Organisatie | Noord-Holland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregeling subsidie MKB innovatiestimulering topsectoren Noord-Holland 2016 |
Citeertitel | Uitvoeringsregeling subsidie MKB innovatiestimulering topsectoren Noord-Holland 2016 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | innovatie, haalbaarheid |
Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2017.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-03-2016 | 01-01-2017 | nieuwe regeling | 15-03-2016 Provinciaal blad, 2016, 39 | 773758-773770 |
In deze regeling wordt verstaan onder:
haalbaarheidsproject: een project dat bestaat uit het verrichten van een haalbaarheidsstudie of een combinatie van een haalbaarheidsstudie en industrieel onderzoek of een experimentele ontwikkeling als bedoeld in artikel 2, onder respectievelijk 85, 86 en 87 van de Algemene groepsvrijstellingverordening;
innovatie-adviesproject: een door een organisatie voor onderzoek en kennisverspreiding verrichte activiteit bestaande uit het, al dan niet op basis van te verrichten nader onderzoek, adviseren over een toepassingsgerichte kennisvraag van een MKB-onderneming, uitgaande van voor de onderneming nieuwe kennis met betrekking tot de vernieuwing van producten, productieprocessen of diensten, dan wel het adviseren van een onderneming over en het begeleiden van de marktintroductie van een nieuw product of een nieuwe dienst;
Bij subsidies van minder dan € 10.000,- gaat geen subsidieverlening aan de subsidievaststelling vooraf.
Gedeputeerde Staten stellen een subsidieplafond vast voor de activiteiten genoemd in artikel 2, onderdelen a en b, en een subsidieplafond voor de activiteiten genoemd in artikel 2, onderdeel c.
Indien toepassing van de voorgaande leden zou leiden tot het overtreden van het verbod op het geven van staatssteun in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, wordt het subsidiebedrag in afwijking van het eerste lid zodanig vastgesteld dat het totaal van alle subsidies voor de activiteit niet hoger is dan het bedrag dat op grond van de van toepassing zijnde vrijstellingsverordeningen van de Europese Commissie verstrekt mag worden.