Organisatie | Kampen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel toegang schulddienstverlening gemeente Kampen 2016 |
Citeertitel | Beleidsregel toegang schulddienstverlening gemeente Kampen 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Deze regeling vervangt de Beleidsregel toegang schulddienstverlening gemeente Kampen 2012.
Wet gemeentelijke schuldhulpverlening
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-03-2016 | nieuwe regeling | 08-03-2016 Gemeenteblad 2016, 29792 | 15ADV00596 |
Beleidsregel toegang schulddienstverlening gemeente Kampen 2016
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,
gelezen het voorstel van 29 februari 2016, kenmerk 15ADV00596,
gelet op artikel 2 en 3 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening,
Beleidsregel toegang schulddienstverlening gemeente Kampen 2016
Artikel 2 Aanvraag schulddienstverlening
Elke inwoner met een hoofdverblijf in de gemeente Kampen kan een aanvraag schulddienstverlening indienen.
Een traject schulddienstverlening kan bestaan uit een of meer van de volgende trajecten:
Artikel 5 Toelating schulddienstverlening
Het college kan een aanvrager van schulddienstverlening toelaten tot een traject schulddienstverlening indien:
Artikel 6 Algemene verplichtingen
Belanghebbende is verplicht om direct en uit eigen beweging dan wel op verzoek van de gemeente alle gegevens en informatie door te geven waarvan het hem duidelijk moet zijn dat deze van invloed kunnen zijn op het traject schulddienstverlening, zowel bij de aanvraag als gedurende de looptijd van het traject schulddienstverlening.
Artikel 7 Gronden voor afwijzing
Een traject budgetcoaching, budgetbeheer of nazorg wordt niet toegekend in het geval een persoon binnen de termijn genoemd in artikel 288 eerste lid onder b van de Faillissementswet, voorafgaand aan de aanvraag schulddienstverlening fraude heeft gepleegd die financiële benadeling van een bestuursorgaan tot gevolg heeft en die persoon in verband daarmee onherroepelijk strafrechtelijk is veroordeeld of een onherroepelijke bestuurlijke sanctie, die beoogt leed toe te voegen, is opgelegd.
In het geval een persoon binnen de termijn genoemd in artikel 288 eerste lid onder b van de Faillissementswet, voorafgaand aan de aanvraag schulddienstverlening fraude heeft gepleegd die financiële benadeling van een bestuursorgaan tot gevolg heeft en die persoon in verband daarmee onherroepelijk strafrechtelijk is veroordeeld of een onherroepelijke bestuurlijke sanctie, die beoogt leed toe te voegen, is opgelegd, wordt bij deze organisatie nagegaan of deze haar medewerking verleent aan schuldbemiddeling. Indien de betreffende organisatie geen medewerking verleent aan een schuldbemiddeling wordt het traject schuldbemiddeling niet toegekend.
Artikel 8 Middelen schulddienstverlening
Voor schulddienstverlening worden de middelen van de aanvrager in aanmerking genomen.
Artikel 9 Specifieke voorwaarden en verplichtingen traject budgetcoaching en nazorg
Ten behoeve van personen, van wie het traject schuldbemiddeling succesvol is verlopen, beoordeelt het college bij beëindiging van het traject of de belanghebbende nazorg moet worden aangeboden ter voorkoming van nieuwe schulden. Op een traject nazorg is het eerste lid van overeenkomstige toepassing.
Artikel 10 Specifieke voorwaarden en verplichtingen traject schuldbemiddeling
Artikel 11 Specifieke voorwaarden en verplichtingen traject budgetbeheer
Het college kan aan het traject budgetbeheer specifieke voorwaarden en verplichtingen verbinden.
Artikel 12 Redenen beëindiging traject schulddienstverlening
Het traject schulddienstverlening wordt door het college beëindigd indien:
Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 8 maart 2016,
Burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,
J.F. Goedegebure, secretaris mr. drs. B. Koelewijn, burgemeester
Schulddienstverlening is een wettelijke taak op grond van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs). In verband met de aanvragen voor schulddienstverlening is het ten behoeve van de rechtszekerheid noodzakelijk dat er regels vastgesteld worden voor de toegang tot en de voorwaarden aan de schulddienstverlening.
