Gemeente Werkendam,
Vastgesteld door de gemeenteraad van Werkendam op 15 december 2015
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
- 1.
Erfgoedcommissie; De door burgemeester en wethouders ingestelde gemeentelijke erfgoedcommissie;
- 1.
Lid: Lid of buitengewoon lid van de gemeentelijke erfgoedcommissie;
- 1.
Voorzitter: Voorzitter van de gemeentelijke erfgoedcommissie of diens vervanger;
- 1.
Secretaris: Ambtelijke secretaris van de gemeentelijke erfgoedcommissie of diens vervanger;
- 1.
Vergadering Vergadering van de gemeentelijke erfgoedcommissie
Artikel 2 Instelling en bevoegdheden
- 1.
Burgemeester en wethouders stellen op grond van artikel 15 van de Monumentenwet 1988 en artikel 84 van de Gemeentewet de erfgoedcommissie als adviescommissie in;
- 1.
Indien voor een onderwerp, bijvoorbeeld voor verbouw- of restauratieplannen, zowel een welstandsadvies (bouwvergunning) als een advies van de erfgoedcommissie (monumentenvergunning) benodigd is, kan het onderwerp in de afzonderlijke adviescommissies besproken worden. Overeenkomstig bepaald in de welstandsnota, december 2003, kan ook een integrale benadering plaatsvinden.
- 2.
- 1.
De erfgoedcommissie kan besluiten ten hoogste twee leden uit hun midden aan te wijzen om namens de ergoedcommissie zitting te nemen in de vergadering van de welstandscommissie voor het beoordelen of bespreken van bouwplannen die betrekking hebben op Rijks-, gemeentemonumenten of als Cultuurhistorisch waardevol aangewezen objecten.
Artikel 3 Taken
- 1.
De commissie heeft als taak burgemeester en wethouders op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Erfgoedverordening 2009 gemeente Werkendam, het monumentenbeleid alsmede met betrekking tot overige zaken die van belang zijn voor de monumentenzorg in de gemeente Werkendam.
- 1.
Bij het uitbrengen van haar adviezen laat de commissie zich uitsluitend leiden door de overwegingen van geschiedkundige, architectonische, wetenschappelijke, cultuurhistorische, landschappelijke, stedenbouwkundige of archeologische belangen, dan wel door overwegingen verband houdende met de schoonheid.
- 1.
De commissie adviseert burgemeester en wethouders over aanvragen omgevingsvergunning zoals bedoeld in artikel 11 van de Monumentenwet 1988, de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de Erfgoedverordening 2009 gemeente Werkendam alsmede aanvragen voor een subsidiebijdrage op grond van de Subsidieverordening gemeentelijke monumenten 2007.
- 1.
Bij de advisering over verbouw – of restauratieplannen wordt acht geslagen op de volgende aspecten:
- 1.
Aanvaardbaarheid van het bouwwerk in relatie tot de karakteristiek van de reeds aanwezige bebouwing, openbare ruimte, het landschap, dan wel de stedenbouwkundige context;
- 2.
Massa, structuur, maat en schaal, detaillering, materiaalkeuze en kleurstelling;
- 3.
Samenhang in het bouwwerk of de bouwwerken voor wat betreft de onderlinge relatie tussen de samenstellende delen daarvan.
Artikel 4 Samenstelling en zittingsduur
- 1.
De commissie bestaat uit:
- 1.
een onafhankelijke voorzitter;
- 2.
ten hoogste twee leden met deskundigheid op het terrein van cultuur- of kunsthistorie, stedenbouw, landschapsarchitectuur en/of- restauratie/architectuur;
- 3.
ten hoogste twee leden als vertegenwoordigers van daartoe uitgenodigde particuliere organisaties of instellingen;
- 4.
Een ambtelijk secretaris of diens vervanger.
- 1.
De voorzitter is belast met: het leiden van de vergadering, het handhaven van de orde en het doen naleven van deze verordening.
- 1.
De benoeming door burgemeester en wethouders van de in lid 1 genoemde leden, uitgezonderd de ambtelijk secretaris of diens vervanger, geschiedt telkens voor een periode van vier jaar.
