Organisatie | Geldrop-Mierlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene Plaatselijke Verordening Geldrop-Mierlo 2016 |
Citeertitel | Algemene Plaatselijke Verordening Geldrop-Mierlo 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Algemene Plaatselijke Verordening Geldrop-Mierlo 2016 |
Geen
Gemeentewet, artikel 149
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-07-2016 | 26-07-2018 | Nieuwe regeling | 20-06-2016 Gemeenteblad nr. 87346 | GM2016-010934 |
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan onder:
Artikel 1:4 Voorschriften en beperkingen
Aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden. Deze voorschriften en beperkingen mogen slechts strekken tot bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist.
Artikel 1:5 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing is persoonlijk, tenzij bij of krachtens deze verordening anders is bepaald.
Artikel 1:6 Intrekking of wijziging van vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd:
Afdeling 1 Bestrijding van ongeregeldheden
Artikel 2:1 Samenscholing en ongeregeldheden
Een ieder die op een openbare plaats aanwezig is bij een voorval, waardoor ongeregeldheden ontstaan of dreigen te ontstaan, of bij een tot toeloop van publiek aanleiding gevende gebeurtenis waardoor ongeregeldheden ontstaan of dreigen te ontstaan, dan wel zich bevindt in of aanwezig is bij een samenscholing, is verplicht op bevel van een ambtenaar van de politie zijn weg te vervolgen of zich in de door hem aangewezen richting te verwijderen.
Afdeling 3 Verspreiden van gedrukte stukken
Artikel 2:3 Beperking aanbieden e.d. van geschreven of gedrukte stukken of afbeeldingen
Het is verboden gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen onder publiek te verspreiden dan wel openlijk aan te bieden op alle openbare plaatsen, met uitzondering van de openbare plaatsen op Korte Kerkstraat in Geldrop, Heuvel in Geldrop en Margrietstraat in Mierlo zoals aangegeven op de bij dit artikel behorende tekeningen.
Afdeling 4 Vertoningen e.d. op de weg
Artikel 2:4 Straatartiesten e.d.
Het is verboden in het belang van de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en het milieu ten behoeve van publiek als straatartiest, straatmuzikant, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur of gids op te treden op alle openbare plaatsen, met uitzondering van de openbare plaatsen op Korte Kerkstraat in Geldrop, Heuvel in Geldrop en Margrietstraat in Mierlo zoals aangegeven op de bij dit artikel behorende tekeningen.
In aanvulling op het eerste lid gestelde verbod geldt dat straatartiesten, straatmuzikanten, straatfotografen, tekenaars, filmoperateurs of gidsen uitsluitend op werkdagen en zaterdagen mogen optreden op de in dat lid genoemde openbare plaatsen waar het is toegestaan om als straatmuzikant op te treden en per plaats daar gedurende maximaal twee uur per dag mogen optreden.
Afdeling 6 Toezicht op evenementen
In afwijking van artikel 1:3 eerste lid van deze verordening geldt dat de aanvrager een vergunning als bedoeld in het eerste lid acht weken vóór het tijdstip waarop het evenement plaatsvindt dient aan te vragen. Als een aanvraag voor een vergunning als bedoeld in het eerste lid wordt ingediend minder dan acht weken vóór het tijdstip waarop het evenement plaatsvindt, kan de burgemeester besluiten de aanvraag niet te behandelen.
Afdeling 7 Toezicht op inrichtingen tot het verschaffen van nachtverblijf
In deze afdeling wordt verstaan onder inrichting: elke al dan niet besloten ruimte waarin, in de uitoefening van beroep of bedrijf, aan personen de mogelijkheid van nachtverblijf of gelegenheid tot kamperen wordt verschaft.
De houder van een inrichting dan wel ieder ander die bedrijfsmatig kamers verhuurt en/of anderszins overnachting of een voor hem handelend persoon is verplicht:
Artikel 2:13 Verschaffing gegevens nachtregister
Degene die in een inrichting nachtverblijf houdt of de kampeerder is verplicht de exploitant of feitelijk leidinggevende van die inrichting volledig en naar waarheid naam, adres, woonplaats, geboortedatum, geboorteplaats, dag van aankomst en de dag van vertrek te verstrekken.
