Organisatie | Bergen (NH) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsprogramma toezicht en handhaving gemeente Bergen 2016 |
Citeertitel | Uitvoeringsprogramma toezicht en handhaving gemeente Bergen 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Dit uitvoeringsprgramma vervangt het uitvoeringsprogramma 2015
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-04-2016 | 30-03-2018 | nieuwe regeling | 22-03-2016 Gemeenteblad 2016, nr. 39150, 31 maart 2016 | Onbekend |
Hoofdstuk 1 Doel en opzet van het uitvoeringsprogramma
In dit uitvoeringsprogramma beschrijven we hoe wij onze toezicht- en handhavingstaken invullen. Met het vaststellen van dit programma voldoen wij aan de verplichting van hoofdstuk 7 van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Naast de Wabo-taken is een aantal aanverwante toezichtstaken opgenomen uit de Algemene plaatselijke verordening (Apv en Drank- en Horecawet).
Dit uitvoeringsprogramma bevat de doorwerking van de beleidsvisie 2014-2018 naar uren voor toezicht en handhaving. In de beleidsvisie zijn beleidsregels en kwaliteitscriteria vastgelegd. Ook is vastgelegd op welk kwaliteitsniveau wij onze taken uitvoeren. De beleidsvisie bevat dus de doelen die wij met Toezicht en Handhaving hebben. In dit stuk becijferen wij welke inzet daarvoor nodig is. Wij bezien daarmee of de geformuleerde ambities ook daadwerkelijk kunnen worden gerealiseerd.
Het programma geeft een beredeneerde verwachting van de noodzakelijke capaciteit. Daarbij zijn aannames gemaakt over aantallen en over de te verwachten tijdsbesteding. Dat is voor een deel subjectief; wij weten immers nog niet welke werklast er concreet moet worden weggewerkt, maar dat wil niet zeggen dat het ook willekeurig is. De gehanteerde uitgangspunten zijn gebaseerd op landelijke kengetallen en verder verfijnd naar de situatie in Bergen.
Wij geven een korte verantwoording per taakgebied. We sluiten aan bij de “levenscyclus bebouwde en onbebouwde omgeving”, zoals deze is beschreven in paragraaf 2.2 van de beleidsvisie. Wij hebben voor elk van de fasen een urenraming opgesteld. Deze ramingen maken een onderscheid tussen de taakgebieden:
In een verzamelstaat hebben wij vervolgens het overzicht gemaakt van de noodzakelijke uren per taakgebied. De gedetailleerde urenberekeningen zijn opgenomen in de bijlagen.
Voor de vergunninggebonden taken hebben wij een raming gemaakt van de verwachte aantallen aanvragen per activiteit in 2016. Daarbij hebben wij het aantal vergunningaanvragen van de eerste helft van 2015 en de cijfers uit het jaarverslag van 2014 als uitgangspunt genomen.
Bij de niet-vergunninggebonden taken leggen wij de toezichtfrequentie en het tijdsbeslag vast. In beide gevallen zijn wij uit gegaan van de risico-inventarisatie die als bijlage 1 bij de beleidsvisie Toezicht en Handhaving 2014-2018 zit. Daarop hebben wij de toezichtintensiteit zo nodig gecorrigeerd.
De verwachte gemiddelde tijdsbesteding per toezichtmoment hebben wij per taak bepaald. Daarbij is als toezicht gedefinieerd:
De toezichthouders leveren hun informatie zo aan dat de juridisch medewerkers er direct mee aan het werk kunnen.
Wij hebben een reservering van 10% opgenomen voor “onvoorzien”. Daarmee vangen wij pieken in de werklast en onverwachte werkzaamheden op.
Voor het becijferen van de beschikbare capaciteit gaan wij in alle gevallen uit van een gemiddeld aantal netto productieve uren van 1.496 per fte.
Handhaving is nooit een doel op zich, maar altijd gericht op het bereiken van de naleving van wet- en regelgeving door burgers en bedrijven. Door toezicht en handhaving wordt voorkomen dat door overtreding van een wettelijk voorschrift een gevaarlijke en/of ongewenste situatie ontstaat of voortduurt. Bij daadwerkelijk handhavend optreden gaat hiervan een repressieve werking uit; de overtreder wordt aangepakt en de onveilige of ongewenste situatie wordt ongedaan gemaakt. Toezicht en handhaving hebben ook een regulerend effect; burgers en bedrijven weten dat de gemeente optreedt tegen degenen die wetten en regels overtreden. Toezichthouders hebben daarbij een belangrijke voorlichtende rol. Daarnaast heeft toezicht houden en slagvaardig handhaven ook preventieve werking; aan de samenleving wordt duidelijk gemaakt dat de overheid de naleving van regels controleert en waar nodig daadkrachtig optreedt.
