Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Apeldoorn

REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADVIESCOMMISSIE KUNSTTOEPASSING IN DE OPENBARE RUIMTE 1994

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieApeldoorn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingREGLEMENT GEMEENTELIJKE ADVIESCOMMISSIE KUNSTTOEPASSING IN DE OPENBARE RUIMTE 1994
CiteertitelReglement Gemeentelijke Adviescommissie Kunsttoepassing in de Openbare Ruimte
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 84

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-09-199406-02-2020nieuwe regeling

07-09-1994

-

Tekst van de regeling

Intitulé

REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADVIESCOMMISSIE KUNSTTOEPASSING IN DE OPENBARE RUIMTE 1994

De raad van de gemeente Apeldoorn;

gelezen het voorstel van het college;

gelet op artikel 84 van de Gemeentewet;

BESLUIT:

vast te stellen het navolgende Reglement Gemeentelijke Adviescommissie Kunsttoepassing in de Openbare Ruimte.

Taak

Artikel 1
  • 1.

    De commissie heeft tot taak het college gevraagd of ongevraagd van advies te dienen over zaken met betrekking tot de kunsttoepassing in de openbare ruimte op basis van een jaarlijks werkplan.

  • 2.

    Op verzoek van het college houdt de commissie zich in haar vergaderingen in hoofdzaak bezig met de advisering over:

    • a.

      op te stellen (meer-)jarenplannen;

    • b.

      lokatiekeuzen en programma' s van eisen;

    • c.

      selektie kunstenaars;

    • d.

      beoordelen van ontwerpen voor kunstopdrachten;

    • e.

      aankopen van kunstobjekten in de openbare ruimte;

    • f.

      controle en oplevering van aankopen dan wel opdrachten;

    • g.

      specifieke vormgevingsprojecten in de cultuurtechnische feer, die zich daarvoor lenen.

  • 3.

    Bij haar funktioneren dient de commissie overleg te plegen met de betreffende ambtelijke disciplines en andere relevante gemeentelijke adviesorganen.

  • 4.

    De commissie adviseert per te realiseren projekt tevens over de wijze waarop de projekt-belanghebbenden (o.a. wijkraden, schoolbesturen) kunnen inspreken en bij de uitvoering betrokken kunnen worden.

  • 5.

    De commissie kan zaken van minder gewicht, spoedeisende of uitvoerende/toetsende aard aan de secretaris en/of een of meer van haar leden mandateren. Van deze adviezen wordt de commissie voor de eerstvolgende vergadering in kennis gesteld.

Samenstelling en benoeming

Artikel 2
  • 1.

    De commissie bestaat uit 5 stemgerechtigde en 3 adviserende leden.

  • 2.

    De stemgerechtigde leden zijn:

    • ·

      drie professioneel werkzame beeldende kunstenaars. Bij de selectie hiervan zal worden gelet op ervaring en/of affiniteit met monumentale beeldende kunst en kunsthistorische achtergrond;

    • ·

      een stedebouwkundige, landschapsarchitect of industrieel vormgever met specifieke interesse in de monumentale beeldende kunst;

    • ·

      een onafhankelijk voorzitter met vergaderdeskundigheid, communicatieve vaardigheden en affiniteit met monumentale beeldende kunst.

  • 3.

    De adviserende leden zijn:

    • ·

      een beleidsmedewerker/stedebouwkundige van de dienst Ruimtelijke Ordening;

    • ·

      een beleidsmedewerker/tuin-en landschapsarchitect van de dienst Groen, Natuur en Landschap;

    • ·

      een beleidsmedewerker beeldende kunst van de dienst Onderwijs en Cultuur, tevens de secretaris van de commissie.

  • 4.

    De stemgerechtigde leden van de commissie zijn geen raadsleden of werknemers van de gemeente Apeldoorn.

  • 5.

    Alle leden (zowel de stemgerechtigde als de adviserende leden) van de commissie worden door het college benoemd.

  • 6.

    De voorzitter wordt door het college benoemd, na overleg met de commissie.

  • 7.

    De commissie benoemt uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter en geeft daarvan kennis aan het college.

Artikel 3
  • 1.

    De leden worden voor een periode van vier jaar benoemd.

  • 2.

    De stemgerechtigde leden worden benoemd op basis van een open sollicitatie-procedure.

  • 3.

    De adviserende leden worden telkens voor een periode van vier jaar benoemd op voordracht van de betreffende ambtelijke dienst. Zij kunnen worden herbenoemd.

  • 4.

    De stemgerechtigde leden kunnen ten alle tijde ontslag nemen. Zij geven daarvan schriftelijk kennis aan het college.

  • 5.

    De zittingsperiode van de commissie loopt vanaf 1 september van het jaar waarin een nieuwe zittingsperiode van de raad begint.

  • 6.

    Bij tussentijds vertrek van een lid wordt het nieuwe lid voor de resterende periode benoemd.

