Titel 1. Begroting en verantwoording
Artikel 2. Programma-indeling
(vervallen)
Artikel 2a. Planning en controlcyclus
Voor aanvang van een begrotingsjaar biedt het college een overzicht aan
met daarin in elk geval de data voor het aanbieden door het college en
het vaststellen door de raad van de jaarstukken, de voorjaarsnota, de
tussentijdse rapportages en de begroting met de meerjarenraming.
Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken
- 1.
De begroting en de jaarstukken bevatten naast de verplichte
paragrafen een paragraaf subsidies met daarin een overzicht van de
subsidies aan instellingen en ondernemingen.
- 2.
In de jaarrekening wordt als toelichting op alle geautoriseerde
investeringen groter dan € 25.000 de totale besteding van het
krediet in het jaar en de actuele raming van de totale uitgaven van
de investering weergegeven.
Artikel 3a. Kaders ontwerp-begroting
Het college biedt de raad jaarlijks een Voorjaarsnota aan over de kaders
voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren. Verplichte
onderdelen in de voorjaarsnota zijn:
- a
Meerjarenperspectief komende planperiode
- b
Verantwoording voorgaande planperiode
- c
Voorjaarsbestuursrapportage lopende begrotingsjaar
- d
Toelichting ingediende wensen en bijbehorende
dekkingsmiddelen
- e
Totaal overzicht van te honoreren en niet te honoreren
wensen
Artikel 4. Autorisatie begroting en investeringskredieten
De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de totale
lasten en de totale baten per programma, het overzicht algemene
dekkingsmiddelen, de gestelde doelen en de beoogde maatschappelijke
effecten.
Artikel 5. Uitvoering begroting
- 1.
Het college stelt regels die waarborgen dat de uitvoering van de
begroting rechtmatig, doelmatig en doeltreffend verloopt.
- 2.
Het college draagt ten aanzien van de productenraming er zorg voor
dat:
- a
de lasten en baten, door middel van kostentoerekening,
eenduidig zijn toegewezen aan de producten van de
productraming;
- b
de budgetten uit de productraming en kredieten voor
investeringen passen binnen de kaders zoals geautoriseerd
bij de vaststelling van de programmabegroting;
- c
de lasten van de producten niet dusdanig worden overschreden
dat de realisatie van andere producten binnen hetzelfde
programma onder druk komt.
- 3.
Het college draagt er zorg voor dat de lasten van de programma’s
zoals geautoriseerd in de (gewijzigde) begroting niet worden
overschreden.
Artikel 6. Tussentijdse bestuursrapportage
Het college informeert de raad door middel van tussentijdse
bestuursrapportages over de realisatie van de begroting van de
gemeente over de eerste vier maanden en de eerste acht maanden van
het lopende boekjaar.
- 1.
De tussentijdse bestuursrapportages gaan in op afwijkingen, zowel
wat betreft de baten als de lasten, de gestelde doelen en indien
daar aanleiding voor is de beoogde maatschappelijke effecten.
- 2.
In de tussentijdse bestuursrapportage worden incidentele afwijkingen
op de oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten en
investeringskredieten in de begroting groter dan € 25.000
toegelicht. Tevens worden structurele afwijkingen op de
oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten groter dan € 10.000
toegelicht. Daarnaast worden alle mutaties in de reserves en het
begrotingsoverschot toegelicht.
- 3.
In de tussentijdse bestuursrapportage wordt als toelichting op alle
geautoriseerde investeringen groter dan € 25.000 de totale besteding
van het krediet in het jaar en de actuele raming van de totale
uitgaven van de investering weergegeven.
Artikel 7. Informatieplicht
- 1.
Het college informeert in ieder geval vooraf de raad en neemt pas
een besluit, nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen
en bedenkingen ter kennis van het college te brengen voor zover het
betreft niet bij begroting vastgestelde verplichtingen inzake:
- a
Aankoop en verkoop van goederen en diensten groter dan €
25.000;
- b
Het toekennen van subsidies groter dan € 25.000;
- c
Het verstrekken van leningen, waarborgen en garanties groter
dan € 25.000;
- d
Onttrekkingen uit de bestemmingsreserves groter dan €
25.000;
- e
Onttrekkingen uit de stelpost begrotingsoverschot groter dan
€ 25.000;
- f
Investeringen groter dan € 50.000 waarbij de kapitaallasten
niet hoger mogen zijn dan € 10.000.
- 2.
