegebruik van gronden voor routegebonden recreatieve activiteiten, zoals wandelen, fietsen en ruitersport en plaatsgebonden recreatieve activiteiten zoals sport-visserij, alsmede ten behoeve van ondersteunende voorzieningen zoals uitzicht, rust en informatieplaatsen;
een bouwlaag niet zijnde de begane grond;
de totale oppervlakte van de voor het publiek toegankelijke en zichtbare winkelruimte, inclusief de etalageruimte en de ruimte achter de toonbank;
de totale oppervlakte van hoofdgebouwen en aan- en bijgebouwen op de begane grond;
de naar de openbare weg gerichte gevel van een hoofdgebouw, met dien verstande dat bij hoekbebouwing sprake kan zijn van meerdere voorgevels;
de lijn waarin de voorgevel van een hoofdgebouw is gelegen, alsmede het verlengde daarvan;
de naar de openbare weg gekeerde grens van één of meerdere bouwvlakken, of indien het een bouwvlak betreft met meer dan één naar de weg gekeerde grens, die grenzen die kennelijk als zodanig moeten worden aangemerkt;
één woning bestaande uit één vrijstaand hoofdgebouw;
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
1.68 water en waterhuishoudkundige voorzieningen
al het oppervlaktewater zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen. Alsmede voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten etc.;
alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de wegen liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen;
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
2.2 de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
2.3 de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
2.4 de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
2.5 de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
2.6 de hoogte van een windturbine
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
bij de toepassing van het in de regels bepaalde ten aanzien van het bouwen, meer in het bijzonder bouwhoogte en bouwdiepte, worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, lichtkoepels, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de aangegeven bouwmogelijkheid met niet meer dan 0,50 meter worden overschreden. Voor luifels, erkers en balkons geldt dat de bouwgrens met niet meer dan 1 meter mag worden overschreden;
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag alleen worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
Voor bedrijfswoningen gelden de volgende eisen:
3.2.3 Aanbouwen aan bedrijfswoningen
Voor het bouwen van aanbouwen aan bedrijfswoningen gelden de volgende eisen:
3.2.4 Bijgebouwen bij bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende eisen:
3.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
b.ter plaatse van het besluitsubvlak 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' een verkooppunt voor motorbrandstoffen uitgezonderd lpg is toegestaan.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
Artikel 5 Bedrijf - Garagebedrijf
De voor 'Bedrijf - Garagebedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.een garagebedrijf, inclusief de verkoop van auto's al dan niet met showroom;
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
Voor bedrijfswoningen gelden de volgende eisen:
5.2.3 Aanbouwen aan bedrijfswoningen
Voor het bouwen van aanbouwen aan bedrijfswoningen gelden de volgende eisen:
5.2.4 Bijgebouwen bij bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen gelden de volgende eisen:
5.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Bedrijf - Groeve' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) is uitsluitend de bestaande bebouwing toegestaan.
6.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
Artikel 7 Bedrijf - Mijnindustrie
De voor 'Bedrijf - Mijnindustrie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
Artikel 8 Bedrijf - Nutsvoorziening
a.De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor: voorzieningen van openbaar nut.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
8.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Het is verboden op of in deze gronden te bouwen.
9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
Onder het verboden gebruik en verboden laten gebruiken van gronden en bouwwerken, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder c van de Wabo, wordt tenminste verstaan:
a.het gebruik van de gronden en/of bouwwerken: als staan- of ligplaats voor onderkomens; voor sport-, wedstrijd- of parkeerterreinen;
voor het beproeven van voertuigen, voor de beoefening van de motorsport en de modelvliegsport, voor het houden van wedstrijden met motorrijtuigen, bromfietsen of mountainbikes;
voor het racen of crossen met motorrijtuigen, bromfietsen of mountainbikes;
voor militaire oefeningen, met uitzondering van marsoefeningen waarbij geen gebruik wordt gemaakt van voertuigen;
als staanplaats voor wagens die geschikt en bestemd zijn de uitoefening van handel;
9.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:
9.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden genoemd in 9.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in 9.1 omschreven doeleinden niet onevenredig worden aangetast.
9.4.3 Uitzonderingen op het verbod
Het in 9.4.2 bepaalde is niet van toepassing op:
Artikel 10 Cultuur en ontspanning
De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.het verrichten van activiteiten gericht op cultuur, spel, vermaak en ontspanning;
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
10.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.detailhandel, met uitzondering van supermarkten;
b.ter plaatse van het besluitsubvlak 'wonen' het is toegestaan om te wonen op de verdieping.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn tevens toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Het is verboden op of in deze gronden te bouwen.