Afdeling 8 Toezicht op smartshops en headshops
Artikel 2:14 Begripsomschrijvingen
In deze afdeling wordt verstaan onder:
a.de inrichting: een voor het publiek toegankelijke ruimte waarin bedrijfsmatig, in een
omvang alsof zij bedrijfsmatig is of anders dan om niet handelingen en/of
werkzaamheden worden verricht die zijn aan te merken als het exploiteren van hetgeen
in het maatschappelijk verkeer wordt aangeduid als smartshop of headshop;
b.de exploitant: de natuurlijke of rechtspersoon die een inrichting exploiteert op grond van
c.de beheerder: de natuurlijke persoon of personen die de onmiddellijke leiding uitoefent
Voorts kan de burgemeester de vergunning intrekken indien zich in of vanuit de inrichting feiten hebben voorgedaan die de vrees wettigen, dat het geopend blijven van de inrichting gevaar oplevert voor de openbare orde en/of een bedreiging vormt voor het woon- en leefklimaat in de omgeving van de inrichting.
Afdeling 10 Maatregelen tegen overlast en baldadigheid
Artikel 2:20 Vervoer inbrekerswerktuigen
Dit verbod is niet van toepassing indien de bedoelde werktuigen niet zijn gebruikt of niet zijn bestemd om zich onrechtmatig de toegang tot een gebouw of erf te verschaffen, onrechtmatig sluitingen te openen of te verbreken, diefstal door middel van braak te vergemakkelijken of het maken van sporen te voorkomen.
Artikel 2:24 Hinderlijk gedrag speeltuinen
Het is verboden zich tussen zonsondergang en zonsopgang op te houden bij of in speeltuinen en/of speelweiden.
Artikel 2:26 Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijk ruimten
Het is verboden zich zonder redelijk doel op een voor anderen hinderlijke wijze op te houden in of op een voor het publiek toegankelijk portaal, telefooncel, wachtlokaal voor een openbaar vervoermiddel, parkeergarage, rijwielstalling of een andere soortgelijke, voor het publiek toegankelijke ruimte, dan wel deze te verontreinigen, of te bezigen voor een ander doel dan waarvoor de desbetreffende ruimte is bestemd.
Artikel 2:27 Overlast van fiets of bromfiets op markt en kermisterrein e.d.
Het is verboden zich met een fiets of bromfiets te bevinden op een terrein waar een markt, kermis, uitvoering, bijeenkomst of plechtigheid gehouden wordt die publiek trekt, mits dit verbod kenbaar is aan de bezoekers van het terrein.
Artikel 2:28 Loslopende honden
1.Het is de eigenaar of houder van een hond verboden die hond te laten verblijven of te laten
a.die zich vanwege zijn handicap door een geleidehond of sociale hulphond laat begeleiden; of
b.die deze hond aantoonbaar gekwalificeerd opleidt tot geleidehond of sociale hulphond.
Artikel 2:32 Begripsomschrijvingen
In deze afdeling wordt verstaan onder consumentenvuurwerk: Consumentenvuurwerk waarop het Besluit van 22 januari 2002, houdende nieuwe regels met betrekking tot consumenten- en professioneel vuurwerk (Vuurwerkbesluit) van toepassing is.
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 154a van de Gemeentewet besluiten tot het tijdelijk doen ophouden van door hem aangewezen groepen van personen op een door hem aangewezen plaats, indien deze personen het bepaalde in artikel:
van deze verordening groepsgewijs niet naleven.
Artikel 2:35 Veiligheidsrisicogebieden
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 151b van de Gemeentewet bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, een gebied, met inbegrip van de daarin gelegen voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven, aanwijzen als veiligheidsrisicogebied.
