Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nuenen, Gerwen en Nederwetten

Protocol Veilige Publieke Taak voor bestuurders gemeente Nuenen c.a. 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNuenen, Gerwen en Nederwetten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingProtocol Veilige Publieke Taak voor bestuurders gemeente Nuenen c.a. 2016
CiteertitelProtocol Veilige Publieke Taak voor bestuurders gemeente Nuenen c.a. 2016
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpProtocol Veilige Publieke Taak voor bestuurders gemeente Nuenen c.a. 2016

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Artikel 3 Arbowet
  2. Artikel 25 Rechtspositiebesluit burgemeesters
  3. Artikel 21a Rechtspositiebesluit wethouders

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2016Nieuwe regeling

22-12-2015

Rond de Linde, 28-01-2016

Corsanummer 2015.00374

Tekst van de regeling

Intitulé

Protocol Veilige Publieke Taak voor bestuurders gemeente Nuenen c.a. 2016

 

 

 

1.AGRESSIE EN GEWELD

1.1 Aanleiding

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en de minister van Veiligheid en Justitie (VenJ) willen – evenals het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) en de Wethoudersvereniging – dat politieke ambtsdragers op een veilige en integere wijze hun taak kunnen uitvoeren. Agressie en geweld, in welke vorm of tegen wie gericht dan ook, zijn onacceptabel.

 

De verantwoordelijkheid voor beveiligingsmaatregelen van lokale politieke ambtsdragers is primair een lokale verantwoordelijkheid. Voor een veilige uitoefening van een politiek ambt of een publieke taak zijn maatregelen nodig ter preventie, ter verhoging van de aangiftebereidheid, ter verbetering van de registratie en het inzicht in incidenten en een effectieve opsporing en vervolging.

 

1.2 Doel Protocol Veilige Publieke Taak voor bestuurders

De gemeente Nuenen draagt de verantwoordelijkheid voor het garanderen van de veiligheid van bestuurders en medewerkers. Het doel van dit beleid is vooraf afspraken maken over hoe om te gaan met bedreigingen en het treffen van beveiligingsmaatregelen ter bescherming en ter ondersteuning van bestuurders, zodat zij hun taak veilig en integer kunnen vervullen.

 

Dit protocol is met name gericht op de burgemeester en de wethouders, maar wordt (waar mogelijk) ook gehanteerd voor raadsleden. Voor raadsleden hanteren we namelijk dezelfde norm als voor de ambtelijke organisatie en burgemeester en wethouders. Die norm is: emotie: ja; agressie: nee! Incidenten die deze norm overschrijden worden door de raadsleden gemeld bij de raadsgriffier. Van elk strafrechtelijk incident wordt aangifte gedaan.

 

Aan het begin van de raadsperiode agendeert de raadsgriffier het onderwerp ‘Agressie en geweld’, al dan niet in combinatie met het onderwerp ‘Integriteit1. Besproken worden het protocol, de norm, hoe om te gaan met gevoelige dossierinformatie, waar kan men een melding doen, waar kan men terecht voor ondersteuning en persoonlijke begeleiding et cetera.

De raadsgriffier is eerste contactpersoon voor de raadsleden. Via de raadsgriffier is de beleidsmedewerker openbare orde en veiligheid benaderbaar. Bovendien kunnen raadsleden terecht bij de Vereniging voor raadsleden (raadslid.nu) en de Vertrouwenslijn.

 

Voor de medewerkers van de gemeente Nuenen is separaat een ‘Protocol Veilige Publieke Taak voor medewerkers’ opgesteld. Dit valt buiten de werkingssfeer van deze beleidsnota.

 

1 Agressie en geweld kunnen niet alleen grote persoonlijke gevolgen hebben, maar ook de integriteit van politieke ambtsdragers (raadsleden, wethouders of burgemeester) aantasten. Bijvoorbeeld als een poltieke ambtsdrager wordt bedreigd kan hij/zij eerder voor een bepaald voorstel stemmen waar hij/zij het eigenlijk niet mee eens is.

 

1.3 Cyclisch proces

Het college agendeert dit onderwerp jaarlijks. Het doel is bewustwording van de risico’s, informeren over beleid, norm uitdragen, genomen besluiten toelichten en uitleggen en evalueren van processen.

 

2.VOORBEREIDEN: BELEID EN MAATREGELEN

2.1 Definitie en normstelling van de organisatie

Het formuleren van een agressienorm is het meest essentiële in de aanpak van agressie en geweld en tegelijkertijd ook het moeilijkst omdat het samenhangt met zaken als de context van de gewenste omgangsvormen en normen, de publieke dienstverlening en van professioneel handelen, enz.

 

Voor een eenduidige en effectieve aanpak hanteren we dezelfde definitie en norm voor agressie en geweld. Ook moet duidelijk zijn met welke vorm van agressie we te maken hebben en wat wij hieronder verstaan2. Agressie3 is ‘het welbewust verbaal uiten, gebruiken van fysieke kracht of macht, of het dreigen daarmee, gericht tegen een bestuurder of werknemer, onder omstandigheden die rechtstreeks verband houden met het verrichten van de publieke taak, wat resulteert of waarschijnlijk zal resulteren in een gevoel van bedreiging, materiële schade, letsel, psychische schade of dood’.

