Organisatie | Heerlen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Bestuursovereenkomst 2016 regionale samenwerking Leerplichtwet en Voortijdig Schoolverlaten. |
Citeertitel | Bestuursovereenkomst 2016 regionale samenwerking Leerplichtwet en Voortijdig Schoolverlaten. |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-08-2020 | Nieuwe regeling | 08-12-2015 | OBM-15000349 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerlen heeft op 8 december 2015 besloten:
De bestuursovereenkomst 2016 inzake regionale samenwerking betreffende de uitvoering en handhaving van de Leerplichtwet 1969 en wet- en regelgeving in het kader van Voortijdig Schoolverlaten per 1 januari 2016 aan te gaan met de andere Parkstadgemeenten (Brunssum, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal).
De bestuurovereenkomst luidt als volgt:
De gemeenten Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal, en te dezer zake krachtens het bepaalde in artikel 171 Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door hun portefeuillehouders onderwijs, gemachtigd door hun burgemeester, handelende ter uitvoering van de besluiten van de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de respectieve gemeenten;
verder te noemen: "de deelnemende gemeenten".
komen de deelnemende gemeenten binnen dit kader als volgt overeen:
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
voortijdig schoolverlaters: jongeren tot 23 die zonder startkwalificatie het onderwijs hebben verlaten conform de definitie in de WEB (Wet Educatie en Beroepsonderwijs) art 8.1.8. eerste lid, onder a en b, WVO (Wet Voortgezet Onderwijs) art 28 eerste lid, onder a en b en WEC (Wet op de Expertisecentra) art 47a. eerste lid, onder a en b.
Artikel 2 Doelstelling en werkwijze.
Het in regionaal verband bundelen van verantwoordelijkheden, middelen en expertise met als doel, in de regio van deelnemende gemeenten:
Het initiëren van een gezamenlijke aanpak door het afstemmen van de activiteiten van de ketenpartners, gericht op een sluitende aanpak van vsv’ers.
Het coördineren en realiseren van trajectbegeleiding aan vsv-ers, gericht op (her-) plaatsing in onderwijs, werk en/of zorg, gekoppeld aan 1Gezin1Plan1Regisseur.
Het uitvoeren van onderzoek inzake de effectiviteit van de plaatsing van de gemelde leerlingen, ter voorkoming van herhaalde uitval.
·Voor het realiseren van deze doelen wordt nauw samengewerkt met zowel onderwijsinstellingen als ketenpartners in de jeugdketen.
Artikel 3 Uitvoering en Organisatie
Lid 2. Stuurgroep Onderwijs VSV
Lid 3. Werkgroep Onderwijs-VSV
De colleges van Burgemeester en Wethouders van de 8 deelnemende gemeenten verplichten zich tot het vaststellen van een gelijkluidende instructie voor de ambtenaren leerplicht/RMC conform artikel 16 lid 4 van de Leerplichtwet 1969. In deze instructie worden de taken vastgelegd die het bureau VSV voor elke gemeente uitvoert voor de middelen als bedoeld in artikel 5 lid 1.
De gemeenten kunnen aanvullende samenwerkingsafspraken maken met bureau VSV over aanvullende diensten en/of producten die Bureau VSV zal leveren en op welke wijze hierover verantwoording zal worden afgelegd. Voor deze aanvullende diensten zal een bijkomende bekostiging gevraagd worden. Het betreft diensten en producten die niet onder de reguliere dienstverlening van bureau VSV vallen, zoals die zijn opgenomen in de ambtsinstructie en in wet- en regelgeving.
Lid 1 Uitvoering Leerplichtwet
Colleges van Burgemeester en Wethouders van Brunssum, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal verplichten zich om de bevoegdheden welke aan hen op grond van de Leerplichtwet 1969 zijn opgedragen, te mandateren aan het College van Burgemeester en Wethouders van Heerlen. Bedoelde de deelnemende gemeenten zullen daartoe binnen hun eigen organisatie de desbetreffende gelijkluidende, mutatis mutandis, mandaatbesluiten moeten opstellen en doen laten besluiten.
Het college van Burgemeester en Wethouders van Heerlen zal via een ondermandaat, met instemming van de mandans en de subgemandateerde i.c. de leerplichtambtenaren werkzaam binnen het Bureau Voortijdig Schoolverlaten, laatstgenoemden mandateren om de hen aldus opgedragen bevoegdheden, ook namens de 7 andere de deelnemende gemeenten uit te voeren.
