Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Heemstede

Beleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHeemstede
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016
CiteertitelBeleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp
Externe bijlageToelichting op de Beleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet taaleis Participatiewet, artikel 18b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

NVT

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-02-201601-01-2016Nieuwe regeling

16-02-2016

Gemeenteblad 2016, 21910

670546

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heemstede,

 

Gelet op:

de inwerkingtreding van de Wet taaleis Participatiewet, artikel 18 b, per 1 januari 2016 teneinde de eis tot beheersing van de Nederlandse taal toe te voegen aan die wet;

de wenselijkheid om in kader van die wet beleidsregels vast te stellen;

 

Besluit:

vast te stellen de Beleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • -

      Besluit taaltoets: het Besluit taaltoets Participatiewet;

    • -

      college: het college van burgemeester en wethouders;

    • -

      Participatiewet: de Participatiewet met inbegrip van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz);

    • -

      referentieniveau: het fundamentele niveau (F-niveau) taal en rekenen volgens de richtlijnen van de Rijksoverheid;

    • -

      taaleis: beheersing van de Nederlandse taal op referentieniveau 1F;

    • -

      uitkering: de door het college verleende bijstand in het kader van de Participatiewet en de uitkering in het kader van de IOAW en IOAZ;

    • -

      Wet taaleis: de wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand teneinde de eis tot beheersing van de Nederlandse taal toe te voegen aan die wet (Wet taaleis WWB).

Artikel 2 Aantonen kennis Nederlandse taal

  • 1.

    Wanneer belanghebbende in de leerplichtige leeftijd (tussen 5 en 16 jaar) tenminste acht jaren in Nederland heeft gewoond wordt ervan uitgegaan dat belanghebbende gedurende acht jaar Nederlandstalig onderwijs heeft gevolgd.

  • 2.

    Met rapporten of diploma’s van erkende Nederlandse onderwijsinstellingen toont belanghebbende het volgen van Nederlandstalig onderwijs aan (zowel basis- als voortgezet- of beroepsonderwijs). Dat kan ook particulier of Nederlandstalig onderwijs in het buitenland zijn.

  • 3.

    Een diploma inburgering of een gelijkwaardig document geldt als bewijs dat belanghebbende de Nederlandse taal beheerst en aan de taaleis voldoet.

Artikel 3 Geen taaltoets

Een taaltoets blijft achterwege als:

  • a.

    het college vaststelt dat elke vorm van verwijtbaarheid om aan de taaleis te voldoen ontbreekt. Elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt als aan één van de punten in artikel 7 wordt voldaan;

  • b.

    belanghebbende inburgeringsplichtig is en nog moet starten met het Inburgeringstraject;

  • c.

    tijdens een vorige uitkeringsperiode al een taaltoets is afgenomen en is vastgesteld dat belanghebbende de Nederlandse taal beheerst;

  • d.

    tijdens een vorige uitkeringsperiode al een taaltoets is afgenomen en is vastgesteld dat belanghebbende de Nederlandse taal onvoldoende beheerst, en daarbij is vastgesteld dat door in de persoon gelegen factoren belanghebbende niet is staat is om de Nederlandse taal op referentieniveau 1F machtig te worden;

  • e.

    belanghebbende die een uitkering ontving in een andere gemeente in die gemeente al een taaltoets heeft afgelegd. De toetsresultaten kunnen worden overgenomen, als deze voldoende zekerheid bieden over de actuele taalvaardigheid; of

  • f.

    uit zijn aard kortdurende bijstand wordt verleend. Dat kan zich bijvoorbeeld voordoen bij op handen zijnde emigratie of bij een ongeneeslijke terminale ziekte van belanghebbende.

Artikel 4 Taaltoets

  • 1.

    Het college kan een taaltoets af laten nemen:

    • a.

      binnen 8 weken na een nieuwe bijstandsaanvraag;

    • b.

      op een nader te bepalen moment voor de belanghebbende die op 31 december 2015 een bijstandsuitkering ontvangt.

  • 2.

    De taaltoets wordt uitgevoerd door de door het college aangewezen onderwijsinstelling die de trajecten voor formele educatie in de arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond aanbiedt op grond van de Wet educatie en voldoet aan het Besluit Taaltoets Participatiewet.

