Organisatie | Hof van Twente |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening commissie bezwaarschriften 2014 |
Citeertitel | Verordening commissie bezwaarschriften 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Commissie bezwaarschriften |
Geen
Awb Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-07-2014 | 07-05-2019 | Nieuwe beleid | 13-05-2014 Hofweekblad d.d. 9 juli 2014 | 507771 |
De raad van de gemeente Hof van Twente, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Hof van Twente;
ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (hierna Awb) en de Gemeentewet
vast te stellen de navolgende VERORDENING COMMISSE BEZWAARSCHRIFTEN 2014.
Artikel 9 Uitoefening bevoegdheden
De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:
Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.
Artikel 14 Niet-deelneming aan de behandeling
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.
De secretaris maakt op basis van de geluidsopname een schriftelijk verslag van het besprokene wanneer het bestuursorgaan dat nodig acht voor zijn besluitvorming of wanneer een belanghebbende daar om verzoekt dan wel dat een gerechtelijke instantie daar om verzoekt in geval van een (hoger) beroepsprocedure.
Artikel 19 Uitbrengen advies en verdaging
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 12 weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.
Artikel 20 Intrekking oude regeling
De Verordening commissie bezwaarschriften, vastgesteld op 21 november 2012, wordt op de in artikel 21 bepaalde datum ingetrokken.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hof van Twente d.d. 13 mei 2014.
De raad van de gemeente Hof van Twente,
de wnd. griffier, de voorzitter,
mr. A. Venema drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM
Burgemeester en wethouders van Hof van Twente,
de secretaris, de burgemeester,
mr. G.S. Stam drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM
Burgemeester van Hof van Twente,
drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM
Toelichting op de verordening Commissie bezwaarschriften
In deze verordening is bepaald dat de bestuursorganen van de gemeente, de raad, het college en de burgemeester, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft, besluiten de verordening vast te stellen. Duidelijk is dat de raad de verordenende bevoegdheid heeft. Het college en de burgemeester hebben deze bevoegdheid niet, maar nemen hiermee het besluit tot het instellen van de commissie bezwaarschriften. Op deze manier is het mogelijk dat de bestuursorganen samen een en dezelfde commissie instellen om te adviseren op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester. De ondertekening gebeurt eveneens door de drie bestuursorganen.
In het navolgende wordt een toelichting gegeven op de artikelen die de afgelopen jaren zijn gewijzigd en of aangepast.
Artikel 6 - Samenstelling commissie bij bezwaren personeel
Dit artikel ziet op de toevoeging aan de commissie van een lid van het Georganiseerd Overleg (GO) bij ingediende bezwaarschriften ten aanzien van personele zaken. Hierbij dient te worden benadrukt dat dit artikel van toepassing is op reguliere bezwaarschriften ten aanzien van personele zaken en niet op bezwaarschriften in het kader van (grootscheepse) reorganisatie.
Deze bepaling is met de inwerkingtreding van deze verordening gewijzigd. In de voorgaande verordening was bepaald dat commissieleden onbeperkt herbenoemd kunnen worden. Het tweede lid schrijft nu voor dat leden voor maximaal twee keer opnieuw benoemd kunnen worden als lid van de commissie bezwaarschriften. Het bepaalde in het tweede lid is opgenomen om zodoende de kwaliteit en onafhankelijkheid van de leden te kunnen blijven waarborgen.
In het derde lid van dit artikel is vastgesteld dat een lid bij zijn ontslag zelf het tijdstip van zijn ontslag kan bepalen. Hij of zij kan ook een later tijdstip kiezen om zodoende eventueel nog bij de afhandeling van lopende zaken betrokken te kunnen zijn. De bepaling van het laatste lid is het vastleggen van een formaliteit. Een ontslagnemend lid kan niet gedwongen worden ook feitelijk de functie te blijven vervullen.
