Organisatie | Saba |
---|---|
Organisatietype | Caribisch openbaar lichaam |
Officiële naam regeling | Eilandsbesluit van de 24ste juni 1986 bepalende de opneming in het Afkondigingsblad van de geldende tekst van de Eilandsverordening Personenvervoer (A.B. 1983, no. 1) en de daarbij behorende Eilandsbesluiten Houdende Algemene Maatregelen |
Citeertitel | Eilandsverordening Personen Vervoer |
Vastgesteld door | Bestuurscollege |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Saba (AB 2010, no. 6) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Saba en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Saba van toepassing.
Deze tekstplaatsing is opgenomen op de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Saba (A.B. 2010, no. 6) met als uitgangspunt de Eilandsverordening Personenvervoer (A.B. 1983, no. 1) en de daarbij behorende Eilandsbesluiten Houdende Algemene Maatregelen A.B. 1983, no. 2, A.B. 1983, no. 3, A.B. 1983, no. 4 en A.B. 1983, no. 5.
Aangezien een inwerkingtredingsbepaling in deze verordening ontbreekt, is zijn krachtens artikel 84, juncto 105 van de Eilandenregeling Nederlandse Antillen, in werking getreden met ingang van de tiende dag na die van afkondiging.
Eilandsbesluit houdende algemene maatregelen inzake het vaststellen van het actuele regelingenbestand van het eilandgebied en toekomstig openbaar lichaam Saba voor zover het haar bevoegdheid betreft
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | Bestendiging eilandsregeling in het openbaar lichaam | 26-08-2010 A.B. 2010, no. 6 | Onbekend | ||
10-10-2010 | Bestendiging eilandsregeling in het openbaar lichaam | 26-08-2010 A.B. 2010, no. 6 | onbekend | ||
04-07-1986 | 10-10-2010 | Tekstplaatsing | 24-06-1986 onbekend | onbekend |
In deze Eilandsverordening en de ter uitvoering daarvan gegeven regelen wordt verstaan onder:
Toerwagens: motorrijtuigen, ingericht tot het vervoer van meer dan zeven personen, de bestuurder daaronder niet begrepen, en bestemd voor het tegen vergoeding uitvoeren van ritten, welke niet uitsluitend ten doel hebben het verstrekken van gelegenheid tot vervoer. De bestemming van een motorrijtuig tot toerwagen blijkt mede uit het vergunningsbewijs, bedoeld in artikel 21;
Het Bestuurscollege wint het advies van de commissie in ten aanzien van de verlening, wijziging, overschrijving, vernieuwing of intrekking van een vergunning, alsmede in andere aangelegenheden, het personenvervoer met motorrijtuigen betreffende, waarin het dit wenselijk acht. De commissie kan het Bestuurscollege eigener beweging voorstellen doen en van advies dienen in zake het personenvervoer met motorrijtuigen betreffende.
Een vergunning tot het exploiteren van een autobus of taxi als bedoeld in artikel 3, tweede lid, sub a en c, wordt slechts verleend, indien de vergunninghouder zelf als bestuurder van de autobus of taxi voor hem het hoofdmiddel van bestaan zal zijn.
Het Bestuurscollege kan, de commissie gehoord, de houder van een autobusvergunning of taxi vergunning toestemming verlenen zich onder zijn verantwoordelijkheid door een bij hem in dienstbetrekking zijnde bestuurder te doen bijgestaan.
In geval van ziekte of andere bijzondere omstandigheden, waardoor de houder van een vergunning als in het vorige artikel bedoeld tijdelijk in de onmogelijkheid verkeert het motorrijtuig zelf te besturen, kan het Bestuurscollege de commissie gehoord, voor een bepaalde tijd aan een ander toestemming ten behoeve van de vergunninghouder als bestuurder van het motorrijtuig op te treden.
In de gevallen, bedoeld in de artikelen 13, 1e lid en 14, 2e lid kan het Bestuurscollege afwijken van het bepaalde in artikel 6, voor zover betreft de eis, dat de vergunninghouder zelf als bestuurder van het motorrijtuig moet optreden.
De vergunning kan bij met redenen omkleed besluit van het Bestuurscollege worden geweigerd:
De vergunning wordt bij met redenen omkleed besluit van het Bestuurscollege geweigerd:
De vergunning kan op verzoek van de vergunninghouder door het Bestuurscollege worden ingetrokken.
De vergunning kan bij met redenen omkleed besluit van het Bestuurscollege blijvend of voor een in dat besluit te bepalen termijn worden ingetrokken:
III VOORSCHRIFTEN TEN AANZIEN VAN VERVOER
Bij Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen ten aanzien van het vervoer met autobussen, taxi’s en toerwagens voorschriften worden vastgesteld omtrent:
Bij Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen ten aanzien van het verhuren van motorrijtuigen, ingericht tot het vervoer van personen, zonder bestuurder voorschriften worden vastgesteld omtrent:
Het vergunningsbewijs vermeldt, behalve de omschrijving van het motorrijtuig waartoe het behoort, het kenteken dat dit motorrijtuig ingevolge deze eilandsverordening moet voeren. De vorm een verdere inhoud van het vergunningsbewijs, de geldigheidsduur, het tijdstip en de wijze van vernieuwing, overschrijving en inlevering worden geregeld bij Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen.
