Organisatie | Drechterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van Toeristenbelasting Drechterland 2016 |
Citeertitel | Verordening op de heffing en invordering van Toeristenbelasting Drechterland 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-12-2015 | 01-01-2017 | nieuw | 26-10-2015 Gemeenteblad, nr 116920 | onbekend |
De gemeenteraad van Drechterland heeft op 26 oktober 2015 de Verordening op de heffing en invordering van Toeristenbelasting Drechterland 2016 vastgesteld. De toeristenbelasting is bedoeld om bezoekers die overnachten in de gemeente bij te laten dragen aan de voorzieningen waar zij gebruik van maken. Het tarief per overnachting bedraagt met ingang van 1 januari 2016 € 1,05.
Volledige tekst van het besluit:
De raad van de gemeente Drechterland
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 september 2015;
Gelet op artikel 224 van de Gemeentewet:
Verordening op de heffing en invordering van Toeristenbelasting Drechterland 2016
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
niet-beroepsmatig verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur aangeboden;
Ter zake van het houden van verblijf met overnachten binnen de gemeente in hotels, pensions, vakantie-onderkomens, mobiele kampeeronderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten en op vaste standplaatsen tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de basisregistratie personen van de gemeente zijn ingeschreven, wordt onder de naam "toeristenbelasting" een directe belasting geheven.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
van een asielzoeker, zijnde een vreemdeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Vreemdelingenwet, die een asielverzoek heeft ingediend waarover nog geen onherroepelijke beslissing is genomen, van degene die een asielverzoek heeft ingediend waarop negatief is beslist en van een verblijfsgerechtigde, die op basis van artikel 9, 10 of 15 van voornoemde wet een verblijfsvergunning heeft, voor zover deze personen verblijf houden in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2, in het kader van de centrale opvang onder verantwoordelijkheid van het ZBO Centrale Opvang Asielzoekers.
Artikel 6 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing
Het aantal malen dat door de in het eerste lid bedoelde personen is overnacht wordt:
ingeval verblijf wordt gehouden in vakantie-onderkomens, niet beroepsmatig verhuurde ruimten dan wel op vaste standplaatsen, welke geschikt zijn voor gebruik of slechts gebruikt mogen worden gedurende een periode van:
- ten hoogste drie maanden bepaald op 15;
- meer dan drie doch ten hoogste negen maanden bepaald op 70;
- meer dan negen doch ten hoogste twaalf maanden bepaald op 100;
Artikel 7 Opteren voor niet-forfaitaire maatstaf van heffing
In afwijking van het bepaalde in artikel 6 wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op grond van artikel 6 berekend aantal.
Geen belastingaanslag wordt opgelegd indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, gedurende het belastingjaar minder dan tien zal of heeft belopen.
Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de toeristenbelasting.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid onderdelen b. en d van de Gemeentewet.
De Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting Drechterland 2015 met de daarop volgende wijzigingen worden ingetrokken met ingang van de in artikel 16, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.