Indien het college voorziet dat een bij begroting vastgestelde
verplichting dreigt te worden overschreden met meer dan € 25.000,
wordt dit door het college in de eerstvolgende raadsvergadering aan
de raad gemeld. Het college voegt hierbij een voorstel voor
wijziging van het budget of het investeringskrediet of een voorstel
voor bijstelling van het beleid.
- 3.
Het college informeert de raad achteraf, indien vooraf rapporteren
niet mogelijk blijkt te zijn geweest. De rapportage verschijnt
binnen twee weken nadat de overschrijding van meer dan € 25.000, van
een bij begroting vastgestelde verplichting, bekend is geworden
- 4.
Het college informeert vooraf de raad en neemt pas een besluit nadat
de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter
kennis van het college te brengen indien het college nieuwe
meerjarige verplichtingen aangaat waarvan de jaarlijkse lasten
groter zijn dan € 10.000. Onder de meerjarige lasten vallen niet
kapitaallasten.
- 5.
Het hiervoor onder lid 1 t/m 4 gestelde is niet van toepassing op
besluiten tot en het verrichten van privaatrechtelijke
rechtshandelingen, welke zijn opgenomen op een bij raadsbesluit van
23 januari 2003 gewaarmerkte lijst die als bijlage bij deze
verordening is gevoegd.
Artikel 8. Jaarstukken
(vervallen)
Titel 2. Financieel beleid
Artikel 9. Waardering & afschrijving vaste activa
Het college biedt de raad 4-jaarlijks een (bijgestelde) nota waardering
en afschrijving met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders
aan.
Artikel 10. Reserves en voorzieningen
Het college biedt de raad 2-jaarlijks een (bijgestelde) nota reserves en
voorzieningen met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders aan.
Artikel 11. Kostprijsberekening
- 1.
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten
van de gemeente wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd.
Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die
indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door
de gemeente verleende diensten.
- 2.
Bij de indirecte kosten worden betrokken de bijdragen aan reserves
en voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken
activa, de apparaatskosten, de kapitaallasten van de in gebruik
zijnde activa en voor rioolrechten, reinigingsrechten en
afvalstoffenheffing de compensabele BTW.
- 3.
De omslagrente voor de rentetoerekening aan de activa wordt bepaald
door het rentetotaal van de uitstaande leningen en de bij begroting
vastgestelde gecalculeerde rente over het eigen vermogen en
voorzieningen.
Artikel 12. Financieringsfunctie
- 1.
Het college draagt bij de uitoefening van de financieringsfunctie
zorg voor:
- a
het aantrekken van voldoende financiële middelen en het
uitzetten van overtollige gelden om de programma’s binnen de
door de raad vastgestelde kaders van de begroting uit te
kunnen voeren;
- b
het beheersen van de risico’s verbonden aan de
financieringsfunctie zoals renterisico’s, koersrisico’s en
kredietrisico’s;
- c
het zo veel mogelijk beperken van de kosten van de leningen
en het bereiken van een voldoende rendement op de
uitzettingen;
- d
het beperken van de interne verwerkingskosten en externe
kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële
posities.
- 2.
Het college neemt bij de uitvoering van de financieringsfunctie de
volgende richtlijnen in acht:
- a
het uitzetten van overtollige geldmiddelen gebeurt
uitsluitend bij financiële instellingen met minimaal een AA-
rating, of bij Nederlandse overheden en andere
publiekrechtelijke lichamen met een solvabiliteitsratio van
0%;
- b
overtollige geldmiddelen worden uitsluitend uitgezet tegen
vastrentende waarden, dan wel in producten waarbij de
hoofdsom tenminste aan het eind van de looptijd in tact
is;
- c
het gebruik van derivaten is niet toegestaan;
- d
voor het aantrekken van financieringen voor langer dan 1
jaar worden tenminste 2 prijsopgaven bij verschillende
financiële instellingen gevraagd;
- e
overeenkomsten voor het aangaan van leningen, het uitzetten
van middelen of het verlenen van garanties luiden in
euro.
- 3.
Verstrekken van leningen en garanties en het aangaan van financiële
participaties anders dan genoemd in het tweede lid worden
uitsluitend gedaan uit hoofde van de publieke taak. Bij het
uitzetten van middelen, het verstrekken van garanties en het aangaan
van financiële participaties uit hoofde van de publieke taak bedingt
het college indien mogelijk zekerheden. Het college motiveert in
zijn besluit het openbaar belang van dergelijke uitzettingen van
middelen, verstrekkingen van garanties en financiële
participaties.
