Organisatie | Zeeland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Gedragscode ambtelijke integriteit Provincie Zeeland 2016 |
Citeertitel | Gedragscode ambtelijke integriteit Provincie Zeeland 2016 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Personeel |
Intrekking Hamdreiking gedragscode provnciale ambtenaren per 16 juli 2016
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-07-2016 | Nieuwe regeling | 12-07-2016 | 16010139 |
Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland d.d. 12 juli 2016, kenmerk 16010139, houdende vaststelling van de Gedragscode ambtelijke integriteit Provincie Zeeland 2016, onder gelijktijdige intrekking van de Handreiking gedragscode provinciale ambtenaren.
Gedeputeerde staten van Zeeland,
dat dit integriteitsbeleid in de vorm van een gedragscode voor provinciale ambtenaren thans opnieuw wordt vastgesteld als separate decentrale regelgeving ter nadere uitvoering van de verplichtingen uit de Ambtenarenwet en de CAP, met als titel: Gedragscode ambtelijke integriteit Provincie Zeeland 2016;
De overheid is er voor de burgers. Zij verkeert vaak in een monopolypositie: de burger die iets wil of juist niet wil, kan niet om de overheid heen. Dit stelt hoge eisen aan de kwaliteit van de overheid en van degenen die daarin werkzaam zijn. Integriteit is daarvan een wezenlijk onderdeel. Als gevolg van allerlei maatschappelijke ontwikkelingen kan de integriteit onder druk komen te staan. Te noemen zijn de toenemende complexiteit van de samenleving en van het openbaar bestuur, de steeds sterkere verstrengeling van het publieke en private domein, de agressieve lobby vanuit de samenleving en het opleggen van bedrijfseconomische normen aan het overheidsmanagement.
Voor het adequaat functioneren van de overheid zijn gezaghebbende bestuurders noodzakelijk. Bestuurders die het vertrouwen genieten van de burgers omdat ze deskundig, gedreven en integer zijn. Dit geldt ook voor de commissaris van de Koning, de gedeputeerden en de statenleden. De provincies hebben de nodige inspanningen geleverd om de bestuurlijke integriteit te versterken. Hetzelfde geldt voor de gemeenten. Het IPO, de VNG en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) hebben ter stimulering en ondersteuning de provincies en gemeenten een handreiking voor de bestuurlijke integriteit aangeboden. In die handreiking wordt voor een aantal onderwerpen aangegeven wat de integriteitsrisico’s zijn en hoe daarmee kan worden omgegaan. De handreiking bevat een groot aantal aanbevelingen en als bijlage is een model voor gedragsregels opgenomen.
Voor de provinciale ambtenaren is er op het punt van integriteit het nodige geregeld in onder meer de Ambtenarenwet en de rechtspositie. De Ambtenarenwet verplicht de provincies onder meer om een gedragscode voor hun personeel op te stellen. Sociale partners in het SPA geven hoge prioriteit aan een verdere versterking van de integriteit en onderschrijven het belang van de handreiking integriteit voor de provinciale bestuurders. Hierin staat ook veel dat ook voor provinciale ambtenaren van belang is.
De handreiking richt zich primair op werknemers in provinciale dienst. Vanzelfsprekend zullen gedragsregels inzake integriteit ook moeten gelden voor hen die bij de provincie anders dan in dienstverband werkzaam zijn (uitzendkrachten, gedetacheerden). De provincies moeten ervoor zorgen dat dit steeds goed is geregeld. Integriteit is echter meer dan gedragsregels. Integriteit is in de eerste plaats een kwestie van mentaliteit en bewustwording. Net als de bestuurders moeten ook de provinciale ambtenaren zich er permanent van bewust zijn dat zij voor de gemeenschap werken en uit gemeenschapsgeld worden betaald.
De handreiking integriteit bestuurders benadrukt daarnaast het grote belang van een goede organisatie van het integriteitsbeleid en van de ontwikkeling van integriteitsmanagement. Bij een goed integriteitsbeleid hoort een organisatieproces dat kwetsbare plekken in de organisatie opspoort en zoveel mogelijk afdekt. Integriteit is gediend met een transparante organisatie waarin taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden helder zijn toegedeeld (waar nodig met functiescheiding en/of functieroulatie) en die een sluitend systeem van controle en verantwoording kent. Een goede administratieve organisatie is daarbij van groot belang. Maatregelen op dit terrein zullen in elke provincie afzonderlijk moeten worden getroffen en passen bij een eigen organisatiestructuur en cultuur.
