Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oldenzaal

Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOldenzaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand 2013
CiteertitelVerordening participatie schoolgaande kinderen Wet Werk en Bijstand 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet werk en bijstand, art. 8, lid 1
  2. Wet werk en bijstand, art. 35, lid 5

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2013nieuwe regeling

17-12-2012

Gemeenteblad, 24-12-2012

INTB-12-00423

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand 2013

De raad van de gemeente Oldenzaal;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 november 2012, nr. 46/9, reg.nr. INTB-12-00423;

 

gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel g en artikel 35, vijfde lid van de Wet werk en bijstand;

 

overwegende, dat het van wezenlijk belang wordt geacht dat kinderen zich door maatschappelijke participatie kunnen ontplooien en ontwikkelen en daarin niet belemmerd worden door de financiële positie van de ouder(s),

dat gemeenten daaraan dienen bij te dragen door het voeren van beleid, gericht op inkomens-ondersteuning van ouders met schoolgaande kinderen;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand 2013

Artikel 1 voorliggende voorzieningen voor kosten participatie schoolgaande kinderen

Behoudens hetgeen hierover is bepaald in artikel 16 WWB, van de Wet Werk en Bijstand (WWB) verstrekt het college geen categoriale bijzondere bijstand voor de kosten van participatie van schoolgaande kinderen die vallen onder de werkingssfeer van de stichting Leergeld Oldenzaal en het Jeugd sportfonds Oldenzaal.

Artikel 2 gebruikmaking van de wettelijke bevoegdheid

Indien de verstrekkingen van de stichting Leergeld Oldenzaal en het Jeugdsportfonds Oldenzaal naar oordeel van het college niet passend en toereikend zijn, kan het college individuele bijzondere bijstand verlenen voor de kosten van participatie van schoolgaande kinderen in Oldenzaal (artikel 35, lid 1, WWB).

Artikel 3 doelgroep

Het schoolgaand kind: ten laste komende kind van een ouder met een laag inkomen tot 110 procent van de van toepassing zijnde bijstandsnorm, voor wie de leer- of kwalificatieplicht, bedoeld in artikel 4 van de Leerplichtwet, geldt.

Artikel 4 onvoorziene gevallen en bevoegdheid van het college

  • 1.

    In gevallen waar deze verordening niet in voorziet beslist het college.

  • 2.

    Het college kan ter uitvoering van de verordening nadere regels stellen.

Artikel 5 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2013.

Artikel 6 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als:Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet Werk en Bijstand 2013.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 17 december 2012

de griffier, de voorzitter,

J.H. Brokers T.J. Schouten

Toelichting behorende bij de Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand 2013

(vastgesteld bij raadsbesluit van 17 december 2012, nr. 288)

 

Artikel 1

De vertrekkingen van de stichting Leergeld Oldenzaal en het Jeugd sportfonds worden als passende en toereikende voorliggende voorzieningen (artikel 15, lid 1 WWB) voor de kosten van participatie van schoolgaande kinderen beschouwd.

 

Artikel 3

Met de kwalificatieplicht wordt de leerplicht verlengd tot de dag dat de jongere een startkwalificatie heeft gehaald (vwo, havo, mbo vanaf nivo 2) of tot de dag dat de jongere 18 jaar wordt.