Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leek

Treasurystatuut gemeente Leek 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeek
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingTreasurystatuut gemeente Leek 2015
CiteertitelTreasurystatuut gemeente Leek 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Terugwerkende kracht t/m 01-01-2015

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 212
  2. Wet financiering decentrale overheden

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-02-201601-01-201501-01-2019Nieuwe regeling

03-02-2016

Gemeenteblad 2016, 11-02-2016

2015009004

Tekst van de regeling

Intitulé

Treasurystatuut gemeente Leek 2015

De raad van de gemeente Leek;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 januari 2016, registratienummer 2015009004;

 

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de relevante bepalingen uit de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido);

 

B E S L U I T :

 

vast te stellen het Treasurystatuut gemeente Leek 2015.

Artikel 1 Begrippenkader

In dit statuut wordt verstaan onder:

  • a.

    Derivaten: financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. De onderliggende waarden kunnen financiële producten, zoals leningen of obligaties zijn. Derivaten worden onder andere gebruikt om renterisico’s te sturen en financieringskosten te minimaliseren.

  • b.

    Financiering: het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal een jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen.

  • c.

    Geldstromenbeheer: al die activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te transfereren zowel binnen de organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer).

  • d.

    Intern liquiditeitsrisico: de risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning en meerjareninvesteringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen.

  • e.

    Kasgeldlimiet: een bedrag op basis van de Wet Fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar.

  • f.

    Koersrisico: het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen.

  • g.

    Kredietrisico: de risico’s op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit.

  • h.

    Liquiditeitenbeheer: het financieren en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar.

  • i.

    Liquiditeitenplanning: een gestructureerd overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven ingedeeld per tijdseenheid: planning & controlcyclus. Het geheel van activiteiten die uitgevoerd moeten worden om duidelijk te maken wat er in een bepaalde periode moet gebeuren als uitkomst van een bestuurlijk proces (planning), de rapportage daarover en de benodigde bijsturing en uiteindelijke verantwoording over de behaalde resultaten aan het bestuur (control).

  • j.

    Publieke taak: de overheid kan/mag iets tot haar publieke taak rekenen wanneer het particuliere bedrijfsleven niet of tegen bijzonder hoge kosten in een voorziening voorziet, waardoor deze niet of voor velen niet bereikbaar is.

  • k.

    Rating: de inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier.

  • l.

    Renterisicobeheer: het beheersen van de risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid dat in de toekomst de rentelasten van het vreemd vermogen hoger respectievelijk dat de renteopbrengsten lager zullen zijn dan een bepaald wenselijk geacht niveau.

  • m.

    Renterisiconorm: een bij de aanvang van enig jaar op basis van de Wet Fido gefixeerd percentage van de totale lasten van de begroting dat bij de realisatie niet mag worden overschreden.

  • n.

    Rentetypische looptijd: het tijdsinterval gedurende de looptijd van een geldlening, waarin op basis van de voorwaarden van de geldlening sprake is van een door de verstrekker van de geldlening niet beïnvloedbare, constante rentevergoeding.

  • o.

    Rentevisie: toekomstverwachting over de renteontwikkeling.

  • p.

    Saldobeheer: het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen.

  • q.

    Schatkistbankieren: het verplicht aanhouden van overtollige financiële middelen bij de Nederlandse staat.

  • r.

    Solvabiliteitsratio van 0%: status die door een bancaire toezichthouder in de Europese Economische Ruimte (lidstaten van de Europese Unie uitgebreid met Noorwegen, IJsland en Liechtenstein) aan het schuldpapier van een instelling kan worden toegekend.

  • s.

    Treasurybeheer: de (beleids)uitvoering van de treasuryfunctie, binnen het kader van het Treasurystatuut. Deze, en de realisaties daarvan voor een referentieperiode, komen aan de orde in de paragraaf financiering van achtereenvolgens de begroting en het jaarverslag.

  • t.