12.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Horeca'aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.horeca in de vorm van horeca categorie 2;
b.ter plaatse van het besluitsubvlak 'wonen' het is toegestaan om te wonen op de verdieping.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
b.ter plaatse van het besluitsubvlak 'wonen' het is toegestaan om te wonen op de verdieping.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
14.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.maatschappelijke voorzieningen;
b.ter plaatse van het besluitsubvlak 'zorgboerderij' uitsluitend een zorgboerderij met ondergeschikte detailhandel is toegestaan.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
15.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
16.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
Onder het verboden gebruik en verboden laten gebruiken van gronden en bouwwerken, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder c van de Wabo, wordt tenminste verstaan:
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
17.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende eisen:
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Als gebouwen mogen uitsluitend erkers worden gebouwd. Voor het bouwen van erkers geldende volgende eisen:
18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende eisen:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
c.ter plaatse van het besluitsubvlak 'woonwagenstandplaats' een woonwagenstandplaats is toegestaan.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen, met dien verstande dat maximaal 60% van het bouwperceel mag worden bebouwd mits de volgende oppervlaktes niet worden overschreden:
Oppervlakte bouwperceel Maximaal bebouwbare oppervlakte
750 m2 tot en met 1.000 m2 250 m2
Met inachtneming van het bepaalde in 19.2.1 gelden voor het bouwen van woningen de volgende eisen:
Voor het bouwen van aanbouwen gelden de volgende eisen:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende eisen:
Voor het bouwen van garageboxen gelden de volgende eisen:
Voor het bouwen van erkers geldende volgende eisen:
19.2.7 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende eisen:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 19.2 ten behoeve van:
19.3.2 Voorwaarden uitbreiding woning over twee lagen
Een omgevingsvergunning , zoals bedoeld in 19.3.1, onder a. kan slechts worden verleend indien wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
19.3.3 Voorwaarden sloop en nieuwbouw binnen hetzelfde bouwperceel
Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in 19.3.1, onder b. kan slechts worden verleend indien wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
19.4.1 Aan huis gebonden beroep
Ten aanzien van de uitoefening van een aan huis gebonden beroep gelden de volgende bepalingen:
Een bijbehorend bouwwerk in de hoedanigheid van een bijgebouw wordt niet gebruikt als zelfstandige of niet-zelfstandige woonruimte.
19.5 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van:
a.het bepaalde in 19.1 ten behoeve van het gebruik van de woning en de bijbehorende aan en bijgebouwen voor de uitoefening van een consumentverzorgend beroep;
19.5.2 Voorwaarden consumentverzorgend beroep
Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in 19.5.1 onder a., kan slechts worden verleend indien:
j.voor de uitoefening geen melding ingevolge de Wet milieubeheer en geen omgevingsvergunning op grond van de Wabo benodigd is, tenzij het consumentverzorgend beroep qua omvang, ruimtelijke uitstraling en ruimtelijke uitwerking vergelijkbaar is met een consumentverzorgend beroep waarvoor een dergelijke verplichting niet geldt.
Artikel 20 Verkeer - Verblijfsgebied
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.wegen met hoofdzakelijk een functie voor verblijf, alsmede ter ontsluiting van de aanliggende of nabijgelegen gronden.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
20.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende eisen:
Artikel 21 Verkeer - Wegverkeer
De voor 'Verkeer - Wegverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.wegen met hoofdzakelijk een functie voor het doorgaand verkeer;
b.ter plaatse van het besluitsubvlak 'tippelzone' een tippelzone ten behoeve van straatprostitutie is toegestaan.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende eisen:
21.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende eisen:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.waterhuishoudkundige doeleinden.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en met inachtneming van de volgende bepalingen.
Het is verboden op of in deze gronden te bouwen.
22.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
Artikel 23 Waarde - Archeologie 2 (zeer hoge waarde)
De voor 'Waarde - Archeologie 2 (zeer hoge waarde)' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (besluitvlakken) , tevens bestemd voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Op de voor 'Waarde - Archeologie 2 (zeer hoge waarde)' bestemde grond mag niet worden gebouwd.
23.2.2 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 23.2.1 is niet van toepassing indien:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 23.2.1 ten behoeve van grotere bodemingrepen.
