Organisatie | Woudrichem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening reinigingsheffingen 2018 |
Citeertitel | Verordening reinigingsheffingen 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | Onbekend | 28-11-2017 | Onbekend | ||
01-01-2017 | 01-01-2018 | Onbekend | 13-12-2016 | Onbekend | |
01-01-2016 | 01-01-2017 | Onbekend | 15-12-2015 | Onbekend |
De raad van de gemeente Woudrichem;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 31 oktober 2017;
gehoord het advies van de opiniërende vergadering d.d. 28 november 2017;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer;
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder 'gebruik maken': gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer.
Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien in afwijking van het tweede lid, de belastingplicht voor de belasting verschuldigd naar de grondslagen als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdelen b en d en artikel 4, tweede lid, onderdeel b, in de loop van het belastingtijdvak eindigt, is de belasting verschuldigd bij het einde van de belastingplicht.
Indien de belastingplicht voor de belasting verschuldigd naar de grondslag als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht voor de belasting verschuldigd naar de grondslag als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 9,00.
Indien de grondslag van de belasting als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, in de loop van het belastingtijdvak wijzigt in die zin, dat minder belasting verschuldigd is, bestaat aanspraak op vermindering voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de vermindering minder bedraagt dan € 9,00.
Artikel 8 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
De belastingplichtige kan tegemoetkoming in de afvalstoffenheffing aanvragen indien in zijn/haar gezin extra huishoudelijke afvalstoffen ontstaan vanwege een langdurige of chronische ziekte of een handicap.
Hiertoe dient de belastingplichtige jaarlijks een door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld formulier in te vullen en daarbij een medische verklaring van een huisarts of medisch specialist te overleggen, waaruit blijkt dat binnen dit huishouden sprake is van een langdurige of chronische ziekte of een handicap waardoor extra afval ontstaat.
De tegemoetkoming is opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Woudrichem van 28 november 2017.
de voorzitter, A. Noordergraaf
de griffier, P.A. Paulides-Ruitenberg
Bijlage Tarieventabel behorende bij verordening reinigingsheffingen 2016
De bedragen genoemd in de tabel zijn exclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk 1 Tarieven per containercombinatie, bij inzameling door middel van een verzamelcontainer en per extra container
Hoofdstuk 2 Tarieven per lediging
Hoofdstuk 3 Maatstaven en tarieven voor het op aanvraag inzamelen van grof huishoudelijk restafval
Hoofdstuk 4 Tarieven per omwisseling, plaatsen extra container
Hoofdstuk 5 Maatstaven en tarieven voor achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen
Hoofdstuk 6 Maatstaven en tarieven indien weegbrug buiten werking is
Hoofdstuk 7 Maatstaven en tarieven in het geval van gemengde van huishoudelijke afvalstoffen