Hoofdstuk 2 Beheer van het grondgebied
Het behoud van een aantrekkelijke woonomgeving door zichtbaar te zijn en zowel preventief als repressief op te treden.
In deze fase controleren wij of het gebruik overeenkomstig de regels plaatsvindt.
Wij onderscheiden zes gebiedsdelen: woongebieden, winkelgebieden, bedrijventerreinen, het buitengebied, het beschermde dorpsgezicht en het strand. In onderstaand overzicht hebben wij de capaciteit voor dit toezicht becijferd.
Per gebied hebben wij daar een aantal uur voor geraamd, hetgeen in totaal op 4228 uur neerkomt. Wij hebben daarnaast onder “overige” een inschatting gemaakt van de uren die wij besteden aan het afhandelen van klachten, meldingen en handhavingsverzoeken. Het volledige overzicht staat in bijlage 1.
Het doel van handhaving in de openbare buitenruimte is de positieve beïnvloeding van het gedrag van de burger. Het uitschrijven van een proces-verbaal is geen doel op zich, wel het bewerkstelligen van een gedragsverandering: het terugdringen van zwerfafval, minder overlast door jongeren, het voorkomen van gevaarlijke verkeerssituaties als gevolg van fout parkeren en dergelijke. We streven naar preventief optreden. Door aanwezig te zijn en tijdig te waarschuwen willen de handhavers het aantal overtredingen in de buitenruimte beperken. De handhavers brengen overlastgevende en gevaarlijke situaties in kaart en registreren personen die overlast veroorzaken in ons registratiesysteem (SBA). Bij herhaling, onverantwoord gedrag en gevaarlijke/onveilige situaties wordt direct geverbaliseerd.
De werkzaamheden die vallen onder handhaving op het onderdeel parkeren bestaan uit twee onderdelen. Het grootste deel van de inzet is bestemd voor het uitvoeren van parkeercontroles. Deze worden uitgevoerd door een externe partij genaamd ‘P1’. Hierbij hoort ook het uitvoeren van de administratie. De inzet van P1 is primair gericht op controle in betaald parkeergebieden en daarnaast in vergunninghoudersgebieden. Op alle relevante tijdstippen (overdag, ’s avonds en in het weekend) worden door P1 controles uitgevoerd in betaald parkeergebieden en vergunninghoudergebieden. In blauwe zones en op gehandicaptenparkeren wordt door onze eigen Apv controleurs gecontroleerd. Door foutparkeerders te verbaliseren wordt de parkeerdruk in vergunninghoudergebieden en betaald parkeergebieden verminderd. Handhaving op het gebruik van de gehandicaptenparkeerkaart heeft als doel onrechtmatig gebruik te voorkomen en de juiste doelgroep daarmee te faciliteren.
Hieronder vallen onder meer de volgende zaken: overlast in de openbare ruimte, vandalisme, horeca (terrassen en geluidsoverlast), illegale reclame, straathandel/venten, collecteren en flyeren. Belangrijk is dat deze overlast niet alleen repressief wordt aangepakt, maar ook preventief met behulp van zorg door mensen in contact te brengen met maatschappelijke instanties. Ook kunnen onze jeugdwerkers hier een rol in spelen.
Hoofdstuk 3 Voorbereidingsfase
In de voorbereidingsfase verlenen wij vergunningen op allerlei taakgebieden en beoordelen wij meldingen. Dit is een taak van het team Vergunningen en is dus niet in het programma voor Toezicht en Handhaving opgenomen. Incidenteel wordt een locatie door Toezicht en Handhaving beoordeeld als een vergunningaanvraag daartoe noodzaakt. In de programmering wordt daarmee geen rekening gehouden.
Initiatiefnemers voeren hun werkzaamheden uit volgens de regels, zoals die zijn vastgelegd in wet- en regelgeving en vergunningvoorschriften.
Wij leggen in deze fase de nadruk op toezicht op (de voorschriften in) vergunningen en meldingen. Hieronder hebben wij de urenraming opgenomen voor deze controles.
