Overheidsorganisatie | Gemeente Oldenzaal |
---|---|
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Wijkorganen Oldenzaal 2011 |
Citeertitel | Subsidieregeling wijkorganen Oldenzaal 2011 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De bekendmaking van deze regeling is niet te achterhalen.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-02-2011 | 12-04-2011 | nieuwe regeling | 14-12-2010 Onbekend. | INT-10-00916 |
Het college van burgemeester en wethouders van Oldenzaal;
gelet op titel 4.2 subsidies van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 1.6 van de Algemene subsidieverordening Oldenzaal 2005;
b e s l u i t :
vast te stellen de Subsidieregeling Wijkorganen Oldenzaal 2011.
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
college: het college van burgemeester en wethouders;
de wet: de Algemene wet bestuursrecht;
wijkorgaan: een rechtspersoonlijkheid bezittend orgaan, dat zich in het belang van de wijk(bewoners) inzet voor een leefbare en sociaal betrokken wijk;
wijk: een als zodanig bekend staande woonwijk van Oldenzaal.
Tenzij in deze subsidieregeling anders is bepaald, laat deze subsidieregeling onverlet de in de wet en in andere wettelijke voorschriften met betrekking tot subsidies opgenomen bevoegdheden en verplichtingen.
Er kan subsidie worden verleend aan een wijkorgaan voor onderstaande activiteiten:
activiteiten die de sociale betrokkenheid in de wijk beogen op peil te houden c.q. te versterken;
activiteiten die de leefbaarheid in de wijk beogen op peil te houden c.q. te versterken;
activiteiten die er op gericht zijn de wijkbewoners te informeren en/of hun stem zo goed mogelijk voor het voetlicht te brengen.
Met betrekking tot deze subsidie geldt, voor zover het subsidieplafond dat toelaat, de volgende verdeling per kalenderjaar:
ieder wijkorgaan krijgt eenzelfde, door het college te bepalen, bedrag voor het bestrijden van de apparaatskosten;
het restantbedrag van het subsidieplafond is beschikbaar voor activiteiten. Het door de wijkorganen in te dienen wijk(activiteiten)plan vormt de basis voor de toekenning;
alle wijkorganen kunnen tot eenzelfde bedrag een beroep doen op het hiervoor bedoelde restantbedrag;
de mogelijkheid wordt geboden een (grotere) activiteit te plannen in een volgend kalenderjaar en het op basis van het subsidieplafond beschikbare activiteitenbedrag daartoe te reserveren.
Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond vast.
a. de subsidieaanvraag moet uiterlijk op 1 december voorafgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt verleend zijn ontvangen;
b. bij de aanvraag zendt het bestuur aan het college:
een begroting;
een werkplan met een beschrijving van de voorgenomen activiteiten;
de bij het wijkorgaan betrokken personen (in bestuur en werkgroepen).
c. de oprichtingsakte en statuten moeten bij de eerste aanvraag worden ingediend;
d. een beslissing over de aanvraag wordt uiterlijk acht weken na 1 januari genomen.
Voor 1 juli van het jaar volgend op het jaar waarvoor subsidie is verleend moet een financieel en inhoudelijk verslag worden ingediend.
Het financieel jaarverslag moet inzicht geven in de lasten en baten en in de balanspositie van het wijkorgaan. Bij het indienen wordt een kopie overgelegd van alle bankrekeningen per het begin en eind van het dienstjaar.
Het inhoudelijke verslag geeft in elk geval inzicht in de uitgevoerde activiteiten.
In de subsidieverlening, het antwoord van de gemeente op de subsidieaanvraag, staat de maximale subsidie voor het betreffende subsidiejaar.
De subsidie wordt definitief vastgesteld na beoordeling van de in artikel 7 bedoelde verslagen.
Het wijkorgaan wordt in staat gesteld tot een maximum van € 500,00 een egalisatiereserve op te bouwen en het in enig jaar niet bestede deel van de activiteitensubsidie te reserveren voor een grotere activiteit in een daaropvolgend jaar (maximale termijn: vier jaar).
a. Het college kan afwijken van een of meerdere bepalingen in deze subsidieregeling.
b. In gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet beslist het college.
Deze regeling treedt in werking op 1 februari 2011.
Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Subsidieregeling wijkorganen Oldenzaal 2011’.
Vastgesteld in de vergadering van 14 december 2010,
het college van burgemeester en wethouders
de secretaris de burgemeester
(vastgesteld bij besluit van het college van 14 december 2010, reg.nr. INT-10-00916)
Artikel 1, lid d
De wijk- en buurtkaart van Oldenzaal (volgens indeling Centraal Bureau voor de Statistiek) geeft (anno 2010) een indeling in negentien gebieden.
Daarbinnen liggen vijf afgebakende woongebieden, die wij als wijk benoemen:
de binnenstad (het gebied ten noordwesten van de spoorlijn en ten zuidoosten van de rondweg);
Zuid-Berghuizen;
De Thij;
De Essen;
De Graven Es.
Artikel 4, lid a
Tot de apparaatskosten rekenen wij die kosten die noodzakelijkerwijs gemaakt moeten maken om als rechtspersoonlijkheid bezittend wijkorgaan te kunnen bestaan. Wij denken in dit verband aan kosten als:
kosten van (bestuurs- en commissie-)vergaderingen;
kosten van benodigde apparatuur;
kosten van abonnementen;
kosten Kamer van Koophandel;
onkosten (bestuurs- en commissie-)leden.
Artikel 4, lid b
Dit betreft kosten die een rechtstreeks gevolg zijn van de activiteit. In dit verband denken wij ook aan:
de kosten van openbare vergaderingen;
de kosten van enquêtes/raadplegingen;
de kosten van een wijkkrant of i.d.;
de kosten van het (mede) organiseren van een wijkschouw.
Artikel 6, lid a
Formeel moet een subsidieaanvraag worden ingediend. Een aanvraag gericht op zowel de apparaatskosten als de kosten van activiteiten. Vereist is een concreet activiteitenplan (zie artikel 6, lid b). Op basis van artikel 10, lid a, kunnen de wijkorganen in de gelegenheid worden gesteld dat plan ook later in te dienen. Ook nog gedurende het jaar waarop de subsidie betrekking heeft. In de subsidiebeschikking zal hiertoe dan een voorwaarde worden opgenomen.
Artikel 6, lid b
Per activiteit wordt beschreven waarom, met welk doel deze wordt opgezet, met wie wordt samen gewerkt en welke kosten er mee gemoeid zijn.
Artikel 9
Egalisatiereserve
Het wijkorgaan mag tot maximaal € 500,00 een egalisatiereserve opbouwen. Het niet bestede deel van de verleende subsidie voor de apparaatskosten mag tot dit maximum aan de reserve worden toegevoegd. Het meerdere wordt teruggestort in de gemeentekas.
Activiteitenreserve
Op basis van een jaarlijks in te dienen wijk(activiteiten)plan wordt aan het wijkorgaan een
subsidie verleend voor activiteiten. Het niet bestede deel van de verleende subsidie mag het wijkorgaan reserveren voor een grotere activiteit in een daaropvolgend jaar.
Bij het indienen van het financieel jaarverslag beschrijft het wijkorgaan deze grotere activiteit en binnen vier jaar moet het gereserveerde bedrag hieraan zijn uitgegeven. Zo niet, dan wordt het gereserveerde bedrag teruggestort in de gemeentekas.