| Organisatie | Nieuwegein |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Regeling stagiairs 2016 |
| Citeertitel | Regeling stagiairs 2016 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Regeling stagiairs 2002 en het Toelagen- en vergoedingenoverzicht.
CAR-UWO, art. 1:2a
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 10-06-2016 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 10-05-2016 | Onbekend |
Artikel 2. Eisen aan de stageplaats
Gemeente Nieuwegein houdt rekening met eventuele terugkomdagen van de onderwijsinstelling in het kader van de verplichte studie activiteiten. De stagiair wordt in de gelegenheid gesteld hieraan deel te nemen.
In de stage-overeenkomst wordt tenminste vastgelegd: het doel van de stage, het aantal uren per week waarin de activiteiten worden verricht, wat deze activiteiten inhouden en de wijze waarop de begeleiding plaatsvindt.
De stage-overeenkomst kan tussentijds worden beëindigd bij onvoldoende resultaten bij de opleiding, bij het stoppen van de opleiding of bij onvoldoende inzet en/of functioneren op de stageplaats.
Artikel 4. Verklaring omtrent gedrag
Indien de Gemeente Nieuwegein daarom vraagt, verstrekt de stagiair een verklaring omtrent gedrag aan de gemeente. De kosten hiervan komen voor rekening van de gemeente.
Het staat de gemeente vrij om de overeenkomst met de stagiair niet aan te gaan/of te beëindigen als de verklaring negatief is.
4.De stagiair is geen werknemer in de zin van artikel 2:4 van het Pensioenreglement Stichting Pensioenfonds ABP.
5.De lokale regelingen van de gemeente Nieuwegein zijn niet van toepassing op de stagiair, behalve de regelingen die staan opgenomen in bijlage 2: “Lokale regelingen voor stages en werkervaringsplaatsen”.
1.In afwijking van artikel 6, lid 2 heeft de stagiair recht op 158,4 uur verlof per kalenderjaar bij een stage van 36 uur per week. Bij een stage voor minder uur per week worden de uren naar rato toegekend.
2.Niet opgenomen verlof wordt na afloop van de stage niet uitbetaald.
1.In die gevallen waarin de regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan het college afwijkend beslissen.
2.Met ingang van deze regeling stagiairs 2016 en bijbehorende bijlagen 1 en 2 wordt de “Regeling stagiairs 2002” en het “Toelagen- en vergoedingenoverzicht” ingetrokken.
Artikel 9. Inwerkingtreding en citeertitel
Deze regeling kan worden aangehaald als de “Regeling stagiairs 2016” en treedt met bijbehorende bijlagen 1 en 2 in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.
Bijlage 1 Toelichting Regeling stagiairs
Bijlage 2 Lokale regelingen voor stages en werkervaringsplaatsen
Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 10 mei 2016,
Bijlage 1 Toelichting Regeling stagiairs
Bijlage 1. Toelichting Regeling stagiairs 2016
Om jongeren en werkzoekenden werkervaring op te laten doen bestaan er de mogelijkheden van een stage- en een werkervaringsplaats. Ten aanzien van de werkervaringsplaats (wep) is een aparte regeling opgesteld.
Artikel 1:2a en 1:2b van de CAR-UWO bieden organisaties mogelijkheden om werkzoekende en stagiairs activiteiten binnen de organisatie te ontplooien. Het gaat hierbij om jongeren of werkzoekenden die nog een opleiding volgen of die net een opleiding hebben afgerond.
Een aantal artikelen en hoofdstukken van de CAR-UWO zijn niet van toepassing voor stagiairs en weppers. Voor zover het de bedoeling is om ook (onderdelen) van lokale regelingen uit te sluiten voor stagiairs en weppers, moet dat in de lokale regeling worden geregeld.
Zowel de stagiair als de wepper is geen ambtenaar in de zin van artikel 1 CAR-UWO.
