Organisatie | Rhenen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel Krediethypotheek Participatiewet 2016 |
Citeertitel | Beleidsregel Krediethypotheek Participatiewet 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Geen |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-05-2016 | Nieuwe regeling | 16-02-2016 | 2016/bis 51 |
Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Rhenen;
Overwegende dat het wenselijk is een nadere beschrijving te geven van de wijze waarop wordt omgegaan met de bevoegdheden tot het verbinden van verplichtingen aan het verlenen van bijstand in de vorm van een geldlening die zijn gericht op meerdere zekerheid voor de nakoming van aan deze bijstand verbonden rente- en aflossingsverplichtingen;
Gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Participatiewet (PW);
Besluit vast te stellen de Beleidsregel Krediethypotheek Participatiewet 2016
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Artikel 2 Gebruik maken van de bevoegdheid tot vestiging krediethypotheek
Het college maakt gebruik van de bevoegdheid tot het vestigen van een krediethypotheek zoals bedoeld in artikel 48 lid 3 PW wanneer de maximaal te verstrekken lening meer bedraagt dan € 5000,-.
Artikel 3 Recht op bijstand eigen woning
De belanghebbende die eigenaar is van een door hemzelf of zijn gezin bewoonde woning met bijbehorend erf, heeft recht op bijstand voor zover tegeldemaking, bezwaring of verdere bezwaring in redelijkheid niet kan worden verlangd. Hiervan is in ieder geval sprake wanneer bij toekenning bijstand al vast staat dat de bijstandsverlening 6 maanden of korter gaat duren of de totale bijstand te rekenen over een jaar vanaf de eerste dag dat bijstand wordt verleend minder bedraagt dan het netto minimumloon bedoeld in artikel 37 van de PW.
Indien belanghebbende naar het oordeel van burgemeester en wethouders de rente geheel of gedeeltelijk kan betalen, doch niet kan aflossen, wordt een betaling eerst tot ten hoogste het bedrag van de verschuldigde maandrente aangemerkt als aflossing en wordt de rente die daardoor niet wordt betaald bijgeschreven bij het nog niet afgeloste deel van de geldlening.
Artikel 8 Aflossing bij geldlening bij vererving en verkoop woning
Bij verkoop kan het college wegens zeer dringende redenen, na toepassing van het eerste lid, besluiten tot het verlenen van een nieuwe geldlening eveneens onder verband van hypotheek voor de aankoop van een andere woning, tot ten hoogste het bedrag van de ingevolge het eerste lid afgeloste geldlening, onder de voorwaarde dat belanghebbende het na aflossing vrijgekomen vermogen met inbegrip van het in het derde lid bedoelde bedrag volledig inzet voor de aankoop van de andere woning.
Indien bij verkoop van de woning op basis van de waarde in het economisch verkeer bij vrije oplevering het voor de afrekening beschikbare bedrag lager is dan het resterende bedrag van de geldlening en van de rentevordering, wordt het verschil kwijtgescholden.
Artikel 9 Toepassing laatst gevestigde hypotheek bij niet duurzame onderbreking Indien binnen een periode van twee jaar na beëindiging van de bijstandverlening onder verband van hypotheek wederom recht op bijstand bestaat, wordt deze verleend met toepassing van de laatst gevestigde hypotheek.
Artikel 10 Opgave geldlening Aan belanghebbende wordt telkens na afloop van een kalenderjaar een opgave verstrekt van de stand van de geldlening en van de rentevorderingen.
Het college kan in bijzondere gevallen van de bepalingen in deze regeling afwijken, indien toepassing van de regeling tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.