Organisatie | Enschede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke Regeling bedrijfsvoeringsorganisatie Twentebedrijf |
Citeertitel | Bedrijfsvoeringsorganisatie Twentebedrijf |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Twentebedrijf |
Geen.
Onbekend.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-02-2016 | 01-01-2018 | 01-01-2018 | Nieuwe regeling | 27-10-2015 | Onbekend. |
Het bestuur voert, overeenkomstig het bepaalde in de leden twee en drie, voor de deelnemers taken uit op het gebied van sturing en beheersing van ondersteunende taken (bedrijfsvoering) en uitvoering, waartoe in elk geval behoren personeel & organisatie, informatisering & automatisering, financiën, facilitaire zaken waar onder inkoop, communicatie, juridische zaken, geo-basisregistraties, organisatie van expertise- en capaciteitspool en uitvoering projecten, waarvoor op vrijwillige basis door de deelnemers kan worden gekozen.
De netwerkdirectie is, onder verantwoordelijkheid van het bestuur, verantwoordelijk voor de aansturing van de directeur bedoeld in artikel 16 en draagt zorg voor de verbinding tussen Twentebedrijf en de deelnemers. Indien de functie van directeur van Twentebedrijf wordt vervuld door een secretaris van een deelnemer, dan maakt die secretaris geen deel uit van de netwerkdirectie.
Paragraaf 1 Tussen Twentebedrijf en deelnemende gemeenten en gemeenschappelijke regelingen
Het bestuur verstrekt de raad respectievelijk het algemeen bestuur ongevraagd alle informatie die voor een juiste beoordeling van het door hem gevoerd en te voeren bestuur nodig is.
Als begrotingswijzigingen, waarop het bepaalde in de laatste zin van artikel 35, lid 5, van de wet van toepassing is, worden aangewezen die, welke niet leiden tot een verhoging van de deelbijdragen van de deelnemers.
Het bepaalde in de voorgaande leden is niet van toepassing op een wijziging van de regeling die uitsluitend betrekking heeft op aanpassingen aan veranderde wettelijke bepalingen. Tot dergelijke wijzigingen kan worden besloten door middel van een besluit van het bestuur met een meerderheid van twee derde van het aantal uitgebrachte stemmen.
Het rapport ‘Samenwerken doen we zelf’ van de stuurgroep Heroriëntatie gemeentelijke samenwerking wordt uitgewerkt in twee gemeenschappelijke regelingen: een aanpassing van de Regeling van Regio Twente voor de (beleids)inhoudelijke onderdelen zoals GGD, OZJT en sociaaleconomische structuurversterking en de oprichting van een nieuwe regeling middels de bedrijfsvoeringsorganisatie Twentebedrijf. Beide regelingen zijn op hun terrein de landingsplaats voor samenwerking in Twente.
Door een wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) per 1 januari 2015 bestaat er voor gemeenschappelijke regelingen een nieuwe vorm van rechtspersoonlijkheid. Naast het openbaar lichaam, dat een geleed bestuur kent (algemeen bestuur, dagelijks bestuur en voorzitter), is het mogelijk voor taken op het gebied van bedrijfsvoering en uitvoering, een bedrijfsvoeringsorganisatie op te richten, dat een ongeleed bestuur heeft (alleen een bestuur). Voor deze, niet beleidsmatige, taken kan volgens de wetgever worden volstaan met een minder zware bestuursstructuur. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan wensen vanuit de bestuurspraktijk.
Het oprichten van een bedrijfsvoeringsorganisatie is een bevoegdheid van de colleges van burgemeester en wethouders. Het bestuur wordt dan ook gevormd door collegeleden. Wel dient de gemeenteraad op grond van artikel 1 van Wgr toestemming te geven om aan een dergelijke regeling deel te nemen. Daarnaast blijft er een inlichtingen- en verantwoordingsplicht jegens de raad en vervult de raad een (bij de wijziging van de Wgr versterkte) rol in het kader van de begroting en jaarrekening.
Voor het Twentebedrijf is een bedrijfsplan opgesteld dat beschrijft hoe het Twentebedrijf gefaseerd ontwikkeld wordt.
De naam Twentebedrijf is gebaseerd op de ‘Eerste contour vernieuwde regionale samenwerking’ die het dagelijks bestuur van Regio Twente op 13 december 2013 heeft uitgebracht.