 

Bij het formuleren van de organisatienorm voor agressie en geweld zijn de volgende uitgangspunten aangehouden:

• Agressie, geweld, bedreiging en intimidatie worden niet getolereerd.

• Eigen veiligheid en die van collega’s staat altijd voorop.

• Begrenzen van grensoverschrijdend gedrag voorkomt escalatie.

• De bestuurder voelt de vrijheid om zijn/haar mening te verkondigen.

• Derden geven de ruimte aan de bestuurder om zijn/haar taak uit te voeren.

• Bij een optreden van een bestuurder danwel bij het t uitvoeren van de werkzaamheden wordt de orde niet verstoord.

 

Daarom formuleren we de volgende kaderstellende definitie als het gaat om

agressie en geweld:

‘De gemeente accepteert geen agressie van inwoners, ondernemers of bezoekers tegen burgemeester, wethouders, raadsleden of medewerkers van de organisatie’

 

De norm is:

Emotie: ja; agressie: nee!

 

Hierbij realiseren we ons dat onze beslissingen een emotionele reactie kunnen oproepen bij burgers. Het omgaan met een emotionele reactie zoals bijvoorbeeld teleurstelling, behoort tot onze professionaliteit. Wanneer het emotionele gedrag aanhoudt en overgaat in agressief gedrag is de grens van acceptabel gedrag overschreden. De organisatie vraagt van haar bestuurders en medewerkers incidenten van agressie te melden. Een melding staat los van het feit of de medewerker persoonlijk hinder van het incident heeft gehad. De melding en de daarop genomen maatregelen kunnen voor alle medewerkers een opbrengst hebben. Door het analyseren van het incident kunnen corrigerende en/of preventieve maatregelen worden getroffen.

Het is onmogelijk en onwenselijk om standaard bescherming te bieden tegen alle soorten bedreigingen en incidenten. Om een beeld te geven van mogelijke bedreigingen en incidenten is als bijlage een risicomatrix opgenomen met mogelijke bedreigingen en incidenten (bijlage 2).

 

2 Voor een lijst van categorieën van agressie en geweld, zie bijlage 1.

3 Bron: Handreiking Agressie en Geweld, Veilige Publiek Taak.

 

2.2 Preventieve (basis)maatregelen

Voor burgemeester en wethouders worden preventief een aantal basismaatregelen4 getroffen. Dit geldt zowel voor de werklocaties als het privédomein van betrokkenen. In verband met de veiligheidsrisico’s is het verstandig om geen ruchtbaarheid te geven aan de getroffen maatregelen.

 

4 Preventieve basismaatregelen worden niet getroffen voor raadsleden. Meer informatie over veilig wonen is te vinden op de site www.politiekeurmerk.nl.

 

Privédomein

Een belangrijke basismaatregel is het kritisch bekijken van de woning van de burgemeester en de wethouders. Regelgeving en verzekeringen hanteren het uitgangspunt van de eigen verantwoordelijkheid, waarbij elke individu zelf basisvoorzieningen treft. Dat betekent in de praktijk dat ieders woning veilig moet zijn en van een politiekeurmerk (PKVW)5 is voorzien.

Aan collegeleden wordt het uitvoeren van een PKVW-woningcheck door een gecertificeerd bedrijf aangeboden. De kosten voor uitvoering van de PKV- woningcheck zijn voor de gemeente. Het uitvoeren van de maatregelen op basis van het advies van de RKVW-woningcheck is voor privérekening, maar kan worden betaald uit de functiegerichte onkostenvergoeding. Het wordt schriftelijk vastgelegd wanneer collegeleden om hen moverende redenen geen gebruik maken van de op basis van de PKVW-woningcheck geadviseerde maatregelen.

 

5 Na de installatie van het college wordt de meest recente versie van de PKVW Beveiligingsrichtlijn en de Productenlijst gehanteerd totdat een nieuw college wordt geïnstalleerd. Zie ook www.politiekeurmerk.nl

 

Werklocatie

Bij basismaatregelen op de werklocatie moet gedacht worden aan: wijze van alarmeringen, procedures ten aanzien van postbehandeling, e-mail en telefoongebruik, een actueel protocol te gebruiken bij incidenten, afspraken over het omgaan met gevoelige dossierinformatie, etc. Het treffen van de (basis)maatregelen op de werklocatie komen voor rekening van de gemeente.

 

2.3 Communiceren

Normen en huisregels

Het uitdragen van de normen, maatregelen en sancties omtrent (on)gewenst gedrag vindt op diverse manieren plaats, namelijk via social media, website en een goed zichtbare plaats op de werklocaties.