- 4.
Het college stelt regels op ter uitvoering van het gestelde onder
het eerste tot en met derde lid en legt deze regels alsmede de
regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de
bijbehorende informatievoorziening vast in een Treasurystatuut. Het
college zendt het Treasurystatuut ter kennisgeving aan de raad.
Artikel 13. Weerstandsvermogen en risicomanagement
Het college biedt de raad 4-jaarlijks een (bijgestelde) nota
weerstandsvermogen en risicomanagement met daarin opgenomen
beleidsvoornemens en kaders aan.
Artikel 14. Grondbeleid
Het college biedt de raad 4-jaarlijks een (bijgestelde) nota grondbeleid
met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders aan.
Artikel 15. Subsidies
(vervallen)
Titel 3. Financiële organisatie en administratie
Artikel 16. Administratie
De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval
dienstbaar is voor:
- a
het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de
gemeente als geheel en in de domeinen;
- b
het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang
van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut,
voorraden, vorderingen, schulden, enzovoorts;
- c
het verschaffen van informatie over uitputting van de toegekende
budgetten en investeringskredieten en voor het maken van
kostencalculaties;
- d
het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de
doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in
relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante
wet- en regelgeving;
- e
de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van
de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de
rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het
gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de
begroting en relevante wet- en regelgeving.
Artikel 17. Interne controle
Het college zorgt ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening
en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties voor de
jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de
informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen.
Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.
Artikel 18. Misbruik en oneigenlijk gebruik
Het college zorgt voor en legt vast de regels voor het voorkomen van
misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en
eigendommen.
Artikel 19. Financiële organisatie
Het college draagt de zorg voor en legt vast:
- a
een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een
eenduidige toewijzing van de gemeentelijke taken aan de
domeinen;
- b
een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden,
verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle
wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie
aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd;
- c
de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van
verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en
investeringskredieten;
- d
de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties
en de bijbehorende informatievoorziening van de
financieringsfunctie.
Titel 1 Begroting en verantwoording
Artikel 2 Programma-indeling
(vervallen)
Artikel 2a Planning en controlcyclus
Voor aanvang van een begrotingsjaar biedt het college een overzicht aan
met daarin in elk geval de data voor het aanbieden door het college en
het vaststellen door de raad van de jaarstukken, de voorjaarsnota, de
tussentijdse rapportages en de begroting met de meerjarenraming.
Artikel 3 Inrichting begroting en jaarstukken
- 1.
De begroting en de jaarstukken bevatten naast de verplichte
paragrafen een paragraaf subsidies met daarin een overzicht van de
subsidies aan instellingen en ondernemingen.
- 2.
In de jaarrekening wordt als toelichting op alle geautoriseerde
investeringen groter dan € 25.000 de totale besteding van het
krediet in het jaar en de actuele raming van de totale uitgaven van
de investering weergegeven.
Artikel 3a Kaders ontwerp-begroting
Het college biedt de raad jaarlijks een Voorjaarsnota aan over de kaders
voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren. Verplichte
onderdelen in de voorjaarsnota zijn:
- a.
Meerjarenperspectief komende planperiode
- b.
Verantwoording voorgaande planperiode
- c.
Voorjaarsbestuursrapportage lopende begrotingsjaar
- d.
Toelichting ingediende wensen en bijbehorende
dekkingsmiddelen
- e.
Totaal overzicht van te honoreren en niet te honoreren
wensen
Artikel 4 Autorisatie begroting en investeringskredieten
De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de totale
lasten en de totale baten per programma, het overzicht algemene
dekkingsmiddelen, de gestelde doelen en de beoogde maatschappelijke
effecten.
Artikel 5 Uitvoering begroting
- 1.
Het college stelt regels die waarborgen dat de uitvoering van de
begroting rechtmatig, doelmatig en doeltreffend verloopt.
- 2.
Het college draagt ten aanzien van de productenraming er zorg voor
dat:
- a.
de lasten en baten, door middel van kostentoerekening,
eenduidig zijn toegewezen aan de producten van de
productraming;
- b.
de budgetten uit de productraming en kredieten voor
investeringen passen binnen de kaders zoals geautoriseerd
bij de vaststelling van de programmabegroting;
- c.
de lasten van de producten niet dusdanig worden overschreden
dat de realisatie van andere producten binnen hetzelfde
programma onder druk komt.