Het toezicht op de bouw is verreweg de omvangrijkste taak in de realisatiefase (2696 uur).
Het overgrote deel van de aanvragen (250 stuks) zijn kleinere bouwplannen (< € 100.000). Wij voeren maar 1 à 2 inspecties per bouwwerk uit, maar het grote aantal vergunningen levert toch een flink tijdsbeslag op (930 uur). Daarnaast zien we dat het aantal grote projecten het afgelopen jaar sterk toegenomen is (65 stuks). Door de omvang van deze bouwprojecten besteden we hier veel tijd aan (1513 uur). Automatisch ligt onze focus in 2016 daarom op de grotere bouwprojecten.
Het toezicht op projecten neemt ook veel tijd in beslag, omdat dat vergunningen zijn die zich om allerlei redenen niet lenen voor een standaardaanpak. Bijvoorbeeld omdat het om samengestelde vergunningen gaat, die meerdere activiteiten omvatten. Of omdat het om bijzondere locaties gaat die extra toezicht vereisen.
In de programmering voor het toezicht reserveren wij 185 uur voor bijkomende werkzaamheden, zie bijlage 2. Een flink deel van dat werk bestaat uit het beoordelen van later aangeleverde gegevens, zoals bijvoorbeeld constructieberekeningen. Ook houden wij toezicht op duurzaam bouwen (28 uur).
We voeren de controles op de bouw conform het toezichtprotocol van de Vereniging Bouw- en Woningtoezicht. In 2015 hebben we onze focus gelegd op de veiligheid van galerijflats. Reden daarvoor was het ongeluk in Maastricht waarbij een aantal balkons zijn ingestort door betonrot. Vooralsnog staat er voor 2016 niet een zodanig project op de planning. Mocht daar in de loop van dit jaar verandering in komen, dan leest u dat in ons jaarverslag. Daarnaast hebben we geen uren beschikbaar voor bijkomende projecten vanwege de toename in grotere bouwprojecten dit jaar, zoals ook in het overzicht in paragraaf 7.1 op pagina 15 terug te vinden is.
4.2 Werken geen bouwwerken zijnde
Wij hebben in een aantal bestemmingsplannen een vergunningstelsel opgenomen voor werken, geen bouwwerken zijnde. Dit betreft vooral wegaanleg, de aanleg van vijvers en het leggen van kabels en leidingen. Wij verwachten niet meer dan vijf aanvragen waarvoor een bescheiden capaciteit (38 uur) is geraamd.
Wij ramen in het programma 118 sloopmeldingen en -vergunningen waarvoor wij in totaal maar 32 uur toezicht reserveren. Omdat de risicovolle sloop door de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord (RUD NHN) wordt uitgevoerd. Bij niet-risicovolle sloop doen we één controle.
Op 2 maart 2015 heeft de Rijksoverheid bekend gemaakt dat vanaf 2024 asbestdaken in Nederland verboden zijn. Dit betekent dat eigenaren van gebouwen met asbesthoudende dakbedekking deze voor die tijd moeten verwijderen. Op dit moment ligt er nog geen rol voor de gemeente om hier actief mee aan de gang te gaan. Eigenaren van asbestdaken zijn zelf verantwoordelijk voor het verwijderen van asbest. De Rijksoverheid heeft aangekondigd dat er per 1 januari 2016 een subsidieregeling komt voor de sanering van asbest daken. In het kader van voorlichting zullen de toezichthouders eigenaren op de hoogte brengen van de komende wettelijke verplichting en de mogelijke subsidies.
Voor de beoordeling van nieuwe meldingen en vergunningen voor brandveilig gebruik is 80 uur geraamd. Het leeuwendeel van dit werk betreft vergunningen voor bedrijven waar nachtverblijf wordt verzorgd (hotels en pensions). In 2014 en 2015 hebben we de focus gelegd op de aanwezigheid van voldoende vluchtwegen, omdat dat in 2012 in het Bouwbesluit gewijzigd is. In 2016 liggen daar nog voldoende uitdagingen waardoor we onze focus in 2016 nog niet verleggen.
4.7 Drank- en Horecawetgeving (DHW)
Naar verwachting worden jaarlijks 30 DHW-vergunningen verleend, waarvoor wij de inrichtingseisen controleren. Hier hebben we 60 uur voor geraamd. In 2014 en 2015 hebben we de focus gelegd op de ventilatie in de openbare ruimtes. Ook in 2016 leggen we daar de focus op omdat dit een belangrijk aspect is bij nieuwe vergunningen.