Artikel 4
  • 1.

    Het college kan tussentijds een lid ontslaan indien blijkt dat het betreffende lid de in de commissie afgesproken taken en verplichtingen niet voldoende nakomt.

  • 2.

    Het college kan een lid ontslaan wanneer tegen zijn lidmaatschap schriftelijke en gemotiveerde bezwaren zijn ingediend.

  • 3.

    Het college verleent geen ontslag dan nadat het betrokken lid zich binnen zes weken, nadat hij op de hoogte is gesteld van de aard van de ingebrachte bezwaren, schriftelijk of mondeling heeft kunnen verweren.

Vergoedingen en uitsluiting

Artikel 5
  • 1.

    De stemgerechtigde leden van de commissie ontvangen presentiegeld voor het bijwonen van de vergaderingen overeenkomstig de gemeentelijke richtlijnen.

  • 2.

    Voor aparte door de uitvoerende dienst goed te keuren opdrachten wordt een afzonderlijke vergoeding verleend overeenkomstig gemeentelijke tarieven, voorzover deze werkzaamheden niet behoren tot de gebruikelijke voorbereiding van de bij te wonen vergaderingen.

Artikel 6

Gedurende het lidmaatschap en twaalf maanden na afloop daarvan komen de leden niet in aanmerking voor gemeentelijke opdrachten en/of aankopen die op advies van deze commissie worden gedaan.

Werkwijze en besluitvorming

Artikel 7

De commissie vergadert minimaal tweemaal per jaar.

Artikel 8
  • 1.

    De vergaderingen worden door de voorzitter belegd, die zorgt dat ieder lid tenminste 5 dagen voor het houden van de vergadering hiertoe schriftelijk wordt opgeroepen.

  • 2.

    De oproep voor de vergadering wordt namens de voorzitter verzorgd door de secretaris. De te behandelen onderwerpen worden op de uitnodiging vermeld.

Artikel 9
  • 1.

    De vergadering van de commissie wordt alleen gehouden als tenminste drie stemgerechtigde leden zijn opgekomen.

  • 2.

    Wanneer het in het eerste lid vereiste aantal leden niet is opgekomen, kan, met een tussentijd van tenminste 2 dagen, een nieuwe vergadering worden belegd, waarin de dan aanwezige leden ongeacht het aantal kunnen besluiten over de voor de niet doorgegane vergadering geagendeerde onderwerpen.

Artikel 10

Indien de voorzitter of tenminste drie leden het nodig vinden wordt een extra vergadering belegd.

Artikel 11

De commissie besluit bij meerderheid van stemmen. Bij staken van stemmen vindt herstemming plaats in de eerstvolgende vergadering. Bij staken van stemmen bij de herstemming geeft de stem van de voorzitter de doorslag.

Artikel 12

De adviezen van de commissie worden, tenzij spoed vereist is, schriftelijk uitgebracht. Het advies wordt ondertekend door de secretaris. Wordt een advies niet eenstemmig bepaald, dan wordt van de mening van de minderheid melding gemaakt als deze dat nodig vindt.

Geheimhouding en openbaarheid

Artikel 13
  • 1.

    De vergaderingen van de commissie zijn niet openbaar i.v.m. de noodzakelijke kwalitatieve beoordeling van kunstenaars en de onderhandelingspositie van de gemeente als opdrachtgever.

  • 2.

    Voor de openbaarheid van de standpunten en besluiten van de commissie zijn de voor de gemeente Apeldoorn geldende regels van overeenkomstige toepassing.

  • 3.

    Het verstrekken van informatie vanuit de commissie aan derden geschiedt door de voorzitter of de secretaris.

  • 4.

    Het informeren van derden over de gemeentelijke besluitvorming vindt plaats door de secretaris/ betreffende gemeentelijke dienst of afdeling.

Artikel 14

Het college kan omtrent de inhoud van stukken, die aan de commissie worden overlegd of ter inzage worden verstrekt, geheimhouding opleggen.

Artikel 15
  • 1.

    Ten behoeve van een goede communicatie zal er, in principe eenmaal per kwartaal, een informatief overleg plaatsvinden tussen de commissie en de wethouder voor culturele zaken.

  • 2.

    De commissie brengt ieder jaar een verslag van haar werkzaamheden uit in de vorm van een presentatie aan het college/de raadscommissie.

Artikel 16

In aangelegenheden betreffende de commissie, waarin dit reglement niet voorziet, alsmede bij gerezen geschillen aangaande voornoemde commissie, beslist het college na de commissie gehoord te hebben.

Slotbepaling

Artikel 17
  • 1.

    Dit reglement kan worden aangehaald als ‘Reglement Gemeentelijke Adviescommissie Kunsttoepassing in de Openbare Ruimte’.

  • 2.

    Dit reglement treedt in werking op 1 september 1994.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering d.d. 7 juli 1994

Inwerking getreden d.d. 1 september 1994