- 3.
Het college draagt er zorg voor dat de lasten van de programma’s
zoals geautoriseerd in de (gewijzigde) begroting niet worden
overschreden.
Artikel 6 Tussentijdse bestuursrapportage
Het college informeert de raad door middel van tussentijdse
bestuursrapportages over de realisatie van de begroting van de gemeente
over de eerste vier maanden en de eerste acht maanden van het lopende
boekjaar.
- 1.
De tussentijdse bestuursrapportages gaan in op afwijkingen,
zowel wat betreft de baten als de lasten, de gestelde doelen en
indien daar aanleiding voor is de beoogde maatschappelijke
effecten.
- 2.
In de tussentijdse bestuursrapportage worden incidentele
afwijkingen op de oorspronkelijke ramingen van de baten en
lasten en investeringskredieten in de begroting groter dan €
25.000 toegelicht. Tevens worden structurele afwijkingen op de
oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten groter dan €
10.000 toegelicht. Daarnaast worden alle mutaties in de reserves
en het begrotingsoverschot toegelicht.
- 3.
In de tussentijdse bestuursrapportage wordt als toelichting op
alle geautoriseerde investeringen groter dan € 25.000 de totale
besteding van het krediet in het jaar en de actuele raming van
de totale uitgaven van de investering weergegeven.
Artikel 7 Informatieplicht
- 1.
Het college informeert in ieder geval vooraf de raad en neemt pas
een besluit, nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen
en bedenkingen ter kennis van het college te brengen voor zover het
betreft niet bij begroting vastgestelde verplichtingen inzake:
- a.
Aankoop en verkoop van goederen en diensten groter dan €
25.000;
- b.
Het toekennen van subsidies groter dan € 25.000;
- c.
Het verstrekken van leningen, waarborgen en garanties groter
dan € 25.000;
- d.
Onttrekkingen uit de bestemmingsreserves groter dan €
25.000;
- e.
Onttrekkingen uit de stelpost begrotingsoverschot groter dan
€ 25.000;
- f.
Investeringen groter dan € 50.000 waarbij de kapitaallasten
niet hoger mogen zijn dan € 10.000.
- 2.
Indien het college voorziet dat een bij begroting vastgestelde
verplichting dreigt te worden overschreden met meer dan € 25.000,
wordt dit door het college in de eerstvolgende raadsvergadering aan
de raad gemeld. Het college voegt hierbij een voorstel voor
wijziging van het budget of het investeringskrediet of een voorstel
voor bijstelling van het beleid.
- 3.
Het college informeert de raad achteraf, indien vooraf rapporteren
niet mogelijk blijkt te zijn geweest. De rapportage verschijnt
binnen twee weken nadat de overschrijding van meer dan € 25.000, van
een bij begroting vastgestelde verplichting, bekend is geworden
- 4.
Het college informeert vooraf de raad en neemt pas een besluit nadat
de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter
kennis van het college te brengen indien het college nieuwe
meerjarige verplichtingen aangaat waarvan de jaarlijkse lasten
groter zijn dan € 10.000. Onder de meerjarige lasten vallen niet
kapitaallasten.
- 5.
Het hiervoor onder lid 1 t/m 4 gestelde is niet van toepassing op
besluiten tot en het verrichten van privaatrechtelijke
rechtshandelingen, welke zijn opgenomen op een bij raadsbesluit van
23 januari 2003 gewaarmerkte lijst die als bijlage bij deze
verordening is gevoegd.
Artikel 8 Jaarstukken
(Vervallen)
Titel 2 Financieel beleid
Artikel 9 Waardering & afschrijving vaste activa
Het college biedt de raad 4-jaarlijks een (bijgestelde) nota waardering
en afschrijving met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders
aan.
Artikel 10 Reserves en voorzieningen
Het college biedt de raad 2-jaarlijks een (bijgestelde) nota reserves en
voorzieningen met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders aan.
Artikel 11 Kostprijsberekening
- 1.
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten
van de gemeente wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd.
Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die
indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door
de gemeente verleende diensten.
- 2.
Bij de indirecte kosten worden betrokken de bijdragen aan reserves
en voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken
activa, de apparaatskosten, de kapitaallasten van de in gebruik
zijnde activa en voor rioolrechten, reinigingsrechten en
afvalstoffenheffing de compensabele BTW.
- 3.
