Organisatie | Urk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de rekenkamercommissie Urk 2015 |
Citeertitel | Verordening op de rekenkamercommissie Urk 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | rekenkamer |
Geen
artikel 81a en 81o Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-03-2015 | Onbekend | 19-03-2015 http://www.urk.nl | Onbekend |
In deze verordening wordt verstaan onder:
commissie: rekenkamercommissie Urk;
voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie;
Er is een commissie, die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamercommissie. De commissie bestaat uit raadsleden en één extern lid. Iedere fractie wijst één raadslid aan.
De raad benoemt de leden van de commissie
Van de leden van de commissie die tevens raadslid zijn, treedt jaarlijks één lid af, volgens een door de raad op te stellen schema van aftreden. Een aftredend lid kan worden herbenoemd.
Het externe lid wordt, op voordracht van de commissie, voor een periode van zes jaren benoemd, te rekenen vanaf 1 januari van het jaar waarin het lid benoemd wordt. Dit lid kan door de raad op voordracht van de commissie één keer worden herbenoemd voor een aansluitende periode van zes jaar.
Als voorzitter van de commissie treedt het externe lid op. De commissie wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.
Artikel 5 Ontslag en non-activiteit
De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit.
Het lidmaatschap van een raadslid eindigt:
indien het lid aftreedt als lid van de raad;
indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie in de commissie te vervullen;
Het lidmaatschap van het externe lid eindigt:
op eigen verzoek; bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de commissie als omschreven in artikel 81f Gemeentewet; wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft; indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.
Het externe lid van de commissie kan door de raad worden ontslagen wanneer het door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is zijn/haar functie te vervullen. Een ontslag kan pas worden gegeven indien 2/3 van de aanwezige raadsleden instemt met dit ontslag. Voordat de gemeenteraad hiertoe overgaat, wordt de overige leden van de commissie hierover om advies gevraagd.
Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van het externe lid van de commissie
Het externe lid ontvangt een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie.
2. De vergoeding, voor het bijwonen van een commissievergadering door het externe lid, is gelijk aan de vergoeding van de voorzitter van de bezwarencommissie van de gemeente Urk. Voor de onkostenvergoeding is de verordening ex artikel 96 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de commissie.
Artikel 7 Taak en bevoegdheden voorzitter
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met de griffie.
De voorzitter vertegenwoordigt de commissie naar buiten en is woordvoerder namens de commissie.
Artikel 8 Taak plaatsvervangend voorzitter
De plaatsvervangend voorzitter vervangt de voorzitter bij zijn/haar afwezigheid.
Bij vertrek van de voorzitter neemt de plaatsvervangend voorzitter waar, totdat een
De raad benoemt in overleg met de commissie een ambtelijk secretaris.
De secretaris staat de commissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.
De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de commissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.
De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.
De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement en de eventuele latere wijzigingen hierop na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad. Het reglement mag niet strijdig zijn met hetgeen in deze verordening is geregeld.
Artikel 11 Onderwerpselectie en opdrachtverlening
De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast. De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennisneming aan de raad gestuurd. De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De commissie bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor de gronden aanvoeren. Voor onderzoek komen alleen onderwerpen in aanmerking die: de financiën, organisatie of resultaten van een gemeentelijk beleidsveld of –thema betreffen, in besluitvorming en/of uitvoering afgerond zijn op de te onderzoeken onderdelen of fasen,
De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.
De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.
De commissie is bevoegd alle documenten die berusten bij het gemeentebestuur te onderzoeken voor zover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht.
Deze bevoegdheid komt de commissie ook toe ten aanzien van de rechtspersonen als omschreven in artikel 184, lid 1 Gemeentewet. Artikel 184, leden 2 en 3 zijn hierin ook van toepassing.
De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.
De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.
Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.
De commissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken. Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:
De vergoedingen aan het externe lid;
Interne onderzoeksmedewerkers;
Externe deskundigen die eventueel door de commissie zijn ingeschakeld;
Eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.
De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.
Artikel 14 Vergaderingen rekenkamercommissie
De vergaderingen van de commissie zijn in principe besloten.
Van een openbare vergadering wordt tijdig openbare mededeling gedaan.
