Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hof van Twente

Verordening Participatiefonds 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHof van Twente
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Participatiefonds 2015
CiteertitelVerordening Participatiefonds 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpBijdrage voor sport en cultuur voor lage inkomens

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Participatiewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2016Nieuw/vervanging

16-12-2014

Hofweekblad d.d. 23 december 2014

527016

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Participatiefonds 2015

De raad van de gemeente Hof van Twente;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 35 van de Participatiewet

besluit:

vast te stellen de navolgende VERORDENING PARTICIPATIEFONDS 2015

 

Verordening Participatiefonds 2015

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    Deze verordening verstaat onder Participatiefonds de door de raad beschikbaar gestelde middelen waaruit bijdragen kunnen worden verstrekt aan bepaalde inwoners van de gemeente voor het bevorderen van maatschappelijke betrokkenheid.

  • 2.

    Deze verordening verstaat onder Aanvrager degene die in aanmerking wenst te komen voor een bijdrage uit het participatiefonds, zijn of haar (huwelijks)partner en de tot het gezin behorende thuiswonende kinderen tot 18 jaar.

  • 3.

    Deze verordening verstaat onder Kind het minderjarig inwonend kind dat ten laste komt van het huishouden van de aanvrager.

     

Artikel 2 Aanvragen van een bijdrage

  • 1.

    De aanvraag wordt ingediend door middel van een door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier.

  • 2.

    De aanvraag wordt in behandeling genomen indien deze voorzien is van bewijsstukken omtrent:

    • a.

      huidige inkomen en vermogen;

    • b.

      bewijs van uitgaven zoals bedoeld in hoofdstuk 2 van deze verordening.

  • 3.

    Artikel 2 lid 2 onder a is niet van toepassing op de aanvrager die een uitkering ontvangt op grond van de Participatiewet.

     

Artikel 3 Doel van het Participatiefonds

Een bijdrage uit het Participatiefonds wordt verstrekt voor uitgaven van de aanvrager die naar oordeel van burgemeester en wethouders gedaan zijn of gedaan worden om actief deel te nemen aan het maatschappelijk leven, om zodoende de mogelijkheden van participatie te vergroten.

 

Artikel 4 Beperkingen

  • 1.

    Een bijdrage uit het Participatiefonds wordt niet verstrekt, indien zich één of meer van de volgende situaties voordoen:

    • a.

      met betrekking tot de kosten waarvoor een bijdrage wordt gevraagd, is een voorliggende voorziening aanwezig;

    • b.

      het inkomen van de aanvrager bedraagt meer dan 120% van de op hem van toepassing zijnde bijstandsnorm;

    • c.

      het vermogen van de aanvrager bedraagt meer dan de bedragen genoemd in artikel 34 lid 3 onder a t/m c van de Participatiewet;

  • 2.

    Tot het vermogen van de aanvrager, als bedoeld in artikel 4 lid 1 onder c wordt slechts gerekend het vermogen dat bestaat uit banktegoeden en contante middelen.

     

Artikel 5 Administratieve drempel

Een aanvraag voor een tegemoetkoming uit het participatiefonds wordt slechts in behande-ling genomen, indien de kosten ten tijde van de aanvraag meer bedragen dan € 25,00.

 

Artikel 6 Indexering

Burgemeester en wethouders kunnen jaarlijks de in hoofdstuk 2 genoemde bijdragen aanpassen.

 

 

HOOFDSTUK 2 VOORZIENINGEN

 

Artikel 7 Sportieve en culturele activiteiten

  • 1.

    De bijdrage uit het Participatiefonds voor lidmaatschap van een sport- of muziekvereniging, langdurige cursussen en dergelijke wordt vastgesteld op de daadwerkelijk gemaakte kosten met een maximum van € 150,00 per persoon per kalenderjaar;

  • 2.

    Indien de bijdrage aan de hand van de hoogte van de kosten lager wordt vastgesteld dan € 150,00 en er daarnaast aantoonbare bijkomende kosten zijn die verband houden met betreffende lidmaatschap, wordt de bijdrage verhoogd tot het maximum van € 150,00 per persoon per kalenderjaar.

  • 3.

    Studerenden vanaf 18 jaar worden uitgesloten van de vergoeding bedoeld onder 1 en 2 van artikel 7.

     

Artikel 8 Bibliotheek

De bijdrage uit het participatiefonds voor een abonnement op de bibliotheek wordt vastgesteld op het bedrag van de feitelijk gemaakte en aangetoonde kosten met een maximum van het bedrag van een all-in abonnement bij de bibliotheek Hof van Twente per persoon per kalenderjaar.