23.3.2 Voorwaarden grotere bodemingrepen
Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in 23.3.1, kan slechts worden verleend indien:
23.3.3 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 23.3.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 23.3.3, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de bouwwerkzaamheden.
23.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
23.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 2 (zeer hoge waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
23.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 23.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
23.4.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 23.4.1 is niet van toepassing indien:
23.4.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 23.4.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 23.4.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de werkzaamheden.
23.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
23.5.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 2 (zeer hoge waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag een bouwwerk of bouwwerken te slopen.
23.5.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 23.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
23.5.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 23.5.1 is niet van toepassing indien:
23.5.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 23.5.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 23.5.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de sloopwerkzaamheden.
Artikel 24 Waarde - Archeologie 3 (hoge waarde)
De voor 'Waarde - Archeologie 3 (hoge waarde)' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (besluitvlakken), tevens bestemd voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Op de voor 'Waarde - Archeologie 3 (hoge waarde)' bestemde grond mag niet worden gebouwd.
24.2.2 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 24.2.1 is niet van toepassing indien:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel
24.2.1 ten behoeve van grotere bodemingrepen.
24.3.2 Voorwaarden grotere bodemingrepen
Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in 24.3.1, kan slechts worden verleend indien:
24.3.3 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 24.3.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 24.3.3, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de bouwwerkzaamheden.
24.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
24.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 3 (hoge waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
24.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 24.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
24.4.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 24.4.1 is niet van toepassing indien:
24.4.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 24.4.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 24.4.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de werkzaamheden.
24.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
24.5.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 3 (hoge waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag een bouwwerk of bouwwerken te slopen.
24.5.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 24.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
24.5.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 24.5.1 is niet van toepassing indien:
24.5.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 24.5.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 24.5.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de sloopwerkzaamheden.
Artikel 25 Waarde - Archeologie 4 (middelhoge waarde)
De voor 'Waarde - Archeologie 4 (middelhoge waarde)' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (besluitvlakken) , tevens bestemd voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Op de voor 'Waarde - Archeologie 4 (middelhoge waarde)' bestemde grond mag niet worden gebouwd.
25.2.2 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 25.2.1 is niet van toepassing indien:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 25.2.1 ten behoeve van grotere bodemingrepen.
25.3.2 Voorwaarden grotere bodemingrepen
Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in 25.3.1, kan slechts worden verleend indien:
25.3.3 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 25.3.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 25.3.3, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de bouwwerkzaamheden.
25.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
25.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 4 (middelhoge waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
25.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 25.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
25.4.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 25.4.1 is niet van toepassing indien:
25.4.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 25.4.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 25.4.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de werkzaamheden.
25.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
25.5.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 4 (middelhoge waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag een bouwwerk of bouwwerken te slopen.
25.5.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 25.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
25.5.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 25.5.1 is niet van toepassing indien:
25.5.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 25.5.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 25.5.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de sloopwerkzaamheden.
Artikel 26 Waarde - Archeologie 5 (lage waarde)
De voor 'Waarde - Archeologie 5 (lage waarde)' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (besluitvlakken), tevens bestemd voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Op de voor 'Waarde - Archeologie 5 (lage waarde)' bestemde grond mag niet worden gebouwd.
26.2.2 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 26.2.1 is niet van toepassing indien:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel
26.2.1 ten behoeve van grotere bodemingrepen.
26.3.2 Voorwaarden grotere bodemingrepen
Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in 26.3.1, kan slechts worden verleend indien:
26.3.3 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 26.3.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 26.3.3, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de bouwwerkzaamheden.
26.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
26.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 5 (lage waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
26.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 26.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
26.4.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 26.4.1 is niet van toepassing indien:
26.4.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 26.4.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 26.4.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de werkzaamheden.
26.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
26.5.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming (besluitvlak) 'Waarde - Archeologie 5 (lage waarde)' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag een bouwwerk of bouwwerken te slopen.
26.5.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 26.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
26.5.3 Uitzonderingen op verbod
Het verbod als bedoeld in artikel 26.5.1 is niet van toepassing indien:
26.5.4 Voorschriften aan omgevingsvergunning
Aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 26.5.1 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften verbinden:
Indien het bepaalde in artikel 26.5.4, onder c, van toepassing is, wordt in de voorschriften aan de omgevingsvergunning tevens geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de sloopwerkzaamheden.
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (besluitvlakken), mede bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en de andere voor deze gronden geldende bestemmingen (besluitvlakken) met inachtneming van de volgende bepalingen.
