Organisatie | Delft |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening parkeerregulering en parkeerbelasting Delft 2016 |
Citeertitel | Parkeerverordening Delft 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Figuur 1: Begrenzing gebieden |
Betreft de 2e wijziging van de parkeerverordening 2016. Wijziging met terugwerkende kracht.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-02-2016 | 01-01-2016 | 02-02-2017 | Uitbreiding parkeergebied E | 28-01-2016 Gemeenteblad, 11 februari 2016 | Onbekend |
De raad van de gemeente Delft;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2015;
gelet op de artikelen 149 en 225 van de Gemeentewet en artikel 2a van de Wegenverkeerswet 1994;
gezien het advies van de commissie Economie, Financiën en Bestuur;
Verordening parkeerregulering en parkeerbelasting Delft 2016
Afdeling 1 Definities en begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten met inbegrip van verzamelparkeermeters, centrale computer voor het verlenen van diensten op het gebied van telefonische en/of elektronische betaling bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;
Afdeling II Vergunninghouders en vergunningen
c. degene, die ingeschreven staat in de Basisregistratie Personen op een adres binnen een gebied waar belanghebbendenplaatsen of mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerapparatuurplaatsen aanwezig zijn, ten behoeve van het parkeren van een motorvoertuig van bezoekers van bewoners, te noemen bezoekersvergunning bewoners;
e. de dierenambulance, medewerkers van de GGZ en professionele zorginstellingen die eerstelijns hulpverlening bieden in één van de vergunninggebieden, waarmee geparkeerd kan worden op belanghebbenden- en parkeerapparatuurplaatsen in alle gebieden, onder het door het college nader te bepalen voorwaarden, te noemen zorgverlenersvergunning;
Het college van burgemeester en wethouders kan besluiten, bij een functiewijziging van een pand of object, het aantal toe te kennen parkeerproducten te beperken tot het maximale aantal parkeerproducten dat voor de functiewijziging ten behoeve van het betreffende pand of object kon worden uitgegeven.
Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:
a. degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen;
b. zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 10, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het motorvoertuig, met dien verstande dat
1e als een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het motorvoertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd;
2e als blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd.
De belasting bedoeld in artikel 10, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
De belastingen genoemd in artikel 10, onderdeel a, zijn niet verschuldigd indien het voertuig is voorzien van een geldige gehandicaptenparkeerkaart, mits het voertuig geparkeerd is op een algemene gehandicaptenparkeerplaats en mits de gehandicaptenparkeerkaart zodanig in of aan het motorvoertuig is geplaatst, dat deze met het oog op toezicht en controle van buitenaf goed zicht- en leesbaar is
Artikel 12 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
De belasting bedoeld in artikel 10, onderdeel a, wordt geheven door voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt:
a. het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften.
b. het bij aanvang van het parkeren inbellen of aanmelden op een centrale computer op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften.
Artikel 16 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 10, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt door de raad bij openbaar te maken besluit.
Afdeling VI Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 21 Inwerkingtreding en overgangsbepaling
De 'Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft 2015' vastgesteld bij raadsbesluit van 26 maart 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 januari 2016.
mr. drs. G.A.A. Verkerk ,burgemeester.
drs. R.G.R. Jeene ,griffier.
Tarieventabel Verordening parkeerregulering en parkeerbelasting Delft 2016
1. Het tarief voor het parkeren bij een parkeerapparatuurplaats als bedoeld in artikel 10, onderdeel a van de verordening bedraagt: |
Behoort bij en maakt deel uit van het raadsbesluit van 5 november 2015 tot vaststelling van de Verordening parkeerregulering en parkeerbelasting Delft 2016.