Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zwijndrecht

Regeling verstrekking werkkleding Drechtsteden/Zuid-Holland Zuid

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZwijndrecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling verstrekking werkkleding Drechtsteden/Zuid-Holland Zuid
CiteertitelRegeling verstrekking werkkleding Drechtsteden/Zuid-Holland Zuid
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, artikel 160
  2. CAR-UWO, artikel 15:1:16 lid 4

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2020Nieuwe regeling

27-01-2015

Gemeenteblad 20-11-2015

2015-12788

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling verstrekking werkkleding Drechtsteden/Zuid-Holland Zuid

Het college van burgemeester en wethouders van Zwijndrecht

 

gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; gelet op artikel 15:1:16 lid 4 van de CAR/UWO; gehoord de commissie voor Netwerk Georganiseerd Overleg van 8 december 2014;

 

BESLUIT:

 

vast te stellen de navolgende regeling:

 

 

REGELING VERSTREKKING WERKKLEDING DRECHTSTEDEN/ZUID-HOLLAND ZUID

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    Werkgever: het college of bestuur van een van de bij het netwerk Drechtsteden/Zuid-Holland Zuid aangesloten organisaties of de leidinggevende, die gemandateerd is in het kader van deze regeling besluiten te nemen.

  • b

    Medewerker: de ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, sub a van de CAR-UWO, alsmede hij die vanwege zijn functie verplicht is voorgeschreven kleding te dragen.

  • c

    Werkkleding:

    • 1.

      kleding die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is voor de uitoefening van de functie van de medewerker.

    • 2.

      kleding die is voorzien van een of meer duidelijk zichtbare, aan de werkgever gebonden beeldkenmerken ter grootte van te minste 70 cm2 per kledingstuk.

    In ieder geval:

    • I

      Kleding, schoeisel en persoonlijke beschermingsmiddelen (uitrustingsstukken) in het kader van de Arbo-wetgeving;

    • II

      Kleding en schoeisel noodzakelijk voor de uitoefening van de functie;

    • III

      Kleding die niet aan de bovengenoemde eisen voldoet, maar toch onbelast kan worden verstrekt, omdat de kleding op de werkplek blijft.

Artikel 2 Noodzakelijke verstrekking werkkleding

De verstrekking van de kleding is noodzakelijk voor de uitoefening van de functie indien:

  • a.

    de medewerker in belangrijke mate vuil werk verricht;

  • b.

    de medewerker in de uitoefening van zijn functie herkenbaar moet zijn;

  • c.

    als gevolg van de uitoefening van functie de kleding van de medewerker onderhevig is aan overmatige slijtage;

  • d.

    een bijzondere kledingvoorziening noodzakelijk is uit veiligheidsoogpunt voor de medewerker.

Artikel 3 Vaststellen aanschaf werkkleding

De werkgever stelt vast voor welke medewerkers werkkleding, noodzakelijk voor de uitoefening van hun functie, moet worden aangeschaft en wanneer het noodzakelijk is de werkkleding te vervangen.

Artikel 4 Verstrekken en inleveren werkkleding

  • 1.

    Werkkleding waarover de medewerker op de datum van indiensttreding dient te beschikken moet met ingang van die dag door de werkgever, overeenkomstig het bepaalde in deze regeling worden verstrekt.

  • 2.

    De medewerker is verplicht tijdens de vervulling van zijn betrekking de voorgeschreven werkkleding te dragen. Het is de medewerker niet toegestaan de werkkleding voor andere doeleinden dan voor de functie te gebruiken.

  • 3.

    De werkkleding dient binnen zeven dagen te worden ingeleverd indien:

    • a.

      de werkkleding aan vervanging toe is;

    • b.

      de medewerker niet meer in dienst is van de werkgever;

    • c.

      de medewerker niet langer gehouden is de werkkleding te gebruiken bij de uitoefening van zijn functie.

  • 4.

    Voor ingeleverde kledingstukken bedoeld in lid 3, sub a ontvangt de medewerker nieuwe exemplaren.

  • 5.

    Als de in het vorige lid bedoelde werkkleding ten gevolge van aan de medewerker zelf te wijten feiten of omstandigheden die hij redelijkerwijs had kunnen voorkomen, eerder aan vervanging toe is dan de overeengekomen draagtijd, beslist de werkgever over de op de medewerker te verhalen kosten van vervanging.

Artikel 5 Eigendom werkkleding

De werkkleding is en blijft eigendom van de werkgever.

Artikel 6 Reinigen en herstellen werkkleding

  • 1.

    De medewerker is verplicht te zorgen voor de goede staat van de werkkleding als bedoeld in artikel 1 sub c. van deze regeling, inclusief het voor eigen rekening schoonhouden en herstellen van de werkkleding. Hiervan wordt uitgezonderd de werkkleding als bedoeld in artikel 1, sub c., onder I en III.

  • 2.

    De werkgever draagt zorg voor het schoonhouden en herstellen van werkkleding als bedoeld in artikel 1, sub c. onder I en III van deze regeling.

Artikel 7 Langdurige ziekte

Ziekte die langer duurt dan twee maanden heeft een opschortende werking met betrekking tot het verstrekken van de kleding.

Artikel 8 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 9 Citeertitel en inwerkingtreding

Deze regeling kan worden aangehaald als de “Regeling verstrekking werkkleding Drechtsteden/Zuid-Holland Zuid” en treedt in werking met ingang van 1 januari 2015. Vanaf de inwerkingtredingdatum van deze regeling vervalt de Kledingregeling gemeentepersoneel Dordrecht d.d. 13 april 2004.