Organisatie | Lisse |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel handhaving illegale prostitutie |
Citeertitel | Beleidsregel handhaving illegale prostitutie |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen.
Algemene wet bestuursrecht, art. 4:81, eerste lid
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-04-2016 | 21-11-2019 | Nieuwe regeling | 19-04-2016 | W054469 / 58683 |
Het college van Burgemeester en wethouders van Lisse
Ieder vanuit zijn bevoegdheid ten aanzien van seksinrichtingen (burgemeester) en escortbedrijven (college) uit hoofdstuk 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening Lisse.
artikel 4:81, lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht waarin is bepaald dat een bestuursorgaan beleidsregels kan vaststellen met betrekking tot een hem toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende bevoegdheid;
Het op grond van 3:4 Algemene plaatselijke verordening verboden is om zonder vergunning een seksinrichting of een escortbedrijf te exploiteren;
Het van belang is om handhavingsbeleid vast te stellen op grond van de volgende belangen:
naleving van de Wet Milieubeheer;
Vast te stellen de hierna volgende Beleidsregel handhaving illegale prostitutie.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Voor de toepassing van deze beleidsregel wordt verstaan onder:
Onder categorie 1 zeer ernstige incidenten in de prostitutiebranche wordt in ieder geval verstaan: schietincidenten, mensenhandel, mensensmokkel, aanwezigheid van een minderjarige, aantreffen van handelsvoorraad drugs, geweld door personeel of bezoekers, aanwezigheid van illegale wapens en steekincidenten.
Onder categorie 3 overtredingen van de bij of krachtens de APV geldende regels wordt in ieder geval verstaan: overtreding sluitingstijden, overtreding gebruiks- en gezondheidsvoorschriften, niet voldoen aan voorschriften.
exploitatie zonder vergunning, zoals bedoeld in artikel 3:4 APV en/of exploitatie in strijd met een vergunning zoals bedoeld in artikel 3:4 APV en of exploitatie met vergunning zoals bedoeld in artikel 3:4 APV, maar dat de voorschriften en beperkingen die verbonden zijn aan een verleende vergunning worden overtreden.
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotischemassagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
er is sprake van schijnbeheer als degene die zich voordoet als beheerder c.q. exploitant c.q. leidinggevende van een seksinrichting of escortbedrijf niet de feitelijke beheerder c.q. exploitant c.q. leidinggevende is. 1
Deze handhavingsbeleidsregel heeft betrekking op illegale prostitutie en de exploitatie van prostitutie die niet past binnen het bestemmingsplan Landelijk gebied/bestemmingsplan herziening begrippen, waarbij is bepaald dat maximaal één prostitutiebedrijf is toegestaan in het landelijk gebied.
Daarbij is uitgangspunt dat op alle illegale prostitutie wordt gehandhaafd. De handhaving vindt plaats conform een handhavingsmatrix.
Artikel 3. Geldigheidsduur maatregelen
Voor de meeste overtredingen geldt dat een maatregel als bedoeld in de handhavingsmatrix een geldigheidsduur van 12 maanden heeft. De termijn van de 12 maanden begint te lopen vanaf de datum van constatering van een overtreding. Dit betekent dat wanneer binnen een jaar nadat de eerste overtreding is geconstateerd weer een overtreding plaatsvindt, wordt overgegaan naar de volgende stap (in de tabel in de handhavingsmatrix).
Artikel 4. Ernst, aard of combinatie van overtredingen en de stappen van de handhavingsmatrix
In principe wordt de matrix toegepast. Het is echter denkbaar dat tegelijkertijd verschillende overtredingen worden begaan. Of dat de overtredingen zo ernstig zijn dat bepaalde stappen moeten worden overgeslagen. Dat zal dan blijken uit de omstandigheden van het geval.
De sluiting van een pand geldt in beginsel voor een periode van zes maanden. Ingeval er aanleiding is tot matiging kan de duur van de sluiting worden beperkt tot een periode van drie maanden. Mocht de ernst en de aard van de feiten daartoe aanleiding geven dan kan de burgemeester besluiten tot sluiting van twaalf maanden.
Als er sprake is van een gewijzigde rechts of exploitatievorm heeft de exploitant de plicht om een nieuwe vergunning aan te vragen. De eventuele nieuwe exploitatievorm en tijden mogen in dat geval pas worden gevoerd als de nieuwe vergunning is verleend.
Indien in een seksinrichting een middel als bedoeld in lijst I en II van de Opiumwet verkocht, afgeleverd, bewerkt, verstrekt dan wel daartoe aanwezig is, kan de burgemeester ook overgaan tot het opleggen van een tijdelijke sluiting op grond van art. 13b Opiumwet. De burgemeester zal dan naast deze beleidsregel haar bevoegdheden gebruiken en de beleidsregel sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet kunnen toepassen.
