Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
's-Gravenhage

AANWIJZING TOEZICHTHOUDERS DEN HAAG 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie's-Gravenhage
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAANWIJZING TOEZICHTHOUDERS DEN HAAG 2016
CiteertitelAANWIJZING TOEZICHTHOUDERS DEN HAAG 2016
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpAanwijzing Toezichthouders 2016

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Diverse wijzigingen doorgevoerd:

RIS 295012, BSD/2016.803, 01-10-2016

RIS 295285, BSD/2016.880, 20-10-2016

RIS 297816, DSB/2017.399, 05-10-2017

RIS 298397 BSD/2017.732, 22-11-2017

De huidige separate aanwijzingsbesluiten worden ingetrokken.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Artikel 5:11 Algemene wet bestuursrecht

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

22-11-201707-12-2018Wijziging

14-11-2017

Gemeenteblad

RIS298397
01-07-201615-02-2018Nieuwe regeling

28-06-2016

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking in het gemeenteblad

RIS 294608, BSD/2016.610

Tekst van de regeling

Intitulé

AANWIJZING TOEZICHTHOUDERS DEN HAAG 2016

Het college van burgemeester en wethouders,

 

De burgemeester, elk voor zover het zijn bevoegdheid betreft

 

Overwegende dat:

 

  • -

    De eenheid en het overzicht kunnen worden verbeterd in het aanwijzen van toezichthouders om bij te dragen aan een effectieve handhaving van Haagse regelgeving;

  • -

    De wijzigingen in de organisatie en in wet- en regelgeving dienen te worden verwerkt in de aanwijzingsbesluiten.

 

Gelet op de artikelen:

 

  • -

    5:11 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    41 Drank- en horecawet;

  • -

    1.61 en 2.19 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en 8 Verordening peuterspeelzalen 2013;

  • -

    17, tweede lid, Havenbeveiligingswet;

  • -

    33, eerste lid, Huisvestingswet 2014;

  • -

    53a IOAW;

  • -

    53a IOAZ;

  • -

    5.10 lid 3 Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • -

    4.2 Wet basisregistratie personen

  • -

    6.1 Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • -

    34, tweede lid, Wet op de kansspelen;

  • -

    61, derde lid, Wet op de veiligheidsregio’s;

  • -

    87 lid 1 sub c Wet personenvervoer 2000;

  • -

    7.1 en 7.2 Wet ruimtelijke ordening;

  • -

    92 Woningwet;

  • -

    76a Participatiewet;

  • -

    6:2 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag;

  • -

    26 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014;

  • -

    8 Brandbeveiligingsverordening;

  • -

    16 Marktverordening Den Haag 2016;

  • -

    12 Straathandelsverordening Den Haag;

  • -

    19 Taxiverordening Den Haag 2014;

  • -

    39 Verordening op de Binnenwateren voor de gemeente Den Haag;

  • -

    10 Verordening Winkeltijden gemeente Den Haag 2006.

  • -

    7 Wet op de jeugdverblijven

  • -

    13 tweede lid, Verordening op de kansspelen

 

 

Besluit:

 

 

  • I.

    De volgende medewerkers aan te wijzen als toezichthouder:

     

  • a.

    De handhavers (buitengewoon opsporingsambtenaren en toezichthouders) in dienst van de Handhavingsorganisatie van de Dienst Stadsbeheer van de gemeente Den Haag: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Drank- en horecawet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet milieubeheer, titel Va, paragraaf 2 van de Wet op de kansspelen, de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag, de Afvalstoffenverordening 2010, Marktverordening Den Haag 2016, de Straathandelsverordening, de Taxiverordening Den Haag 2014, de Verordening op de Binnenwateren voor de gemeente Den Haag, de Verordening op de kansspelenen de Verordening Winkeltijden gemeente Den Haag 2006;

  • b.

    De inspecteur, seniorinspecteur en expert bij de Haagse Pandbrigade: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Huisvestingswet 2014, de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet basisregistratie personen, de Wet op de ruimtelijke ordening en artikel 1.5 van de Wet studiefinanciering 2000 en hoofdstuk 3 van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag;

  • c.

    De stadsdeelinspecteur, seniorstadsdeelinspecteur, medewerker en seniormedewerker, projectingenieur en seniorprojectingenieur team Bouwfysica, alsmede de adjunct-teammanager bij de Afdeling Vergunningen en Toezicht van de Dienst Stedelijke Ontwikkeling: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet op de ruimtelijke ordening, de Huisvestingswet 2014;

  • d.

    De Sociaal Rechercheurs, Medewerkers Bijzonder Onderzoek en Medewerker Handhaving en Verrekenaars: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Participatiewet, de IOAW en IOAZ met dien verstande dat de verrekenaars niet beschikken over de bevoegdheden vermeld in de artikelen 5:15, 5:16a, 5:18 en 5:19 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • e.