Met de toevoeging van het bepaalde in het derde lid van artikel 10 wordt de zogenaamde Hoffelijke Aanpak gecodificeerd. Deze aanpak houdt in dat door de betrokken ambtenaren in eerste aanleg contact wordt opgenomen met de belanghebbenden waarbij wordt geïnventariseerd of men open staat voor een alternatieve geschillenbeslechting, zoals mediation. De voornoemde inventarisatie dient plaats te vinden voordat de formele behandeling van het bezwaarschrift door de commissie bezwaarschriften van start gaat.
De secretaris fungeert als controlepost en heeft contacten met de vakafdelingen. Hij of zij zal niet zelf de inventarisatiegesprekken voeren, tenzij daar behoefte aan is en om gevraagd wordt. Indien blijkt dat voorafgaande de formele behandeling door de bezwaarschriftencommissie geen inventarisatiegesprek heeft plaatsgevonden met betrokken partijen, kan de secretaris de zaak terugleggen bij de vakafdeling met het verzoek alsnog de betreffende inventarisatiegesprekken te voeren.
Artikel 12 - Verzoek om uitstel
Er is in artikel 12 een regeling opgenomen over het desgevraagd wijzigen van het tijdstip van de zitting door zowel het verwerend orgaan als een belanghebbende. Uitstel hoeft door de voorzitter overigens niet altijd te worden verleend. Betrokkene dient wel tijdig, te weten één week voor de hoorzitting, uitsluitsel over zijn verzoek om uitstel te krijgen. Een verzoek om uitstel moet door de voorzitter niet automatisch gehonoreerd worden. Alleen een gemotiveerd verzoek om uitstel wordt door de voorzitter beoordeeld, in samenspraak met het secretariaat, en kan ingewilligd worden. Het inwilligen van een verzoek dient dan wel te worden beperkt tot een eenmalig uitstel omdat anders de afwikkeling van het bezwaarschrift een te grote vertraging kan ondervinden. Bij de beoordeling van een verzoek om uitstel betrekt de voorzitter, naast de opgegeven redenen, ook de tijdigheid waarmee het verzoek is ingediend en de urgentie van het betrokken bezwaarschrift. De commissie bezwaarschriften heeft een vast vergaderschema. De zitting zal door de voorzitter worden verschoven naar de eerst volgende vergadering van de commissie. In geval van bijzondere omstandigheden kan de voorzitter besluiten de zitting te verschuiven naar een andere vergadering dan de volgende.
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) (art. 7:7 Awb) wordt van het horen een verslag gemaakt. De wet schrijft niet voor in welke vorm het verslag moet worden gegoten en hoe uitgebreid het dient te zijn. Er werd altijd van uitgegaan dat het verslag op schrift gesteld moest worden. Achterliggende gedachte hierbij is dat in geval van inschakeling van een bezwarencommissie gewaarborgd is dat het bestuursorgaan kennis heeft van wat er op de hoorzitting aan de orde is geweest en hiermee bij het nemen van een beslissing op het bezwaarschrift rekening kan houden. Door de steeds verder voortschrijdende digitalisering kan dit doel echter ook bereikt worden door de hoorzitting vast te leggen op CD. Hierdoor kan veel tijd worden bespaard, wat weer een positieve invloed heeft op de termijnen voor de behandeling van de bezwaarschriften. De traditionele wijze van verslaglegging door middel van het maken van aantekeningen door de secretaris van de commissie en het later uitwerken tot een schriftelijk verslag op hoofdlijnen wordt door de wijziging van artikel 16 verlaten. Tijdens de hoorzitting zal opnameapparatuur meedraaien, waarmee het openbare gedeelte van de hoorzitting –derhalve niet de voorbespreking en de beraadslaging door de commissie- zal worden opgenomen.
Op verzoek van de belanghebbende(n) kan een audio CD met daarop de opname van de hoorzitting worden toegezonden. Indien het bestuursorgaan het nodig acht voor de besluitvorming of wanneer een belanghebbende daar om verzoekt dan wel dat een gerechtelijke instantie daar om verzoekt in geval van een (hoger) beroepsprocedure zal door het secretariaat op basis van de geluidsopname een verslag worden opgesteld. Dit zal een zakelijk verslag op hoofdlijnen zijn.