Binnen deze bestemming (besluitvlak) zijn geen gebouwen toegestaan.
27.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
a.de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt maximaal 3,00 meter.
27.2.3 Coördinatie met andere bestemmingen
Ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) (besluitvlak) mag worden gebouwd, indien:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 27.2.3 voor het bouwen overeenkomstig andere bestemmingen (besluitvlakken), mits positief advies is verkregen van de beheerder van de leiding, de veiligheid met betrekking tot de gasleiding niet wordt geschaad en geen kwestbare objecten worden toegelaten.
27.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
27.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:
27.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden bedoeld in lid 27.4.1 zijn slechts toelaatbaar:
27.4.3 Uitzonderingen op het verbod
Het in lid 27.4.1 genoemde verbod geldt niet voor:
Artikel 28 Leiding - Hoogspanningsverbinding
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (besluitvlak(ken)), mede bestemd voor:
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Binnen deze bestemming (besluitvlak) mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming (besluitvlak) en de andere voor deze gronden geldende bestemmingen (besluitvlakken) met inachtneming van de volgende bepalingen.
Binnen deze bestemming (besluitvlak) zijn geen gebouwen toegestaan.
28.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende eisen:
28.2.3 Coördinatie met andere bestemmingen
Ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) (besluitvlakken) mag worden gebouwd, indien:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 28.2.3 voor het bouwen overeenkomstig andere bestemmingen (besluitvlakken), mits positief advies is verkregen van de beheerder van de leiding.
28.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
28.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
28.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden bedoeld in lid 28.4.1 zijn slechts toelaatbaar:
28.4.3 Uitzonderingen op het verbod
Het in lid 28.4.1 genoemde verbod geldt niet voor:
Artikel 29 Waterstaat - Waterlopen met een waterhuishoudkundige en/of waterstaatkundige functie
De voor 'Waterstaat - Waterlopen met een waterhuishoudkundige en/of waterstaatkundige functie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (besluitvlakken), mede bestemd voor de bescherming en het beheer van de watergang.
Ten behoeve van deze bestemming (besluitvlak) zijn toegelaten:
Op en in deze gronden zijn geen gebouwen toegestaan.
29.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende eis:
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 29.2, indien:
29.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:
29.4.2 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden bedoeld in 29.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
29.4.3 Uitzonderingen op het verbod
Het verbod als bedoeld in 29.4.1 geldt niet voor:
Artikel 30 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 31 Algemene bouwregels
Voor zover niet anders bepaald in deze planregels gelden voor nutsvoorzieningen de volgende bepalingen:
Het splitsen van woningen is niet toegestaan.
Voor ondergronds bouwen gelden de volgende bepalingen:
De voorschriften van de bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven, overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet, buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Artikel 32 Algemene gebruiksregels
Onder het verboden gebruik en verboden laten gebruiken van de in dit plan begrepen gronden en daarop voorkomende bouwwerken wordt tenminste verstaan:
Artikel 33 Algemene besluitsubvlakregels
33.1 Vrijwaringszone - straalpad
33.1.1 Aanduidingsomschrijving
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'Vrijwaringszone - straalpad' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede aangewezen voor de transmissie van radiogolven.
In afwijking van het bepaalde in de voor deze gronden geldende bestemming(en), mag de hoogte van een bouwwerk of ander werk ter plaatse van de aanduiding 'Vrijwaringszone - straalpad' niet meer bedragen dan 20 meter.
33.1.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 33.1.2, indien:
Artikel 34 Algemene afwijkingsregels
Burgemeester en wethouders kunnen, behoudens voorzover reeds op grond van enige andere bepaling in dit plan is afgeweken, via een omgevingsvergunning afwijken van het in dit plan bepaalde:
Bij het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in 34.1 dient het onderstaande in acht te worden genomen:
35.1 Rangorde besluitvlakken en besluitsubvlakken
Voor zover de hieronder genoemde besluitvlakken en besluitsubvlakken geheel of gedeeltelijk samenvallen, geldt bij strijdigheid tussen de desbetreffende regels de volgende rangorde:
Besluitvlakken en besluitsubvlakken Plaats in rangorde
Leiding - Hoogspanningsverbinding 4
Waterstaat - Waterlopen met een waterhuishoudkundige en/of waterstaatkundige functie 5
35.2 Andere wettelijke bepalingen
Voor zover in deze regels wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luidden op het tijdstip van de vaststelling van de beheersverordening.