Artikel 5 Kennisgeving en (geen) bereidverklaring

Is de uitkomst van de taaltoets dat belanghebbende niet aan de taaleis voldoet, dan wordt de volgende procedure gevolgd:

  • a.

    belanghebbende krijgt een gesprek waarbij hij de uitslag van de taaltoets verneemt en een taaltraject op maat krijgt aangeboden;

  • b.

    wanneer belanghebbende akkoord gaat met het taaltraject tekent hij de trajectovereenkomst. Dit is de bereidverklaring om te starten met het leertraject dat leidt tot kennis van de Nederlandse taal op referentieniveau 1F;

  • c.

    wanneer belanghebbende niet akkoord gaat met het taaltraject wordt de bijstand beoordeeld volgens de regels in artikel 18b van de Participatiewet;

  • d.

    belanghebbende ontvangt binnen acht weken na het afleggen van de taaltoets de kennisgeving met de uitslag van de taaltoets.

Artikel 6 Aanbod taaltraject

  • 1.

    Het door het college aan belanghebbende aangeboden taaltraject wordt uitgevoerd door de onderwijsinstelling genoemd in artikel 4, tweede lid.

  • 2.

    Wanneer belanghebbende tijdens het taaltraject onvoldoende inspanning heeft geleverd en niet het noodzakelijke niveau heeft bereikt, wordt de bijstand beoordeeld volgens de regels in artikel 18b van de Participatiewet. Het college maakt hierbij gebruik van de monitoring door de onderwijsinstelling ten aanzien van:

  • a.

    ongeoorloofd verzuim van belanghebbende;

  • b.

    de rapportage over de resultaten van belanghebbende na afloop van de lesperiode van 20 weken;

  • c.

    de uitslag van het examen of de taaltoets.

Artikel 7 Het ontbreken van elke vorm van verwijtbaarheid

Elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt in ieder geval als belanghebbende:

  • a.

    een ontheffing heeft in het kader van de Wet inburgering;

  • b.

    een gediagnosticeerd leerprobleem heeft;

  • c.

    diverse malen een taalcursus heeft gevolgd en (de onderwijsinstelling heeft vastgesteld dat belanghebbende door in de persoon gelegen factoren niet is staat is om de Nederlandse taal op referentieniveau 1F machtig te worden;

  • d.

    een ontheffing van de arbeidsplicht heeft; of

  • e.

    een algemene ontheffing op grond van psychische, fysieke of sociale problematiek.

Artikel 8 Relatie met Wet inburgering

  • 1.

    Wanneer belanghebbende begonnen is met een traject in het kader van de Wet inburgering, kan dit worden aangemerkt als een bereidverklaring als bedoeld in artikel 18b, lid 6, onder a van de Participatiewet

  • 2.

    De voortgang die van belanghebbende verwacht mag worden bij het verwerven van vaardigheden in de Nederlandse taal gedurende het inburgeringstraject wordt tenminste iedere 6 maanden bewaakt door de consulent van de IASZ.

Artikel 9 Relatie met de Wet educatie

  • 1.

    Wanneer belanghebbende voor de ingangsdatum van de Wet taaleis begonnen is met een taaltraject in het kader van de Wet educatie en dit traject loopt nog bij de onderwijsinstelling, kan dit aangemerkt worden als een bereidverklaring als bedoeld in artikel 18b, lid 6, onder a van de Participatiewet.

  • 2.

    De voortgang van dit traject wordt gemonitord overeenkomstig het bepaalde in artikel 6, tweede lid.

Artikel 10 Gevallen waarin de beleidsregels niet voorzien

Inzake de onderwerpen die vallen onder de discretionaire bevoegdheid van het college, waarin deze beleidsregels niet voorzien, beslist het college.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden met terugwerkende kracht in werking vanaf 1 januari 2016.

Artikel 12 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016.

Vastgesteld door het college op 16 februari 2016.

Bijlage Toelichting op de Beleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016

Toelichting op de Beleidsregels Wet taaleis Heemstede 2016