Organisatie | Roosendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels projectsubsidies ''voormalige plustaken'' 2010 Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006 |
Citeertitel | Beleidsregels projectsubsidies ''voormalige plustaken'' 2010 Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
geen
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-06-2010 | 14-06-2011 | nieuwe regeling | 03-06-2010 Roosendaalse Bode 13 juni 2010, Gemeenteblad 2010/38 | AO/2010-29 |
De raad van de gemeente Roosendaal;
Gelezen het voorstel van het college van 13 april 2010;
Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht als mede het gestelde in de Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006
- dat de raad, met het vaststellen van de contourennota herijking subsidiebeleid, in 2004 heeft besloten dat marktwerking bij plustaken mogelijk moet zijn. Plustaken zijn in principe incidentele of tijdelijke activiteiten gericht op het oplossen van een meestal tijdelijk probleem;
- dat het gewenst is dat in beleidsregels wordt vastgelegd op basis van welke criteria de aanvragen voor deze subsidievorm worden geselecteerd en beoordeeld.
Beleidsregels projectsubsidies “voormalige plustaken” 2010 Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal 2006
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1: Begripsomschrijvingen
Artikel 2: Reikwijdte beleidsregels
Deze beleidsregels zijn alleen van toepassing op aanvragen voor projectsubsidies ” voormalige plustaken”.
Artikel 3: In behandeling nemen subsidieaanvragen (indieningtermijn, aanvraagformulier)
Subsidieaanvragen worden in behandeling genomen als de subsidieaanvraag:
Artikel 4: Criteria en wegingsfactoren
Het college rangschikt alle aanvragen, die voor subsidie in aanmerking komen, zodanig dat eenactiviteit hoger gerangschikt wordt naarmate naar het oordeel van het college beter voldaan wordt aan de navolgende criteria. De subsidieaanvragers moeten in het totaal minimaal 50 punten behalen bij kwaliteitscriteria 1 tot en met 4 om überhaupt in aanmerking te komen voor de subsidie.
De aanvrager beschikt over voldoende organisatiekracht en professionaliteit om de activiteit uit te voeren. Dit wordt getoetst aan de hand van een concrete beschrijving hoe de activiteit wordt uitgevoerd, hoe de meetbare resultaten worden behaald, wie de activiteit uitvoert (gekwalificeerd/deskundig/ervaren personeel) en een overzicht van eerder uitgevoerde activiteiten (maximaal 30 punten);
Artikel 5: Bevoorschotting projectsubsidies voormalige plustaken
1. Bevoorschotting vindt als volgt plaats:
2. Na de vaststelling van de subsidie wordt het bedrag, waar subsidieontvanger dan nog recht op heeft, uitgekeerd dan wel wordt het bedrag dat de subsidieontvanger op basis van de afrekening terug dient te betalen teruggevorderd.
Artikel 6: Vaststellen van subsidie
De maximale subsidie wordt in overeenstemming met de subsidieverlening vastgesteld indien en voor zover de activiteit voldoende aantoonbaar wordt behaald.
Artikel 7: Afwijken van de bepalingen/hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de subsidieaanvrager afwijken van de bepalingen in beleidsregels projectsubsidies “voormalige plustaken”, indien toepassing van deze beleidsregels projectsubsidies “voormalige plustaken” in dat concrete geval tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 8: Subsidiabele activiteiten en maximaal beschikbare subsidiebedragen per beleidsterrein/veld
Hieronder worden per beleidsterrein/veld de subsidiabele activiteiten en de maximaal beschikbare subsidiebedragen genoemd. Alle genoemde subsidiebedragen zijn onder voorbehoud van definitieve vaststelling van de begroting.
A) Programmabegroting: hoofdstuk 5, sociaal culturele voorzieningen en cultuur
Beleidsterrein: Kunst- en Cultuur
Subsidiabele activiteiten per beleidsveld:
Maximaal beschikbare subsidiebedrag per beleidsveld:
Kunst- en Cultuur algemeen: € 28.471,-
B) Programmabegroting: hoofdstuk 4 sport & recreatie
Beleidsterrein: Toerisme- en Recreatie
Maximaal beschikbare subsidiebedrag:
C) Programmabegroting: hoofdstuk 5, sociaal culturele voorziening en cultuur
Beleidsterrein: WMO, jeugd-en jongerenbeleid, onderwijsachterstanden
Advies en informatiepunten in twee buurthuizen: € 50.255,
Ouderenadviseur in coproductie met Het Punt € 70.000,-
Participatiemedewerker en allochtone intermediairs: € 70.000,-
Internationaal Vrouwenhuis Nokta;
Intermediair voor allochtone groepen en verenigingen € 105.950,-
Voorkomen van achterstanden bij 1,5 tot 3 a 4 jarigen € 112.000,-
Ureninzet: 74 uur agogisch werk en 8 uur teamleider per week € 157.327,-
Stedelijk jongeren(opbouw)werk:
Organiseren activiteiten voor jongeren tussen 10 en 23 jaar en trends signaleren € 64.261,-
Jongerenpreventie project € 76.820,-
Maximaal beschikbare subsidiebedragen:
(€ 447.793,- + € 70.000,- + € 112.000,- + € 76.820,- ) = € 706.613,-.
Deze beleidsregels treden in werking op de dag nadat deze zijn bekendgemaakt en zijn voor het eerst onverkort toepasbaar op de voor het jaar 2011 aangevraagde of aan te vragen projectsubsidies “ voormalige plustaken”.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Roosendaal van 3 juni 2010;