Organisatie | Heiloo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels werkervaringsplaats 2016 gemeente Heiloo |
Citeertitel | Beleidsregels werkervaringsplaats gemeente Heiloo |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | regels werkervaringsplaats |
Treedt in werking op 14 april 2016 met terugwerkende kracht tot 1 januari 2016.
re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heiloo, artikel 7
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-04-2016 | 01-01-2016 | 25-05-2017 | nieuwe regeling | 22-03-2016 | 16-3033 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heiloo,
Gelet op artikel 7 van de re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente [gemeentenaam] 2015 en gelet op artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet;
besluit: vast te stellen de volgende Beleidsregels werkervaringsplaats 2016 gemeente Heiloo
Tot de doelgroep behoort de persoon zoals omschreven in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet.
Artikel 5 Verplichtingen werkgever
De werkgever heeft ten behoeve van de uitkeringsgerechtigde een aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering afgesloten voor de uren dat de uitkeringsgerechtigde aanwezig is. Als de werkgever geen een aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering kan afsluiten, draagt het college zorg voor een verzekering.
Deze beleidsregels vormen een uitwerking van artikel 7 van de Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW, IOAZ 2015 gemeente Heiloo.
Het college kan ter uitvoering van re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heiloo 2015 aan uitkeringsgerechtigde ondersteuning bij arbeidsinschakeling bieden. Een instrument is hiervoor het bieden van een werkervaringsplaats. Een werkervaringsplaats is onderdeel van een traject gericht op het verkrijgen van betaalde arbeid. Er is geen sprake van loonvormende arbeid en derhalve wordt geen arbeidsovereenkomst aangeboden. Het gaat om werk met behoud van uitkering.
Artikelsgewijze toelichting (voor zover noodzakelijk)
De doelgroep wordt gevormd door personen zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a, van de Participatiewet. De doelgroep wordt gevormd door personen die aangewezen zijn op ondersteuning bij arbeidsinschakeling door de gemeente en zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a, van de Participatiewet. Het betreft:
personen als bedoeld in artikel 34a, vijfde lid onderdelen b en c, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (hierna: WIA), artikel 35, vierde lid, onderdelen b en c, van de WIA en artikel 36, derde lid, onderdelen b en c, van de WIA tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d van de Participatiewet is verleend;
Artikel 3. Doel werkervaringsplaats
Een werkervaringsplaats is gericht op het uitbreiden van ervaring. Het opdoen van werkervaring met echt werk vergroot de kans op succesvolle door- en uitstroom. Doel van de werkervaringsplaats is (gedeeltelijke) uitstroom naar een betaalde baan, eventueel in combinatie met loonkostensubsidie.
Een werkervaringsplaats kan zowel worden ingezet voor bijstandsgerechtigden met een korte als lange afstand tot de arbeidsmarkt. Wanneer een bijstandsgerechtigde al beschikt over basis werknemersvaardigheden kan hij op een werkervaringsplaats zijn beroepsvaardigheden verder ontwikkelen. De klant leert productieve werkzaamheden aan. De klant leert om deze uit te voeren bij een werkgever en heeft daarbij begeleiding nodig. Eventueel kan het werktraject samen gaan met een scholingscomponent.
Voor bijstandsgerechtigden die nog basis werknemersvaardigheden moeten ontwikkelen kunnen plekken binnen de gemeente of bij andere organisaties, bedrijven of instellingen worden gecreëerd waar veel begeleiding aanwezig is. Op deze werkervaringsplekken staat het aanleren van basale vaardigheden als ‘op tijd komen’, ‘collegiaal gedrag’, ‘afspraken nakomen’, etc. voorop.
De activiteiten die in het kader van een werkervaringsplaats worden verricht, mogen niet leiden tot verdringing van reguliere arbeid. Van verdringing is sprake op het moment dat de concurrentie om een baan op een oneerlijke manier plaatsvindt en leidt tot baanverlies van de een ten gunste van de ander. Het moet gaan om additionele werkzaamheden. Dit houdt in dat het een speciaal gecreëerde functie betreft of een reeds bestaande functie die een uitkeringsgerechtigde alleen met speciale begeleiding kan verrichten. Hij zal minder productief zijn dan zijn collega’s op een reguliere arbeidsplaats. Naarmate een bijstandsgerechtigde langer een werkervaringsplaats bezet, is de kans groter dat er geen sprake meer is van additionele werkzaamheden, maar wel van verdringing. De werkervaringsplaats kent daarom een beperkte periode. In het tweede lid wordt geregeld dat een werkervaringsplaats een maximum termijn van drie maanden kent. In bijzondere gevallen kan deze termijn met onderbouwing worden verlengd met 3 maanden. Bij een langere periode bestaat het risico dat de rechter vaststelt dat er sprake is van een dienstbetrekking. Het wetsvoorstel Wet Verdringingstoets is in behandeling in de Eerste Kamer. Regelgeving die hieruit voortvloeit is ook van toepassing op deze beleidsregels.
Artikel 5. Verplichtingen werkgever
De werkgever is in eerste instantie verantwoordelijk voor het afsluiten van een aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering ten behoeve van de uitkeringsgerechtigde. Indien de werkgever geen verzekering kan afsluiten, dan draagt de gemeente zorg voor verzekering. Hiertoe heeft de gemeente de praktijkervaringsplekpolis afgesloten.