- 1.
Een lid van de commissie kan schriftelijk ontslag indienen bij burgemeester en wethouders.
- 1.
Het lidmaatschap van de commissie eindigt door het verlies van de hoedanigheid uit welke
hoofde de leden werden benoemd.
- 1.
Indien een vacature ontstaat, beslissen burgemeester en wethouders met
inachtneming van lid 1 en op voordracht van de commissie, zo spoedig mogelijk over de
vervulling daarvan.
- 1.
Burgemeester en wethouders wijzen voor de commissie een ambtenaar aan als secretaris en als plaatsvervangend secretaris. De secretaris is de commissie in alles, wat betreft haar taakinvulling behulpzaam. Hij/zij verzorgt de voorstellen, nota’s en adviezen van en aan de commissie en kan deze in de vergadering van de commissie nader toelichten. De secretaris draagt zorg voor het maken van een beknopt verslag van de vergaderingen.
Artikel 5 Vergaderingen
- 1.
In de regel vinden de vergaderingen van de commissie eenmaal in de zes weken plaats conform een jaarlijks op te stellen vergaderschema.
- 1.
De commissie vergadert voorts indien de voorzitter of indien tenminste twee leden met opgaaf van redenen daarom verzoeken.
- 1.
Namens de voorzitter nodigt de secretaris elk lid schriftelijk uit voor een vergadering, met vermelding van de te behandelen onderwerpen en zoveel mogelijk met toezending van de op een vergadering betrekking hebbende stukken.
- 1.
De vergaderingen van de commissie zijn openbaar.
- 1.
Plaats, datum en aanvang van de openbare vergaderingen worden op de in de gemeente gebruikelijke wijze bekend gemaakt.
- 1.
In de vergadering van de commissie kunnen belanghebbenden bij behandeling van een geagendeerd onderwerp het woord voeren over het betreffende geagendeerde onderwerp.
- 1.
Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit tenminste 48 uur voor de aanvang van de vergadering aan de secretaris van de commissie.
- 1.
Wanneer de voorzitter vaststelt, dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij de beraadslagingen, tenzij de commissie anders beslist.
Artikel 6 Advisering
- 1.
De commissie adviseert met meerderheid van stemmen. Advisering kan uitsluitend plaatsvinden indien, behalve de voorzitter, tenminste de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is. Het gevoelen van de minderheid wordt, indien deze dat wenst, in het advies vermeld.
- 1.
Indien geadviseerd dient te worden over zaken die de commissieleden rechtstreeks of persoonlijk aangaan, waarvan zij als gemachtigde optreden of zakelijk zijn betrokken, dan onthouden zij zich van inbreng bij formulering van het advies.
- 1.
In zaken waarbij spoedeisend of van rechtswege een advies van de commissie wordt vereist treedt de vertegenwoordiger van de commissie die voor de gemeente Werkendam adviseert inzake welstand in overleg met de secretaris van de commissie op namens monumentencommissie. Met dien verstande dat op de eerst daarop volgende vergadering van de commissie deze wordt geïnformeerd.
- 1.
Als de commissie voor de advisering over een bepaald onderwerp aanvullend, niet-ambtelijke deskundigheid behoeft, kan zij deskundigen op roepen om de commissie bij te staan en zo nodig daartoe de vergadering bij te wonen.
- 1.
De besluiten die naar aanleiding van de adviezen van de commissie door burgemeester en wethouders genomen worden, worden in de volgende vergadering aan de commissie medegedeeld.
- 1.
De leden van de commissie, uitgezonderd de ambtelijke leden, ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen een vergoeding.
Artikel 7 Slotbepalingen
- 1.
In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist de commissie op voorstel van de voorzitter.
- 1.
Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening op de erfgoedcommissie 2016”.
- 1.
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2016.
- 1.
Op dat tijdstip vervalt de Verordening op de Monumentencommissie 2006.
Aldus besloten in de openbare vergadering
Van de raad van de gemeente Werkendam op 15 december 2015
De raadsgriffier, de plv. voorzitter,
Mr I. Bakker J.M. Dokman