De omslagrente voor de rentetoerekening aan de activa wordt bepaald
door het rentetotaal van de uitstaande leningen en de bij begroting
vastgestelde gecalculeerde rente over het eigen vermogen en
voorzieningen.
Artikel 12 Financieringsfunctie
- 1.
Het college draagt bij de uitoefening van de financieringsfunctie
zorg voor:
- a.
het aantrekken van voldoende financiële middelen en het
uitzetten van overtollige gelden om de programma’s binnen de
door de raad vastgestelde kaders van de begroting uit te
kunnen voeren;
- b.
het beheersen van de risico’s verbonden aan de
financieringsfunctie zoals renterisico’s, koersrisico’s en
kredietrisico’s;
- c.
het zo veel mogelijk beperken van de kosten van de leningen
en het bereiken van een voldoende rendement op de
uitzettingen;
- d.
het beperken van de interne verwerkingskosten en externe
kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële
posities.
- 2.
Het college neemt bij de uitvoering van de financieringsfunctie de
volgende richtlijnen in acht:
- a.
het uitzetten van overtollige geldmiddelen gebeurt
uitsluitend bij financiële instellingen met minimaal een AA-
rating, of bij Nederlandse overheden en andere
publiekrechtelijke lichamen met een solvabiliteitsratio van
0%;
- b.
overtollige geldmiddelen worden uitsluitend uitgezet tegen
vastrentende waarden, dan wel in producten waarbij de
hoofdsom tenminste aan het eind van de looptijd in tact
is;
- c.
het gebruik van derivaten is niet toegestaan;
- d.
voor het aantrekken van financieringen voor langer dan 1
jaar worden tenminste 2 prijsopgaven bij verschillende
financiële instellingen gevraagd;
- e.
overeenkomsten voor het aangaan van leningen, het uitzetten
van middelen of het verlenen van garanties luiden in
euro.
- 3.
Verstrekken van leningen en garanties en het aangaan van financiële
participaties anders dan genoemd in het tweede lid worden
uitsluitend gedaan uit hoofde van de publieke taak. Bij het
uitzetten van middelen, het verstrekken van garanties en het aangaan
van financiële participaties uit hoofde van de publieke taak bedingt
het college indien mogelijk zekerheden. Het college motiveert in
zijn besluit het openbaar belang van dergelijke uitzettingen van
middelen, verstrekkingen van garanties en financiële
participaties.
- 4.
Het college stelt regels op ter uitvoering van het gestelde onder
het eerste tot en met derde lid en legt deze regels alsmede de
regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de
bijbehorende informatievoorziening vast in een Treasurystatuut. Het
college zendt het Treasurystatuut ter kennisgeving aan de raad.
Artikel 13 Weerstandsvermogen en risicomanagement
Het college biedt de raad 4-jaarlijks een (bijgestelde) nota
weerstandsvermogen en risicomanagement met daarin opgenomen
beleidsvoornemens en kaders aan.
Artikel 14 Grondbeleid
Het college biedt de raad 4-jaarlijks een (bijgestelde) nota grondbeleid
met daarin opgenomen beleidsvoornemens en kaders aan.
Artikel 15 Subsidies
(Vervallen)
Titel 3 Financiële organisatie en administratie
Artikel 16 Administratie
De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval
dienstbaar is voor:
- a.
het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de
gemeente als geheel en in de domeinen;
- b.
het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang
van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut,
voorraden, vorderingen, schulden, enzovoorts;
- c.
het verschaffen van informatie over uitputting van de toegekende
budgetten en investeringskredieten en voor het maken van
kostencalculaties;
- d.
het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de
doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in
relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante
wet- en regelgeving;
- e.
de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van
de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de
rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het
gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de
begroting en relevante wet- en regelgeving.
Artikel 17 Interne controle
Het college zorgt ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening
en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties voor de
jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de
informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen.
Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.
Artikel 18 Misbruik en oneigenlijk gebruik
Het college zorgt voor en legt vast de regels voor het voorkomen van
misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en
eigendommen.
Artikel 19 Financiële organisatie
Het college draagt de zorg voor en legt vast:
- a.
een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een
eenduidige toewijzing van de gemeentelijke taken aan de
domeinen;
- b.
een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden,
verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle
wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie
aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd;
- c.
de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van
verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en
investeringskredieten;
- d.
de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties
en de bijbehorende informatievoorziening van de
financieringsfunctie.