Organisatie | Laarbeek |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | BELEIDSREGEL COMPENSATIE ALLEENSTAANDE OUDERKOP LAARBEEK 2016 |
Citeertitel | BELEIDSREGEL COMPENSATIE ALLEENSTAANDE OUDERKOP LAARBEEK 2016 end |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-05-2016 | 01-01-2016 | 20-02-2019 | Onbekend | 18-04-2016 Onbekend | Onbekend |
BELEIDSREGEL COMPENSATIE ALLEENSTAANDE OUDERKOP LAARBEEK 2016
Burgemeester en wethouders van Laarbeek
vast te stellen de Beleidsregel compensatie alleenstaande ouderkop Laarbeek 2016
Met de afschaffing van de alleenstaande ouder norm gaat een deel van de alleenstaande ouders er in inkomen vrij fors op achteruit. De vraag is of in al die gevallen de bijstandsnorm nog voldoende is om te voorzien in de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. Met deze beleidsregel wordt tot uitdrukking gebracht dat het college voornemens is om in bepaalde gevallen artikel 18 lid 1 Participatiewet (PW) ruimhartig toe te passen en een hogere norm toe te kennen
Artikel 18 lid 1 en 35 Participatiewet.
Op grond van de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van een belanghebbende wordt beoordeeld of men voldoende inkomen heeft om te voorzien in de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. Indien men onvoldoende inkomen heeft, wordt de norm verhoogd met maximaal de alleenstaande ouderkop die belanghebbende had kunnen ontvangen als hij geen toeslagpartner had gehad.
Omstandigheden waarmee rekening wordt gehouden:
1.Mogelijkheid om de kosten van het bestaan te kunnen delen met anderen.
Heeft men de mogelijkheid om de kosten te delen, dan wordt er van uit gegaan dat men voldoende middelen heeft om in het bestaan te voorzien.
2.Mogelijkheden die men heeft en ook daadwerkelijk heeft benut om het Awir partnerschap te beëindigen. Hierbij kunnen drie categorieën onderscheiden worden:
3.De duur van de periode dat men gescheiden leeft en het Awir partnerschap niet beëindigd kan worden.
4.De overige middelen die men heeft om de periode te overbruggen.
Inkomen boven de toepasselijke bijstandsnorm, en het vermogen, voor zover dit meer bedraagt dan de toepasselijke vermogensgrens, worden daarbij in ieder geval volledig in aanmerking genomen.
5.Compensatie Alo-kop enkel voor personen van 21 jaar of ouder.
Ouders blijven tot het 21e jaar onderhoudsplichtig voor hun kinderen. Aanvragen van personen jonger dan 21 jaar om bijzondere bijstand ten behoeve van hun kosten van levensonderhoud dienen op basis van artikel 12 Participatiewet beoordeeld te worden.
Deze beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na die van bekendmaking en werken terug tot en met 1 januari 2016, behoudens situaties waarbij sprake is van negatieve gevolgen voor de belanghebbende.
Besloten in de vergadering van 18 april 2016
de secretaris, de burgemeester,
M.J.M. Meertens H.P.T.M. Willems
Bekend gemaakt op: 28 april 2016