Het is de houder van een autobusvergunning, een taxivergunning of een toerwagenvergunning, alsmede de bestuurder van een autobus, huurauto of toerwagen verboden hogere prijzen te vragen of aan te nemen, dan in de bij of krachtens eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, vastgestelde tarieven is bepaald.
Het is de houder van een verhuurautovergunning of verhuurmotorvergunning verboden een motorrijtuig te verhuren aan een persoon, die de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt of die niet kan aantonen, dat hij in het bezit is van een geldig rijbewijs voor het besturen van een motorrijtuig van dien aard.
Indien de in artikel 33 bedoelde opsporingsambtenaren blijkt dat ten aanzien van een motorrijtuig, waarvoor een vergunningsbewijs is uitgereikt als bedoeld in artikel 1, niet wordt voldaan aan de bij eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, vastgestelde voorschriften als bedoeld in artikel 19 onder a en d of artikel 20 onder a en b, zijn zij bevoegd dat motorrijtuig onmiddellijk ter bewaring bij het politiebureau te plaatsen. Het motorrijtuig wordt vrijgegeven zodra aan bedoelde eisen is voldaan.
De rijvergunning wordt slechts afgegeven, indien de aanvrager:
bij een vanwege het Plaatselijk Hoofd van Politie ingesteld onderzoek blijk heeft gegeven voldoende op de hoogte te zijn met de bepalingen van deze eilandsverordening en de ter uitvoering daarvan vastgestelde eilandsbesluiten, houdende algemene maatregelen, voor zover die van toepassing zijn op een motorrijtuig van de soort als waarvoor de vergunning wordt gevraagd;
De rijvergunning kan bij met redenen omklede beschikking van het Plaatselijk Hoofd van Politie in het belang van de openbare orde, veiligheid of goede zeden worden geweigerd. Op gelijke wijze kan de rijvergunning mede worden geweigerd indien de aanvrager zich binnen een tijdsverloop van drie jaren onmiddellijk voor de aanvragen heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit op grond waarvan hem de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen is ontzegd.
De rijvergunning kan bij met redenen omklede beschikking van het Plaatselijk Hoofd van Politie in het belang van de openbare orde, veiligheid of goede zeden blijvend of voor een in de beschikking te bepalen termijn worden ingetrokken. Op gelijke wijze kan de rijvergunning blijvend of voor een in de beschikking te bepalen termijn worden ingetrokken, indien de houder zich schuldig maakt aan een strafbaar feit op grond waarvan hem de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen kan worden ontzegd, of gedurende twaalf achtereenvolgende maanden driemaal onherroepelijk is veroordeeld of vrijwillig heeft voldaan aan de voorwaarde door de bevoegde ambtenaar van het openbaar ministerie krachtens artikel 76 van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen gesteld, terzake van overschrijding van de maximum snelheid of het op zodanige wijze rijden, dat hij daardoor gevaar voor anderen heeft doen ontstaan.
V STRAF- OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Indien tijdens het plegen van de overtreding nog geen jaar is verlopen sedert een vroegere veroordeling van de schuldige wegens een gelijke overtreding onherroepelijk is geworden of vrijwillig voldaan is aan de voorwaarde, door de bevoegde ambtenaar van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen gesteld, wordt hij gestraft met hechtenis of geldboete tot het dubbele van het voor elk gestelde maximum.
Op overtreding van of handelen in strijd met het bepaalde in een eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, vastgesteld krachtens de artikelen 19 en 20, kan daarbij de straf worden gesteld, doch geen andere of hogere dan hechtenis van ten hoogste dertig dagen of geldboete van ten hoogste vijfhonderd gulden. Daarbij kan worden bepaald dat, indien tijdens het plegen van de overtreding nog geen jaar is verlopen, sedert een vroegere veroordeling van de schuldige wegens een gelijke overtreding, onherroepelijk is geworden of vrijwillig is voldaan aan de voorwaarde, door de bevoegde ambtenaar van het openbaar ministerie krachtens artikel 76 van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen gesteld, hechtenis of geldboete tot het dubbele van het voor elk gestelde maximum kan worden opgelegd.
De feiten, bij deze eilandsverordening strafbaar gesteld, worden beschouwd als overtredingen.
Met de opsporing van de feiten, bij deze eilandsverordening strafbaar gesteld, zijn belast de in artikel 8 van het Wetboek van Strafvordering van de Nederlandse Antillen aangewezen personen.
Hij die op bet tijdstip van inwerkingtreding van deze eilandsverordening als beroep, nevenberoep, bedrijf of nevenbedrijf mét een motorrijtuig tegen vergoeding personen vervoert of doet vervoeren, of motorrijtuigen ingericht tot het vervoer van personen, zonder bestuurder verhuurt, danwel als bestuurder van een autobus, taxi of toerwagen optreedt, kan de daartoe naar de onderscheiding van de artikelen 3 en 26 vereiste vergunning bij het Bestuurscollege, onderscheidenlijk het Plaatselijk Hoofd van Politie aanvragen binnen een maand na dat tijdstip. Gedurende deze termijn en zolang op zijn verzoek niet is beslist kan hij, die in vorenbedoelde zin personen vervoert of doet vervoeren, motorrijtuigen zonder bestuurder verhuurt of als bestuurder optreedt, dit zonder vergunning doen.