    De groen-, milieu-, speel-, strand- en wegbeheerders die als stadsdeelmedewerker junior of medior werkzaam zijn bij de Dienst Publiekszaken: belast met het toezicht op de naleving van de artikelen 2:10, 2:10A, 2:11, 2:12, 2:15, 2:17, 2:19, 2:20, 2:42, 2:83, 2:84, 2:87, 2:94, 2:97, 4:9, 4:13, 5:2, 5:3, 5:4, 5:5, 5:6, 5:7, 5:8, 5:9, 5:10, 5:24, 5:28, 5:36 en 5:37 van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag;

  • f.

    De onderhavenmeester van de gemeente Den Haag: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Havenbeveiligingswet;

  • g.

    De medewerkers van het Klant Contact Centrum, Unit Beheer en Verstrekking van de Dienst publiekszaken: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Wet basisregistratie personen en van artikel 1.5 van de Wet studiefinanciering 2000;;

  • h.

    De inspecteur subsidies, alsmede de door hem in mandaat namens burgemeester of wethouders bij de Gemeentelijke Accountantsdienst aangewezen personen: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, alsmede van het bepaalde bij of krachtens deWet maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • i.

    De directeur Publieke Gezondheid van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst Haaglanden en de door hem in mandaat namens burgemeester of wethouders aangewezen medewerkers van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst Haaglanden: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 1.61,eerste lid, en 2.19 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, jeugdverblijven., 8, tweede lid, Verordening peuterspeelzalen, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Wet op de jeugdverblijven

  • j.

    De politieambtenaren van de Regionale Eenheid Den Haag: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag, de Havenbeveiligingswet, de Wet op de kansspelen, de Marktverordening Den Haag 2016 en de Verordening op de kansspelen

  • k.

    De buitengewoon opsporingsambtenaren van het Zuid-Hollands landschap, voor zover het het Landgoed Ockenburg en het Hyacintenbos betreft, de duinwachters van Dunea Duin & Water, voor zover het in Scheveningen het Zwarte Pad, Oostduinen (Ruygenhoek), Harstenhoek (Nettenboetveld), Duttendel (tussen Pompstationswet en Militairterrein Uilenbos), nabij TNO de Vlakte van Waalsdorp (deels Den Haag, deels Wassenaar) en in Kijkduin Ockenburg (Hyacintenbos, Van Leijdenhof) en de Zeereep richting Kijkduin betreft, de boswachters van Staatsbosbeheer, voor zover het het Haagse bos (inclusief het Malieveld) en de buitenrand van het gebied Klein Zwitserland) betreft, alsmede de buitengewoon opsporingsambtenaren van de gemeente Westland, voor zover het de handhaving op de Zandmotor (een schiereiland voor de kust tussen Ter Heijde en Kijkduin) in de gemeente Den Haag betreft: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens artikel 2:38B, 2:45, 2:57, 2:58, 5:24, 5:28, 5:29, 5:30, 5:31, 5:32, 5:33, 5:36, 5:37, 5:38, 5:40, 5:41 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Den Haag.

  • l.

    het hoofd van de afdeling Markten en de marktmeesters: belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Marktverordening Den Haag 2016

  • m.

    de medewerkers openbare ruimte van het Haags Werkbedrijf Publieke Taken belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Afvalstoffenverordening 2010’

  • II.

    De volgende besluiten in te trekken:

     

    a. De Aanwijzing politieambtenaren regionale eenheid Den Haag (RIS268864);

    b. De Aanwijzing politieambtenaren regionale eenheid Den Haag (RIS268865);

    c. De Aanwijzing toezichthouders havenbeveiligingswet (RIS 280824);

    d. De Aanwijzing toezichthouders algemene subsidieverordening Den Haag 2014 (RIS 273754);

    e. De Aanwijzing toezichthouders Bestuursdienst (RIS 170846);

    f. De Aanwijzing medewerkers openbare ruimte als toezichthouders op de Afvalstoffenverordening (RIS269488);

    g. De Aanwijzing als toezichthouder basisregistratie personen (RIS289986);

    h. De Aanwijzing toezichthouder WMO (RIS281341);

    i. De Aanwijzing toezichthouders Wet op de kansspelen (RIS290640);

    j. Het Aanwijzingsbesluit toezichthouders handhavingsorganisatie (RIS285580);

    k. alle overige besluiten tot het aanwijzen van toezichthouders die door of namens het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester zijn genomen, met uitzondering van de aanwijzing van toezichthouders op basis van het aan de Veiligheidsregio Haaglanden, de Omgevingsdienst Haaglanden en de GGD Haaglanden verleende mandaat daartoe.

     

  • III.

    Dat dit besluit in werking treedt op de dag na bekendmaking in het gemeenteblad.

     

Den Haag, 28 juni 2016

 

Het college van burgemeester en wethouders,

 

de secretaris de burgemeester

mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen