Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hilversum

Verordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015 vaststellen.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHilversum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015 vaststellen.
CiteertitelVerordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015 vaststellen.
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 8, lid 1 aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201519-04-2016Onbekend

05-11-2014

officiele bekendmakingen

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015 vaststellen.

Verordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015 vaststellen.

 

RAADSBESLUIT

De raad van de gemeente Hilversum,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 oktober 2014;

gelet op artikel 8, lid 1 en onderdeel c van de Participatiewet;

 

BESLUIT

Verordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015 vaststellen.

 

Artikel 1. Indienen verzoek

Een verzoek als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet wordt ingediend door middel van een door het college vastgesteld formulier.

 

Artikel 2. Doelgroep

  • 1.

    Het college kan aan een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, rekening houdend met de omstandigheden van die persoon, een individuele studietoeslag verlenen, indien deze persoon op de datum van de aanvraag voldoet aan de criteria op grond van artikel 36b van de Participatiewet.

 

Artikel 3. Hoogte individuele studietoeslag

  • 1.

    De hoogte van de individuele studietoeslag wordt vastgesteld op € 120,- per maand.

  • 2.

    De bedragen genoemd in het eerste lid worden geïndexeerd overeenkomstig de ontwikkelingen van de consumentenprijsindex volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek. De bedragen worden naar boven afgerond op hele euro’s.

 

Artikel 4. Betaling individuele studietoeslag

  • 1.

    Een individuele studietoeslag wordt toegekend voor zolang belanghebbende voldoet aan de voorwaarden voor deze toeslag zoals bepaald in de Participatiewet.

  • 2.

    Betaling vindt plaats per maand.

 

Artikel 5. beleid en financiën

  • 1.

    Het college stelt in beleidsregels aanvullende bepalingen vast met betrekking tot de uitvoering van deze verordening;

  • 2.

    Het college zendt periodiek aan de gemeenteraad een verslag over de doeltreffendheid van het beleid;

 

Artikel 6. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere individuele gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening als toepassing van deze verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

 

Artikel 7. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering

van 5 november 2014

 

De griffier, De voorzitter,

 

A.E.M. Randsdorp, a.i. P.I. Broertjes

 

 

Toelichting Verordening Individuele studietoeslag Hilversum 2015

 

In de Participatiewet staat Meedoen naar vermogen centraal. Hierbij wordt rekening gehouden met de individuele omstandigheden van de belanghebbende. Mensen met een arbeidshandicap hebben volgens de regering een extra steuntje in de rug nodig als het gaat om studeren. Voor hen is de drempel om te lenen hoger, omdat de kans op een baan later lager is. Deze studieregeling stimuleert mensen met een arbeidshandicap om toch de stap te zetten om naar school te gaan of een studie te gaan volgen. Ook biedt het een financiële compensatie voor het feit dat het voor deze groep vaak moeilijk is om de studie te combineren met een bijbaan.

De individuele studietoeslag is een vorm van bijzondere bijstand (artikel 5, onderdeel d, van de Participatiewet). De individuele studietoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten. Het is een inkomensondersteunende maatregel voor mensen van wie is vastgesteld dat ze niet in staat zijn het minimumloon te verdienen.

Alleen de bepalingen die om een nadere toelichting vragen worden hier behandeld. Begrippen die al zijn omschreven in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) of de Gemeentewet worden niet afzonderlijk gedefinieerd in deze verordening.

 

Artikel 1. Indienen verzoek

In artikel 36b, lid 1 van de Participatiewet wordt gesproken van het indienen van een verzoek. Om onduidelijkheden te voorkomen bepaalt artikel 1 van deze verordening dat het verzoek moet worden gedaan middels een door het college vastgesteld aanvraagformulier. Een verzoek wordt daarmee gezien als een aanvraag zoals bedoeld in afdeling 4.1.1. van de Awb.

Het verlenen van een individuele studietoeslag is een bevoegdheid van het college. Dit betekent dat het college aan personen die voldoen aan de voorwaarden van artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet, een individuele studietoeslag kan toekennen, maar hiertoe niet is gehouden.

 

Artikel 2. Doelgroep

Een persoon die behoort tot de doelgroep voor ondersteuning bij de arbeidsinschakeling als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet kan een aanvraag indienen voor een individuele studietoeslag. Het college kan – gelet op de individuele omstandigheden van een

persoon - een individuele studietoeslag verlenen. Hiervoor is vereist dat deze persoon op de datum van de aanvraag:

  • -

    18 jaar of ouder is;

  • -

    recht heeft op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of recht heeft op een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten;

  • -

    geen in aanmerking te nemen vermogen als bedoeld in artikel 34 van de Participatiewet heeft; en

  • -

    een persoon is van wie is vastgesteld dat hij met arbeid niet in staat is tot het verdienen van het wettelijk minimumloon, doch wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft.

Uitgesloten van het recht op individuele studietoeslag zijn personen met een Wajong-uitkering. Deze groep voldoet weliswaar aan de toekenningscriteria, maar kan gebruikmaken van de tegemoetkomingregeling van de Wajong.

Met betrekking tot het laatst genoemde criterium maakt het college gebruik van beschikbare gegevens van bijvoorbeeld het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) of medische keuringen. Indien dit onvoldoende informatie oplevert voor een adequaat besluit, kan advies van een arbeidsdeskundige ingeroepen.

 

Artikel 4. Betaling individuele studietoeslag

De functie van de individuele studietoeslag is het bieden van inkomensondersteuning. Daarbij past een maandelijkse betaling.

De toeslag stopt indien belanghebbende niet meer voldoet aan de voorwaarden, bijvoorbeeld doordat de studie is beëindigd.

 

Artikel 5. beleid en financiën

De rapportage van het college aan de gemeenteraad vormt in beginsel onderdeel van de gemeentelijke informatie- en verantwoordingscyclus. Zo nodig kan het college besluiten aanvullende rapportages op te stellen.