HOOFDSTUK 3 REGULERING PROSTITUTIE, SEKSBRANCHE EN AANVERWANTE ONDERWERPEN
Afdeling 1 Begripsomschrijving en nadere regels
De artikelen 1:2, 1:3 en 1:5 tot en met 1:8 zijn niet van toepassing op het bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde.
Afdeling 2 Vergunning seksbedrijf
Artikel 3:5 Maximum aantal vergunningen voor seksinrichtingen
Het bestuursorgaan verleent voor maximaal één seksbedrijf met maximaal één seksinrichting een vergunning.
1.Een vergunning wordt geweigerd als:
er aanwijzingen zijn dat voor of bij het seksbedrijf personen tewerkgesteld zijn of zullen zijn die, als het prostituees betreft, nog niet de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt, als het overige personen betreft, nog niet de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, slachtoffer zijn van mensenhandel of verblijven of werken in strijd met het bepaalde bij of krachtens de Vreemdelingenwet 2000;
de exploitant of de beheerder minder dan vijf jaar geleden voor de dag dat de vergunning wordt aangevraagd, bij meer dan één rechterlijke uitspraak of strafbeschikking onherroepelijk veroordeeld is tot een onvoorwaardelijke geldboete van € 500,- of meer of tot een andere hoofdstraf als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a, van het Wetboek van Strafrecht, wegens dan wel mede wegens overtreding van:
1° bepalingen, gesteld bij of krachtens de Drank- en Horecawet, de Opiumwet, de Vreemdelingenwet 2000, de Wet arbeid vreemdelingen en hoofdstuk 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening Geldrop-Mierlo
2° de artikelen 137c tot en met 137g, 140, 416, 417, 417bis tot en met 420quinquies, 426 en 429quater van het Wetboek van Strafrecht;
3° artikel 69 van de Algemene wet rijksbelastingen;
4° de artikelen 8 en 162, derde lid, alsmede artikel 6 juncto artikel 8 of juncto artikel 163 van de Wegenverkeerswet 1994;
5° de artikelen 2 en 3 van de Wet op de weerkorpsen; of
6° de artikelen 54 en 55 van de Wet wapens en munitie.
Een vergunning kan in ieder geval worden geweigerd:
Voor een seksbedrijf waarvoor de vergunning op grond van artikel 3:9, eerste lid, aanhef en onder a tot en met f, of tweede lid, aanhef onder a tot en met g, of in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur is ingetrokken, gedurende een periode van vijf jaar na de intrekking;
Artikel 3:10 Melding gewijzigde omstandigheden
De vergunninghouder meldt elke verandering waardoor zijn seksbedrijf niet langer in overeenstemming is met de op grond van artikel 3:8, eerste lid, in de vergunning opgenomen gegevens, binnen een week schriftelijk aan het bevoegde bestuursorgaan. Deze verleent een gewijzigde vergunning, als het seksbedrijf aan de vereisten voldoet.
Afdeling 3 Uitoefenen seksbedrijf
Artikel 3:14 Leeftijd en verblijfstitel prostituees
Het is een exploitant en beheerder verboden een prostituee voor of bij zich te laten werken die:
De exploitant meldt een voorgenomen wijziging van het bedrijfsplan onverwijld aan het bevoegde bestuursorgaan. De wijziging wordt na goedkeuring van het bevoegde bestuursorgaan als onderdeel van het bedrijfsplan aangemerkt, als deze voldoet aan de eisen die overeenkomstig het eerste en tweede lid aan een bedrijfsplan worden gesteld.
Artikel 3:16 Verdere verplichtingen van de exploitant en beheerder prostitutiebedrijf
1° de voor of bij het prostitutiebedrijf werkzame prostituees;
3° met betrekking tot alle voor of bij het prostitutiebedrijf werkzame prostituees, de documentatie die ten grondslag ligt aan de vorming van het oordeel over de mate van zelfredzaamheid, bedoeld in artikel 3:15, tweede lid, onder k;
4° de werkroosters van de beheerders;
Artikel 3:18 Tentoonstellen, aanbieden en aanbrengen van erotisch-pornografische goederen, afbeeldingen e.d.