 

Beleid en besluiten

Het is belangrijk om besluiten, beleid en handelswijze goed uit te leggen. Wanneer er publieke bijeenkomsten of raadsvergaderingen plaatsvinden waarbij politiek gevoelige onderwerpen worden besproken (zoals bestemmingsplannen en vergunningverstrekkingen), is het raadzaam om voor de bijeenkomst aan alle aanwezigen kort duidelijk te maken welke normen en huisregels van toepassing zijn.

 

Externe verwachtingen

In de volksmond worden burgemeester, wethouders en raadsleden en medewerkers allen onder ‘de gemeente’ geschaard. De burger heeft niet altijd een duidelijk beeld van de rol, taak en de bevoegdheden van de diverse functies. Voor veel burgers is de burgemeester de zichtbaarste lokale bestuurder die wordt gezien als ‘de baas’ van de gemeente.

Door de decentralisaties hebben raadsleden en wethouders een grotere invloed bij directe besluitvorming en uitvoering van zaken die dicht bij de burgers staan. Dit schept hoge verwachtingen over de bevoegdheden van lokale bestuurders. Als niet aan de verwachtingen wordt voldaan kan dit uitmonden in intimidatie, agressie en geweld. Het beïnvloeden van de beeldvorming is een belangrijke maatregel ter voorkoming van agressie en geweld.

 

Gebruik social media

De status van burgemeester, wethouder en raadslid maakt dat burgers hem (of haar) veelvuldig kunnen volgen via social media. De wijze van communiceren en gebruik van social media door bestuurders kan (on)gepaste, (on)gewenste reacties oproepen.

 

2.4 Trainingen en opleidingen

Bij een goede voorbereiding hoort bewustwording van de risico’s en scholing. Trainingen voor burgemeester, wethouders en raadsleden komen volgens de Circulaire ‘Besluit harmonisering en modernisering Rechtspositie Decentrale politieke ambtsdragers’ (d.d. 01-07-2014) voor rekening van de gemeente.

Aan het begin van elke college- en raadsperiode wordt getoetst of er een opleidingsbehoefte is. Wanneer deze er is, kan de beleidsmedewerker openbare orde en veiligheid adviseren over een geschikte training.

 

2.5 Verzekering

De gemeente heeft goede verzekeringen om voorbereid te zijn op mogelijke kosten (b.v. schade- en verhaalskosten, rechtsbijstand) na een incident van agressie en/of geweld.

 

3.REACTIE BIJ (DREIGING VAN) INCIDENTEN MET AGRESSIE EN/OF GEWELD

3.1 De-escaleren of stoppen

Uiteraard probeert de burgemeester of wethouder6 bij een incident te zoeken naar een oplossing die ervoor zorgt dat de interactie met de burger door kan gaan. Daarbij past de burgemeester of wethouder de technieken en vaardigheden toe die in de training zijn geleerd. Indien het gaat om frustratieagressie zal het in de meeste gevallen lukken om te de-escaleren. Bij instrumentele agressie (agressie waarbij de veroorzaker iets wil bereiken) zal dat doorgaans niet lukken, omdat de ander bij weerstand van de bestuurder de druk verder zal proberen op te voeren. Zodra het de burgemeester of wethouder duidelijk is dat de-escaleren niet zal lukken of wanneer de burgemeester of wethouder merkt dat hij/zij in de functie te veel wordt gehinderd, beëindigt de burgemeester of wethouder het gesprek. Deze kan immers de publieke taak niet veilig meer uitvoeren.

 

6 Of raadslid.

 

3.2 Noodgevallen (1-1-2) en alarmering

Wanneer zich een noodgeval voordoet, belt de bedreigde altijd 112 en geeft aan waar hij/zij zich bevindt en (indien mogelijk) wat de situatie is. Tijdens een noodgeval op het gemeentehuis wordt naast 112 ook altijd het interne noodnummer 519 = Nuenen). De bode/beveiliging belt dan eveneens 112 en alarmeert het hoofd BHV (Bedrijfshulpverlening).

Opvang en begeleiding van de hulpdiensten wordt dan verzorgd door de bode/beveiliging. Zolang de dreiging duurt en de bedreigde niet weg kan komen, staat de eigen veiligheid van de bedreigde voorop. De bedreigde geeft de bedreiger zijn zin en laat dit via houding en gedrag blijken. Te allen tijde behoudt de bedreigde hierbij het recht op verdediging van de persoonlijke integriteit. De bedreigde probeert kalm te blijven en de bedreiger niet te provoceren (met een grapje, onverwachte beweging of iets dergelijks).

 

3.3 Melden en registreren

Het is belangrijk dat elke vorm van agressie en geweld wordt gemeld7:

  • ·

    Een wethouder meldt het incident bij de gemeentesecretaris. De gemeentesecretaris (contactpersoon) stelt de burgemeester op de hoogte van de melding.

  • ·

    De burgemeester zelf meldt een incident bij de gemeentesecretaris en de griffier wordt hiervan op de hoogte gebracht.

 

7 Ook door raadsleden. Als een raadslid een vorm van agressie of geweld ondervindt, dan meldt het raadslid het incident bij de griffier (contactpersoon).

