Organisatie | Ommen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Ommen |
Citeertitel | Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Ommen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Algemene Subsidieverordening gemeente Ommen 2013, art. 3
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-08-2016 | 01-10-2016 | nieuwe regeling | 06-06-2016 Gemeenteblad, 13-06-2016 | 1975119 |
HOOFDSTUK 1 Inleidende bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
HOOFDSTUK II de subsidieverlening
Artikel 3 Bijzondere bepalingen en verplichtingen
Artikel 4 Reikwijdte van de subsidieregeling
Burgemeester en wethouders kunnen subsidie verstrekken aan:
Instellingen gevestigd buiten de gemeente Ommen die het aanbod peuteropvang of voorschoolse educatie leveren in een voorziening buiten de gemeente Ommen, die aantoonbaar voor minimaal 35% van het aantal totale aantal peuters in geval van peuteropvang of doelgroeppeuters in geval van voorschoolse educatie deze diensten levert aan peuters afkomstig uit de gemeente Ommen, kunnen voor het deel van het aanbod dat geleverd wordt aan peuters afkomstig uit de gemeente Ommen eveneens voor een subsidie in aanmerking komen.
Artikel 5 Grondslag voor de subsidieberekening
De te verlenen subsidie per peuterplaats peuteropvang wordt bepaald op de hoogte van het door de instelling bij aanvraag opgegeven uurtarief tot een maximum van het onder lid 5 door het college vastgestelde uurtarief vermenigvuldigd met het aantal uren per peuterplaats zoals bepaald in lid 2 van dit artikel vermindert met de ouderbijdrage conform lid 7 van dit artikel.
De te verlenen subsidie per peuterplaats VE in de peuteropvang wordt bepaald op de hoogte van het door de instelling bij aanvraag opgegeven uurtarief tot een maximum van het onder lid 5 door het college vastgestelde uurtarief vermenigvuldigd met het aantal uren per peuterplaats zoals bepaald in lid 3 van dit artikel verhoogt met de in lid 4 van dit artikel genoemde forfaitaire bijdrage voor extra bijkomende werkzaamheden voorschoolse educatie, vermindert met de ouderbijdrage conform lid 8 van dit artikel
Instellingen die voor een subsidie peuteropvang en/of voorschoolse educatie in het kalenderjaar in aanmerking wensen te komen voor een subsidie op grond van artikel 5 lid 12 (subsidie peuterplaats peuteropvang) en lid 13 (subsidie peuterplaats VE in de peuteropvang) kunnen jaarlijks voor 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het kalenderjaar een subsidieaanvraag indienen.
Instellingen die voor een voorschoolse educatie in het kalenderjaar in aanmerking wensen te komen voor een subsidie op grond van artikel 5 lid 13 (subsidie peuterplaats VE in de kinderdagopvang)kunnen in afwijking van artikel 6 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Ommen 2013 lopende het kalenderjaar een subsidieaanvraag indienen.
In afwijking van artikel 5van de Algemene Subsidieverordening gemeente Ommen 2013 moet de aanvraag als bedoeld in lid 4 van dit artikel zijn voorzien van:
een gespecificeerde opgave per voorziening (locatie) van:
het aantal doelgroeppeuters VE voor wie in het kalenderjaar peuterplaatsen voorschoolse educatie in de kinderdagopvang wordt aangeboden (conform artikel 5 lid 14) met kopieën van bewijsstukken waaruit blijkt dat er voor de betreffende kinderen aanspraak is op voorschoolse educatie (indicatie van een jeugdarts van de Jeugdgezondheidszorg);
Burgemeester en wethouders bepalen jaarlijks met inachtneming van de in de (concept)gemeentebegroting vastgestelde budgetten voor 1 september voorafgaand aan het kalenderjaar welk bedrag als subsidieplafond beschikbaar is voor peuteropvang en welk bedrag voor voorschoolse educatie in de peuteropvang en de kinderdagopvang.
Burgemeester en wethouders verdelen het op grond van lid 1 van dit artikel vastgestelde bedrag de subsidie voor peuteropvang en voorschoolse educatie als volgt:
wanneer het totaal van alle subsidiabele aanvragen van alle voorzieningen het op grond van lid 1 vastgestelde bedrag voor peuteropvang voor het kalenderjaar niet overschrijdt wordt op grond hiervan het aantal subsidiabele peuterplaatsen peuteropvang voor het kalenderjaar per voorziening vastgesteld;
indien het totaal van de aangevraagde subsidie het op grond van lid 1 vastgestelde bedrag overschrijdt vindt een herverdeling van de te verlenen subsidie peuteropvang per aanvrager plaats, bij deze herverdeling wordt het bedrag verdeeld op basis van de per 1 september voorafgaand aan het kalenderjaar bezette peuterplaatsen peuteropvang van peuters van ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag;
wanneer er daarna nog een bedrag resteert ten opzichte van het op grond van lid 1 vastgestelde bedrag , wordt dit restant verdeeld naar rato van het aantal per 1 september voorafgaande aan het kalenderjaar per houder in het landelijk register kinderopvang geregistreerde opvangplaatsen kinderdagopvang in de gemeente Ommen.