1.Het is de rechthebbende op, huurder of gebruiker van een onroerende zaak verboden
daarin of daarop goederen, opschriften, aankondigingen, gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen van erotisch-pornografische aard openlijk ten toon te stellen, aan te bieden of aan te brengen:
In het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op het tentoonstellen, aanbieden of aanbrengen van goederen, opschriften, aankondigingen, gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen, die dienen tot het openbaren van gedachten en gevoelens als bedoeld in artikel 7 lid 1 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 4 BESCHERMING MILIEU EN NATUURSCHOON EN ZORG VOOR UITERLIJK AANZIEN VAN DE GEMEENTE
Afdeling 1 Geluid- en lichthinder
Artikel 4:2 Aanwijzing collectieve festiviteiten
De voorwaarden met betrekking tot de verlichting ten behoeve van sportbeoefening in de buitenlucht als bedoeld in artikel 3.148, eerste lid, van het Besluit gelden niet voor door het college per kalenderjaar aan te wijzen collectieve festiviteiten gedurende de daarbij aan te wijzen dagen, dagdelen of delen van de gemeente.
Artikel 4:3 Kennisgeving incidentele festiviteiten
Het is een inrichting toegestaan maximaal vijf incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de geluidsnormen als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit niet van toepassing zijn mits de houder van de inrichting ten minste twee weken voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.
Het is een inrichting toegestaan maximaal vijf incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de voorwaarden met betrekking tot de verlichting ten behoeve van sportbeoefening in de buitenlucht als bedoeld in artikel 3.148, eerste lid van het Besluit niet gelden, mits de houder van de inrichting ten minste twee weken voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.
Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) tijdens een incidentele festiviteit veroorzaakt door de inrichting bedraagt, gemeten op de gevel van geluidgevoelige gebouwen niet meer dan 75 dB(A). De meting heeft uitsluitend betrekking op het invallende geluid (de reflectie wordt dus buiten beschouwing gelaten) en vindt plaats op een hoogte van 1,5 meter boven het maaiveld.
Indien de incidentele festiviteit plaats vindt op een zondag, maandag, dinsdag, woensdag of donderdag dient het ten gehore brengen van extra muziek – hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit en artikel 4:4 van deze verordening – uiterlijk om 23.30 uur te zijn beëindigd. Indien de incidentele festiviteit plaatsvindt op een vrijdag, zaterdag of een dag voorafgaand aan een erkende feestdag dient het ten gehore brengen van extra muziek – hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit en artikel 4:4 van deze verordening – uiterlijk om 24.00 uur te zijn beëindigd.
Artikel 4:4 Onversterkte muziek
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt dat de in artikel 2.17 van het Besluit genoemde geluidsniveaus met betrekking tot de dag- en avondperiode niet gelden voor het in een inrichting ten gehore brengen van onversterkte muziek voor de duur van drie uur in de week, vanwege het oefenen door muziekgezelschappen zoals orkesten, harmonie- en fanfaregezelschappen. Gedurende deze periode van drie uur dienen ramen en deuren gesloten te zijn. Indien versterkte elementen worden gecombineerd met onversterkte elementen, wordt het hele samenspel beschouwd als versterkte muziek en is het Besluit onverkort van toepassing.
Afdeling 4 Kamperen buiten kampeerterreinen
Artikel 4:8 Begripsomschrijving
In deze afdeling wordt onder kampeermiddel verstaan: een onderkomen of voertuig waarvoor geen omgevingsvergunning voor het bouwen in de zin van artikel 2.1, eerste lid onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist, dat bestemd of opgericht is dan wel gebruikt wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.
HOOFDSTUK 5 ANDERE ONDERWERPEN INZAKE DE HUISHOUDING DER GEMEENTE
Artikel 5:4 Defecte voertuigen
Het is verboden een voertuig waarmee als gevolg van andere dan eenvoudig te verhelpen gebreken niet kan of mag worden gereden, langer dan op drie achtereenvolgende dagen op de weg te parkeren.
