Organisatie | Saba |
---|---|
Organisatietype | Caribisch openbaar lichaam |
Officiële naam regeling | Eilandsverordening van 20 november 2000, houdende regels ter zake de basisadministratie van persoonsgegevens |
Citeertitel | Verordening basisadministratie persoonsgegevens |
Vastgesteld door | Eilandsraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Saba (AB 2010, no. 6) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Saba en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Saba van toepassing.
De oorspronkelijke grondslag(en) kan men vinden door de regeling te zoeken op 09-10-2010.
Deze eilandsverordening is vastgesteld door de eilandsraad van het eilandgebied Saba, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Saba (AB 2010, nr. 6) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Saba en derhalve ook in het openbaar lichaam Saba van toepassing.
Eilandsbesluit houdende algemene maatregelen inzake het vaststellen van het actuele regelingenbestand van het eilandgebied en toekomstig openbaar lichaam Saba voor zover het haar bevoegdheid betreft
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | Bestendiging eilandsregeling in het openbaar lichaam | 26-08-2010 2010, no. 6 | Onbekend | ||
18-08-2001 | 10-10-2010 | Art. 4, 7, paragraaf 3a en artikel 27a | 17-08-2001 2001, no. | onbekend | |
19-12-2000 | 18-08-2001 | Nieuwe regeling | 20-11-2000 A.B. 2000, no. 2 | onbekend |
Hoofdstuk II Het bijhouden van de basisadministratie
Afdeling 1. Algemene bepalingen
Paragraaf 1 HET INSCHRIJVEN EN UITSCHRIJVEN
Op grond van de geboorteakte, opgemaakt door de ambtenaar van de burgerlijke stand in de Nederlandse Antillen of Aruba, wordt het kind ingeschreven dat niet reeds is ingeschreven in de basisadministratie of in een andere basisadministratie, indien de moeder op de geboortedatum van het kind als ingezetene is ingeschreven. Ingeval de moeder niet als ingezetene is ingeschreven in de basisadministratie of in een andere basisadministratie, wordt het kind ingeschreven in de basisadministratie, indien de vader op de geboortedatum van het kind ingezetene is.
Op grond van zijn aangifte van verblijf en adres wordt degene die niet als ingezetene is ingeschreven in de basisadministratie en die naar redelijke verwachting gedurende een half jaar ten minste twee derden van de tijd in het eilandgebied verblijf zal houden, als ingezetene ingeschreven in de basisadministratie.
Inschrijving vindt ten aanzien van degene die zich in het Eilandgebied vestigt, komende vanuit Nederland, niet plaats, dan nadat hij een hem betreffend verhuisbericht, verstrekt door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar hij laatstelijk als ingezetene in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens in Nederland was ingeschreven, heeft overlegd. In het geval dat anderszins blijkt dat het vertrek van de betrokken persoon is verwerkt in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens in Nederland waar hij laatstelijk als ingezetene was ingeschreven, of blijkt dat betrokkene daarin niet als ingezetene was ingeschreven, kan hiervan worden afgeweken.
Degene die is ingeschreven in de basisadministratie blijft daarin na zijn vertrek naar een ander land dan de Nederlandse Antillen of Aruba dan wel na zijn overlijden ingeschreven. Als dan wordt de bijhouding van diens persoonslijst opgeschort.
Paragraaf 2 HET OPNEMEN VAN PERSOONSGEGEVENS
In de basisadministratie worden over de ingeschrevene uitsluitend de volgende gegevens opgenomen:
1° gegevens over de burgerlijke staat;
3° gegevens over het gezag dat over de minderjarige wordt uitgeoefend;
4° gegevens over de nationaliteit;
5° gegevens over de verblijfstitel;
6° gegevens over het adres alsmede over het verblijf in het eiland(gebied) en het vertrek uit eiland(gebied);
7° gegevens over de administratienummers van de ingeschrevene, de ouders, de echtgenoot, de eerdere echtgenoten en de kinderen;
8° gegevens over het ID-nummer van de ingeschrevene, de ouders, de echtgenoot, de eerdere echtgenoten en de kinderen;
9° gegevens over het gebruik door de ingeschrevene van de geslachtsnaam van de echtgenoot of eerdere echtgenoot.
