Organisatie | Goeree-Overflakkee |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels gebruik knalapparatuur voor het verjagen van vogels of wild Goeree-Overflakkee (Beleidsregels knalapparatuur Goeree-Overflakkee) |
Citeertitel | Beleidsregels knalapparatuur Goeree-Overflakkee |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-05-2016 | nieuwe regeling | 03-05-2016 | Z-15-44515/6446 |
Burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee;
het op grond van artikel 4:6, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening Goeree-Overflakkee 2015, verboden is om buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer of het Activiteitenbesluit milieubeheer op een zodanige wijze toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt;
gelet op artikel 4:6, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening Goeree-Overflakkee 2015 en op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;
vast te stellen de volgende beleidsregel: Beleidsregels gebruik knalapparatuur voor het verjagen van vogels of wild Goeree-Overflakkee
Een ontheffing wordt in ieder geval geweigerd indien uit de aanvraag blijkt dat de aanvrager niet kan voldoen aan een van de volgende voorschriften:
het equivalente geluidsniveau LAeq veroorzaakt door een knalapparaat bedraagt niet meer dan vijftig dB(A) voor de periode tussen 07.00 uur en 19.00 uur en niet meer dan vijfenveertig dB(A) voor de periode tussen 19.00 uur en 21.00 uur, gemeten op de gevel van geluidgevoelige gebouwen van derden op een hoogte van anderhalve meter;
Middelharnis, 3 mei 2016
Burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee,
locosecretaris, burgemeester,
K.Kasteleijn mr. A. Grootenboer-Dubbelman
Toelichting op de Beleidsregels gebruik knalapparatuur voor het verjagen van vogels of wil Goeree-Overflakkee.
Het telen van fruit en overige agrarische activiteiten vormen voor diverse ondernemers op Goeree-Overflakkee een belangrijke bron van inkomsten. Inherent hieraan is het treffen van maatregelen ter beperking van opbrengstschade (ruim dertig procent van de provinciale opbrengstschade vindt plaats op het grondgebied van de gemeente Goeree-Overflakkee). Het gebruik van een knalapparaat ter beperking van vogel- en wildschade kan daarbij
een hulpmiddel zijn. De ondernemers staan echter ook andere hulpmiddelen ter beschikking, die deze schade kunnen beperken.
Wanneer het voorkomen van iedere vorm van hinder door knalapparaten als uitgangspunt wordt genomen, is het gebruik van deze apparaten op Goeree-Overflakkee vrijwel uitgesloten. Wonen in (het buitengebied van) een van de kernen op Goeree-Overflakkee c.q. aan de rand van de bebouwde kom betekent samenleven met de agrarische bedrijfstak
en fruitteeltsector. Deze bedrijvigheden hebben hun lusten en hun lasten. Dat laatste is niet
onoverkomelijk, mits deze zijn begrensd. Een zekere mate van hinder ten gevolge van het gebruik van knalapparaten is in dit verband toelaatbaar, voor zover de mate en de tijdsperiode waarin de hinder kan worden ondervonden beperkt is. Indien de regulier gebruikelijke geluidnormen worden verlaten moet het uitdrukkelijk gaan om een bedrijfsvoering in uitzonderlijke omstandigheden: het voorkomen c.q. beperken van ernstige vraatschade. Deze uitzonderlijke omstandigheden kunnen zich voordoen wanneer rijpende gewassen worden aangevreten of (pas) ingeplante of ingezaaide akkers regelmatig worden bezocht door vogels. Dit beperkt zich over het algemeen tot de periode april tot en met september. Het gebruik van knalapparatuur is beperkt tot het tijdvak van 07.00 uur tot 21.00 uur (of zoveel korter). Hoewel vraat ook buiten deze tijdsperiode zal optreden, is afwijking van de reguliere geluidnormen buiten deze uren niet toelaatbaar.
Het optreden van schrikeffecten ten gevolge van een enkelvoudige knal bij bewoners of gebruikers van geluidgevoelige objecten is in het algemeen ongewenst. Hieruit volgt dat in de periode tussen 07.00 en 21.00 uur een niveau hoger dan zeventig dB(A, imp) ter plaatse van de gevel van geluidgevoelige objecten van derden in het algemeen niet toelaatbaar is.
Overschrijding van een niveau van vijfenzeventig dB(A, imp) is - gelet op het gestelde in de circulaire schietlawaai van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer - onaanvaardbaar. Dit is tevens in lijn met de maximale grenswaarde van vijfenzeventig dB(A) voor piekwaarden (Lmax), die in het kader van de Wet milieubeheer wordt gehanteerd. De effecten die samenhangen met een overschrijding van het achtergrondniveau met meer dan tien dB(A) door herhaald hoorbare knallen worden eveneens ontoelaatbaar geacht. Hieruit volgt dat in de periode tussen 07.00 en 21.00 uur een niveau hoger dan vijftig dB(A) ter plaatse van de gevel van geluidgevoelige
objecten van derden niet toelaatbaar is (vanwege de avondrust bedraagt niveau vanaf 19.00 uur ten hoogste vijfenveertig dB(A)). Cumulatie van de geluidbelasting door tegelijkertijd functionerende knalapparaten is ongewenst. Wanneer een tweede knalapparaat nabij een reeds opgesteld apparaat wordt geplaatst, dan neemt de geluidbelasting toe. Het is om die reden dat een minimale afstand gewenst is tussen twee knalapparaten. Staan meerdere knalapparaten op minder dan driehonderd meter van een geluidsgevoelig object opgesteld
dan geldt samen het maximum van tien knallen per uur. Op grond van bovengenoemde uitgangspunten zijn beleidsregels te formuleren. Deze zijn geformuleerd
vanuit de gedachte dat niet in iedere situatie geluidmetingen verricht moeten worden om te beoordelen of voldaan wordt aan het in en krachtens artikel 4:6 van de APV gestelde. Wanneer er wordt voldaan aan deze beleidsregels en uitgangspunten is er sprake van een situatie waarbij niet die mate van hinder wordt veroorzaakt als bedoeld in artikel 4.6 en waarbij het gebruik van een knalapparaat is verboden. Omdat er in werkelijkheid verschillen bestaan tussen knalapparaten is noodzakelijkerwijs uitgegaan van een gangbaar knalapparaat. Indien niet kan worden voldaan aan één van de in artikel 1 van deze beleidsegels genoemde gevallen, wordt de ontheffing geweigerd. Met het verlenen van ontheffingen zal overigens zeer terughoudend worden omgegaan.
Eigen verantwoordelijkheid inzake Flora- en Faunawet (Ffw) en andere regelgeving
Het gebruik van knalapparatuur is in de APV geregeld in artikel 4:6 Overige geluidhinder. Het motief is het regelen van de geluidsoverlast. Middels deze beleidsregels wordt dat wat knalapparatuur betreft genoegzaam gedaan. Dit geeft gebruikers daarvan echter geen vrijbrief om vrijelijk een knalapparaat in te zitten. Het verjagen (verontrusten) van vogels of wild dient altijd overeenkomstig het bepaalde in en krachtens de Ffw te gebeuren.