Artikel 5:6 Kampeermiddelen e.d.
Het is verboden in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente en de verdeling van beschikbare parkeerplaatsen een voertuig dat voor recreatie of anderszins voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebruikt langer dan op drie achtereenvolgende dagen te plaatsen of te hebben op alle openbare plaatsen.
Artikel 5:9 Overlast van fiets of bromfiets
Het is verboden op door het college in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast, of ter voorkoming van schade aan de openbare gezondheid aangewezen plaatsen fietsen of bromfietsen onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te laten staan.
Artikel 5:11 Inzameling van geld of goederen
Onder een inzameling van geld of goederen wordt mede verstaan: het bij het aanbieden van goederen, waartoe ook worden gerekend geschreven of gedrukte stukken, dan wel bij het aanbieden van diensten aanvaarden van geld of goederen, indien daarbij te kennen wordt gegeven of de indruk wordt gewekt dat de opbrengst geheel of ten dele voor een liefdadig of ideëel doel is bestemd.
Artikel 5:14 Overschrijving standplaatsvergunning
1.Bij het overlijden van een vergunninghouder kan de vergunning op verzoek van de echtgenoot, geregistreerd partner, levenspartner waarmee de overledene een samenlevingsovereenkomst is aangegaan of één van de meewerkende kinderen op deze worden overgeschreven.
Het college is bevoegd ter zake nadere regels te stellen.
2.Bij aantoonbare bedrijfsopvolging kan de vergunninghouder aan het college toestemming vragen om een ander te zijnen behoeve en ter uitoefening van zijn bedrijf van de standplaats gebruik te laten maken. Overnamekandidaten dienen te allen tijde aan het gestelde bij of krachtens deze verordening te voldoen.
Artikel 5:15 Verval van rechtswege standplaatsvergunning
Een vergunning tot het innemen van een standplaats vervalt 3 maanden na overlijden van de vergunninghouder tenzij toepassing is gegeven aan het bepaalde in artikel 5:14 eerste lid.
Artikel 5:18 Overige verboden handelingen
1.Het is de vergunninghouder behoudens voorafgaande schriftelijke toestemming van het college verboden om:
Artikel 5:19 Toestemming rechthebbende
Het is de rechthebbende op een perceel verboden toe te staan dat daarop zonder vergunning van het college standplaats wordt of is ingenomen.
Afdeling 5 Verkeer in natuurgebieden
Artikel 5:22 Beperking verkeer in natuurgebieden
Het is verboden binnen voor publiek toegankelijke natuurgebieden, parken, plantsoenen of voor recreatief gebruik beschikbare terreinen te rijden of zich te bevinden met een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, onder z, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, een bromfiets als bedoeld in artikel 1, onder i, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 of met een fiets of een paard.
Afdeling 6 Verbod vuur te stoken
Artikel 5:23 Verbod afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken
Mits er geen sprake is van gevaar, overlast of hinder voor de omgeving, is het verbod niet van toepassing op:
vuur voor koken, bakken en braden.
3.Het college kan uitsluitend in onderstaande gevallen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod:
a.voor kampvuren, te houden in het kader van bijzondere en/of recreatieve evenementen van groepen en verenigingen;
b.voor vreugdevuren, te houden in het kader van feestelijkheden met een algemeen karakter, zoals bijvoorbeeld paas- en oudejaarsvuren;
c.voor verbrandingen van met ziekte aangetast hout waarvan de noodzakelijkheid is gebleken om dit hout spoedig en ter plaatse te verbranden.
4.Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 van deze verordening kan de ontheffing worden geweigerd ter bescherming van de woon- en leefomgeving en ter bescherming van de flora en de fauna.
5.Het college stelt een formulier vast voor het aanvragen van een ontheffing.
6.Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door artikel 429, aanhef en onder 1 of 3, Wetboek van Strafrecht of de Provinciale milieuverordening.