 

Na iedere interne melding wordt door de betrokkenen (en politie) besproken welke maatregelen tegen de veroorzaker worden genomen. Daarbij is de beleidsmedewerker Openbare orde en veiligheid beschikbaar voor advies en ondersteuning. Situaties van agressie of geweld kunnen tot verschillende maatregelen leiden:

  • 1.

    Als de grens van het toelaatbare niet is overschreden, kan de uitkomst van het gesprek tussen betrokkenen zijn dat het wenselijk is een waarschuwingsbrief8 te sturen naar de veroorzaker, al of niet in combinatie met een gesprek.

  • 2.

    Als de grens van het toelaatbare wel is overschreden, kan de uitkomst van het gesprek tussen betrokkenen zijn dat de gemeente een waarschuwingsbrief stuurt, liefst in combinatie met een gesprek9 met de veroorzaker. Daarnaast kan de burgemeester iemand de toegang tot een pand (bijvoorbeeld gemeentehuis) ontzeggen of op basis van de Algemene plaatselijke verordening een verblijfsontzegging opleggen. De officier van justitie kan een contactverbod opleggen. Dit kan bijvoorbeeld als er aangifte is gedaan van stalking, waarbij de bestuurder zich bedreigd heeft gevoeld.

  • 3.

    Als sprake is van strafbare feiten10, is het gemeentelijk beleid dat er aangifte wordt gedaan bij politie. Hiervan wordt melding gemaakt bij de beleidsmedewerker Openbare orde en veiligheid.

  • 4.

    Incidenten die niet strafrechtelijk kunnen worden vervolgd, moeten wel bij de beleidsmedewerker Openbare orde en veiligheid gemeld worden.

 

8 In de waarschuwingsbrief wordt aangegeven dat de veroorzaker een grens heeft overschreden en dat dit niet wordt getolereerd. De gemeente waarschuwt dat bij een volgende misdraging zwaardere maatregelen worden getroffen.

9 De burgemeester (en de beleidsmedewerker Openbare orde en veiligheid) of de politie kan een gesprek aangaan met de veroorzaker. De veroorzaker wordt gevraagd excuses aan te bieden. Vervolgens kunnen er samenwerkingsafspraken worden gemaakt om herhaling te voorkomen. Dit gesprek kan worden gecombineerd met andere maatregelen.

10 Voorbeelden van grensoverschrijdend gedrag dat strafbaar kan zijn:

• schelden, (doods)bedreigingen uiten,

• dreigen met represailles, bedreigen (van familieleden) en uitvoeren van dreigementen,

• schoppen, spugen en andere fysieke agressie,

• letsel (geestelijk of lichamelijk )toebrengen of materiële schade veroorzaken en gedrag dat anderen in gevaar brengt.

 

3.4 Ketenafspraken met politie en Openbaar Ministerie – ELA

Voor de aanpak van agressie en geweld tegen functionarissen met een publieke taak zijn er Eenduidige Landelijke Afspraken (ELA) gemaakt. Het doel van deze specifieke afspraken is een eenduidige, effectieve en snelle afhandeling door de politie, van agressie en geweld tegen functionarissen met een publieke taak.

 

3.5 Aangifte doen

De aangifte is het startsein voor het in werking treden van de ELA. Bovendien voert de bestuurder met het doen van aangifte zichtbaar de door hem/haar gestelde norm uit en vervult hij/zij een voorbeeldrol voor medewerkers in de organisatie. Bij het doen van aangifte kiest de betrokkene domicilie op het adres van de gemeente Nuenen, Jan van Schijnveltlaan 2 Nuenen en nooit op het privéadres. De betrokkene(n) laat zich bij de aangifte zo nodig bijstaan door de jurist van de gemeente. Melden en aangifte moeten zo volledig mogelijk gebeuren: wat is er gebeurd, waar en wanneer, wie heeft het gedaan of gezien? Als er een vermoeden bestaat dat er een verband bestaat tussen agressie en een door de betrokkene of door zijn/haar partij ingenomen standpunt of besluit, wordt dit gemeld.

Als er sprake is van brieven, email, boodschappen op een voicemail of dreigtweets, dan worden deze bewaard en een kopie bij de melding gevoegd. Kenmerken van de veroorzaker en zaken als kentekens, worden zo mogelijk doorgegeven. Fotograferen van de veroorzaker of zijn/haar voertuig is alleen aan te raden als dat de eigen veiligheid of die van anderen niet in gevaar brengt.

 

De Commissaris van de Koning en de HovJ worden (door tussenkomst van de beleidsmedewerker bewaken, beveiligen & crisisbeheersing van het Openbaar Ministerie) geïnformeerd over de aangifte. Daarnaast is het advies om het incident (vertrouwelijk) te melden aan de betreffende belangenverenigingen (NGB en/of Wethoudersvereniging).