De Wgs heeft een integraal karakter. Dit betekent dat er niet alleen aandacht is voor het oplossen van de financiële problemen van een cliënt, maar ook voor psychosociale problemen of problemen rond de woonsituatie, gezondheid, verslaving of de gezinssituatie.
Schulddienstverlening is er daarom op gericht om niet alleen het financiële probleem, maar (juist ook) de achterliggende problemen op te lossen, om zo te komen tot een duurzame oplossing, al dan niet in samenwerking met de ketenpartners.
Participatie van burgers is een belangrijk uitgangspunt in het beleid van de gemeente Kampen. Het college vindt dat iedereen in Kampen aan de samenleving moet kunnen meedoen en wil dat meedoen op alle vlakken van de Kamper samenleving vergroten.
Drempels die de participatie van burgers belemmeren, moeten voorkomen dan wel weggenomen worden. Financiële problemen vormen zo’n belemmering. Schulden veroorzaken (direct of indirect) ontwrichte gezinssituaties, gezondheidsklachten, verlies van werk, schooluitval, verlies van contact met de samenleving, overlast en verpauperde woningen en wijken. En daarmee lijden niet alleen individuele burgers onder de financiële problematiek, dit heeft ook gevolgen voor de samenleving als geheel. Schulddienstverlening levert een belangrijke bijdrage aan het wegnemen van deze belemmering.
De gemeente Kampen hanteert als uitgangspunt dat elke inwoner van de gemeente Kampen zich kan melden voor een aanvraag schulddienstverlening.
Schulddienstverlening is voor alle Kampenaren. Wij sluiten geen groepen op voorhand van schulddienstverlening uit. We willen dat iedereen kan deelnemen aan het maatschappelijk leven. De drempels om te participeren worden verlaagd waarbij de cliënt zelf verantwoordelijk blijft. Geldzorgen, schulden en het niet op orde hebben van de administratie kunnen zo'n drempel vormen.
De onderstaande uitgangspunten zijn hierbij van belang:
Uitgangspunt is dat iedereen zelf verantwoordelijk is voor het aangaan van financiële verplichtingen, het (terug)betalen van de verplichtingen en voorkomen dat teveel verplichtingen worden aangegaan waardoor een problematische schuldsituatie ontstaat. Wanneer het niet lukt zelfstandig tot een oplossing van de schuldenproblematiek te komen, kan een beroep worden gedaan op schulddienstverlening. Ook dan blijft de klant zelf verantwoordelijk, in die zin dat hij zich, naar vermogen, maximaal moet inspannen om tot een oplossing te komen en volledige medewerking dient te verlenen aan het ingezette traject.
Dit betekent dat afspraken worden nagekomen, informatie op tijd wordt ingeleverd en geen nieuwe schulden worden gemaakt. Schulddienstverlening is geen ”makkelijke manier om van je schulden af te komen”. De inspanning die moet worden geleverd is fors, zowel op het gebied van inkomen (werken naar vermogen, solliciteren, meewerken aan een re-integratietraject, extra inkomenscomponenten verwerven), als op het gebied van uitgaven (bezuinigen om te komen tot een maximale aflossing), maar ook op persoonlijk vlak (hulp aanvaarden bij de problemen die de schuldenlast veroorzaakt hebben).
De schulddienstverlening wordt uitgevoerd door het team FrontOffice van de eenheid Maatschappelijke Ontwikkeling. Voor specialistische begeleiding en hulp bij de administratie maakt het gebruik van andere partners. De gemeente werkt conform de gedragscodes van de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet (NVVK) en de voorwaarden en richtlijnen van Recofa en Titel III van de Faillissementswet.
Daarnaast is er een aantal bedrijfsvoeringaspecten van belang: de werkprocessen moeten zo efficiënt mogelijk ingericht zijn, voorkomen moet worden dat de betrokken organisaties dubbele werkzaamheden verrichten, er mag geen sprake zijn van wachtlijsten en de doorlooptijden moeten zo kort mogelijk zijn.
Werkwijze schulddienstverlening en aanbod trajecten
Alle inwoners van de gemeente Kampen met een financiële hulpvraag kunnen zich melden voor een aanvraag schulddienstverlening. Binnen de hiervoor gestelde servicenormen neemt de consulent schulddienstverlening contact op met de aanvrager voor een integraal c.q. intakegesprek.
In dit gesprek wordt de financiële situatie besproken en worden vragen gesteld over o.a. het inkomen, de uitgaven, de belastingtoeslagen, de vaste lasten en overige uitgaven en de eventuele schulden.