Een rechtspersoon dient een vestigingsplaats te hebben. De vestigingsplaats betekent niet dat hier ook het kantoor is. Dat kan in een andere of meerdere plaatsen zijn. De opzet is dat het Twentebedrijf is gehuisvest in vele bestaande kantoren van de 14 gemeenten en gemeenschappelijke regelingen. Daardoor worden desintegratiekosten zoveel mogelijk voorkomen.
De Wgr maakt het ook mogelijk dat een gemeenschappelijke regeling deelneemt (bijvoorbeeld Regio Twente) aan een andere gemeenschappelijke regeling. De eigen gemeenschappelijke regeling moet dit wel mogelijk maken. In het kader van de onderhavige regeling wordt er daarom vanuit gegaan dat een gemeenschappelijke regeling aan het Twentebedrijf kan deelnemen. Het is de bedoeling dat de vernieuwde Regio Twente deelnemer wordt en collega-organisatie is van het Twentebedrijf. Beide organisaties kennen eenzelfde organisatiefilosofie en waar mogelijk vindt de aansturing via personele unies plaats.
Op grond van artikel 10, lid 1 Wgr dient de regeling te vermelden het belang of de belangen ter behartiging waarvan zij is getroffen of gewijzigd. In overeenstemming met de bedoelding van de wetgever is deze regeling alleen gericht op taken van bedrijfsmatige aard en uitvoerende taken zonder een beleidsmatige component ondergebracht. Het vaststellen van beleid en verordeningen blijft bij de deelnemers aan deze regeling.
Om niet telkens de regeling te moeten wijzigen wordt uitgegaan van een zo groot mogelijke flexibiliteit. Wel worden enkele basistaken expliciet vermeld (artikel 5, lid 1). Verder wordt het systeem gehanteerd van dienstverleningshandvest en dienstverleningsovereenkomst, waarin per deelnemer maatwerk wordt opgenomen (artikel 5, leden 2 en 3). Deze systematiek wordt ook gevolgd bij de huidige centrumgemeenteregelingen tussen de gemeenten Enschede en Losser alsmede provincie Overijssel en de gemeenten Zwolle en Kampen.
Met deze flexibele regeling wordt invulling gegeven aan het principe van de coation of the willing
In artikel 6, lid 4 is de mogelijkheid opgenomen dat het Twentebedrijf (mede) andere rechtspersonen kan oprichten of daarin kan deelnemen. Hierbij moet worden geacht aan stichtingen, verenigingen en besloten vennootschappen. Dit kan alleen ingeval de regeling dat expliciet vermeldt. Het bestuur van het Twentebedrijf kan hierover pas een besluit nemen nadat de raden van de gemeenten in de gelegenheid zijn gesteld hierover hun wensen en bedenkingen kenbaar te maken.
Op grond van de Wgr kent de bedrijfsvoeringsorganisatie alleen een bestuur. Het hebben van een voorzitter is niet geregeld, maar ligt wel in de rede. Door in lid 2 te verwijzen naar artikel 33d van de Wgr wordt geregeld dat de voorzitter het Twentebedrijf in en rechte vertegenwoordigt en deze vertegenwoordiging aan anderen kan opdragen.
Voorts is het wenselijk om mogelijk te maken binnen het bestuur tot een taakverdeling te komen (lid 4).
Artikel 14a van de Wgr regelt dat in beginsel elk college een lid in het bestuur heeft. Deze gedragslijn wordt gevolgd.
Een rechtspersoon bezit van rechtswege bevoegdheden om aan het maatschappelijk verkeer deel te nemen zoals het in dienst nemen van personeel, aangaan privaatrechtelijke rechtshandelingen en maken bezwaar en instellen beroep in bestuursrechtelijke procedures. Wel maakt artikel 31 van de Wgr het mogelijk dat de deelnemers aan de regeling hierin beperkingen kunnen aanbrengen.
De Wgr bevat een verdeling van deze bevoegdheden over het algemeen en het dagelijks bestuur. Voor het ongeleed bestuur als die van een bedrijfsvoeringsorganisatie is dit niet nodig. Strikt formeel behoeven de bevoegdheden om aan het maatschappelijk verkeer deel te nemen daarom niet te worden opgenomen in de regeling voor het Twentebedrijf. Mede gelet op het bepaalde in het hiervoor vermelde artikel 31 van de Wgr is er voor de duidelijkheid voor gekozen de bevoegdheden wel in de regeling op te nemen. Daarbij is aansluiting gezocht bij artikel 33b van de Wgr, dat de bevoegdheden van het dagelijks bestuur van een openbaar lichaam vermeldt.
