Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gennep

Regeling Werkkosten

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGennep
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling Werkkosten
CiteertitelRegeling Werkkosten 2015
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 3.1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-02-201501-01-201501-01-2017nieuwe regeling

16-12-2014

Gemeenteblad 2015, 13250

164896

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling Werkkosten 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gennep,

 

Gelet op artikel 3.1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling;

 

Besluit: vaststellen “Regeling Werkkosten”

 

1. BEGRIPSBEPALINGEN

 

medewerker:

de ambtenaar in de zin van de CAR-UWO;

de werknemer waarmee een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is afgesloten als bedoeld in artikel 2:5:1 van de CAR-UWO.

 

werkgever: de gemeente Gennep.

 

reiskosten woon-werk: de reiskosten die een medewerkers, die een afstand woon-werk moet overbruggen, fiscaal gezien als onbelaste vergoeding mag ontvangen.

 

vergoeding woon-werk: de brutovergoeding voor woon-werk die door de gemeente Gennep ter beschikking wordt gesteld en ingezet kan worden voor de uitruil van netto reiskosten woon-werk.

 

bronnen voor uitruil: bruto inkomensbestanddelen die werknemer kan inzetten als uitruil voor de netto reiskosten woon-werk.

 

individueel keuzebud get: jaarlijks vastgesteld netto budget dat de medewerker rechtstreeks kan gebruiken voor netto bestedingen die behoren tot het arbeidskostenforfait.

 

2 KEUZEMODEL UITRUIL WOON-WERK VERKEER

Artikel 1 Recht op uitruil

  • 1.

    Iedere medewerker heeft recht op de keuzemogelijkheden voor uitruil van netto kilometervergoeding zoals die in het kader van deze regeling worden aangeboden.

  • 2.

    Deelname van de medewerker geschiedt op basis van vrijwilligheid.

  • 3.

    Aanvragen moeten uiterlijk 1 april en/of 1 november van het betreffende kalenderjaar zijn ingediend middels het daarvoor vastgestelde formulier.

  • 4.

    Het recht op uitruil wordt jaarlijks berekend. Indien een medewerker niet een volledig jaar heeft gewerkt, gelden de uitruilmogelijkheden naar rato van het dienstverband

Artikel 2 Bronnen voor uitruil

  • 1.

    De medewerker geeft op het aanvraagformulier aan welke bronnen hij/zij wil inzetten voor de uitruil van zijn/haar reiskosten voor woon-werk verkeer.

  • 2.

    De medewerker heeft daarbij de keuze uit de volgende bronnen:

    • a.

      Een persoonsgebonden budget van € 90,00 per jaar.

    • b.

      Een bruto budget ter compensatie van reiskosten woon-werk.

     

     

    De uiteindelijke vergoeding is afhankelijk van het aantal kilometers woon-werk (ANWB Routeplanner) en het aantal dagen dat een medewerker per week werkzaam is in Gennep. De vergoeding per woon-werk afstand zijn:

  • Woonwerkafstand

    Vergoeding bij een 5 daagse werkweek

    tot 5 kilometer

    € 228,--

    5 tot 10 kilometer

    € 711,--

    10 tot 20 kilometer

    € 1.156,--

    20 en hoger

    € 1.566,--

    • c.

      Uitruil van (een deel van) de uitkering als bedoeld in 3:6 van de CAR/UWO (eindejaarsuitkering).

    • d.

      Uitruil van (een deel van) de vakantie-uitkering als bedoeld in 6:3 van de CAR/UWO, met uitzondering van het vakantiegeld op basis van het wettelijk minimum loon(naar rato van de weektaak).

    • e.

      De hoogte van het onder 2.2.a genoemde persoonlijke budget en de onder 2.2.b genoemde jaarlijkse vergoeding woon-werk blijven onveranderd tenzij het College een ander bedrag vaststelt.

Artikel 3 Verrekening en fiscale verantwoording

  • 1.

    De door de medewerker gemaakte keuze voor de in artikel 2 bedoelde doelen en bronnen, worden binnen het desbetreffende kalenderjaar uitgevoerd. Hierbij zijn de mogelijkheden voor uitruil beperkt tot de bronnen, er kan geen overschrijding plaatsvinden.

  • 2.

    De medewerker kan aangeven hoe het betreffende doel betaalbaar wordt gesteld. Hiervoor zijn de volgende 2 mogelijkheden:

    • a.

      Vergoeding van het betreffende doel wordt betaalbaar gesteld op het moment waarop normaal ook de aangegeven bron zou zijn uitbetaald.

    • b.

      Er wordt een maandelijkse netto vergoeding uitbetaald die gerelateerd is aan de hoogte van de feitelijke uitruil in het betreffende kalenderjaar.

  • 3.

    Niet uitgeruilde bronnen worden op de reguliere wijze dan wel op het einde van het kalenderjaar uitbetaald.

  • 4.

    Na een volledige afwezigheid van twee aaneensluitende kalendermaanden door ziekte, bijzonder verlof of anderzijds, stopt de vergoeding voor reiskosten woon-werk. Daarna zal de betaling van een onbelaste vaste reiskostenvergoeding pas weer plaatsvinden vanaf de eerste van de maand volgende op de maand van herstel of hervatting van de werkzaamheden.

  • 3.

    INDIVIDUEEL KEUZEBUDGET

Artikel 4 Recht op individueel keuzebudget

  • 1.

    Iedere medewerker heeft recht op een volledig individueel keuzebudget dat jaarlijks door het college wordt vastgesteld.

  • 2.

    Het individuele keuzebudget voor 2015 is vastgesteld op € 350,= netto, en wordt uitgekeerd in december van dat jaar na overhandiging van bewijsstukken met betrekking tot de besteding.

  • 3.

    Het keuzebudget kan vrij besteed worden voor de netto verstrekkingen die toebehoren aan het arbeidskostenforfait (vrije ruimte) van de Werkkostenregeling, zoals:

    • a.

      Een fiets.

    • b.

      Vakbondscontributie.

    • c.

      Verbetering gezondheid: afslankcursus, cursus stoppen met roken, fitness abonnement.

    • d.

      Elektronica en computerapparatuur voor privégebruik.

  • 4.

    OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 5

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling.

Artikel 6
  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1-1-2015 en kan worden aangehaald als de Regeling Werkkosten 2015.

  • 2.

    De Cafetariaregeling wordt ingetrokken per gelijke datum.

Aldus besloten in de openbare vergadering van 16 december 2014.

Het college voornoemd,

P.J.H.M. de Koning, voorzitter

J.M. Nijland, secretaris