Deze regeling is gebaseerd op artikel 1:2a CAR-UWO en gaat over de stage in het kader van een
opleiding en de maatschappelijke stage.
De stagiair behoudt tijdens de stage de status van student. De stage vormt onderdeel van de
opleiding en vindt in dat kader plaats. Er wordt tijdens de stage geen loonvormende arbeid verricht, het gaat om het leereffect voor de student. De stage-overeenkomst is geen arbeidsovereenkomst en er is dus geen sprake van een dienstverband.
Het doel van het aanbieden van stageplaatsen binnen de organisatie is:
De stage kan per afdeling verschillen. De stagiair kan als volgt worden ingezet:
Daarnaast is een vereiste vanuit de MBO opleidingen dat de gemeente een erkenning heeft als leerbedrijf voor een stage/leerwerkplek. Deze erkenning is aan te vragen bij de SBB, Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven.
De verzoeken komen bij P&O binnen, dan wel worden doorgeleid naar P&O. P&O screent de verzoeken en informeert bij de afdelingen of er behoefte is aan een stagiair. Kandidaten die om welke reden dan ook niet in aanmerking komen voor een stageplaats, worden hierover schriftelijk geïnformeerd.
Als een kandidaat wel in aanmerking komt, dan worden zijn gegevens doorgeleid naar de afdeling waar de stage plaatsvindt. De contactpersoon / begeleider voor de stagiair binnen de afdeling regelt en voert een kennismakingsgesprek met de kandidaat.
Indien partijen tot een overeenstemming komen wordt er een overeenkomst door P&O opgemaakt. De overeenkomst wordt getekend door het betreffende afdelingshoofd, de stagiair en de stagebegeleider van de opleiding.
De stagiair krijgt een begeleider vanuit de organisatie toegewezen. De begeleider ondersteunt de stagiair met name op het gebied van praktische zaken zoals werkinhoudelijke aanwijzingen geven, informeren over arbo technische voorschriften en informeren over de wijze waarop men zich gedraagt op de werkvloer.
Er zal binnen de reguliere werktijd tijd moeten worden ingeroosterd voor de begeleiding van de
stagiair. Het is dus niet de bedoeling dat de begeleider hiervoor extra uren maakt.
De begeleider zal inhoudsdeskundig moeten zijn en tevens over coachende kwaliteiten moeten beschikken.
Voordat een stagiair wordt geplaats, wordt er een stage-overeenkomst opgesteld en ondertekend door het betreffende afdelingshoofd, de stagiair en de stagebegeleider van de opleiding. De bepalingen die in deze overeenkomst vermeld staan zijn bindend.
De stage wordt aangegaan voor bepaalde tijd, hierbij uitgaand van het vereiste aantal stage-uren van de opleiding.
Gedurende de stage evalueren de stagiair en de stagebegeleider regelmatig. Aan het eind van de stage vindt een gesprek plaats tussen de stagiair, de begeleider van de gemeente en de begeleider vanuit de opleiding. Op basis hiervan vindt er een beoordeling plaats.
De stage(overeenkomst) kan tussentijds worden beëindigd, wanneer de stagiair onvoldoende resultaten haalt bij de opleiding, bij het stoppen van de opleiding of wanneer de stagiair zich onvoldoende inzet en/of functioneert op de stageplek.
De stagiair krijgt een stagevergoeding bij een stageperiode van minimaal 1 maand aaneengesloten. De hoogte van de vergoeding hangt af van het opleidingsniveau en wordt bepaald volgens het “Vergoedingen en toelagenoverzicht 2016”.
De bedragen zijn gebaseerd op een 36 urige werkweek. Bij een deeltijd stage wordt de vergoeding naar rato berekend. De hoogte van de vergoeding wordt niet aangepast bij salariswijzigingen vanuit de CAO.