De gedragscode voor ambtenaren bevat normen en waarden waaraan de provinciale organisatie en de daarin werkende ambtenaren zich dienen te houden. De ambtenaren zijn op de naleving van de gedragscode aanspreekbaar. De gedragscode bestaat uit drie paragrafen.
Paragraaf 1 beschrijft een aantal kernbegrippen van integriteit en plaatst daarmee het vraagstuk in een breder kader. Zij vormen als het ware de algemene uitganspunten voor de gedragscode.
Paragraaf 2 bevat de feitelijke gedragsregels, waarbij een aantal thema’s wordt onderscheiden.
Paragraaf 3 bevat een opsomming van bestaande wettelijke en rechtspositionele gedragsregels die betrekking hebben op de ambtelijke integriteit. In samenhang met deze handreiking hebben sociale partners in het SPA ook afspraken gemaakt over een procedure voor het melden van misstanden binnen de provinciale organisatie en de bescherming van de ambtenaar die vermoedens van misstanden volgens die procedure heeft gemeld. Deze procedure sluit aan op de Wet Huis voor de Klokkenluiders en maakt als Bijlage 3 integraal onderdeel uit van de CAP.
2. Gedragscode ambtelijke integriteit
Provinciale ambtenaren stellen bij hun handelen de kwaliteit van de provinciale dienstverlening centraal. Integriteit is daarvoor een belangrijke voorwaarde. De belangen van de provincie, en in het verlengde daarvan de belangen van de burgers, zijn het primaire richtsnoer. Ambtelijke integriteit houdt in dat de verantwoordelijkheid die met de functie samenhangt wordt aanvaard en dat er de bereidheid is om daarover rekenschap af te leggen. Een aantal kernbegrippen is daarbij leidend een plaatst de ambtelijke integriteit in een breder perspectief.
Deze kernbegrippen zijn de toetssteen voor de hierna volgende gedragsafspraken. Gedragingen moeten aan deze kernbegrippen kunnen worden getoetst.
Paragraaf 2 Gedragsregels ambtelijke integriteit
5. Verrichten van incidentele diensten voor derden in werktijd (houden van presentatie of lezing e.d.)
Paragraaf 3 Bestaande wettelijke en rechtspositionele gedragsregels inzake integriteit
Ambtenaren kunnen, anders dan bij hoge uitzondering, niet woorden ingehuurd om tegelijkertijd als externe voor de provincie werkzaamheden te verrichten. Voormalige provinciale ambtenaren worden niet binnen twee jaar na ontslag ingehuurd voor het verrichten van provinciale werkzaamheden.
Paragraaf 3 Bestaande wettelijke en rechtspositionele gedragsregels inzake integriteit
Een groot aantal gedragsregels die van belang zijn in verband met de integriteit van de provinciale ambtenaar is neergelegd in wettelijke en rechtspositionele voorschriften.
Verder kan worden genoemd de verplichting voor de ambtenaar om aangifte te doen van misdrijven (artikel 162)
In de Ambtenarenwet zijn diverse zaken ten aanzien van de integriteit geregeld:
Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies (CAP)
In meer algemene zin is geregeld dat de provincie en de ambtenaren verplicht zijn zich als een goed werkgever en een goed ambtenaar te gedragen, dat de ambtenaar verplicht is zich te gedragen naar de maatregelen van orde en dat de ambtenaar disciplinair kan worden gestraft als hij opgelegde verplichtingen niet nakomt of zich overigens aan plichtsverzuim schuldig maakt.
Daarnaast is in de CAP, onder meer ter uitvoering van de verplichtingen in de Ambtenarenwet, een aantal specifieke gedragsregels opgenomen. Die hebben betrekking op:
De hierboven genoemde verboden hebben overigens niet steeds een absoluut karakter. Om te voldoen aan de wettelijke verplichting uit de Wet Huis voor Klokkenluiders, is in de CAP in een bijlage een regeling opgenomen voor het melden van vermoeden van een misstand.