Betreffende het integrale karakter worden er ook vragen gesteld over andere leefgebieden zoals de huisvesting, gezondheid, opleiding, gezinsomstandigheden en eventuele hulpverlening van de cliënt.
Na dit intakegesprek bepaalt het college, aan de hand van de door de aanvrager gegeven informatie, of er een toekenning kan zijn van een traject schulddienstverlening.
Trajecten schulddienstverlening:
De ervaring is dat een groot deel van de cliënten die zich aanmelden voor schulddienstverlening hun financiën en administratie op dat moment niet op orde hebben. Mensen hebben in zo’n situatie te kampen met deurwaarders, beslagleggingen, schulden en daarnaast moeten de lopende vaste lasten ook nog betaald worden.
Vaak zijn mensen daardoor het overzicht kwijt. Daardoor kan het zijn dat een toekenning van een traject vooreerst nog niet mogelijk is omdat er nog diverse zaken geregeld moeten worden.
In dat geval ontvangt de aanvrager een gemotiveerde afwijzingsbeschikking met hierin opgenomen alle zaken die nog geregeld moeten zijn voordat een traject mogelijk is. Bij deze afwijzingsbeschikking vindt veelal ook een doorverwijzing naar hulpverlening plaats.
Naar ketenpartners, wanneer sprake is van andere problematiek die eerst opgelost moet worden voordat een vervolgtraject kan worden gestart, en naar ondersteunende ketenpartners op het gebied van administratie en financiën.
Als belanghebbende een verzoek om toepassing van de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) indient, is de gemeente Kampen verplicht mee te werken aan de afgifte van dit verzoek. Hiervoor worden de voorwaarden en richtlijnen van de Faillissementswet (titel III) en Recofa gevolgd.
De aanvrager van het verzoekschrift wordt, op basis van de wet- en regelgeving, door de consulent schulddienstverlening geïnformeerd of het indienen hiervan enige kans van slagen heeft.
Het is echter aan de aanvrager zelf om te beslissen of hij wel of niet overgaat tot indienen van het verzoekschrift.
Het verzoekschrift wordt opgesteld door de gemeente Kampen waarna het doorgezonden wordt naar de rechtbank. De rechter beslist of het verzoek wordt toegekend.
Artikel 2 Aanvraag schulddienstverlening
Door de definitie van rechthebbende wordt bepaald dat geen enkele inwoner van de gemeente Kampen wordt uitgesloten van een aanvraag schulddienstverlening. Elke inwoner heeft recht op een aanvraag schulddienstverlening en een daaruit voortkomend intakegesprek.
In dit gesprek wordt de financiële situatie besproken en worden vragen gesteld over o.a. het inkomen, de uitgaven, de belastingtoeslagen, de vaste lasten en overige uitgaven en de eventuele schulden. Ook worden er diverse vragen gesteld over andere leefgebieden van de aanvrager zodat de consulent schulddienstverlening aan het eind van dit gesprek kan bepalen welk traject op maat of welke doorverwijzing geadviseerd wordt. De aanvrager ontvangt een beschikking waarin alle, op zijn individuele situatie van toepassing zijnde, adviezen zijn beschreven.
De gemeente Kampen biedt een optimaal pakket aan dienstverlening. De verschillende trajecten bestrijken het gebied van preventie naar curatie en tot slot nazorg. De gemeente Kampen streeft naar een duurzaam effect.
De consulent schulddienstverlening bepaalt (aan de hand van beleid) welk traject aan een aanvrager kan worden toegekend. De aanvrager bepaalt of hij dat traject ook daadwerkelijk wil starten.
Artikel 5 Toelating schulddienstverlening
Voor een traject schulddienstverlening gelden voorwaarden.
De algemene voorwaarden waaraan voldaan moet worden zijn zo minimaal mogelijk gesteld.
Indien de aanvrager niet aan de algemeen gestelde voorwaarden voor een traject kan voldoen, wordt de aanvraag schulddienstverlening vooreerst afgewezen en het dossier gesloten. De aanvrager ontvangt hiervan een beschikking en kan, met eventuele doorverwijzing naar hulpverlening, alle door de consulent aangegeven zaken gaan regelen zodat alsnog een traject schulddienstverlening mogelijk is.