    Treasurybeleid: bestaat uit de beleidsmatige uitgangspunten en doelstellingen met de daaruit voortvloeiende richtlijnen en limieten, de organisatorische en administratieve kaders, de informatievoorziening en de administratieve organisatie ter uitvoering van de treasuryfunctie.

  • u.

    Treasuryfunctie: omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer.

  • v.

    Uitzetting: het tijdelijk toevertrouwen van liquiditeiten aan derden tegen vooraf overeengekomen condities en bedingen. Kortlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode tot één jaar en langlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode van een jaar of langer.

Artikel 2 Doelstellingen van de treasuryfunctie

De treasuryfunctie van de gemeente dient tot:

  • a.

    het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities;

  • b.

    het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente)resultaten tegen ongewenste financiële risico’s zoals renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s;

  • c.

    het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;

  • d.

    het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet Fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van dit treasurystatuut alsook de Wet Hof.

Paragraaf Risicobeheer

Artikel 3 Uitgangspunten risicobeheer

Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:

  • a.

    De gemeente mag leningen of garanties uitsluitend verstrekken uit hoofde van de publieke taak.

  • b.

    Het verstrekken van leningen en garanties kan slechts geschieden nadat de gemeenteraad is geïnformeerd over het voornemen en hiertoe in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen.

  • c.

    Aan het verstrekken van leningen en garanties kunnen nadere voorwaarden worden verbonden.

  • d.

    De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut.

  • e.

    Het gebruik van derivaten is niet toegestaan.

Artikel 4 Renterisicobeheer

  • 1.

    De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet Fido.

  • 2.

    De renterisiconorm wordt niet overschreden conform de Wet Fido.

Artikel 5 Koersrisicobeheer

  • 1.

    De gemeente beperkt de koersrisico’s op uitzettingen uit hoofde van treasury door overtollige liquide middelen boven het drempelbedrag schatkistbankieren uitsluitend uit te zetten bij de Nederlandse staat of in de vorm van leningen bij andere openbare lichamen. Daarbij kan gemeente Leek geen leningen verstrekken aan openbare lichamen ten aanzien waarvan zij met het financieel toezicht is belast.

  • 2.

    De gemeente beperkt de koersrisico’s op uitzettingen uit hoofde van treasury door daarbij uitsluitend producten te hanteren waarbij de hoofdsom aan het einde van de looptijd is gegarandeerd.

Artikel 6 Kredietrisicobeheer

  • 1.

    Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury gelden de volgende uitgangspunten. Uitzettingen vinden uitsluitend plaats bij:

    • -

      Nederlandse overheden en andere publiekrechtelijke lichamen met een solvabiliteitsratio van 0% (oftewel een solvabiliteitsvrije status);

    • -

      Financiële instellingen met ten minste een AA-rating van 1 van de volgende ratingbureaus: Moody’s, Standard & Poors of Fitch IBCA.

  • 2.

    Bij het verstrekken van leningen of garanties uit hoofde van de publieke taak worden indien mogelijk zekerheden of garanties geëist.

Artikel 7 Intern liquiditeitsrisicobeheer

De gemeente beperkt haar interne liquiditeitsrisico’s door haar treasuryactiviteiten te implementeren in de bestaande planning & controlcyclus.

Artikel 8 Valutarisicobeheer

Valutarisico’s worden in de gemeente uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de Europese geldeenheid: de euro (€).

Paragraaf Gemeentefinanciering

Artikel 9 Financiering

Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van een jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten.

  • a.

    Financieringen worden uitsluitend aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak.

  • b.

    Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen te gebruiken teneinde de renterisico’s te minimaliseren en het renteresultaat te optimaliseren.

  • c.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn: onderhandse leningen.

  • d.

    De gemeente vraagt telefonisch offertes op bij minimaal twee instellingen alvorens een financiering wordt aangetrokken. Deze offertes worden door de gemeente Leek schriftelijk vastgelegd.

Artikel 10 Langlopende uitzettingen

Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie voor een periode van een jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten.

  • a.

