Organisatie | Dronten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene subsidie verordening Dronten 2003 |
Citeertitel | Algemene subsidie verordening Dronten 2003 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | inrichting en werkwijze van het gemeentebestuur |
Datum inwerkingtreding wijkt af van tekst verordening.
Verordening vervangt Algemene subsidieverordening Dronten 2001.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-10-2003 | 01-01-2010 | nieuwe regeling | 28-08-2003 Gemeenteblad 2003, nr. 20 | 541875 |
De raad van de gemeente Dronten,gelezen het voorstel van het college van 22 juli 2003, no. 541875FK.RV;gezien het advies van de raadscommissie Algemene Zaken van 18 augustus 2003;gelet op de artikelen 108 juncto 147, tweede lid, van de Gemeentewet en artikel 4:23, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;
overwegende dat het ter afsluiting van de overgangsfase in het subsidiebeleid belangrijk is per 1 september 2003 een nieuwe subsidie verordening in werking te laten treden, zodat deze als basis kan worden genomen voor het beoordelen van subsidie aanvragen voor 2004;
HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
vermogensbestanddelen die worden gevormd voor toekomstige kosten die een periode van twee of meer jaren omvatten en die niet binnen de jaarlijkse exploitatie opgevangen kunnen worden, nu reeds te voorzien zijn, onvermijdelijk zijn, hun oorzaak in het verleden hebben en kwantificeerbaar en / of berekenbaar zijn.
Artikel 2. Reikwijdte van de verordening / bevoegdheid
Subsidie wordt slechts verstrekt voor zover de raad de benodigde gelden heeft toegekend. Het begrotingsvoorbehoud als genoemd in artikel 4:34 van de wet is daarbij van toepassing. Subsidie wordt tevens slechts verstrekt indien de activiteiten gericht zijn op, dan wel ten goede komen aan (een deel van de) inwoners van de gemeente Dronten.
Artikel 3. Rechtspersoonlijkheid / rechtsbevoegdheid
De personen op wier naam een beslissing tot het geheel of gedeeltelijk toekennen van de subsidieaanvraag is gesteld, zijn persoonlijk en hoofdelijk verantwoordelijk en aansprakelijk voor de aan de naleving van de aan het subsidiebesluit verbonden verplichtingen. Zij ondertekenen hiertoe een door het college voor te leggen verklaring voor akkoord.
Subsidiëring van activiteiten vindt slechts plaats voor zover deze (naar de mening van het college) in voldoende mate in een direct aanwijsbaar belang voor de gemeente voorzien en past binnen het door de raad geformuleerde beleid. Bovendien dienen deze activiteiten door de raad als subsidiabel te zijn aangemerkt.
Ten aanzien van subsidies van zowel structurele als incidentele aard worden jaarlijks door het college, aansluitend aan de vaststelling van de begroting door de raad, per functie / product subsidieplafonds vastgesteld en bekend gemaakt. Aanvragen om een incidentele subsidie geschieden met inachtneming van het bepaalde in artikel 14.
Artikel 8. Vaststelling maximaal te verlenen subsidie
Het college stelt jaarlijks, in het kader van de voorbereiding van de begrotingsbehandelingen en in het verlengde van de jaarlijks door de raad vast te stellen Subsidie Beleidskaders, vóór 1 april voorafgaand aan het jaar waarop de subsidie aanvragen betrekking hebben, de maximaal te verlenen subsidiebedragen vast die voor de onderscheidene beleidsterreinen beschikbaar zijn en maakt deze voor de genoemde datum bekend. Deze subsidiabele maxima bevatten tevens de vastgestelde verdelingscriteria in het geval de raad deze maxima per beleidsterrein heeft vastgesteld. Een en ander geschiedt op basis van de volgende uitgangspunten:
Artikel 11. Subsidiabele kosten
HOOFDSTUK 2. DE AANVRAAG OM SUBSIDIE
Artikel 14. Vereisten aanvraag
Naast de in het eerste lid genoemde gegevens bevat een aanvraag voor een basis-, budget- en structurele activiteiten subsidie een beschrijving van bestuurlijke, organisatorische dan wel andersoortige verhoudingen met andere instellingen.
Het in het eerste lid onder g. bedoelde financiële verslag bevat een verslag van het meest recente boekjaar. Dit verslag bevat ten minste een door het bestuur van de instelling gewaarmerkte jaarrekening. De jaarrekening bestaat uit een balans, een staat van baten en lasten en een toelichting daarop.
HOOFDSTUK 3. VERPLICHTINGEN VAN DE SUBSIDIEONTVANGER
Artikel 16. Administratie en verzekering
Als verplichtingen als bedoeld in artikel 4:37 van de wet heeft de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:
De instelling verleent aan het college of de door hen aangewezen personen desgevraagd inzage in de administratie en verstrekt inlichtingen die van belang kunnen zijn voor de beoordeling van de doelmatigheid en de rechtmatigheid van de besteding van de subsidie en / of voor het naleven van de voorschriften die aan de subsidieverstrekking zijn verbonden.
