VOORTZETTEN SUBSIDIEREGELING TEGEMOETKOMING ARRRANGEMENTEN MAATWERKVOORZIENING ONDERSTEUNING

Toelichtingvoortzetten subsidieregeling tegemoetkoming arrangementen maatwerkvoorziening ondersteuning

Sinds 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor de ondersteuning van burgers die beperkingen ondervinden bij het (zelfstandig) deelnemen aan de samenleving. Om de zelfredzaamheid van burgers, daar waar nodig, te bevorderen, te behouden of te compenseren, zodat betrokkenen langer in de eigen vertrouwde omgeving kunnen blijven wonen heeft de gemeente de maatwerkvoorziening ondersteuning ontwikkeld. Voor de uitvoering van deze maatwerkvoorziening heeft de gemeente in 2014 met 40 aanbieders contracten gesloten. Mede aan de hand van een onderzoek van bureau HHM zijn tarieven voor de arrangementen die onderdeel zijn van de uitvoering van de maatwerkvoorziening ondersteuning bepaald. Voor de uitvoering van de Wmo taken zijn drie doelgroepen geformuleerd. Per doelgroep is één tarief per vier weken per cliënt vastgesteld. Dit tarief is een gemiddeld tarief. Het staat de aanbieders vrij met dit gemiddelde tarief te schuiven binnen hun cliëntenpopulatie, mits iedere klant de voor hem/haar best passende ondersteuning krijgt. In principe zou een aanbieder met dit tarief moeten kunnen uitkomen. Alleen in die gevallen waar een aanbieder onevenredig veel ‘zware’ cliënten heeft in relatie tot het aantal ‘lichte’ cliënten kan er een probleem ontstaan.

Naar aanleiding van de aanbesteding maatwerkvoorziening ondersteuning in 2014 heeft een aantal gecontracteerde zorgaanbieders aangegeven niet uit te komen met de nieuwe gemeentelijke tarieven die worden betaald voor een in te zetten arrangement. Een en ander in vergelijking tot de “oude” AWBZ-tarieven.

Om de aanbieders met onevenredig veel ‘zware’ klanten in relatie tot het aantal ‘lichte’ cliënten tegemoet te komen heeft de gemeente indertijd voor 2015 een Subsidieregeling éénmalige tegemoetkoming arrangementen maatwerkvoorziening ondersteuning vastgesteld. Het betrof een éénmalige regeling, omdat het de bedoeling was om, in geval van contractverlenging, de tarieven voor 2016 op basis van een inhoudelijke evaluatie vast te stellen. Het is echter niet haalbaar gebleken om een betrouwbare inhoudelijke evaluatie gebaseerd op een gevestigde praktijk eerder dan in het najaar van 2015 af te ronden. Daarom is bij collegebesluit van 4 augustus 2015 (BOW/2015.361) besloten om de tarieven voor 2016 trendmatig te verhogen met de verwachte inflatie 2016 én om de subsidieregeling éénmalige tegemoetkoming arrangementen maatwerkvoorziening ondersteuning in 2106 te introduceren.

Evenals voor 2015 is er voor het oplossen van knelpunten in 2016 een maximaal subsidiebudget beschikbaar van 1.5 mln. euro. Dit budget wordt volgens de door de gemeente vastgestelde uitgangspunten, naar rato van de omvang van het nadeel over de betreffende aanbieders met onevenredig veel cliënten een grote zorgzwaarte verdeeld. Alleen aanbieders met onevenredig veel ‘zware’ cliënten die reeds in 2014 door hen werden bediend worden gecompenseerd. Nieuwe cliënten die per 1 januari 2015 zijn ingestroomd kennen immers geen overgangsrecht die het de aanbieder moeilijk maakt om op basis van de nieuwe tarieven passende ondersteuning te bieden.

Alle gecontracteerde zorgaanbieders worden tot en met 31 maart 2016 in de gelegenheid gesteld om op basis van een door de gemeente vastgestelde uitgangspunten, objectieve gegevens aan te leveren waaruit zou moeten blijken dat de gemeentelijke tarieven in hun specifieke situatie niet dekkend zijn. De aangeleverde gegevens worden vervolgens, evenals in 2015, door de GAD onderzocht. Naar rato van de omvang van het nadeel wordt de tegemoetkoming van maximaal € 1,5 mln. verdeeld over de betreffende aanbieders. Uitbetaling van deze compensatie moet rond de zomer kunnen plaatsvinden.