Raadsleden en commissieleden kunnen besloten vergaderingen als toehoorder bijwonen en ontvangen een afschrift van de agenda.
De voorzitter is bevoegd externen uit te nodigen tot het bijwonen van een vergadering voor het verstrekken van inlichtingen, toelichtingen of adviezen.
De voorzitter bepaalt de concept‑agenda van een vergadering. De commissie stelt bij het begin van een vergadering de agenda vast.
Artikel 15 Quorum en besluiten rekenkamercommissie
Indien tijdens een vergadering van de commissie blijkt dat geen meerderheid is opgekomen, wordt de vergadering niet gehouden en belegt de voorzitter een nieuwe vergadering.
De commissie neemt besluiten bij meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.
In gevallen ter beoordeling van de voorzitter kan besluitvorming buiten een vergadering van de commissie plaatsvinden in de vorm van een telefonische of schriftelijke stemming (inclusief e-mail). Indien telefonische of schriftelijke afdoening bij een meerderheid op bezwaar stuit, geschiedt de besluitvorming inzake desbetreffende aangelegenheid in een eerstvolgende vergadering.
De commissie kan omtrent de inhoud van stukken die aan haar worden overgelegd, geheimhouding opleggen. De geheimhouding wordt door allen die van de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft. De geheimhouding kan eveneens worden opgelegd door burgemeester en wethouders of een bestuurscommissie, ieder ten aanzien van stukken die zij aan de commissie overleggen. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt door allen die van de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat burgemeester en wethouders haar opheffen. De commissie kan geheimhouding opleggen omtrent het in besloten vergadering van de commissie behandelde. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren, in acht genomen totdat de commissie haar opheft.
Van een vergadering van de commissie wordt een beknopt verslag gemaakt dat uitsluitend in de commissie wordt verspreid. Het verslag wordt ter vaststelling opgenomen op de concept-agenda voor de eerstkomende vergadering van de commissie.
De commissie legt zijn bevindingen bij de uitoefening van zijn taak vast in een concept-rapport. De commissie legt het concept-rapport voor aan het verantwoordelijke bestuursorgaan, c.q. de instelling of het bedrijf waar het onderzoek zich op heeft gericht, met een verzoek de inhoud binnen een nader door de commissie te bepalen termijn te toetsen op feitelijke correctheid en volledigheid. Na ontvangst van de reactie respectievelijk het uitblijven daarvan binnen de in het vorige lid bedoelde termijn legt de commissie zijn bevindingen vast in een eindrapport. Eventueel kan eerst nog aanvullend onderzoek plaatsvinden of aanvullend advies wordt ingewonnen. De commissie legt het eindrapport voor aan het verantwoordelijke bestuursorgaan met een verzoek binnen een nader door de commissie te bepalen termijn een formele schriftelijke reactie op de onderzoeksconclusies en de adviezen te geven. In deze reactie wordt o.m. aangegeven in hoeverre en op welke wijze de aanbevelingen in het rapport zullen worden opgevolgd en uitgevoerd, en waarom van de aanbevelingen zal worden afgeweken. Deze reactie wordt bijgesloten in het eindrapport. Na ontvangst van deze reactie respectievelijk het uitblijven daarvan binnen de in het vorige lid bedoelde termijn, biedt de voorzitter van de commissie het eindrapport de raad aan. Het rapport is daarmee openbaar.
Artikel 19 Toelichting in raad en raadscommissie
De commissie kan personen aanwijzen die voorstellen of adviezen van de commissie in de raad en raadscommissie(s) toelichten.
De voorzitter van de commissie is de eerste woordvoerder namens de commissie.
De commissie brengt naast haar onderzoeksrapporten jaarlijks verslag uit van haar werkzaamheden en van de uitvoering van het onderzoekprogramma. Zij schenkt hierin ook aandacht aan de implementatie van de besluiten, die door de raad over haar aanbevelingen zijn genomen.
Bij twijfel over de betekenis of de toepassing van de in deze verordening ten aanzien van de werkwijze van de commissie opgenomen bepalingen en in gevallen dienaangaande waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie. Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de
Deze verordening treedt in werking op de dag waarop zij is vastgesteld. Op dat tijdstip vervalt de Verordening op de Rekenkamercommissie Urk 2010, vastgesteld bij raadsbesluit van 22 april 2010.