Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Reusel-De Mierden

Beleidsregels leerlingenvervoer 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Reusel-De Mierden
Officiële naam regelingBeleidsregels leerlingenvervoer 2016
CiteertitelBeleidsregels leerlingenvervoer 2016
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerponderwijs
Eigen onderwerponderwijs

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Verordening leerlingenvervoer 2014

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-05-201613-05-2017Nieuwe regeling

26-04-2016

Gemeenteblad 2016-021, 27-5-2016

B&W 16-158

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels leerlingenvervoer 2016

1 Schooltijden

Het vervoer als bedoeld in artikel 1 onder t van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Reusel-De Mierden 2014 vindt plaats in aansluiting op het begin en einde van de schooldag, zoals aangegeven in de schoolgids: de reguliere schooltijden. Met afwijkende roosters, zoals deze voorkomen in het voortgezet onderwijs, wordt geen rekening gehouden. Verder zijn uitgesloten: introductiedagen, verkorte lesdagen, proefwerkweken, sportdagen, excursies, studiedagen etc. Uitzondering hierop is het vervoer tijdens de examenweken.

2 Regels met betrekking tot incidenten in het leerlingenvervoer

  • 1.

    Indien de vervoerder, de school of de ouders/verzorgers een incident meldt dat mogelijk gevolgen kan hebben voor het vervoer van de leerling(en) start het college een onderzoek. Het resultaat van het onderzoek wordt besproken met de ouders/verzorgers.

  • 2.

    Indien uit het onderzoek blijkt dat het incident terug te voeren is op de ernstige verstandelijke handicap van de leerling en dus aan de leerling niet kan worden toegerekend, dan wordt met vervoerder, ouders/verzorgers en eventueel school een passende oplossing gezocht (bijv. begeleiding vervoer door ouders/verzorgers, eigen vervoer).

  • 3.

    Indien uit het onderzoek blijkt dat het incident niet terug te voeren is op de handicap van de leerling, dan wordt het ongewenst gedrag aan de leerling toegerekend en treft het college sancties.

  • 4.

    Afhankelijk van de ernst van het incident ontvangen de ouders/verzorgers van het college een beschikking met:

    • a.

      een eerste waarschuwing, of

    • b.

      een tijdelijke uitsluiting, of

    • c.

      een (tijdelijke) uitsluiting zonder voorafgaande waarschuwing. Het college koppelt de actie terug aan de vervoerder en de school.

  • 5.

    Voor het bepaalde in het vorige lid geldt het volgende:

    • a.

      Waarschuwingsbrief: In deze brief wordt medegedeeld dat bij herhaling van het ongewenste gedrag de leerling voor een termijn van maximaal 4 weken wordt geschorst van leerlingenvervoer.

    • b.

      Tijdelijke uitsluiting: Vindt opnieuw ongewenst gedrag plaats dan ontvangen de ouders een brief waarin hen, onder verwijzing naar de waarschuwingsbrief, wordt medegedeeld dat de leerling voor een termijn van 1 dag tot maximaal 4 weken wordt uitgesloten van het leerlingenvervoer. Als de leerling zich na de schorsing opnieuw schuldig maakt aan ongewenst gedrag, dan wordt de leerling geschorst van het leerlingenvervoer met een maximum van 2 maanden (exclusief vakanties).

    • c.

      (Tijdelijke) uitsluiting zonder voorafgaande waarschuwing: Indien de leerling zich schuldig maakt aan een zeer ernstig incident dan wordt de leerling, zonder waarschuwing vooraf, gedurende een periode van minimaal 3 maanden uitgesloten van het leerlingenvervoer. Onder zeer ernstig incident wordt verstaan: een situatie waarin een leerling dreigt met geweld of feitelijk geweld gebruikt tegen medeleerlingen en/of chauffeur (bijvoorbeeld: zwaaien met een mes of wapen dan wel het feitelijk gebruik ervan.

  • 6.

    Als uit het onderzoek blijkt dat het voorval moet worden toegerekend aan de chauffeur, dan treft het college met de vervoerder een gepaste maatregel tot oplossing van het probleem. Het college stelt de ouders en de school op de hoogte van het resultaat.

3 Tweede opstap- of afzetadres

Voorwaarden voor een tweede opstap- of afzetadres:

  • a.

    de leerling maakt gebruik van aangepast vervoer;

  • b.

    er is één opvangadres naast het huisadres toegestaan;

  • c.

    het opvangadres ligt binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Reusel-De Mierden;

  • d.

    er dient sprake te zijn van een vast patroon, dat wil zeggen één vast adres en vaste dagen per week.

  • e.

    een volwassene moet aanwezig zijn op het tweede opstap- of afzetadres;

  • f.

    vervoer vanaf een opvangadres naar het huisadres behoort in geen geval tot de mogelijkheden;

  • g.

    indien het vervoer naar een opvangadres leidt tot hogere kosten dan vervoer naar het woonadres, worden de meerkosten in rekening gebracht bij de ouders/verzorgers;

  • h.

    indien het vervoer naar een opvangadres leidt tot een langere reistijd voor de overige leerlingen in het vervoer, behoudt het college zich het recht voor het vervoer niet toe te staan.

4. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

5. Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als: Beleidsregels leerlingenvervoer 2016.