1° gegevens, noodzakelijk in verband met de uitvoering van de Paspoortwet;
2° gegevens, noodzakelijk in verband met de uitvoering van het Nederlands-Antilliaans Kiesreglement (PB1989, 78) en van het Kiesreglement eilandsraad Bovenwindse Eilanden (AB 1979, 2)
1° gegevens in verband met de inschrijving en uitschrijving;
2° gegevens ter aanduiding van akten en andere geschriften waaruit algemene gegevens zijn verkregen, dan wel van de rechtsgrond krachtens welke gegevens over het Nederlanderschap zijn opgenomen;
3° gegevens ter aanduiding van de onjuistheid van een opgenomen algemeen gegeven of van strijd met de Nederlands-Antilliaanse openbare orde van een opgenomen gegeven over de burgerlijke staat dan wel over een onderzoek naar die onjuistheid of strijdigheid, alsmede andere gegevens, noodzakelijk in verband met het bijhouden van de basisadministratie;
4° gegevens over de systematische verstrekking van gegevens;
In de basisadministratie worden na de uitschrijving over de uitgeschreven persoon in ieder geval de volgende gegevens opgenomen:
1° gegevens over de naam en de geboorte;
2° gegevens over het administratienummer;
3° gegevens over het eilandgebied of over het land waar de persoon is ingeschreven, over het adres in dat eilandgebied of land en over de datum van inschrijving.
b. administratieve gegevens in verband met de verwijsgegevens.
Afdeling 2. De verplichtingen van de burger
Degene die naar redelijke verwachting gedurende een half jaar twee derden van de tijd in het eiland(gebied) verblijf zal houden en die beschikt over een geldige verblijfstitel, meldt zich binnen vijf dagen na aanvang van zijn verblijf in persoon bij de beheerder van de basisadministratie om schriftelijk aangifte te doen van verblijf en adres.
De ingezetene die gedurende een halfjaar ten minste twee derden van de tijd buiten het eiland(gebied) in een ander eiland(gebied) van de Nederlandse Antillen of Aruba zal verblijven, meldt zich binnen tien dagen voor zijn vertrek bij de beheerder van de basisadministratie om schriftelijk aangifte van vertrek te doen. Eenzelfde verplichting geldt voor de ingezetene die gedurende een jaar twee derden van de tijd buiten het eilandgebied in een ander land dan de Nederlandse Antillen of Aruba zal verblijven.
Bij eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden nadere regels gesteld omtrent de gegevens die in het kader van de in het eerste tot het derde lid genoemde verplichtingen door de betrokkene dienen te worden verstrekt en worden de gevallen geregeld waarin het eerste, tweede en derde lid niet van toepassing zijn.
De ingezetene brengt zo spoedig mogelijk alle feiten, betreffende zijn burgerlijke staat en nationaliteit, die zich buiten het eiland(gebied) hebben voorgedaan, ter kennis van de beheerder van de basisadministratie en verschaft aan deze, desverlangd in persoon, de inlichtingen en legt de geschriften over die noodzakelijk zijn voor het bijhouden van de basisadministratie. Op verzoek van het Bestuurscollege legt hij van een geschrift een door een beëdigde vertaler vervaardigde Nederlandse vertaling over.
De echtgenoot en de nabestaanden tot en met de tweede graad van een ingeschrevene die in het buitenland is overleden, geven op verzoek van het Bestuurscollege aan de beheerder van de basisadministratie over dat overlijden, voor zover mogelijk, de inlichtingen en leggen de geschriften over die noodzakelijk zijn voor het bijhouden van de basisadministratie.