Lid 2 Uitvoering Wet houdende regels inzake Regionale Meld- en Coördinatie functie Voortijdig Schoolverlaten
De Colleges van Burgemeester en Wethouders van Brunssum, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal verplichten zich om de bevoegdheden welke aan hen op grond van de Wet houdende regels inzake Regionale Meld - en Coördinatiefunctie Voortijdig Schoolverlaten zijn opgedragen, te mandateren aan het College van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Heerlen. Bedoelde de deelnemende gemeenten zullen daartoe binnen hun eigen organisatie de desbetreffende gelijkluidende, mutatis mutandis, mandaatbesluiten moeten opstellen en doen laten besluiten.
Voor de uitvoering van de in artikel 2 omschreven doelstellingen staan de volgende middelen ter beschikking:
Bijdragen van de deelnemende gemeenten ten behoeve van de uitvoering van de leerplichtwet.
De bijdrage per gemeente wordt gebaseerd op een objectieve toerekeningmethode d.w.z. het aantal leerlingen van 4 tot 23 jaar per 1 januari van het jaar voorafgaand aan het dienstjaar. De berekening van deze bijdrage wordt steeds toegevoegd aan de begroting. Deze bijdragen worden jaarlijks aangepast. De bijstelling is gebaseerd op de prijsontwikkeling van de lonen en salarissen binnen de overheidsconsumptie die definitief zijn vastgesteld zoals gepubliceerd door het CPB (centraal plan bureau).
De afdeling Welzijn is verantwoordelijk voor het indienen van de jaarlijkse ontwerpbegroting bij de vergadering van de Stuurgroep Onderwijs-VSV, die in het eerste kwartaal van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar plaatsvindt. Dit laat onverlet het feit dat de deelnemende gemeenten zich inspannen om jaarlijks binnen hun begroting geoormerkte middelen te reserveren welke overeenkomen met de hoogte van de noodzakelijk geachte gemeentelijke bijdragen voor het Bureau VSV.
De afdeling Welzijn is tevens verantwoordelijk voor het indienen van de definitieve begroting, bij de Stuurgroep die in het derde of vierde kwartaal van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar plaatsvindt. De betrokken portefeuillehouder is zelf verantwoordelijk voor het indienen hiervan bij zijn College van Burgemeester en Wethouders.
De deelnemende gemeenten erkennen dat, bij gelijkblijvende omstandigheden, het begrotingsniveau, zoals vastgelegd in bijlage 1 het minimale niveau is om op verantwoorde wijze uitvoering te kunnen geven aan doelstelling van het bureau VSV in het algemeen en aan de uitvoering van de leerplichtwet in het bijzonder.
Lid 3. Financiële verantwoording/jaarrekening
In het geval van een onderuitputting/exploitatieoverschot op de gemeentelijke middelen zoals genoemd onder artikel 5 lid 1 onder a worden deze middelen toegevoegd aan de voorziening voortijdig schoolverlaten van de gemeente Heerlen, met als doel o.a. eventuele toekomstige exploitatietekorten aan te vullen. De Stuurgroep Onderwijs VSV is bevoegd om de gemeente Heerlen om vrijval van deze middelen te verzoeken.
Lid 5. Overschrijding beschikbare middelen
De afdeling Welzijn stuurt er op dat de begroting niet wordt overschreden. In geval van een dreigende overschrijding van het beschikbare budget, ten gevolge van niet door de afdeling Welzijn beïnvloedbare factoren, stelt het hoofd van de afdeling Welzijn de voorzitter van de Stuurgroep Onderwijs-VSV onverwijld in kennis, waarna de Stuurgroep Onderwijs-VSV ter zake het hoofd van de afdeling Welzijn adviseert. De deelnemende gemeenten zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor overschrijding van de beschikbare middelen, en verplichten zich het tekort, conform de verdeelsleutel voor het betreffende jaar, op te lossen.
Indien de middelen genoemd in lid 1 geheel of gedeeltelijk wegvallen, beslissen de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de deelnemende gemeenten, op advies van de Stuurgroep Onderwijs-VSV, over de noodzaak tot en de wijze van aanpassing van het niveau van dienstverlening door het bureau VSV, e.e.a. in relatie tot de doelstelling genoemd in artikel 2. De gevolgen van het geheel of gedeeltelijk wegvallen van deze middelen zijn genoemd in artikel 6 lid 1 sub c, lid 3 en artikel 9.