 

3.6 Analyse van de (be)dreiging

Naast het starten van een opsporingsonderzoek, bekijkt de politie of bewakings- en beveiligingsmaatregelen nodig zijn. De politie stelt eerst een dreiginginschatting op, om op basis van deze inschatting van dreiging en risico (beveiligings)maatregelen voorstellen. Het is aan het lokaal bevoegd gezag om de dreiginginschatting te evalueren en te wegen. Op basis van een zo compleet mogelijk beeld stelt het lokaal bevoegd gezag het niveau van de dreiging vast. Afhankelijk van de dreiging en of het gaat om personen, objecten of diensten, zijn verschillende partijen betrokken en bevoegd (burgemeester, OM, HovJ).

Bij een dreiging tegen een persoon ligt de verantwoordelijkheid voor de beslissing over beveiligingsmaatregelen in het domein van de strafrechtelijke handhaving (HOvJ) . Op advies van de politie bepaalt de HOvJ of en zo ja, welke (spoed)maatregelen genomen moeten worden. De HOvJ draagt er zorg voor dat de betrokkene over dreigingsinschatting en de maatregelen wordt geïnformeerd. Indien mogelijk informeert de HOvJ hem of haar ook over de achtergronden.

 

3.7 Uitvoering van de maatregelen en verdeling kosten bij (be)dreiging

Als er besloten is tot het treffen van aanvullende (boven op de basismaatregelen) beveiligingsmaatregelen, moeten deze in goed overleg met alle betrokkenen worden uitgevoerd.

Voorop staat dat de bedreigde persoon zoveel mogelijk in staat wordt gesteld te kunnen blijven functioneren. De afspraken over de uitvoering van de maatregelen, de kosten en voor wiens rekening deze komen, worden schriftelijk vastgelegd.

In het Stelsel bewaken en beveiligen11 geldt de volgende verantwoordelijkheidsverdeling:

  • ·

    De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de maatregelen aan de woning (anders dan in het kader van PKVW), het vervoer en de werkplek.

  • ·

    De politie is verantwoordelijk voor de uitvoering van maatregelen in de openbare ruimte, zoals surveillance of cameratoezicht.

  • ·

    Als persoonsbeveiliging noodzakelijk is, dan is de Dienst Bewaken en Beveiligen (DBB) verantwoordelijk voor de uitvoering van de maatregelen.

 

11 Het stelsel staat beschreven in de circulaire Bewaken en beveiligen van personen, objecten en diensten (http://wetten.overheid.nl/BWBR0036811).

 

De kostenverdeling volgt in principe de verantwoordelijkheidsverdeling:

  • ·

    De kosten voor de uitvoering van de (basis)maatregelen aan de woning, op basis van de risicoanalyse, (anders dan in het kader van PKVW-woningcheck), het vervoer en de werkplek zijn voor de gemeente.

  • ·

    De kosten voor uitvoering van maatregelen in de openbare ruimte, zoals surveillance of cameratoezicht zijn voor de politie.

  • ·

    De kosten in geval van noodzakelijke persoonsbeveiliging zijn voor de DBB.

De kostenverdeling volgt daarbij de verantwoordelijkheidsverdeling.

 

Aanvaarden van een risico

Beveiligingsmaatregelen zijn onderwerp van onderhandeling en medewerking is vereist. Het is onmogelijk om absolute veiligheid te garanderen. Er worden dan altijd afwegingen gemaakt tussen het belang van het zoveel mogelijk ongestuurd functioneren en het belang van veilig functioneren. Het aanvaarden van het risico dient wel een overwogen keuze te zijn, gemaakt door het bevoegde gezag.

 

3.8 Rol gemeenteraad, informatie en communicatie

Als er zich een incident voordat en er is sprake van (be)dreiging, is het wenselijk om ook tijdig te bespreken op welke wijze de gemeenteraad betrokken wordt en afspraken te maken over de contacten met de pers. Een openbaar debat is in dergelijke situaties vanzelfsprekend niet gewenst.

 

De burgemeester is ten overstaan van de gemeenteraad (al dan niet vertrouwelijk) woordvoerder als het gaat om bedreiging van één of meer wethouders12. De burgemeester kan zich desgewenst laten bijstaan door de HOvJ, die uiteindelijk verantwoordelijk is voor de dreigingsanalyse en de te nemen maatregelen.

Is de burgemeester de direct betrokkene dan zal – in overleg met de burgemeester – bekeken moeten worden of de locoburgemeester deze taak kan overnemen of dat de commissaris van de Koning hierin een rol vervult.

De (hoofd)officier van justitie zal altijd bereid zijn tot (vertrouwelijke) uitleg aan de gemeenteraad.

De gemeentesecretaris13 zorgt voor terugkoppeling aan de betrokkene(n) over de strafrechtelijke vervolging en de resultaten daarvan.

 

Communicatie en contacten met de pers worden overgelaten aan de voorlichter van de gemeente. De voorlichter van de gemeente stemt een eventuele communicatieboodschap bij een ernstige (be)dreiging af met de afdeling voorlichting van het Openbaar Ministerie.

Getroffen maatregelen (vanuit de politie) in de publieke ruimte worden nooit naar de pers gecommuniceerd. Afspraken over woordvoering worden altijd in acht genomen. Van belang daarbij is geen uitspraken te doen die mogelijk kunnen leiden tot veiligheidsrisico’s. Hierbij gaat het om de aard van de dreiging, de maatregelen die zijn getroffen en de kosten voor de maatregelen.