 

 

HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN

 

Artikel 9 Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van deze verordening leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

 

Artikel 10 Intrekken Verordening Participatiefonds 2012 en Verordening

maatschappelijke participatie schoolgaande kinderen 2012

De Verordening Participatiefonds 2012 en de Verordening maatschappelijke participatie schoolgaande kinderen 2012 worden per 1 januari 2015 ingetrokken.

 

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Participatiefonds 2015”.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hof van Twente d.d. 16 december 2014.

 

De raad van de gemeente Hof van Twente,

de griffier, de voorzitter,

 

mr. A. Venema drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM

 

TOELICHTING

Verordening Participatiefonds 2015

 

Algemene toelichting

Aanleiding om de verordening opnieuw aan te passen is de invoering van de Participatiewet per 1 januari 2015. De wet biedt de gemeente opnieuw de mogelijkheid om de inkomensgrens voor het gemeentelijk minimabeleid zelf vast te stellen. Voorwaarde blijft dat het minimabeleid alleen toegankelijk mag zijn voor “lage” inkomens.

Omdat categoriale bijzondere bijstand niet langer wordt toegestaan, komt de Verordening schoolgaande kinderen te vervallen. Derhalve worden ook kinderen tot 18 jaar nu weer toegelaten tot het Participatiefonds

De vergoeding zoals bedoeld in artikel 7 wordt verhoogd van € 100,00 naar € 150,00 maximaal. De vergoeding voor een identiteitskaart is via het Participatiefonds niet langer mogelijk, omdat dit niet overeenkomt met de doelstelling van het fonds. Inwoners van onze gemeente die een identiteitskaart moeten aanschaffen en hier niet de middelen voor hebben kunnen hiervoor een beroep doen op bijzondere bijstand op grond van de Participatiewet.

 

Artikelsgewijze toelichting

Alleen die artikelen die uitleg behoeven worden kort toegelicht.

 

Artikel 3 Doel van het Participatiefonds

Uitgangspunt is dat aanvrager de mogelijkheid krijgt om via een bijdrage uit het Participatiefonds deel te nemen aan het maatschappelijk leven: de bijdrage moet de participatie vergroten. Het moet hierbij gaan om een actieve deelname. Het lidmaatschap van bijvoorbeeld een voetbalvereniging waarbij actief wordt deelgenomen aan sportbeoefening valt hier onder. Een jaarkaart van een voetbalvereniging om wedstrijden bij te wonen valt niet onder de werkingssfeer van deze verordening.

 

Artikel 5 Administratieve drempel

In onze Beleidsregels bijzondere bijstand (eveneens onderdeel van het armoedebeleid) wordt een zogenaamde ‘administratieve drempel’ toegepast. Er kan pas een aanvraag worden ingediend als de bijzondere noodzakelijke kosten een bedrag van € 25,00 (dreigen) te overschrijden.

 

Deze bepaling is ingevoerd om de uitvoering van het bijzondere beleid niet te belastend te maken voor de uitvoering. Dit argument is ook van toepassing bij de uitvoering van de Verordening participatiefonds. Tevens wordt hierdoor voorkomen dat voor zeer geringe kosten, zoals het lidmaatschap van een buurtvereniging van € 5,00 per jaar een tegemoetkoming wordt verstrekt.

 

Een aanvraag voor een tegemoetkoming uit het participatiefonds wordt dus slechts in behan-deling genomen, indien de kosten ten tijde van de aanvraag meer bedragen dan € 25,00. Wanneer er op jaarbasis door cumulatie van de kosten het drempelbedrag wordt overschreden, kan alsnog een aanvraag worden ingediend

 

Artikel 7 Sportieve en culturele activiteiten

Voor het lidmaatschap van een sport-, muziek- of culturele vereniging kan een tegemoet-koming in de kosten worden verstrekt ter hoogte van die lidmaatschapskosten, echter wel met inachtneming van het maximumbedrag van € 150,00 per persoon per jaar.

Dit houdt dus in dat de vergoeding lager dan genoemd maximumbedrag kan worden vastge-steld. Wanneer er echter sprake is van aantoonbare bijkomende kosten zoals sportkleding etc. kan de vergoeding worden verhoogd tot het maximum van € 150,00 per persoon per jaar.

Onder deze kosten vallen ook de kosten van deelname aan langdurige activiteiten, zoals een cursus.

 

Artikel 8 Bibliotheek

Een bijdrage voor de kosten van een bibliotheekabonnement kan worden verstrekt naast de bijdrage van € 150,00 voor sportieve en culturele activiteiten.