De dienstverlening aan zelfstandigen met (tijdelijke) financiële problemen, vereist specifieke expertise. De consulent schulddienstverlening verwijst daarvoor door naar het Regionaal bureau zelfstandigen (Rbz). In bepaalde gevallen kunnen zij dan een beroep doen op het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz).
Artikel 7 Gronden voor afwijzing
Niemand wordt de toegang tot een aanvraag schulddienstverlening geweigerd. Na een aanvraag schulddienstverlening volgt een informatiegesprek waarna een traject schulddienstverlening wordt toegekend of doorverwijzing naar andere partners volgt.
Voor fraude gelden bijzondere richtlijnen.
Indien aanvrager in het intakegesprek aangeeft dat er mogelijk sprake kan zijn van een vordering die bij de desbetreffende organisatie aangemerkt kan worden als fraudevordering, wordt dit voor de aanvrager gecheckt.
Deze check bestaat uit het zenden van een brief naar de desbetreffende organisatie waarin gevraagd wordt wat voor soort vordering dit betreft, wanneer deze vordering is ontstaan en/of de organisatie haar medewerking wil verlenen aan de start van fase 1 van het traject schuldbemiddeling. Hierbij wordt gevraagd of de organisatie schriftelijk wil reageren. De reactie van de organisatie is in zoverre leidend dat de consulent schulddienstverlening niet in onderhandeling gaat met de organisatie. Wel wordt voor opstart van schuldbemiddeling de termijn gehanteerd zoals genoemd in artikel 288 eerste lid onder b van de Faillissementswet. Wanneer geen bericht ontvangen wordt van de organisatie, zal de consulent schulddienstverlening starten met fase 1 van het traject schuldbemiddeling.
Artikel 8 Middelen schulddienstverlening
Een schuldenaar moet al zijn vermogen en inkomsten gedurende het traject inzetten voor aflossing. De schuldenaar houdt de beschikking over het vrij te laten bedrag.
Hierbij werkt de gemeente Kampen conform de gedragscodes van de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet (NVVK) en Recofa.
Artikel 9 Specifieke voorwaarden en verplichtingen traject budgetcoaching en nazorg
De gemeente Kampen vindt preventie erg belangrijk. Er is een preventiemedewerker aangesteld en vanuit schulddienstverlening zijn er de trajecten budgetcoaching en nazorg.
Budgetcoaching is een middel om een belanghebbende gaandeweg zelfstandig te laten worden in het beheren van zijn of haar vaste lasten. Het doel is om de belanghebbende uiteindelijk in eigen kracht te zetten en zelfstandig te laten worden door het aanleren van budgetvaardigheden zodat hij na een bepaalde periode weer zelfstandig zijn financiën kan beheren.
Het uiteindelijke doel van nazorg is om mensen weer, door het aanleren van budgetvaardigheden en het benutten van hun eigen kracht, zelfstandig hun financiën te kunnen laten beheren.
Artikel 10 Specifieke voorwaarden en verplichtingen traject schuldbemiddeling
Het traject schuldbemiddeling kent veel verplichtingen voor de schuldenaar. Een belangrijke verplichting is het verrichten van inspanningen om het inkomen te vergroten. Met name van een werkloze mag worden verwacht dat hij zich tot het uiterste inspant om werk te vinden. Dat geeft de beste kansen op het slagen van de schuldbemiddeling en een duurzaam effect van de schuldregeling.
Het doel is om te komen tot een duurzame oplossing. Achterliggende problemen die hebben bijgedragen aan de schuldenproblematiek moeten daarom ook worden opgelost. Een voortijdige beëindiging van een traject schuldbemiddeling is een teken dat de achterliggende problematiek onvoldoende onder controle is. Een aanvrager, van wie recentelijk een traject schuldbemiddeling vroegtijdig is beëindigd, zal dan ook niet zomaar weer in aanmerking komen voor een nieuw traject schuldbemiddeling. Er geldt een uitsluitingstermijn.
De fase waarin de schuldbemiddeling is beëindigd, is van belang voor de duur van de uitsluiting. Is het traject beëindigd voordat het plan van aanpak is ondertekend, dan is de uitsluiting één jaar. Is het traject beëindigd na ondertekening van het plan van aanpak, dan is de uitsluiting twee jaar. Hierbij wordt gerekend vanaf de datum van de beëindigingbeschikking.