    Uitzettingen worden uitsluitend gedaan onder de in artikel 4, 5 en 6 genoemde voorwaarden.

  • b.

    De gemeente vraagt offertes op bij minimaal twee instellingen alvorens een langlopende uitzetting wordt gedaan. Deze offertes worden door de gemeente schriftelijk vastgelegd.

Artikel 11 Relatiebeheer

De gemeente beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hierbij gelden de volgende uitgangspunten.

  • a.

    Bankrelaties en hun bancaire condities worden ten minste eens in de vijf jaar beoordeeld.

  • b.

    Bankrelaties dienen, wat betreft hun kredietwaardigheid, minimaal te voldoen aan de eisen die zijn gesteld in artikel 6.

  • c.

    Financiële instellingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) dienen onder Nederlands of anderszins EER-toezicht 1 te vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer.

  • d.

    Tussenpersonen dienen geregistreerd te staan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en daarvan een vergunning als makelaar te hebben ontvangen.

Paragraaf Kasbeheer

Artikel 12 Geldstromenbeheer

Teneinde de kosten van het geldstromenbeheer te beperken, wordt:

  • a.

    het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op gemeenteniveau op elkaar af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig worden nagekomen;

  • b.

    het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank.

Artikel 13 Saldo- en liquiditeitenbeheer

Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen.

  • a.

    De gemeente streeft naar concentratie van de liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities c.q. marktconforme tarieven.

  • b.

    Indien er een liquiditeitsbehoefte ontstaat, kan de gemeente kortlopende middelen aantrekken. Hierbij wordt – conform artikel 4, lid 1 - de kasgeldlimiet niet overschreden.

  • c.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van kortlopende middelen zijn daggeldleningen, kasgeldleningen en rekeningcourantkredieten.

  • d.

    Toegestane instrumenten bij het extern uitzetten van gelden voor een periode korter dan één jaar moeten voldoen aan de eisen van artikel 5.

  • e.

    Bij het extern uitzetten van gelden korter dan één jaar zijn slechts de in artikel 6 genoemde tegenpartijen toegestaan.

Paragraaf Administratieve organisatie en interne controle

Artikel 14 Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle

In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle.

  • a.

    De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van treasuryactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd.

  • b.

    De administratieve organisatie en interne controle waarborgen dat:

    • 1.

      de uitvoering rechtmatig en doelmatig is;

    • 2.

      de treasuryactiviteiten adequaat kunnen worden uitgevoerd en bijgestuurd;

    • 3.

      de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de informatie verzekerd zijn.

  • c.

    Bevoegdheden zijn via delegatie en mandaat nader schriftelijk vastgelegd.

  • d.

    Bij de uit te voeren treasuryactiviteiten is functiescheiding doorgevoerd met als belangrijkste voorwaarden:

    • 1.

      iedere transactie wordt door minimaal twee functionarissen geautoriseerd (het vierogenprincipe);

    • 2.

      de uitvoering en de controle geschiedt door afzonderlijke functionarissen;

    • 3.

      de uitvoering en de registratie in de financiële administratie geschiedt door afzonderlijke functionarissen.

  • e.

    Tegenpartijen wordt opdracht gegeven de bevestigingen van iedere transactie te versturen naar de financiële administratie zonder tussenkomst van de personen die bevoegd zijn tot het sluiten van de transacties.

  • f.

    De transacties worden onmiddellijk geregistreerd door de functionaris die de transactie heeft afgesloten.

Na ontvangst van de transactiebevestiging wordt de transactie gecontroleerd door de functionaris belast met de interne controle.

Artikel 15 Verantwoordelijkheden

De taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeente staan in onderstaande tabel gedefinieerd.

Functie

Verantwoordelijkheden

Gemeenteraad

-Het vaststellen van treasurydoelstellingen, treasurybeleid, beleidskaders en limieten.

-Het vaststellen van de paragraaf Financiering in begroting en jaarrekening.

-Het houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan.

