Organisatie | Cromstrijen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaatbesluit Omgevingsdienst ZHZ inzake Wet geluidshinder en Besluit geluidhinder gemeente Cromstrijen |
Citeertitel | Mandaatbesluit Omgevingsdienst ZHZ inzake Wet geluidshinder en Besluit geluidhinder gemeente Cromstrijen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-01-2016 | 01-01-2016 | 01-01-2021 | nieuwe regeling | 05-01-2016 Het Kompas d.d. 15 januari 2016 | RenC/RO/15120613 |
Mandaatbesluit Omgevingsdienst ZHZ inzake Wet geluidhinder en Besluit geluidhinder gemeente Cromstrijen
Besluit van de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Cromstrijen houdende de verlening van mandaat, volmacht en machtiging aan de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid inzake de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder.
De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Cromstrijen
-het gewenst is de directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid te mandateren voor een aantal bevoegdheden op grond van de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder in het algemeen, en in het bijzonder ten behoeve van de uitoefening van bevoegdheden als bedoeld in hoofdstuk 6 van het Besluit geluidhinder (inzake ‘Bepalingen inzake de medewerking van eigenaren en bewoners aan het treffen van maatregelen aan de gevel’);
het Mandaatbesluit Omgevingsdienst ZHZ inzake Wet geluidhinder en Besluit geluidhinder gemeente Cromstrijen
Indien een besluit wordt genomen bij of krachtens het bepaalde in artikel 1, eerste lid, luidt de ondertekening:
Burgemeester en wethouders van Cromstrijen
directeur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid
Gevolgd door de handtekening en naam van de functionaris of gevolgd door een ondertekening door middel van naam-functieaanduiding en een automatisch gegenereerde disclaimer
Indien een besluit wordt genomen bij of krachtens het bepaalde in artikel 1, derde lid, luidt de ondertekening:
Burgemeester en wethouders van Cromstrijen
afdelings/bureauhoofd (naam afdeling of bureau) van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid
Gevolgd door de handtekening en naam van de functionaris of gevolgd door een ondertekening door middel van naam-functieaanduiding en een automatisch gegenereerde disclaimer
Indien gebruik wordt gemaakt van volmacht en machtiging overeenkomstig artikel 2, luidt de ondertekening:
Indien krachtens ondermandaat als bepaald in artikel 1, derde lid, gebruik wordt gemaakt van volmacht en machtiging overeenkomstig artikel 2, luidt de ondertekening:
Aldus besloten in de vergadering van 5 januari 2016.
Het college van Burgemeester en Wethouders
Nadere toelichting op het mandaat
Het mandaat zoals genoemd in artikel 1, eerste lid, onder b, omvat het volgende:
Het doen van een verzoek aan de eigenaren en bewoners van de woningen of andere geluidsgevoelige gebouwen om binnen drie weken na de in artikel 6.3 bedoelde schriftelijke mededeling, schriftelijk toestemming te verlenen tot het uitvoeren van een akoestisch en bouwtechnisch onderzoek (artikel 6.4, eerste lid);
Het doen van een schriftelijke mededeling aan de betreffende eigenaren en bewoners dat geen akoestisch en bouwtechnisch onderzoek kan worden uitgevoerd, tenzij deze schriftelijke toestemming binnen twee weken alsnog wordt verleend, indien de in het eerste lid van artikel 6.4 bedoelde toestemming niet volledig, niet binnen de gestelde termijn of niet voor de gehele woning of het ander geluidsgevoelige gebouw is verleend (artikel 6.4, tweede lid);
Het doen van een schriftelijke mededeling aan de betreffende eigenaren en bewoners dat geen geluidwerende voorzieningen worden aangebracht indien ook de in het tweede lid van artikel 6.4 bedoelde toestemming niet volledig, niet binnen de gestelde termijn of niet voor de gehele woning of het andere geluidsgevoelige gebouw is verleend (artikel 6.4, derde lid);
Het onderzoek resulteert in ieder geval in:
Het doen van een verzoek aan de betreffende eigenaren binnen drie weken na ontvangst van deze schriftelijke mededeling, om schriftelijk te verklaren dat zij zich verplichten, om binnen een door het bevoegd gezag gestelde termijn, voorafgaand aan het aanbrengen van de geluidwerende voorzieningen de extra voorzieningen, bedoeld in het eerste lid, aan te brengen, tenzij toepassing wordt gevraagd van artikel 6.7, eerste lid (artikel 6.6, tweede lid);
Het doen van een schriftelijke mededeling aan de betreffende eigenaren dat geen geluidwerende voorzieningen worden aangebracht, tenzij de schriftelijke verklaring binnen twee weken alsnog wordt afgegeven, indien de in het tweede lid bedoelde schriftelijke verklaring niet volledig, niet binnen de gestelde termijn of niet voor de gehele woning is verleend (artikel 6.6, derde lid);
Het doen van een schriftelijke mededeling aan de betreffende eigenaren dat geen geluidwerende voorzieningen worden aangebracht, indien de verklaring ook binnen de in het derde lid gestelde termijn niet volledig, niet binnen de gestelde termijn of niet voor de gehele woning is afgegeven (artikel 6.6, vierde lid);
Het - bij het geven van de verklaring als bedoeld in artikel 6.6 - in ontvangst nemen van een verzoek van de eigenaar dat het treffen van de extra voorzieningen, bedoeld in artikel 6.6, eerste lid, en het van overheidswege aanbrengen van geluidwerende voorzieningen, gelijktijdig plaatsvindt, alsmede het aan dit verzoek gevolg geven (artikel 6.7, eerste lid). Bij toepassing van het eerste lid blijven de kosten van het aanbrengen van de extra voorzieningen, bedoeld in artikel 6.6, eerste lid, voor rekening van de betreffende eigenaar (artikel 6.7, tweede lid);
Het doen van een aanbod met betrekking tot de aan te brengen geluidwerende voorzieningen en, indien toepassing wordt gevraagd van artikel 6.6, eerste lid, een voorstel voor een overeenkomst met betrekking tot het aanbrengen van de extra voorzieningen, bedoeld in artikel 6.6, eerste lid, aan de eigenaren van de woningen of andere geluidsgevoelige gebouwen, die op basis van het in artikel 6.5 bedoelde akoestisch en bouwtechnisch onderzoek voor het van overheidswege aanbrengen van geluidwerende voorzieningen in aanmerking komen (artikel 6.8, eerste lid);
Indien geen toepassing wordt gegeven van artikel 6.7, eerste lid: het doen van een aanbod, bedoeld in het eerste lid, onder a, onder de voorwaarde dat de extra voorzieningen door de eigenaar worden aangebracht binnen de door het bevoegd gezag gestelde termijn, voorafgaand aan het aanbrengen van de geluidwerende voorzieningen (artikel 6.8, derde lid);
Het schriftelijk op de hoogte stellen van de eigenaren van de woningen of andere geluidsgevoelige gebouwen, die op basis van het in artikel 6.5 bedoelde akoestisch en bouwtechnisch onderzoek voor het van overheidswege aanbrengen van geluidwerende voorzieningen niet in aanmerking komen (artikel 6.8, vierde lid);
Indien de in het eerste lid van artikel 6.9 bedoelde ondertekening niet binnen de gestelde termijn heeft plaatsgevonden: het doen van een schriftelijke mededeling aan de betreffende eigenaren dat geen geluidwerende voorzieningen worden aangebracht, tenzij de ondertekening binnen twee weken na ontvangst van deze mededeling alsnog plaatsvindt (artikel 6.9, tweede lid);