In 2016 houden wij geen toezicht op de verleende vergunningen voor de strandpaviljoens omdat nog geen enkel paviljoen conform vergunning staat. Dat komt omdat de paviljoens van het Hoogheemraadschap nog een jaar op hun huidige locatie mogen blijven staan, terwijl onze vergunningen al uit gaan van de nieuwe locatie. Ook houden we geen toezicht op de oppervlaktes omdat we door de afwijkingen qua locatie geen middelen hebben om daartegen op te treden; de paviljoens staan immers sowieso in strijd met hun vergunning. Vanaf 2017 moeten de paviljoens conform vergunning staan. Het Hoogheemraadschap gaat onderzoeken of de paviljoens überhaupt naar voren moeten. Zo niet, dan moeten wij de vergunningen aanpassen. Omdat de ondernemers nu niet weten waar ze aan toe zijn, treden we in 2016 niet handhavend op.
Het toezicht op brandveilig gebruik is de belangrijkste gemeentelijke taak in de gebruiksfase. Het doel van dit toezicht is het garanderen van de veiligheid van publieke gebouwen. Voor deze taak zetten wij in totaal 1077 uur in. Een groot deel van dit werk betreft het structurele toezicht op de brandveiligheid in gebouwen met een publieks- of verblijfsfunctie. De toezichtfrequentie is conform de landelijke richtlijn die is vastgelegd in het preventie-actieplan (prevap). Vanwege het nieuwe Bouwbesluit in 2012 hebben we in 2014 en 2015 de focus gelegd op kinderdagverblijven, hotels en zorgwoningen met 24uurs zorg. Ook in 2016 letten we met name op de brandveiligheid van de hotels en scholen omdat nog steeds bij veel inrichtingen op deze gebieden aanpassingen moeten worden doorgevoerd. Naast deze structurele taken hebben wij in de programmering 235 uur opgenomen voor controles op brandveiligheid bij nieuwbouw en reserveren wij 94 uur voor controles naar aanleiding van klachten (Bouwen 6).
Het toezicht op de Drank- en Horecawet (DHW) in de gebruiksfase houdt onder andere in het controleren van de vergunning die aanwezig moet zijn, het controleren dat er niet aan jeugdigen onder de 18 jaar alcohol wordt geschonken voor het nuttigen ter plaatse of wordt verkocht aan hen voor het nuttigen op een andere plek. De wijziging van de DHW met ingang van 1 januari 2013 heeft geleid tot een forse verruiming en intensivering van de werkzaamheden op dit gebied, aangezien de toezichthoudende taken van de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit zijn overgegaan naar de gemeente. Bij de uitvoering van deze taken is bijzondere aandacht voor het speerpunt jeugd en alcohol. In 2016 leggen we onze focus daarom op de paracommerciële horeca. Er zijn 55 inrichtingen ingepland. Daarnaast zetten we onze capaciteit in voor de behandeling van klachten van omwonenden en de controle van de aanwezigheid van de leidinggevende tijdens openingstijden. Dit wordt vooral tijdens de uitgaansavonden op vrijdag of zaterdag gecontroleerd.
De werkzaamheden op het gebied van horeca in brede zin (DHW en Apv) liggen op de volgende terreinen: reguliere horeca (alcoholschenkend en alcoholvrij), paracommerciële horeca, slijterijen, supermarkten en overige detailhandel, evenementen, tapontheffingen, het bezit van alcohol door jeugdigen onder 18 jaar op voor het publiek toegankelijke plaatsen en Apv gerelateerde zaken (exploitatievergunning, terras, alcohol verbodsgebied en dergelijke). Het toezicht op alcoholverstrekking bij evenementen wordt ingepland op basis van de evenementenkalender.
1. beleids-en procesmatige uitvoering van handhavingstaken overeenkomstig de Wabo;
2. bevorderen van naleefgedrag.
Ook voor juridische begeleiding hebben wij op basis van kengetallen uit het verleden en verwachtingen over de ontwikkelingen dit jaar een raming gemaakt van de noodzakelijke capaciteit om de werkzaamheden uit te voeren, deze is opgenomen in bijlage 4.
Wij verwachten jaarlijks voor 75 overtredingen een handhavingstraject op te starten. De voorbereiding daarvan begint met het beoordelen van rapportages van de bouwcontroleurs, het opstellen van vooraanschrijvingen, het horen van de overtreders en het verwerken van zienswijzen. Daarvoor is 599 uur geraamd.