Verplichtingen als bedoeld in artikel 13, kunnen worden vervuld door:
het hoofd van een instelling voor gezondheidszorg voor een in die instelling verblijvende persoon die wegens de toestand van zijn gezondheid niet in staat kan worden geacht aan zijn verplichtingen te voldoen of een machtiging daartoe te geven, dan wel de echtgenoot of de bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad van een zodanig persoon, onder overlegging van een schriftelijke verklaring van het hoofd van de desbetreffende instelling.
Afdeling 3 De rechten van de burger
Het Bestuurscollege voldoet binnen vier weken aan het schriftelijke verzoek van betrokkene de hem betreffende gegevens in de basisadministratie te verbeteren, aan te vullen of te verwijderen, indien de gegevens onjuist dan wel onvolledig zijn of ten onrechte zijn opgenomen. Het verzoek behelst de aan te brengen wijzigingen. Hiervoor worden geen kosten in rekening gebracht.
De termijn, bedoeld in het eerste lid, kan door het Bestuurscollege, voor zover noodzakelijk, ten hoogste drie maal met telkens acht weken worden verlengd, indien het verzoek betrekking heeft op gegevens over de burgerlijke staat of de nationaliteit. Van een beslissing tot verlenging wordt terstond schriftelijk mededeling gedaan aan de verzoeker.
Als het Bestuurscollege het voornemen heeft:
a) aan een aangifte geen of slechts ten dele gevolg te geven;
b) een gegeven over de burgerlijke staat niet op te nemen, dan wel een geschrift daarover dat als akte is aangeboden niet als zodanig aan te merken;
c) een gegeven over de nationaliteit niet op te nemen;
d) ambtshalve over te gaan tot inschrijving, of tot opneming van gegevens in het geval dat inschrijving of opneming op grond van een aangifte had moeten geschieden;
e) bij een opgenomen algemeen gegeven een aantekening over de onjuistheid van dat gegeven of over de strijdigheid daarvan met de Nederlands-Antilliaanse openbare orde te plaatsen;
f) niet te voldoen aan een verzoek als bedoeld in de artikelen 17, 18 en 29, eerste lid,
doet hij van dat voornemen aan de betrokkene zo spoedig mogelijk en, indien het voornemen betrekking heeft op een verzoek als bedoeld onder f, binnen de desbetreffende termijn schriftelijk mededeling onder vermelding van de gronden.
Hoofdstuk III Het verstrekken van gegevens uit de basisadministratie
Paragraaf 3 DE VERSTREKKING AAN DERDEN
Aan een derde worden op schriftelijk verzoek door het Bestuurscollege de algemene gegevens en de verwijsgegevens verstrekt die noodzakelijk zijn in verband met de uitvoering van een algemeen verbindend voorschrift door die derde. Het verzoek behelst de gronden voor de verstrekking. Aan de verstrekking kunnen door het Bestuurscollege voorwaarden worden verbonden.
In de gevallen, bedoeld in het tweede lid, kan de verstrekking alleen betrekking hebben op algemene en verwijsgegevens over de naam, de geslachtsnaam van de echtgenoot of de eerdere echtgenoot, het gebruik door de ingeschrevene van de geslachtsnaam van de echtgenoot of de eerdere echtgenoot, het adres, de geboortedatum en de datum van overlijden.
Paragraaf 3a DE VERSTREKKING AAN DE BEVOLKINGSADMINISTRATIE IN NEDERLAND
Indien een persoon aangifte doet van vertrek naar Nederland, worden van die persoon, in afwijking van het bepaalde in de artikelen 26 en 27, de in artikel 10, onderdeel a, onder 1 tot en met 4, 6, 7 en 9, onderdeel b, onder 1 en onderdeel c, bedoelde gegevens spontaan verstrekt aan de verantwoordelijke voor de verwerking van persoonsgegevens in een basisadministratie of bij het vestigingsregister in Nederland. Bij de verstrekking wordt mededeling gedaan van de door die persoon opgegeven gemeente van voorgenomen vestiging in Nederland.