HOOFDSTUK 4. RESERVES, VOORZIENINGEN EN AFSCHRIJVINGEN
Artikel 4:41 van de wet is van toepassing. De hoogte van de vergoeding als bedoeld in artikel 4:41 lid 1 sub b. wordt met toepassing van de artikelen 3:2 en 3:4 van de wet door het college vastgesteld.
Het vormen, dan wel het voeden van een egalisatiereserve met gemeentelijke subsidiegelden is uitsluitend mogelijk wanneer er bij de structureel gesubsidieerde instelling sprake is van een positief jaarresultaat, voor zover dat niet wordt veroorzaakt door het niet, of slechts gedeeltelijk uitvoeren van activiteiten waarvoor de voorlopige subsidie is verkregen.
Bij de berekening van dit met andere inkomsten gevormde deel van de egalisatiereserve wordt de volgende verdeelsleutel gebruikt: de netto inkomsten die de instelling in het betreffende boekjaar heeft ontvangen buiten de gemeentelijke subsidiegelden, worden gedeeld door de totale inkomsten in het betreffende boekjaar.
Artikel 21. Bestemmingsreserve
Het vormen van, dan wel het doen van toevoegingen aan een bestemmingsreserve met gemeentelijke subsidiegelden is uitsluitend mogelijk wanneer er bij de structureel gesubsidieerde instelling sprake is van een positief jaarresultaat, voor zover dat niet wordt veroorzaakt door het niet, of slechts gedeeltelijk uitvoeren van activiteiten waarvoor de subsidie is verleend.
HOOFDSTUK 5. SUBSIDIEVERLENING
Het college beslist op de aanvraag voor subsidieverlening, als bedoeld in artikel 10 lid 1 onder a, binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag en ten aanzien van de aanvragen, als bedoeld in artikel 10 lid onder b, c en d, voor 1 januari van het jaar waarin de activiteiten worden uitgevoerd. Deze beslissing houdt tevens een beoordeling in van alle door de aanvrager te overleggen bescheiden.
HOOFDSTUK 6. Vaststelling van de subsidie.
Artikel 28. Aanvraag tot vaststelling
Het in het eerste lid genoemde financieel verslag bevat:
bij een subsidie die een bedrag van € 50.000 of hoger betreft: een verslag uitgebracht door een Register Accountant naar aanleiding van diens onderzoek van de jaarstukken en van de administratie van de organisatie, waarvan expliciet is vermeld of de verstrekte voorschotten zijn besteed overeenkomstig het bepaalde in of krachtens de Algemene Subsidieverordening gemeente Dronten 2003 en waarin aandacht wordt besteed aan de rechtmatigheid en doelmatigheid van de besteding van de middelen in relatie tot de uitgevoerde activiteiten en geleverde producten.
Bij subsidies zoals bedoeld in artikel 12 van deze verordening dient de accountant een verslag uit te brengen naar aanleiding van diens onderzoek van de jaarstukken en van de administratie van de instelling, waarvan expliciet is vermeld of de verstrekte voorschotten zijn besteed overeenkomstig het bepaalde in of krachtens deze verordening en waarin aandacht wordt besteed aan de rechtmatigheid en doelmatigheid van de besteding van de middelen in relatie tot de uitgevoerde activiteiten en geleverde producten.
Indien feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 4:46 lid 2 van de wet aanleiding geven tot een lagere vaststelling van de subsidie over het betreffende jaar, vindt verrekening zo mogelijk plaats door inhouding op de voorschotbetalingen in het jaar waarin het besluit tot subsidievaststelling wordt genomen. Indien dit niet mogelijk is gezien het tijdstip van het jaar waarin laatstgenoemd besluit wordt genomen geschiedt verrekening zo mogelijk door inhouding van het verschuldigde bedrag op de voorschotbetalingen in het eerstvolgende subsidiejaar. In de beschikking tot voorschotbetaling wordt steeds een voorbehoud gemaakt dat een terugvorderingsbesluit als bedoeld in dit artikellid kan worden genomen.
Artikel 33. Betaling in gedeelten
De subsidie wordt in gedeelten betaald indien dat door het college bij beschikking is bepaald:
Verleende subsidiebedragen betreffende structurele activiteiten- en budgetsubsidies, als genoemd in artikel 10 lid 1 onder b en d, welke de € 50.000 te boven gaan worden jaarlijks in vier termijnen uitbetaald, namelijk op 15 januari, 15 april, 15 juli en 15 oktober van het jaar waarop de subsidie betrekking heeft.
Artikel 34. Ontheffing, buiten toepassing laten van (delen van) de verordening
Bij overeenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de wet kan het college met de betrokken subsidieontvanger overeen komen een of meerdere gedeelten van deze verordening binnen de desbetreffende subsidierelatie buiten toepassing te laten, mits hiermee wordt gehandeld ter behartiging van het doel waarvoor de subsidie wordt verstrekt.
Artikel 35. Bijzondere gevallen
In gevallen waarin deze verordening niet of niet voldoende voorziet beslist het college.