Gelet op het karakter van de regeling en omdat de financiële verhouding tussen het Twentebedrijf en een deelnemer met name wordt geregeld in de per deelnemer te sluiten dienstverleningsovereenkomst kan voor de besluitvorming in het bestuur worden volstaan met 1 stem per lid.
Door te verwijzen naar de artikelen 22 en 23 van de Wgr wordt o.a. geregeld dat er in beginsel openbare vergaderingen zijn zoals dat voor een algemeen bestuur van het openbaar lichaam vereist is. Het bestuur van een bedrijfsvoeringsorganisatie behoeft op grond van de Wgr niet in het openbaar te vergaderen. Uit een oogpunt van transparantie en democratische controle wordt openbaarheid echter voorgestaan.
In deze regeling wordt, op basis van het rapport ‘Samenwerken doen we zelf’ een rol toegekend aan de secretarissen van de deelnemers. Binnen de gemeenten zijn zij ambtelijk verantwoordelijk voor de organisatie en de bedrijfsvoering. Daarom is het logisch dat zij, wanneer het gaat om gezamenlijke takuitoefening, ook een rol toebedeeld krijgen. Dit gebeurt door middel van een netwerkdirectie waarin de secretarissen van alle deelnemers zitting hebben. Het bestuur van het Twentebedrijf is uiteindelijk het bevoegd gezag van de ambtelijke organisatie. Het bestuur zal deze rol vervullen als ware het een Raad van Toezicht.
Voor de dagelijkse aansturing is het gewenst dat er een directeur wordt aangesteld die tevens de functie van secretaris van het bestuur vervult.
Hiermee wordt invulling gegeven aan het bepaalde in de artikelen 17 t/m 19 van de Wgr.
Hiermee wordt geregeld dat op deze (eenvoudige) begrotingswijziging niet de wensen- en bedenkingenprocedure van de gemeenteraad van toepassing is.
In de opstartfase wordt uitgegaan van een bijdrage van de deelnemers die bestaat uit een instandhoudingsbijdrage van de deelnemende gemeenten en per deelnemer de in de dienstverleningsovereenkomst opgenomen vergoeding voor de dienstverlening. Een bijdrage van gemeenschappelijke regelingen in de instandhoudingskosten is niet voorzien omdat de deelnemers daarvan de deelnemende gemeenten zijn en een eventuele bijdrage door de gemeenschappelijke regeling ook door deze gemeenten moet worden opgebracht.
Bij de evaluatie (zie artikel 32, lid 3) zal worden bezien of de instandhoudingskosten in de vergoeding voor de dienstverlening wordt verdisconteerd.
Deze bepaling is opgenomen omdat in het verleden is gebleken dat banken dit als voorwaarde stellen. Ook hier wordt, om dezelfde reden als vermeld bij artikel 23, lid 2, alleen uitgegaan van het garant staan door de deelnemende gemeenten.
Diverse Twentse gemeenten en gemeenschappelijke regelingen zijn aangesloten bij de Overijsselse Ombudsman die in het leven is geroepen door en functioneert onder de vlag van de afdeling Overijssel van de VNG. Dit maakt een tweedelijns klachtenhandeling ‘dicht bij huis’ mogelijk. Het Twentebedrijf moet zelf een klacht in eerste aanleg behandelen.
Regio Twente kan pas formeel deelnemen aan het Twentebedrijf als de aangepaste gemeenschappelijke regeling hiervan in werking is vastgesteld en in werking is getreden (de procedure daarvoor is gaande) en het nieuwe algemeen bestuur unaniem heeft besloten in te stemmen met de deelname (lid 1).
In de in juni 2015 verschenen handreiking Grip op regionale samenwerking; handreiking voor gemeenteraadsleden en griffiers (een initiatief van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Vereniging van Griffiers) staan acht gouden lessen om met bestuurlijke samenwerking om te gaan. Eén daarvan is om de samenwerkingsverbanden regelmatig te evalueren. Mede naar aanleiding van de consultatie van de gemeenteraden is daarom in de regeling opgenomen dat er aan het eind van elke zittingsperiode van de gemeenteraad een evaluatie wordt gehouden waarbij de raden worden betrokken (lid 3).