Indien de stagiair niet kan beschikken over een OV-kaart komt de stagiair in aanmerking voor een reiskostenvergoeding op basis van de Vergoedingsregeling reis- en verblijfkosten. Dit betekent dat wanneer de woon-werk afstand meer dan 10 km is de stagiair in aanmerking komt voor een reiskostenvergoeding. Dit wordt berekent volgens de bepalingen van de Vergoedingsregeling reis- en verblijfkosten (routenet en snelste route).
De aanspraken voor vakantieverlof zijn voor de stagiair gelijk aan die van de medewerkers van de gemeente. Deze aanspraken worden bij de start van de stage berekend door de salarisadministratie. De stagiair krijgt toegang tot het verlof via Youforce. Opnemen van verlof gaat in overleg met de stagebegeleider van de gemeente. De stagiair is niet automatisch gedurende de schoolvakanties vrij. Het aantal verlofuren kan in overleg worden opgenomen tijdens schoolvakanties, maar dit kan ook op andere momenten. Bij het opnemen van verlof moet de stagiair rekening houden met het aantal vereiste aantal stage-uren van de opleiding zodat deze uren aan het eind van de stage ook gehaald worden. Daarnaast kan de stagiair geen vakantie opnemen als dat ten koste gaat van het bijwonen van de verplichte opleidingsdagen.
Niet opgenomen vakantieverlof wordt na afloop van de stage niet uitbetaald.
De stagiair is verplicht om afwezigheid te melden bij zijn stagebegeleider binnen de organisatie.
Bij afwezigheid door ziekte dient de stagiair zich persoonlijk voor 9.00 uur ‘s morgens ziek te melden bij zijn of haar stagebegeleider. Indien de opleiding bij ziekmelden ook regels hanteert dient de stagiair zich ook daar aan te houden.
Wanneer de stagiair langer dan twee weken ziek is, wordt op aangeven van de leidinggevende de vergoeding stopgezet totdat de stagiair de werkzaamheden hervat.
GeheimhoudingDe stagiair is verplicht zich te houden aan de vastgestelde huis- en gedragsregels van de gemeente, waaronder de geheimhoudingsplicht. De stagiair is verplicht geheim te houden datgene wat hem onder geheimhouding wordt toevertrouwd, en ook de informatie die hem ter beschikking komt en waarvan hij het vertrouwelijk karakter begrijpt. Een geheimhoudingsbepaling is opgenomen in de stage-overeenkomst. Handelen in strijd met de geheimhoudingsplicht kan leiden tot onmiddellijke beëindiging van de stageplaats door de gemeente en eventueel tot andere sancties.
De gemeente heeft een aansprakelijkheidsverzekering (WA) welke ook geldt voor stagiairs.
De gemeente kan aansprakelijk gesteld worden voor, door de stagiair, geleden schade in de uitoefening van zijn werkzaamheden.
Er bestaat geen aansprakelijkheid als de gemeente kan aantonen dat hij zich voldoende aan zijn zorgplicht heeft gehouden of als de schade voor een groot deel te wijten is aan opzet of bewuste roekeloosheid van de stagiair.
Een Verklaring Omtrent Gedrag is een bewijs van goed gedrag. Uit deze verklaring blijkt dat het gedrag in het verleden geen bezwaar vormt voor het verrichten van een functie bij een werkgever.
Indien de gemeente daarom vraagt, verstrekt de stagiair een Verklaring Omtrent Gedrag aan de werkgever. De kosten hiervan komen voor rekening van de gemeente.
Het kan zijn dat de stagiair werkzaamheden gaat verrichten waarin hij te maken krijgt met (privacy) gevoelige informatie, financiële aspecten of werkzaamheden wat extra risico’s meebrengt in de omgang met anderen. Het afdelingshoofd bepaalt of het nodig is dat de stagiair een VOG aanvraagt.
Het staat de gemeente vrij om de overeenkomst met de stagiair niet aan te gaan/of te beëindigen als de stagiair geen VOG kan overhandigen.