-Het evalueren en als gevolg daarvan (eventueel) bijstellen van het treasurybeleid.

-Het uitvoeren van de niet aan het college van B en W overgedragen (beleids)activiteiten op het gebied van treasury.

College van burgemeester en wethouders (B en W)

-Het uitvoeren van het treasurybeleid (formele verantwoordelijkheid).

-Het rapporteren aan de gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid.

-Het vaststellen van de treasurydoelstellingen, het treasurybeleid, beleidskaders, globale richtlijnen en limieten in het treasurystatuut.

Portefeuillehouder Financiële Zaken

-Het uitvoeren van het treasurybeleid (politieke verantwoordelijkheid).

Afdelingsmanager Middelen en Bestuursondersteuning (M&B)

-Het uitvoeren van de aan haar/hem gemandateerde treasuryactiviteiten conform treasurystatuut en de paragraaf Financiering.

-Het zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de door hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten.

-Het rapporteren aan B en W over de uitvoering van het treasurybeheer.

-Het afleggen van verantwoording aan het college van B en W.

Adviseur Planning & Control

-Het opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury.

-Het bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen.

-Het controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfunctie.

-Het voeren van de interne controle op de uitgevoerde treasurytransacties en hierover rapporteren.

(Deel)budgethouders

-Het zorgdragen voor een goede kwaliteit van de informatie die hun afdeling aanlevert aan het team Financiën Zaken met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten.

-Het zorgdragen voor het tijdig aanleveren van betrouwbare operationele informatie over toekomstige geldstromen aan de team Financiële Zaken.

-Het fiatteren van betalingen en ontvangsten ten laste c.q. ten gunste van hun budgetten. Uitvoering geschiedt conform de daarvoor geldende richtlijnen.

Budgetbeheerders

-Het (deels) uitvoeren van door budgethouders gemandateerde budgetbeheer. Uitvoering geschiedt conform de daarvoor gestelde richtlijnen.

Medewerker van team Financiële Zaken belast met treasury/Comptabele

-Het uitvoeren van de activiteiten met betrekking tot de volgende deelfuncties: het risicobeheer, gemeentefinanciering (financiering, uitzetting en relatiebeheer) en kasbeheer. Deze activiteiten moeten conform dit treasurystatuut en de paragraaf Financiering worden uitgevoerd.

-Het aantrekken en uitzetten van gelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer.

-Het beheren van de geldstromen.

-Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen.

-Het afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties en deze laten bekrachtigen conform mandaat.

-Het schriftelijk vastleggen van de treasurytransacties en het doorgeven hiervan aan de kassier.

-Het voorbereiden van beleidsvoorstellen op treasurygebied.

-Het adviseren van de afdelingen over de financiële gevolgen van hun activiteiten en projecten.

-Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de gemeentelijke administratie.

-Het tijdig, volledig en juist afleggen van verantwoording aan het college van B en W en de afdelingsmanager M&B over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde en overige treasuryactiviteiten door middel van het daarvoor ontwikkelende planning- en controlinstrumentarium.

Kassier

-Het overboeken van saldi tussen bankrekeningen.

-Het afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer.

-Het beheren van de debiteuren en crediteuren.

-Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de gemeentelijke administratie.

Financiële administratie van het team Financiële Zaken

-Het juist en volledig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, inkomsten, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie.

Externe accountant

-Het in het kader van haar reguliere controletaak adviseren en controleren omtrent de feitelijke naleving van het treasurystatuut.

Artikel 16 Bevoegdheden

In onderstaand tabel staan bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven alsmede de daarbij benodigde fiattering.