 

12 Of een raadslid of raadsleden.

13 In geval van (be)dreiging van een raadslid, dan geeft de griffier de terugkoppeling aan betrokkene(n).

 

Uitzondering besluitvorming beveiliging burgemeester

Als een burgemeester zelf onderwerp is van dreiging, vindt de besluitvorming over de te treffen maatregelen plaats in overleg met de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Hiermee wordt voorkomen dat de burgemeester betrokken raakt bij de besluitvorming over zijn of haar eigen maatregelen. Dit betekent niet dat de betrokkene daarmee wordt toegevoegd aan het Rijksdomein.

De verantwoordelijkheid voor het monitoren en analyseren van dreiging en risico blijft dus decentraal: in casu de HOvJ.

 

In de praktijk zal de politie leidend zijn en onder gezag van de HOvJ voorstellen doen over het maatregelenpakket. De NCTV beoordeelt en beslist uiteindelijk over de te nemen maatregelen. Hiermee wordt tevens bereikt, dat bij vergelijkbare dreiging, vergelijkbare maatregelen worden genomen.

 

Waarschuwen arbeidsinspectie

De Arbeidsinspectie wordt binnen 24 uur gewaarschuwd door de burgemeester als sprake is van een ernstig incident waarbij een politieke ambtsdrager14 lichamelijk of geestelijk letsel oploopt, in het ziekenhuis moet worden opgenomen, blijvende schade overhoudt aan de gezondheid of overlijdt aan de gevolgen.

 

14 Burgemeester, wethouders en raadsleden.

 

Beroep doen op materiele voorzieningen in het kader van bewaken en beveiligen

Het ministerie van Veiligheid en Justitie beschikt over bijzondere materiële voorzieningen ten behoeve van de Nederlandse politie in het kader van bewaken en beveiligen. Denk daarbij aan voertuigen ten behoeve van Verscherpt Rijdend Toezicht, gepantserde bewakingscontainers en gepantserde persoonsvoertuigen (zonder chauffeur).

De coördinatie en prioriteitstelling van de operationele inzet van de hier bedoelde voorzieningen is een taak van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid.

Een verzoek tot beschikbaarstelling moet – door tussenkomst van de HOvJ - bij de NCTV worden ingediend. Maakt het lokaal bevoegd gezag geen gebruik van deze voorzieningen en past zij een andere aanpak toe bij de uitvoering van de besluiten van de NCTV/CBB, dan komen de kosten van deze voorzieningen voor rekening van het lokaal bevoegd gezag.

 

4. OPVANG EN NAZORG

4.1 Begeleiding burgemeester en/of wethouder

In voorkomende gevallen kan de burgemeester of de wethouder15 behoefte hebben aan ondersteuning, zoals een gesprekspartner en/of wellicht professionele ondersteuning.

Op dit moment wordt, in overleg met VNG Verzekeringen, bekeken of deze kosten binnen de collegebeschermingsverzekering kunnen vallen.

 

Speciaal voor bestuurders is er een vertrouwenslijn in het leven geroepen. Deze biedt zowel mentale ondersteuning na een incident, als hulp bij het afwegen van de noodzaak tot melden en aangifte. Zie voor verdere informatie www.devertrouwenslijn.nl. Deze lijn is ook beschikbaar voor raadsleden en naasten van bestuurders. Vertrouwelijkheid staat hierbij voorop.

De burgemeester kan daarnaast 24 uur per dag contact opnemen met de crisislijn van hetNederlands Genootschap van Burgemeesters (www.burgemeesters.nl).

De Wethoudersvereniging ondersteunt wethouders. Contact kan worden opgenomen via www.wethoudersvereniging.nl. De Wethoudersvereniging werkt samen met de Vertrouwenslijn. Uiteraard kan men ook altijd contact opnemen met Slachtofferhulp Nederland (0900-0101, www.slachtofferhulp.nl). Deze organisatie biedt praktische en juridische adviezen en emotionele steun na een misdrijf (geweld, stalking etc.) of een verkeersongeluk.

 

15 Geldt ook voor een raadslid.

 

 

4.2 Afbouw van de maatregelen

Aanvullende beveiligingsmaatregelen zijn op basis van dreiging en risico en dus zelden van permanente aard. Periodiek wordt getoetst of voortzetting van de beveiligingsmaatregelen nog noodzakelijk is.

 

De HOvJ bepaalt de afbouw, voortzetting en eventuele vervanging van de maatregelen.

 

Bij het afbouwen van de maatregelen zal altijd rekening worden gehouden met de impact die de dreiging en de beveiliging hebben gehad op de betrokken persoon. Het beëindigen of wijzigen van maatregelen gebeurt daarom vaak gefaseerd.

 

De aanvullende voorzieningen die aan het privéhuis van de betrokkene zijn getroffen, moeten op kosten van de gemeente te worden verwijderd wanneer de beveiligingsmaatregelen niet langer noodzakelijk zijn. Eventueel kan in overleg met betrokkene worden afgesproken de beveiligingsmaatregelen over te nemen.