wanneer het totaal van alle subsidiabele aanvragen van alle voorzieningen het totale op grond van lid 1 vastgestelde bedrag voor voorschoolse educatie voor het kalenderjaar niet overschrijdt wordt op grond hiervan het aantal subsidiabele peuterplaatsen voorschoolse educatie voor doelgroeppeuters en voorschoolse educatie voor het kalenderjaar per voorziening vastgesteld;
indien het totaal van de aangevraagde subsidie het op grond van lid 1 vastgestelde bedrag overschrijdt vindt een herverdeling van de te verlenen subsidie voorschoolse educatie per aanvrager plaats, bij deze herverdeling wordt het bedrag verdeeld op basis van de per 1 september voorafgaand aan het kalenderjaar bezette peuterplaatsen voorschoolse educatie;
wanneer er daarna nog een bedrag resteert ten opzichte van het op grond van lid 1 vastgestelde bedrag , wordt dit restant verdeeld naar rato van het aantal per 1 september voorafgaande aan het kalenderjaar per houder in het landelijk register kinderopvang geregistreerde opvangplaatsen kinderdagopvang in de gemeente Ommen.
Artikel 9 Rapportageverplichtingen
De subsidieaanvrager registreert en legt verantwoording af waarbij wordt overlegd:
een overzicht van alle peuters die in het kalenderjaar hebben deelgenomen aan een door de gemeente gesubsidieerd aanbod peuteropvang of voorschoolse educatie met opgave van de periode die zij gedurende het kalenderjaar hebben deelgenomen en indien van toepassing of zij tot de doelgroep behoren waarbij:
het totaal aantal daadwerkelijk bezette peuterplaatsen peuteropvang en voorschoolse educatie gedurende het kalenderjaar afgeleid van de gegevens onder lid a, waarbij voor de berekening van een peuterplaats die gedurende een deel van het kalenderjaar is bezet het aantal maanden naar beneden wordt afgerond indien depeuterplaats na de 15e van de maand is bezet en/of voor de 16e van de maand is beëindigd en naar boven wordt afgerond indien de peuterplaats voor de 16e van de maand is bezet en/of na de 15e van de maand is beëindigd, waarbij vervolgens voor de bepaling van de gerealiseerde peuterplaats de volgende formule wordt gehanteerd: A (= het aantal maanden dat de peuterplaats is bezet) : 12 = B (= het de omvang van een peuterplaats die een gedeelte van het kalenderjaar is bezet afgerond op 2 decimalen achter de komma) 1 ;
HOOFDSTUK III de subsidievaststelling
Artikel 10 De subsidievaststelling
Burgemeester en wethouders stellen op basis van de ingediende verzoek de subsidie vast op basis van het gedurende het kalenderjaar daadwerkelijk bezette aantal peuterplaatsen peuteropvang en/of voorschoolse educatie dan wel het aantal extra gerealiseerde dagdelen zoals bedoeld in art 4 lid 11 tot en met 13 van deze subsidieregeling.
Indien een peuterplaats slechts gedurende een deel van het kalenderjaar is bezet wordt de vast te stellen subsidie verminderd naar rato van het aantal maanden dat de peuterplaats niet bezet is, waarbij voor de berekening van de periode het aantal maanden naar beneden wordt afgerond indien de peuterplaats na de 15e van de maand is bezet en/of voor de 15e van de maand is beëindigd en naar boven wordt afgerond indien de peuterplaats voor de 15e van de maand is bezet en/of voor na de 15e van de maand is beëindigd.
HOOFDSTUK IV slot- en overgangsbepalingen
Artikel 11 Algemene subsidieverordening gemeente Ommen 2013
Voor zover in deze subsidieregeling niet anders is geregeld, gelden de bepalingen van de Algemene subsidieverordening gemeente Ommen 2013.
Burgemeester en wethouders kunnen deze subsidieregeling, met uitzondering van artikel 2 in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepalingen te dienen doelen.
Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2016, met dien verstande dat deze regeling voor het eerst van toepassing is op subsidieaanvragen voor het kalenderjaar .