Paragraaf 4 HET RECHT OP GEHEIMHOUDING
Het Bestuurscollege geeft aan het schriftelijke verzoek van betrokkene om in de gevallen, bedoeld in artikel 27, tweede lid, geen gegevens die opgenomen zijn op zijn persoonslijst of hem betreffende verwijsgegevens aan derden te verstrekken, binnen vier weken gevolg en doet daarvan terstond schriftelijk mededeling aan de verzoeker, onder vermelding van de geldende regels ter zake.
In afwijking van het eerste lid worden omtrent de verzoeker in de gevallen bedoeld in artikel 27, tweede lid, gegevens verstrekt, indien de persoonlijke levenssfeer daardoor niet onevenredig wordt geschaad. Het Bestuurscollege maakt de beslissing om krachtens artikel 27, tweede lid, in afwijking van het eerste lid, gegevens te verstrekken, terstond bekend aan de betrokkene. Het geeft geen uitvoering aan de beslissing binnen een daarbij gestelde termijn.
Hoofdstuk IV Overige bepalingen
Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze eilandsverordening bepaalde zijn belast de bij besluit van het Bestuurscollege aangewezen ambtenaren. Een zodanig besluit wordt bekend gemaakt in een of meer door het Bestuurscollege te bepalen dagbladen welke in het eilandgebied worden verspreid.
De krachtens het eerste lid aangewezen ambtenaren zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijs noodzakelijk is bevoegd:
a) alle inlichtingen te vragen;
b) inzage te verlangen van alle bescheiden en informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of deze daartoe tijdelijk mee te nemen;
c) alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner te betreden.
Paragraaf 3 BIJZONDERE BEPALINGEN
Bij alle handelingen betreffende het bijhouden van de basisadministratie en het verstrekken van gegevens uit de basisadministratie en het bevolkingsregister draagt het Bestuurscollege zorg voor een deugdelijke vaststelling van de identiteit van de betrokkene onderscheidenlijk de verzoeker.
a) een binnen de Nederlandse Antillen en Aruba afgegeven geldige identiteitskaart;
De ouders, voogden, verzorgers en curatoren van minderjarigen of onder curatele gestelden, zijn met het oog op de vaststelling van de identiteit van de minderjarige of onder curatele gestelde desgevraagd verplicht, deze te laten verschijnen bij de beheerder van de basisadministratie en een op de minderjarige of onder curatele gestelde betrekking hebbend document als bedoeld in het tweede lid over te leggen.
Hoofdstuk V Overgangsbepalingen
Het Bestuurscollege draagt ambtshalve zorg dat de in het gezinsregister, bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van het besluit van 16d december 1929 PB 103), ter uitvoering van de verordening van 21 juni 1929 (PB 89), tot het vaststellen van bepalingen nopens het aanleggen en bijhouden van bevolkingsregisters, opgenomen personen worden ingeschreven in de basisadministratie aan de hand van de relevante gegevens uit dat gezinsregister, voor zover zij in dat register als woonachtig in het eiland(gebied) zijn vermeld.
Bij eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden regels gesteld omtrent de zorg voor de bevolkingsregisters, bedoeld in artikel 2, van het besluit van 16 december 1929, ter uitvoering van de verordening van 21 juni 1929, tot het vaststellen van bepalingen nopens het aanleggen en bijhouden van bevolkingsregisters. Daarbij kan worden bepaald dat de bevolkingsregisters op een andere wijze dan in de vorm van gezinskaarten kunnen worden aangehouden en kan de vernietiging van gezinskaarten worden geregeld.
In afwijking van hoofdstuk III kunnen gedurende zes kalendermaanden na inwerkingtreding van de verordening, voor zover nog niet is beslist ten aanzien van gegevensverstrekking aan een afnemer niettemin de gegevens worden verstrekt waarover die afnemer onmiddellijk voor de inwerkingtreding van de verordening kon beschikken.