In de meeste gevallen geven overtreders gehoor aan de vooraanschrijving en komt het niet tot een last onder bestuursdwang of dwangsom. Wij gaan daarom uit van drie keer een last onder bestuursdwang en 30 keer een last onder dwangsom. Daarmee is respectievelijk 134 en 450 uur gemoeid. Daarnaast behandelen wij jaarlijks zes complexe dossiers, denk aan politiek-bestuurlijk gevoelige dossiers. Hiervoor ramen wij 600 uur. Jaarlijks passen wij gemiddeld twaalf maal spoedshalve bestuursdwang toe. Daaronder valt ook het stilleggen van de bouw. Hiervoor ramen we 172 uur. Datzelfde geldt voor het besluit tot afwijzen van handhavingsverzoeken. Dat zijn er op jaarbasis ongeveer 20. De zorgvuldigheid waarmee dit moet gebeuren noodzaakt tot een raming van 6 uur per geval.
De juridisch medewerkers zijn binnen het onderdeel Toezicht en Handhaving aanspreekpunt voor alle juridische vragen. Voor de ondersteuning van collega’s en voor het beoordelen van brieven ramen wij 125 uur. In de programmering gaan wij ervan uit dat jaarlijks één maal bezwaar wordt gemaakt tegen de invordering van een dwangsom. Daarvoor hebben wij 24 uur opgenomen.
Voor de uitvoering van het hennepconvenant ramen wij 144 uur. Een van de juridisch medewerkers coördineert de handhaving van de onrechtmatige bewoning van recreatiewoningen. Zij besteedt daaraan gemiddeld een dagdeel per week, in totaal 200 uur. Zij is ook contactpersoon voor de RUD NHN en aanspreekpunt voor communicatie over toezicht en handhaving. Ook stelt zij regelmatig beleidsdocumenten over specifieke thema’s op en beoordeelt zij documenten van andere afdelingen op relevantie voor toezicht en handhaving. In totaal moet hiervoor 677 uur worden geraamd.
De keuze voor deze prioriteiten leidt ertoe dat voor de inventarisatie van het buitengebied geen uren zijn geraamd, omdat daarvoor de capaciteit ontbreekt.
Hoofdstuk 7 Planning, evaluatie en verantwoording
Naast het geïnventariseerde werk ramen wij tijd en capaciteit voor overige werkzaamheden. Die hebben wij in onderstaand overzicht opgenomen.
De reservering voor het behoud en de ontwikkeling van kennis en vaardigheden is het belangrijkste. Daarnaast maken wij reserveringen om ook na 2014 te kunnen voldoen aan de wettelijke eisen en vereist de samenwerking met de buurgemeenten een reservering.
7.1 Gevolgen voor de ambtelijke capaciteit
In onderstaande tabel hebben wij de uitkomsten van de programmering samengevat. In het overzicht gaan wij uit van de vaste formatie van het onderdeel. Bovenformatieve inhuur hebben wij in het overzicht niet meegenomen.
We lossen het tekort aan capaciteit bij de bouwcontroleurs en de juridisch medewerkers enigszins op door de inzet van stagiairs.
Dit uitvoeringsprogramma is gebaseerd op de beleidsvisie Toezicht en Handhaving 2014-2018. Aan het einde van dit jaar maken wij een jaarverslag. In dat jaarverslag geven wij een verantwoording van de activiteiten zoals deze dit jaar zijn uitgevoerd. We laten dus zien in hoeverre we dit uitvoeringsprogramma hebben kunnen uitvoeren.
Wij hebben de afgelopen jaren verschillende malen een uitvoeringsprogramma vastgesteld. Die ervaring leert een aantal dingen. Hoe zorgvuldig wij de raming ook maken, er blijft altijd ruimte voor vragen en er blijven altijd onzekerheden hoe die planningen in de praktijk zullen uitvallen. Die onzekerheden worden in de loop van de jaren wel minder.
De programmatische werkwijze geeft een goed zicht op de kosten en baten van de verschillende taken die het team uitvoert. Meer inzicht in die kosten kan leiden tot een herverdeling van middelen die recht doet aan bestuurlijke prioriteiten. Daarmee kan de cirkel van ambities, instrumenten en formatieve mogelijkheden weer worden gesloten.