 

Bevoegd functionaris

(voorbereiding/1ste handtekening)

Bevoegd functionaris

(autorisatie/2de hand-tekening)

Saldo-, liquiditeiten- en geldstromenbeheer

1.Afromen gemeentelijke liquide middelen naar de bij de Staat aangehouden rekening i.v.m. schatkistbankieren

N.v.t. (zie NB 1)

N.v.t. (zie NB 1)

2.Het overboeken van een tegoed aangehouden bij de staat i.v.m. schatkistbankieren naar de gemeentelijke bankrekening

Kassier

Comptabele

3.Het uitzetten van kortlopend geld (in overeenstemming met artikel 5)

Medewerker FZ belast met treasury

Afdelingsmanager M&B

4.Het aantrekken van geld via callgeld of kasgeld

Medewerker FZ belast met treasury

Afdelingsmanager M&B

5.Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen

Kassier

Comptabele

Bankrelatiebeheer

6.Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen

Medewerker FZ belast met treasury

Afdelingsmanager M&B

7.Bankcondities en tarieven afspreken

Medewerker FZ belast met treasury

Afdelingsmanager M&B

Financiering en uitzetting

8.Het afsluiten van kredietfaciliteiten

Medewerker FZ belast met treasury

Afdelingsmanager M&B

9.Het aantrekken van langlopende gelden conform artikel 9

Medewerker FZ belast met treasury

Afdelingsmanager M&B

10.Het uitzetten van langlopende gelden conform artikel 10

Medewerker FZ belast met treasury

Afdelingsmanager M&B

11.Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak

Afdelingsmanager M&B

College van B en W (na zienswijze gemeenteraad)

12.Het garanderen van gelden uit hoofd van de publieke taak

Afdelingsmanager M&B

College van B en W (na zienswijze gemeenteraad)

NB 1: Afroming in verband met schatkistbankieren gebeurt automatisch op basis van een afgesloten overeenkomst met de huisbankier en vanuit verplichting Wet schatkistbankieren.

Artikel 17 Informatievoorziening

Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient ten minste de in de onderstaande tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen.

Informatie

Frequentie

Informatieverstrekker

Informatie-ontvanger

1.Gegevens m.b.t. significante wijzingen in verwachtingen omtrent tijdstip of omvang van toekomstige betalingen en ontvangsten (bijv. uitstel of aangaan grote investeringen)

Periodiek

Budgethouder

Medewerker FZ belast met treasury

2.Beleidsplannen voor de paragraaf Financiering bij de begroting

Jaarlijks

Medewerker FZ belast met treasury/ Comptabele

Gemeenteraad

3.Evaluatie treasuryactiviteiten in paragraaf Financiering van jaarrekening

Jaarlijks

Medewerker FZ belast met treasury/ Comptabele

Gemeenteraad

4.Voortgang onderdelen paragraaf Financiering via tussentijds financiële rapportages

Periodiek

Medewerker FZ belast met treasury/ Comptabele

Gemeenteraad

5.Informatie aan derden (toezichthouder en CBS) zoals genoemd in artikel 8 Wet Fido

Periodiek

Team FZ

Derden

6.Informatie over aangetrokken leningen

Binnen 30 dagen na aantrekken

Medewerker FZ belast met treasury/ Comptabele

College van

B en W

Paragraaf Slotbepalingen

Artikel 18 Slotbepalingen en overgangsbepaling

Aan burgemeester en wethouders wordt de algemene bevoegdheid gegeven nadere regels te stellen met betrekking tot de in dit treasurystatuut opgenomen onderwerpen. Indien dit statuut niet voorziet in een aangelegenheid betrekking hebbende op treasury beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 19 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit treasurystatuut treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking ervan en werkt terug tot 1 januari 2015.

  • 2.

    Met de datum van inwerkingtreding van dit Treasurystatuut wordt het statuut vastgesteld op 18 december 2006 geacht te zijn ingetrokken.

  • 3.

    Dit treasurystatuut wordt aangehaald als Treasurystatuut gemeente Leek 2015.

Aldus besloten in de openbare vergadering

van de raad der gemeente Leek,

d.d. 3 februari 2016.

B.C. Hoekstra, voorzitter mevrouw F.M. Koop-Bouwman, raadsgriffier


1

Onder de Europese Economische Ruimte (EER) vallen naast de lidstaten van de Europese Unie ook Noorwegen, IJsland en Liechtenstein.