7.Op de ontheffing bedoeld in het derde lid is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
HOOFDSTUK 6 STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Overtreding van het bij of krachtens de artikelen genoemd in deze verordening en de op grond van artikel 1:4 daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.
Artikel 6:3 Binnentreden woningen
Zij, die belast zijn met het toezicht op de naleving of de opsporing van een overtreding van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften, die strekken tot handhaving van de openbare orde of veiligheid of bescherming van het leven of de gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner.
Inhoudsopgave Algemene Plaatselijke Verordening
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN 5
Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen 5
Artikel 1:3 Indiening aanvraag 5
Artikel 1:4 Voorschriften en beperkingen 6
Artikel 1:5 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing 6
Artikel 1:6 Intrekking of wijziging van vergunning of ontheffing 6
Artikel 1:8 Weigeringsgronden 6
Afdeling 1 Bestrijding van ongeregeldheden 7
Artikel 2:1 Samenscholing en ongeregeldheden 7
Artikel 2:2 Kennisgeving betogingen op openbare plaatsen 7
Afdeling 3 Verspreiden van gedrukte stukken 8
Artikel 2:3 Beperking aanbieden e.d. van geschreven of gedrukte stukken of afbeeldingen 8
Afdeling 4 Vertoningen e.d. op de weg 8
Artikel 2:4 Straatartiesten e.d. 8
Afdeling 5 Bruikbaarheid en aanzien van de weg 9
Artikel 2:5 Voorwerpen op of aan de weg 9
Artikel 2:6 Maken, veranderen van een uitweg 9
Artikel 2:7 (Omgevings)vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg 10
Afdeling 6 Toezicht op evenementen 10
Artikel 2:8 Begripsomschrijvingen 10
Artikel 2:10 Ordeverstoring 11
Afdeling 7 Toezicht op inrichtingen tot het verschaffen van nachtverblijf 12
Artikel 2:11 Begripsbepaling 12
Artikel 2:13 Verschaffing gegevens nachtregister 12
Afdeling 8 Toezicht op smartshops en headshops 12
Artikel 2:14 Begripsomschrijvingen 12
Artikel 2:15 Vergunningplicht 12
Afdeling 9 Toezicht op speelgelegenheden 13
Artikel 2:17 Speelautomaten 13
Afdeling 10 Maatregelen tegen overlast en baldadigheid 14
Artikel 2:18 Betreden gesloten woning of lokaal 14
Artikel 2:19 Plakken en kladden 14
Artikel 2:20 Vervoer inbrekerswerktuigen 15
Artikel 2:21 Vervoer geprepareerde voorwerpen 15
Artikel 2:22 Hinderlijk gedrag op openbare plaatsen 15
Artikel 2:23 Verboden gedrag bij of in gebouwen 15
Artikel 2:24 Hinderlijk gedrag speeltuinen 15
Artikel 2:25 Vechten in het openbaar 16
Artikel 2:26 Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijk ruimten 16
Artikel 2:27 Overlast van fiets of bromfiets op markt en kermisterrein e.d. 16
Artikel 2:28 Loslopende honden 16
Artikel 2:29 Verontreiniging door honden 17
Artikel 2:30 Gevaarlijke honden 17
Artikel 2:31 (Geluids)overlast door dieren 17
Artikel 2:32 Begripsomschrijvingen 18
Artikel 2:33 Gebruik van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling 18
Afdeling 12 Bestuurlijke ophouding, veiligheidsrisicogebieden, cameratoezicht op openbare plaatsen en gebiedsontzegging 18
Artikel 2:34 Bestuurlijke ophouding 18
