Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Eemsmond

Verordening winkeltijden Eemsmond 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEemsmond
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening winkeltijden Eemsmond 2016
CiteertitelVerordening winkeltijden Eemsmond 2016
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Winkeltijdenwet
  2. Gemeentewet artikel 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-04-2016Nieuwe regeling

24-03-2016

Gemeenteblad 2016 Nr. 39160

09-05.2016

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening winkeltijden Eemsmond 2016

De raad van de gemeente Eemsmond;

 

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 10 maart 2016;

 

b e s l u i t:

 

de 'verordening winkeltijden Eemsmond 2016' vast te stellen.

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet

  • b.

    feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste en tweede Kerstdag;

  • c.

    werkdagen: maandag tot en met zaterdag;

  • d.

    winkel: dat wat daaronder wordt verstaan in de Winkeltijdenwet;

  • e.

    college: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2. Algemene vrijstelling bepaalde winkels

De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

  • a.

    musea;

  • b.

    winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak, tabaksproducten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

  • c.

    winkels, waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen te koop worden aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment;

  • d.

    winkels die zich specifiek richten op de verkoop van één van de volgende artikelen: kunst, antiek en curiosa.

Artikel 3. Openstelling anders dan voor verkoop

  • 1.

    De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

    • a.

      winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom;

    • b.

      winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen en bromfietsen.

  • 2.

    De in het eerste lid vervatte vrijstellingen gelden niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

Artikel 4. Straatverkoop van bepaalde goederen

  • 1.

    De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken.

  • 2.

    Het college kan bepalen dat de in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, wel gelden voor de gehele gemeente of voor een of meer delen van de gemeente ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken.

Artikel 5. Vrijstelling voor bepaalde zon- en feestdagen

Voor de in artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden geldt een algemene vrijstelling op zon- en feestdagen van 12.00 uur tot 17.00 uur voor de branche detailhandel indien zij niet onder artikel 2 of 3 van deze verordening vallen.

Artikel 6. Individuele ontheffingen

  • 1.

    Het college kan in bijzondere gevallen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden voor zover deze betrekking hebben op zon- en feestdagen of werkdagen.

  • 2.

    Aan de ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.

  • 3.

    De ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel op basis van de ontheffing.

Artikel 7. Beslistermijn

  • 1.

    Het college beschikt op een aanvraag om ontheffing binnen acht weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen.

  • 2.

    Zij kunnen hun beschikking voor ten hoogste acht weken verdagen.

  • 3.

    Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 8. Intrekken of wijzigen ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken of wijzigen als:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    verandering van omstandigheden of inzichten dit naar hun oordeel noodzakelijk maken in het belang van de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    de exploitatie van de winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarbij gestelde termijn; of

  • f.

    de houder dit verzoekt.

Artikel 9. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen toezichthouders.

Artikel 10. Intrekking oude verordening en overgangsrecht

  • 1.

    De Verordening winkeltijden gemeente Eemsmond van 14 juni 2014 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Een krachtens de in lid 1 genoemde verordening verleende ontheffing of vrijstelling geldt als ontheffing of vrijstelling verleend krachtens deze verordening.

  • 3.

    Aanvragen om ontheffing die zijn ingediend onder de Verordening winkeltijdenwet gemeente Eemsmond van 14 juni 2014 maar waarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld overeenkomstig deze verordening.

Artikel 11. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking.

     

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening winkeltijden Eemsmond 2016

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Eemsmond, gehouden op 24 maart 2016.

voorzitter,

griffier,

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsbepaling

Voor de omschrijving van het begrip feestdagen is aansluiting gezocht bij artikel 1 van het Vrijstellingenbesluit winkeltijdenwet.

Artikel 2 Algemene vrijstelling bepaalde winkels

Het betreft hier, voor zover de winkels genoemd onder a t/m c, een exacte kopie van artikel 10 uit het oude Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet. Het gaat bij deze vrijstelling om vormen van detailhandel die traditioneel reeds veel op zon- en feestdagen plaatsvinden. Hierbij gaat het onder meer om snackbars, videotheken en winkels in musea.

De categorie genoemd onder sub d heeft betrekking op winkels die zich speciaal richten op de verkoop van kunst, antiek of curiosa. Het gaat bij kunst (schilderijen, beelden e.d.) om de verkoop in kunstateliers of galeries. Bij antiek of curiosa dient het niet in hoofdzaak te gaan om de verkoop van 'goederen'. De commercie is derhalve van ondergeschikte aard. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een antiek- en curiosaroute, waarbij overwegend sprake is van een toeristisch en recreatief karakter. Het betreft hier nadrukkelijk geen vrijstelling voor tweedehandswinkels.

Artikel 3 Openstelling anders dan voor verkoop

Het betreft hier een exacte kopie van artikel 11 uit het oude Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet. Het gaat hierbij om winkels die toegang geven tot respectievelijk een restaurant of lunchroom dan wel (brom)fietsverhuur. Het gaat nadrukkelijk niet om de verkoop van goederen.

Artikel 4 Straatverkoop van bepaalde goederen

Het betreft hier een exacte kopie van artikel 12 uit het oude Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet.

Ingevolge artikel 2, tweede lid, Winkeltijdenwet geldt een verbod voor markt- en straathandel en handel te water op bepaalde dagen of gedurende bepaalde tijstippen. Het voormalig artikel 12 van het vrijstellingenbesluit gaf hiervoor een vrijstelling. Deze vrijstelling is in deze verordening weer opgenomen, zodat standplaatshouders (mits dat past in de standplaatsvergunning) ook op zon- en feestdagen handel kunnen drijven.

In het tweede lid is, evenals in de vorige winkeltijdenverordening, de mogelijkheid voor het college geboden om deze vrijstelling te beperken of op te heffen.

Artikel 5. Vrijstelling voor bepaalde zon- en feestdagen

In dit artikel worden de overige winkels die vallen onder de branche detailhandel en niet vallen onder artikel 2 en 3 vrijgesteld de in artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden op zon- en feestdagen tussen 12.00 uur en 17.00 uur. Deze vrijstelling geldt voor onder andere supermarkten, tuincentra, warenhuizen, drogisterijen, schoenen- en kledingwinkels, juweliers, boekenwinkels en overige detailhandel.

Artikel 6. Individuele ontheffingen

In bijzondere omstandigheden biedt dit artikel de mogelijkheid om op aanvraag een ontheffing te verlenen aan een enkele winkel. Deze ontheffing kan betrekking hebben op zondagen, feestdagen of werkdagen van 22.00 tot 06.00 uur.

Het gaat hier om incidentele uitzonderingsgevallen. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat hiermee een structurele of substantiële uitbreiding van het bepaalde in artikel 5 van deze verordening wordt bewerkstelligd. Dit omdat deze vrijstellingen zorgvuldig zijn gekozen en vastgesteld.

Afgezien van het criterium dat het dient te gaan om een incidenteel en bijzondere omstandigheid, kan deze ontheffing daarnaast worden geweigerd als de woon- en leefbaarheid of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloedt door openstelling van de winkel op basis van de ontheffing.

Artikel 7, 8, 9 en 10 en 11

Standaard artikelen.