De vervolgkosten zijn dan vanzelfsprekend voor de betrokken persoon. Bovenstaande is ook aan de orde wanneer het ambt wordt beëindigd.

 

4.3 Schade

Het uitgangspunt is dat schade altijd wordt verhaald op de veroorzaker/dader.

Het gaat hier om het verhalen van materiële kosten, zoals de kosten van medische behandeling en re-integratie, of immateriële schade. Enkele voorbeelden zijn inbreuk op privacy, gederfde levensvreugde, psychische schade zoals slapeloosheid etc.

Hierover voert de gemeentesecretaris16 overleg met het Openbaar Ministerie en het Slachtofferloket.

Voor informatie over het verhalen van schade op de dader is er een speciale landelijke helpdesk (030-2631 404) of via internet www.helpdeskvpt.nl. Het is in dit geval ook raadzaam de eigen verzekeraar te raadplegen.

 

De Dienst Dommelvallei onderhoudt de contacten met de verzekeraar over de in te schakelen dienstverlening. De contacten hierover lopen via de gemeentesecretaris.

 

16 Voor informatie over het verhalen van schade op de dader is er een speciale landelijke helpdesk (030-2631 404) of via internet www.helpdeskvpt.nl. Het is in dit geval ook raadzaam de eigen verzekeraar te raadplegen.

 

4.4 Advocaatkosten

Als het nodig lijkt een advocaat in te schakelen om schade te verhalen of om een maatregel bij de rechtbank te verzoeken, moet men dit bij de gemeentesecretaris17 melden.

De gemeentesecretaris legt de zaak voor aan de jurist. De jurist adviseert over de betreffende claim of vordering en adviseert over het inschakelen van een advocaat.

 

17 Als het een raadslid betreft, dan moet het raadslid dit melden bij de griffier. De griffier brengt het raadslid in contact met een jurist van de gemeente. Het raadslid kan een verzoek tot vergoeding van de kosten indienen bij de burgemeester. Naar aanleiding van een concreet verzoek kan de burgemeester in samenwerking met de griffier, na kennis genomen te hebben van het advies van de jurist, beslissen dat de advocaatkosten naar redelijkheid en billijkheid door de gemeente Nuenen worden betaald.

Bijlage 1 Vormen van agressie en geweld

Vormen van ongewenst gedrag worden als volgt ingedeeld:

Vormen

Uitingen

Verbaal geweld

Zowel van persoon naar persoon als telefonisch zoals:

·schreeuwen

·schelden

·vernederen

·treiteren

·pesten

·vals beschuldigen

Fysiek geweld

Escalatie van agressie, die zich uit in geweld tegen voorwerpen dan wel personen zoals:

·schoppen, slaan, knijpen

·duwen en vastpakken

·gericht gooien van voorwerpen

·vernieling van voorwerpen

·fysiek hinderen

·bijten

·geven van een kopstoot

·spugen

·verwonden

·roofoverval

Discriminatie

·naar huidskleur

·naar sekse

·naar leeftijd

·naar geloofsovertuiging

·naar seksuele geaardheid of voorkeur

Seksuele intimidatie

·seksueel getinte opmerkingen

·seksueel getinte blikken

·nafluiten

·exhibitionisme

·aanranding

·seksueel getinte email of sms

·seksuele chantage

·hijgers

·verkrachting

·seksuele handtastelijkheden

Overige intimidatie

·dreigen

·bedreigen

·onder druk zetten

·bedreigende gebaren maken

·chanteren

·bekladden

·dreigbrief, social media, website of e-mail18,

·gezinsleden bedreigen

·stalken

·achtervolgen

·bommelding

·wapengebruik

De overeenkomst van al deze vormen van gedrag is dat ze onacceptabel zijn.

 

18 E-mail, sociale media en internet bieden legio kansen voor het uiten van agressie. Ook voor deze uitingen geldt de hierboven geformuleerde norm: uw eigen veiligheidsgevoel. Het bijzondere van internet, sociale media c.a. is dat de drempel om forse uitlatingen te doen lager is dan in het dagelijkse leven, doordat allerlei remmende factoren en correctiemechanismen ontbreken. Je zou kunnen zeggen dat agressieve uitingen dan minder serieus hoeft te worden genomen, maar dat is maar de vraag. Uiteindelijk gaat toch om uw gevoel van veiligheid.

Bijlage 2 Risicomatrix

Hieronder zijn in een schema voor acht benoemde risico’s de te treffen fysieke en/of organisatorische maatregelen vermeld.

Risico

Kans voordoen

Standaardmaatregelen

grensoverschrijdend gedrag of herhaald gedrag in gemeentehuis

Realistisch bij zowel burgemeester als wethouders

Fysiek:

• de persoon verwijderen uit een gebouw/van een terrein;

 

• mondeling of schriftelijk waarschuwen;

 

• (tijdelijk) beperken van de toegang tot de gemeentelijke gebouwen of van de dienstverlening. De burgemeester is, indien daartoe aanleiding bestaat, te allen tijde bevoegd om een burger te verzoeken een gebouw te verlaten en mondeling de toegang tot een gebouw te ontzeggen. In de praktijk geschiedt de ontzegging door de bodes.