Artikel 6 Afdekking financiële risico's
De volgende gebeurtenissen kunnen er toe leiden dat de gemeente Heerlen niet meer in staat is om haar verplichtingen jegens werknemers en derden geheel of gedeeltelijk na te komen:
Indien het de gebeurtenis onder lid 1 sub a betreft zijn enkel die deelnemende gemeenten die deze overeenkomst hebben opgezegd verantwoordelijk voor, conform de vastgestelde ratio, een behoorlijke en adequate afhandeling van de verplichtingen, die de gemeente Heerlen ter uitvoering van deze overeenkomst is aangegaan, dit door middel van bij voorkeur overname van personeel en/of zonodig financiële bijdragen.
Indien het gebeurtenissen onder lid 1 sub b. en c. betreft geldt dat alle deelnemende gemeenten zich conform de vastgestelde ratio (het aantal inwoners van 4 tot 23 jaar) garant stellen voor een behoorlijke en adequate afhandeling van de verplichtingen, die de gemeente Heerlen ter uitvoering van deze overeenkomst is aangegaan, dit door middel van bij voorkeur overname van personeel en/of zo nodig financiële bijdragen.
Lid 1. Behandeling van het geschil bij de Stuurgroep Onderwijs VSV.
De deelnemende gemeenten komen ten aanzien van alle geschillen, welke mochten ontstaan naar aanleiding van onderhavige overeenkomst, dan wel van nadere overeenkomsten die daarvan het gevolg mochten zijn, overeen deze geschillen, ter verkrijging van een uitspraak, in eerste instantie voor te leggen aan de Stuurgroep Onderwijs-VSV. Daarbij vermelden zij in ieder geval het onderwerp en de inhoud van het geschil en hun visie daarop.
Lid 2. Minitrage, eventueel gevolgd door arbitrage
De deelnemende gemeenten komen ten aanzien van alle geschillen, welke mochten ontstaan naar aanleiding van onderhavige overeenkomst, dan wel van nadere overeenkomsten die daarvan het gevolg mochten zijn, overeen deze geschillen te behandelen overeenkomstig het Minitrage Reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut. Indien met betrekking tot deze geschillen door de deelnemende gemeenten geen vergelijk wordt bereikt wordt overeenkomstig dat Reglement, zullen deze geschillen op verzoek van de meest gerede partij worden beslecht overeenkomstig het Arbitrage Reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut.
Artikel 8 Aanpassing overeenkomst
De Stuurgroep Onderwijs-VSV zal een advies inzake de noodzakelijk geachte aanpassing ter besluitvorming voorleggen aan de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de deelnemende gemeenten. Aanpassing van deze overeenkomst, zoals bedoeld onder a, b en c van dit artikel, kan slechts plaatsvinden na een unaniem besluit van de colleges van B en W van alle deelnemende gemeenten en onder door de afdeling Welzijn te bepalen condities.
Artikel 9 Opzegging van deze overeenkomst
Elk der deelnemende gemeenten kan deze overeenkomst tussentijds opzeggen, indien een zodanige verandering van omstandigheden optreedt of is opgetreden, dat van de partij die het betreft in redelijkheid niet kan worden gevergd te blijven samenwerken binnen deze overeenkomst. Zo mogelijk wordt daarna deze overeenkomst tussen de overblijvende deelnemende gemeenten voortgezet.
In het geval dat via wet- en/of regelgeving en/of onderlinge afspraken aan één partij namens de overige deelnemende gemeenten verplichtingen zijn opgelegd, dragen de opzeggende deelnemende gemeenten er onder alle omstandigheden zorg voor dat deze met verplichtingen belaste partij de haar opgedragen verplichtingen op een adequate en geëiste wijze kan voortzetten en uitvoeren
Artikel 10 Ontbinding van deze overeenkomst
In het geval dat via wet- en/of regelgeving en/of onderlinge afspraken aan één deelnemende gemeente namens de overige deelnemende gemeenten verplichtingen zijn opgelegd, dragen alle deelnemende gemeenten er onder alle omstandigheden zorg voor dat deze met verplichtingen belaste deelnemende gemeente de haar opgedragen verplichtingen op een adequate en geëiste wijze kan voortzetten en uitvoeren.
Artikel 11 Inwerkingtreding en werkingsduur overeenkomst
Deze overeenkomst treedt in werking per 1 januari 2016 en wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.
De voorgaande Bestuursovereenkomst inzake regionale samenwerking betreffende de uitvoering van de Leerplichtwet 1969 en de Wet houdend regels inzake Regionale Meld- en Coördinatiefunctie Voortijdig Schoolverlaten, getekend op 03-12-2003, wordt ingetrokken per datum van ondertekening van deze nieuwe overeenkomst. Verplichtingen aangegaan onder de in te trekken overeenkomst gelden als verplichtingen aangegaan onder deze overeenkomst.