Hoofdstuk 2 Exploitatie zonder de vereiste vergunning
In het geval dat de exploitatie zonder de vereiste vergunning, wel binnen het planologisch beleid/bestemmingsplan past, wordt door de burgemeester aangezegd om per omgaande een vergunning aan te vragen.
Tevens wordt aan de exploitant medegedeeld dat de exploitatie zonder vergunning niet tot de mogelijkheden behoort.
Vanaf dat moment mag de seksinrichting niet voor publiek worden open gesteld. De seksinrichting mag pas open indien er positief op de aanvraag is.
Indien geconstateerd wordt dat zonder de vereiste vergunning een seksinrichting geëxploiteerd wordt, en de exploitatie niet past binnen het prostitutiebeleid zal de politie van deze illegale situatie een rapport opmaken ten behoeve van de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders. De burgemeester of het college van burgemeester en wethouders zal vervolgens de matrix toepassen.
Indien een vergunning is verleend en de vergunning voor de seksinrichting wordt ingetrokken, wordt de handhavingsmatrix toegepast.
Alvorens de burgemeester of het college overgaan tot het treffen van een bestuurlijke maatregel, wordt de exploitant uitgenodigd zijn zienswijzen mondeling kenbaar te maken.
De exploitant ontvangt hiervoor een schriftelijke uitnodiging. Bij kleine incidenten of ingeval van onverwijlde spoed kan worden volstaan met een telefonisch zienswijzengesprek. Tijdens het zienswijzengesprek wordt expliciet aangekondigd op welke termijn de exploitant uitsluitsel kan verwachten met betrekking tot de voorgenomen bestuurlijke maatregel, zodat hij, indien gewenst, hiermee rekening kan houden in zijn wijze van bedrijfsvoering (inkopen van voorraden etc.).
Hoofdstuk 3 Handhaving escortbedrijven
Bij overtredingen van regels die van toepassing zijn op een escortbedrijf worden via een intrekking van een vergunning of via een last onder dwangsom gehandhaafd, zoals vastgelegd in de matrix die voor escortbedrijven geldig is.
Indien een last onder dwangsom wordt opgelegd, wordt voor elke geconstateerde overtreding een bedrag verbeurd. De hoogte van dit bedrag wordt van geval tot geval bepaald door de eisen van evenredigheid en doelmatigheid.
Artikel 11. Overtreding van escortregels in combinatie met andere overtredingen
Indien naast de overtredingen van regels die voor escortbureaus gelden ook andere regels worden overtreden kan worden afgeweken van de handhavingsmatrix.
Van de beleidsregels kan worden afgeweken indien in woningen, lokalen of bij zodanige lokalen behorende erven enzovoorts, waar de bedrijfsmatige prostitutie wordt aangeboden, een middel als bedoeld in lijst I of II van de Opiumwet wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. De burgemeester kan onder bijzondere omstandigheden van het geval, het sluitingsbeleid ex. artikel 13b Opiumwet toepassen.
Op grond van artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht wordt overeenkomstig deze beleidsregels gehandeld, tenzij dit voor een of meer belanghebbende gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zou zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen.
Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als ‘beleidsregel handhaving illegale prostitutie Lisse’.
Artikel 14. Vaststelling en inwerkingtreding
Deze beleidsregel wordt vastgesteld door de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders. Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de eerste dag na de bekendmaking.
Handhavingsmatrix exploitatie van een seksinrichting zonder de vereiste vergunning. Bevoegd bestuursorgaan: burgemeester
Exploitatie van een seksinrichting in strijd met de APV of vergunningsvoorwaarden. Bevoegd bestuursorgaan: burgemeester
Exploitatie van een escortbedrijf zonder vergunning. Bevoegd bestuursorgaan: college van burgemeester en wethouders
Exploitatie van een escortbedrijf in strijd met de APV of de vergunningvoorwaarden. Bevoegd bestuursorgaan: college van burgemeester en wethouders.
Schijnbeheer komt in verschillende vormen voor. Er kan sprake zijn van een situatie waarbij een persoon niet als beheerder of exploitant op de exploitatievergunning staat vermeld, maar wel in de functie van werknemer als exploitant of leidinggevende optreedt.
Het op naam van een andere persoon laten exploiteren van een seksinrichting of escortbedrijf omdat men zelf bijvoorbeeld vanwege antecedenten niet in aanmerking komt voor een exploitatievergunning, kan hiervoor een reden zijn. Hiervoor ontvangt diegene dan vaak een financiële vergoeding. In deze gevallen wordt niet voldaan aan de vergunningvoorschriften en/of is de exploitatievergunning ten gevolge van onjuiste gegevens en bescheiden verleend in welk geval de burgemeester dan wel het college de vergunning zal intrekken.