 

• oproepen voor een (orde- of herstel) gesprek met de desbetreffende bestuurder en/of de gemeentesecretaris en/of de beleidsmedewerker openbare orde en veiligheid, over het ongewenste gedrag;

 

Organisatorisch:

1) het voorval melden bij de politie (als het gedrag niet strafbaar is, maar wel grensoverschrijdend, kan melding worden gedaan bij de politie, zodat het incident in ieder geval bekend is bij de politie);

 

2) aangifte bij de politie;

 

3) de bestuurlijke maatregelen (zoals ontzegging gebouw) worden bij voorkeur binnen 48 uur na het incident getroffen en schriftelijk door de burgemeester bekendgemaakt aan de geadresseerde. Maatregelen kunnen, naar gelang de ernst van het incident, worden toegepast na iedere (interne) melding en ook als wordt besloten dat van een incident melding of aangifte wordt gedaan bij de politie. De maatregelen die door de gemeente worden genomen jegens de veroorzaker worden zo mogelijk meteen bij het doen van aangifte of bij de melding aan politie (en Openbaar Ministerie) aan hen doorgegeven en anders zo spoedig mogelijk na het nemen van deze maatregelen (afschrift besluit naar politie/justitie).

vreedzame actie bij de woning

(demonstraties,

sit down actie, een optocht. Kan vervelend zijn, maar niet bedoeld als bedreiging)

Realistisch bij zowel burgemeester als wethouders

Fysiek:

redelijkerwijs voorkomen dat personen de woning of tuin kunnen binnendringen. Privéauto moet zijn voorzien van centrale portiervergrendeling (eigen kosten) en handsfree telefoon (kosten gemeente).

 

Organisatorisch:

1) afspraken met de politie hoe te handelen. Periodiek overleg tussen burgemeester en politie.

 

2) afspraken binnen de gemeente om altijd aangifte te doen bij strafbare dreigingen.

niet-vreedzame actie bij de woning of tuin

(blokkades, nachtrust verstoren, buren hinderen etc.)

Realistisch bij zowel burgemeester als wethouders.

Fysiek:

redelijkerwijs voorkomen dat personen de woning of tuin kunnen binnendringen.

 

Organisatorisch:

1) afspraken met de politie hoe te handelen (bijvoorbeeld voorrang bij melding via 112).

 

2) afspraken binnen de gemeente om altijd aangifte te doen bij strafbare dreigingen.

verdacht gedrag in de omgeving van de woning

(rondrijden, langslopen, rondhangen, etc.)

Realistisch bij zowel burgemeester als wethouders.

Fysiek:

redelijkerwijs voorkomen dat personen de woning of tuin kunnen binnendringen.

 

Organisatorisch:

afspraken met de politie hoe te handelen (bijvoorbeeld voorrang bij melding via 112) .

binnendringen van de woning en/of tuin zonder geweld.

(diefstal, dronken persoon, persoon die verhaal komt halen, intimidatie van bestuurder of gezinsleden)

Realistisch bij zowel burgemeester als wethouders.

Fysiek:

redelijkerwijs voorkomen dat personen de woning of tuin binnendringen.

 

Organisatorisch:

1) afspraken met de politie hoe te handelen (bijvoorbeeld voorrang bij melding via 112).

 

2) afspraken binnen de gemeente om altijd aangifte te doen bij strafbare dreigingen.

binnendringen van de woning of tuin met geweld/

bedreiging

(gewapende overval, gijzeling, intimidatie bestuurder of gezin met geweld)

Beperkt realistisch bij de burgemeester.

Minder realistisch bij een wethouder.

Fysiek:

De woning en tuin worden niet voorzien van extra maatregelen tegen binnendringen met zwaar geweld/bedreiging. Woning zal door gemeente worden voorzien van alarmsysteem voorzien van noodknop.

 

Organisatorisch:

1) afspraken met de politie hoe te handelen (bijvoorbeeld voorrang bij melding via 112).

 

2) afspraken binnen de gemeente om altijd aangifte te doen bij strafbare dreigingen.

voorwerpen gooien tegen ruiten/deuren van de woning,

(bak)stenen, zwaardere voorwerpen, etc.)

Realistisch bij de burgemeester.

Minder realistisch bij een wethouder

Fysiek:

Begane grond en bovenetages voor zover aangooibaar van de straatzijde worden door de gemeente voorzien van slagvast glas.

 

Organisatorisch:

1) afspraken met de politie hoe te handelen.

 

2) afspraken binnen de gemeente om altijd aangifte te doen bij strafbare dreigingen.

grof geweld tegen de woning,

(beschieten, met voertuig binnenrijden)

Onwaarschijnlijk bij burgemeester of wethouders.

Fysiek:

Geen standaard maatregelen.

 

Organisatorisch:

afspraken met de politie hoe te handelen.