Artikel 2:35 Veiligheidsrisicogebieden 18
Artikel 2:36 Cameratoezicht op openbare plaatsen 19
HOOFDSTUK 3 REGULERING PROSTITUTIE, SEKSBRANCHE EN AANVERWANTE ONDERWERPEN 20
Afdeling 1 Begripsomschrijving en nadere regels 20
Artikel 3:2 Begripsomschrijvingen 20
Afdeling 2 Vergunning seksbedrijf 21
Artikel 3:4 Concentratie seksinrichtingen 21
Artikel 3:5 Maximum aantal vergunningen voor seksinrichtingen 21
Artikel 3:7 Weigeringsgronden 22
Artikel 3:8 Eisen met betrekking tot vergunning 24
Artikel 3:9 Intrekkingsgronden 24
Artikel 3:10 Melding gewijzigde omstandigheden 25
Afdeling 3 Uitoefenen seksbedrijf 25
Artikel 3:11 Sluitingstijden 25
Artikel 3:12 Tijdelijke afwijking sluitingstijden; (tijdelijke) sluiting 26
Artikel 3:14 Leeftijd en verblijfstitel prostituees 26
Artikel 3:16 Verdere verplichtingen van de exploitant en beheerder prostitutiebedrijf 28
Afdeling 4 Overige bepalingen 28
Artikel 3:18 Tentoonstellen, aanbieden en aanbrengen van erotisch-pornografische goederen, afbeeldingen e.d. 29
Artikel 3:19 Verbodsbepalingen klanten 29
HOOFDSTUK 4 BESCHERMING MILIEU EN NATUURSCHOON EN ZORG VOOR UITERLIJK AANZIEN VAN DE GEMEENTE 30
Afdeling 1 Geluid- en lichthinder 30
Artikel 4:1 Begripsomschrijvingen 30
Artikel 4:2 Aanwijzing collectieve festiviteiten 30
Artikel 4:3 Kennisgeving incidentele festiviteiten 31
Artikel 4:4 Onversterkte muziek 31
Artikel 4:5 Overige geluidhinder 32
Afdeling 2 Bodem-, weg- en milieuverontreiniging 32
Artikel 4:6 Natuurlijke behoefte doen 32
Afdeling 3 Maatregelen tegen ontsiering 32
Artikel 4:7 Verbod hinderlijke of gevaarlijke reclame 32
Afdeling 4 Kamperen buiten kampeerterreinen 32
Artikel 4:8 Begripsomschrijving 32
Artikel 4:9 Recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen 33
HOOFDSTUK 5 ANDERE ONDERWERPEN INZAKE DE HUISHOUDING DER GEMEENTE 34
Artikel 5:1 Begripsomschrijvingen 34
Artikel 5:2 Parkeren van voertuigen van autobedrijf e.d. 34
Artikel 5:3 Te koop aanbieden van voertuigen 34
Artikel 5:4 Defecte voertuigen 35
Artikel 5:5 Voertuigwrakken 35
Artikel 5:6 Kampeermiddelen e.d. 35
Artikel 5:7 Parkeren van reclamevoertuigen 36
Artikel 5:8 Parkeren van grote voertuigen 36
Artikel 5:9 Overlast van fiets of bromfiets 36
Artikel 5:10 Aantasting groenvoorzieningen door voertuigen 37
Artikel 5:11 Inzameling van geld of goederen 37
Artikel 5:12 Begripsomschrijvingen 37
Artikel 5:13 Standplaatsvergunning en weigeringsgronden 38
Artikel 5:14 Overschrijving standplaatsvergunning 38
Artikel 5:15 Verval van rechtswege standplaatsvergunning 39
Artikel 5:16 Intrekken standplaatsvergunning 39
Artikel 5:17 Locaties standplaatsen 39
Artikel 5:18 Overige verboden handelingen 39
Artikel 5:19 Toestemming rechthebbende 39
Artikel 5:20 Afbakeningsbepalingen 40
Afdeling 5 Verkeer in natuurgebieden 40
Artikel 5:22 Beperking verkeer in natuurgebieden 40
Afdeling 6 Verbod vuur te stoken 41
Artikel 5:23 Verbod afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken 41
HOOFDSTUK 6 STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN 42
Artikel 6:2 Toezichthouders 42
Artikel 6:3 Binnentreden woningen 42
Artikel 6:4 Inwerkingtreding nieuwe en intrekking oude verordening 43